Het Koninkrijk der Nederlanden
en
de Republiek der Filipijnen,
hierna te noemen de verdragsluitende partijen;
Gelet op het belang van een juiste vaststelling van de douanerechten en andere belastingen
die bij invoer of uitvoer worden geïnd en van het waarborgen van een juiste handhaving
van verbods-, beperkings- en controlemaatregelen;
Overwegend dat inbreuken op de douanewetgeving hun economische, fiscale, sociale en
culturele belangen en de belangen op het gebied van de volksgezondheid en handel schaden;
Overwegend dat de grensoverschrijdende handel in verdovende middelen en psychotrope
stoffen, gevaarlijke stoffen, bedreigde dier- en plantensoorten en giftig afval een
gevaar voor de samenleving vormt;
Overwegend dat de illegale grensoverschrijdende handel in wapens, explosieven, chemische,
biologische en nucleaire stoffen een gevaar voor de samenleving vormt;
Overwegend dat zowel het bedrijfsleven als de douaneadministraties zullen profiteren
van de bevordering van de facilitatie en veiligheid van de internationale logistieke
keten;
Erkennend de noodzaak van internationale samenwerking ter zake van aangelegenheden
die verband houden met de toepassing en handhaving van hun douanewetgeving;
Ervan overtuigd dat het optreden tegen inbreuken op de douanewetgeving doeltreffender
kan worden door middel van nauwe samenwerking tussen hun douaneadministraties op basis
van duidelijke wettelijke bepalingen;
Gelet op de Aanbeveling inzake wederzijdse administratieve bijstand en de Verklaring
inzake verbetering van douanesamenwerking en wederzijdse administratieve bijstand
(Verklaring van Cyprus), aangenomen door de Internationale Douaneraad, tegenwoordig
bekend als de Wereld-douaneorganisatie, in respectievelijk december 1953 en juni 2000;
Tevens gelet op internationale verdragen die verboden, beperkingen en bijzondere controlemaatregelen
met betrekking tot bepaalde goederen bevatten;