Het is wel te verstaan dat de term „belastingen” niet sociale verzekeringsbijdragen
omvat.
-
1 Indien ingevolge de bepalingen van het Verdrag een inwoner van Nederland is vrijgesteld
van, of recht heeft op vermindering van, Finse belasting, is een soortgelijke vrijstelling
of vermindering van toepassing op de onverdeelde nalatenschappen van overledenen,
voor zover een of meer van de begunstigden inwoner van Nederland is.
-
2 Voor zover de inkomsten of het vermogen van een onverdeelde nalatenschap van een
overledene ingevolge de bepalingen van het Verdrag onderworpen zijn aan Finse belasting
en toekomen aan een begunstigde die inwoner van Nederland is, verleent Nederland een
vermindering in overeenstemming met letter b dan wel letter c van het tweede lid van artikel 23 van het Verdrag.
Het is wel te verstaan dat rechten tot exploratie en exploitatie van de zeebodem en
de ondergrond daarvan en hun natuurlijke rijkdommen omvatten rechten op belangen bij,
of voordelen uit, vermogensbestanddelen die voortvloeien uit die exploratie of exploitatie.
Voorts is het wel te verstaan dat vorenbedoelde rechten worden beschouwd als een onroerende
zaak die is gelegen in de Verdragsluitende Staat op wiens zeebodem en ondergrond daarvan
deze rechten betrekking hebben, alsmede dat deze rechten worden geacht te behoren
tot het vermogen van een vaste inrichting in die Staat.
Inkomsten, andere dan dividenden, uit aandelen of andere vennootschappelijke rechten
in een woning-vennootschap zoals bedoeld in de Wet van 17 mei 1991 betreffende woning-vennootschappen
(Nr. 809 van 1991), of een andere gelijksoortige Finse vennootschap, of voordelen
verkregen uit de vervreemding van zulke aandelen of rechten, of vermogen dat uit zulke
aandelen of rechten bestaat, mogen worden belast in de Verdragsluitende Staat waar
de onroerende zaken die door de vennootschap gehouden worden, zijn gelegen.
Met betrekking tot artikel 7, eerste en tweede lid, geldt dat, indien een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende
Staat goederen of koopwaar verkoopt of een bedrijf uitoefent door middel van een aldaar
gevestigde vaste inrichting, de voordelen van die vaste inrichting niet worden bepaald
op basis van het totale bedrag ontvangen door de onderneming, doch slechts op basis
van dat deel van de beloning dat aan de werkelijke werkzaamheden van de vaste inrichting
ten behoeve van die verkopen of die bedrijfsuitoefening is toe te rekenen. In het
bijzonder bij overeenkomsten betreffende het toezicht op, de levering, installatie
of constructie van nijverheids- en handelsuitrusting of wetenschappelijke uitrusting
of gebouwen alsmede bij openbare werken, worden, indien de onderneming een vaste inrichting
heeft, de voordelen van die vaste inrichting niet bepaald op basis van het totale
door de onderneming ontvangen bedrag, doch slechts op basis van dat deel van de overeenkomst
dat werkelijk wordt uitgevoerd door de vaste inrichting in de Verdragsluitende Staat
waar de vaste inrichting is gevestigd. De voordelen die betrekking hebben op dat deel
van de overeenkomst, dat wordt uitgevoerd door het hoofdkantoor van de onderneming,
zijn slechts belastbaar in de Verdragsluitende Staat waarvan de onderneming inwoner
is.
De Finse belastingwetgeving voorziet in de vermijding van economische dubbele belasting
ter zake van winsten behaald door binnenlands gevestigde vennootschappen door binnenlands
wonende aandeelhouders een aanspraak te geven op een belastingverrekening met betrekking
tot dividenden betaald door genoemde vennootschappen ter waarde van een derde van
de dividenden betaald aan de aandeelhouders. Wanneer niet minder dan een derde deel
van de gedistribueerde winsten niet onderworpen is geweest aan vennootschapsbelasting,
onder andere ten gevolge van het ontvangen van buitenlandse, van belasting vrijgestelde,
dividenden door de uitdelende vennootschap, is de vennootschap onderworpen aan een
compenserende belasting (täydennysvero; kompletteringsskatt), die overeenkomt met
het bedrag waarmee het hiervoor genoemde bedrag het daadwerkelijke verschuldigde bedrag
aan vennootschapsbelasting overtreft. De compenserende belasting is, niettegenstaande
deze algemene regel, niet verschuldigd voor zover de vennootschap voor het desbetreffende
kalenderjaar buitenlandse dividenden dooruitdeelt en de genieter van de dividenden
een in Nederland gevestigde vennootschap is, die niet direct of indirect wordt beheerst
door personen die inwoner van Finland zijn en die aan het einde van hetzelfde belastingjaar
onmiddellijk niet minder dan 25 procent bezit van het kapitaal van de vennootschap
die de dividenden betaalt.
Indien aan de bron belasting is ingehouden die het maximale belastingbedrag als bedoeld
in de artikelen 10, 11 of 12 te boven gaat, moeten verzoeken om teruggaaf van het daarboven uitgaande belastingbedrag
worden ingediend bij de bevoegde autoriteit van de Verdragsluitende Staat waarin de
belasting is ingehouden, binnen een tijdvak van vijf jaar na afloop van het kalenderjaar
waarin de belasting is ingehouden.
-
1 In geval van een lichaam, dat inwoner is van Finland, omvat de uitdrukking „een ander
dergelijk orgaan van een lichaam” het toeziend bestuur („hallintoneuvosto”, „förvaltningsråd”)
in de zin van het Finse vennootschapsrecht.
-
2 In geval van een lichaam, dat inwoner is van Nederland, omvat de uitdrukking „lid
van de raad van beheer of een ander dergelijk orgaan van een lichaam” een „bestuurder”
of „commissaris” in de zin van het Nederlandse vennootschapsrecht.
Indien een persoon, die op de datum vanaf welke het Verdrag toepassing vindt inwoner
is van een Verdragsluitende Staat, na die datum een pensioen of andere gelijksoortige
beloning ter zake van een vroegere dienstbetrekking, of een lijfrente zoals bedoeld
in het eerste lid van artikel 18, of een pensioen betaald krachtens de sociale-verzekeringswetgeving van de andere
Verdragsluitende Staat, zoals bedoeld in het derde lid van dat artikel, waarop voor die datum recht bestond, blijft ontvangen, is dat inkomen slechts in
die Staat belastbaar.
Het is wel te verstaan dat de uitdrukking „inkomsten die noodzakelijk zijn voor zijn
onderhoud” betekent,
-
a. in geval van Finland, de bedragen aan vrijgestelde salarissen of lonen die worden
ontvangen door studenten en leerlingen die geen inwoner zijn en die van tijd tot tijd
vastgesteld worden door de Nationale Raad voor Belastingen („verohallitus; skattestyrelsen”)
krachtens de bepalingen van Hoofdstuk 6, onderdeel 2, van de Wet op de belastingheffing
van inkomen en vermogen van niet-inwoners van 11 augustus 1978, No. 627 (laki rajoitetusti
verovelvollisen tulon ja varallisuuden verottamisesta; lag om beskattning av begränsat
skattskyldig för inkomst och förmögenhet), zoals die van tijd tot tijd wordt gewijzigd
zonder afbreuk te doen aan de hoofdlijnen ervan, of andere bepalingen met een soortgelijk
karakter, die kunnen worden vastgesteld na de datum van ondertekening van het Verdrag;
-
b. in geval van Nederland, een bedrag ter waarde van twee maal de basisaftrek zoals bedoeld
in de Wet op de inkomstenbelasting 1964, zoals die van tijd tot tijd wordt gewijzigd
zonder afbreuk te doen aan de hoofdlijnen daarvan, of andere bepalingen met een soortgelijk
karakter, die kunnen worden vastgesteld na de datum van ondertekening van het Verdrag.
Het is wel te verstaan dat voor de berekening van de vermindering zoals vermeld in
artikel 23, tweede lid, letter b, de waarde van de in artikel 22, eerste lid, bedoelde vermogensbestanddelen wordt verminderd met de waarde van de schulden verzekerd
door hypotheek op dat vermogen, en dat de waarde van de in artikel 22, tweede lid, bedoelde vermogensbestanddelen wordt verminderd met de waarde van de tot de vaste
inrichting of het vaste middelpunt behorende schulden.
Indien in een hierna gesloten Verdrag ter voorkoming van dubbele belasting tussen
Finland en een derde Staat, die lid is van de Organisatie voor Economische Samenwerking
en Ontwikkeling (OESO), bepalingen zijn opgenomen met betrekking tot arbitrage, zal
de Regering van de Republiek Finland zonder onnodig uitstel de Regering van het Koninkrijk
der Nederlanden daarvan schriftelijk langs diplomatieke weg in kennis stellen en zal
zij in onderhandeling treden met de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden teneinde
dergelijke bepalingen op te doen nemen in het Verdrag dat vandaag met Nederland ondertekend
is.