In verband met een project verbindt de Regering van de Republiek Namibië zich ertoe:
-
a. het Nederlandse personeel vrij te stellen van alle directe belastingen en andere fiscale
heffingen ten aanzien van alle door de Nederlandse Regering aan hen betaalde vergoedingen;
-
b. het Nederlandse personeel vrij te stellen van invoerrechten en andere fiscale heffingen
op nieuwe of gebruikte huishoudelijke artikelen en persoonlijke bezittingen die in
Namibië worden ingevoerd binnen zes maanden na de aankomst van de deskundigen - behalve
in bijzondere omstandigheden waarin deze termijn kan worden verlengd - op voorwaarde
dat deze goederen weer uit Namibië worden uitgevoerd op het tijdstip van vertrek of
binnen een termijn waarmee de Regering van de Republiek Namibië instemt, en met dien
verstande dat over deze goederen, indien zij worden verkocht aan een persoon die niet
soortgelijke voorrechten geniet, invoerrechten zijn verschuldigd;
-
c. de Nederlandse personeelsleden gedurende de gehele periode van hun aanstelling vrij
te stellen van invoerrechten en andere fiscale heffingen op beroepsuitrusting die
zal worden gebruikt voor projecten inzake technische samenwerking en in Namibië wordt
ingevoerd;
-
d. de invoer te regelen, vrij van rechten, of de aankoop uit entrepot, van een motorvoertuig
per Nederlands personeelslid dat voor een langere periode dan een jaar in Namibië
zal blijven, binnen zes maanden na de eerste aankomst in Namibië, behalve in bijzondere
omstandigheden waarin deze termijn kan worden verlengd of hernieuwd, op voorwaarde
dat over dat voertuig, indien het wordt verkocht aan een persoon die niet soortgelijke
voorrechten geniet, passende invoerrechten worden betaald op basis van de geschatte
waarde van het voertuig op het tijdstip van verkoop; en dat ingeval een motorvoertuig
zodanig is beschadigd dat reparatie op economische gronden niet mogelijk is, er per
geval een regeling wordt getroffen die vergelijkbaar is met die welke van toepassing
is op de invoer/aankoop van het oorspronkelijke voertuig;
-
e. de Nederlandse personeelsleden te vrijwaren van rechtsvervolging op grond van in hun
officiële hoedanigheid gesproken of geschreven uitingen of verrichte handelingen;
-
f. de Nederlandse personeelsleden en hun gezinsleden vrij te stellen van nationale dienstplicht;
-
g. de Nederlandse personeelsleden en hun gezinnen in Namibië repatriëringsfaciliteiten
te bieden in tijden van nationale of internationale crises;
-
h. regelingen te treffen voor de kosteloze verstrekking van inreisvisa en werkvergunningen
aan het Nederlandse personeel dat door de Nederlandse Regering is of zal worden aangesteld;
aan een deskundige die door de Namibische Regering officieel is aanvaard, wordt hetzij
voor zijn of haar vertrek uit Nederland, hetzij bij zijn of haar aankomst in Namibië,
een visum verstrekt;
-
i. de Nederlandse deskundigen, nadat zij door de Namibische Regering zijn aanvaard, vrij
te stellen van registratie, toetsing en andere zodanige vereisten met betrekking tot
hun onderscheiden professionele capaciteiten;
-
j. het Nederlandse personeel identiteitspapieren te verschaffen, zodat zij bij de uitoefening
van hun werkzaamheden verzekerd zijn van de volledige steun van de desbetreffende
autoriteiten in Namibië;
-
k. onverminderd de regelingen voor het wisselen van buitenlands geld die ten aanzien
van een bepaald punt op een bepaald tijdstip in Namibië gelden, geen beperkingen op
te leggen voor het wisselen van buitenlands geld dat door de Nederlandse personeelsleden
en hun gezinnen uit het buitenland in Namibië wordt binnengebracht voor persoonlijk
gebruik; zulks met dien verstande dat rekeningen voor niet-ingezetenen die in Namibië
worden geopend door Nederlandse personeelsleden en hun gezinnen, uitsluitend tot hun
eigen beschikking blijven en dat saldi van die rekeningen vrijelijk kunnen worden
overgemaakt, en voorts dat op die rekeningen uitsluitend uit het buitenland afkomstig
geld wordt gestort. Mocht dit niet het geval zijn, dan wordt de rekening onderworpen
aan de gebruikelijke bepalingen inzake deviezencontrole;
-
l. te verzekeren dat de Nederlandse personeelsleden en hun gezinnen op niet minder gunstige
wijze worden behandeld dan personeel dat voor technische bijstand naar de Republiek
Namibië wordt uitgezonden door andere landen of internationale organisaties.