Besluit van de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie van 11 juni 2004, tot
het instellen van een vertrekmoratorium voor een bepaalde categorie van asielzoekers
afkomstig uit Somalië
De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,
Gelet op artikel 45, lid 4 van de Vreemdelingenwet 2000;
Overwegende:
– dat de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State op 28 mei 2004 uitspraak
gedaan in een drietal Somalische zaken;
– dat de Raad van State van oordeel is dat “gelet op het algemene karakter van de
thans voor de getroffen voorlopige maatregel gegeven motivering – waarbij de Afdeling
in aanmerking neemt dat de daarbedoelde garantie bij uitzetting naar Somalië thans
niet wordt geboden – moet worden geoordeeld dat voormelde gemotiveerde ‘interim measure’
van de President vooralsnog in de weg staat aan uitzetting naar Noord-Somalië van
vreemdelingen van Somalische nationaliteit die behoren tot een minderheid en die geen
familie of clanbanden hebben in Noord-Somalië.”;
– dat naar aanleiding van het oordeel van de Raad van State een vertrekmoratorium
wordt ingesteld voor maximaal een jaar in afwachting van verdere ontwikkelingen in
nationale en internationale jurisprudentie;