het Koninkrijk België,
de Republiek Bulgarije,
de Tsjechische Republiek,
het Koninkrijk Denemarken,
de Bondsrepubliek Duitsland,
de Republiek Estland,
Ierland,
de Helleense Republiek,
het Koninkrijk Spanje,
de Franse Republiek,
de Republiek Kroatië,
de Italiaanse Republiek,
de Republiek Cyprus,
de Republiek Letland,
de Republiek Litouwen,
het Groothertogdom Luxemburg,
Hongarije,
de Republiek Malta,
het Koninkrijk der Nederlanden,
de Republiek Oostenrijk,
de Republiek Polen,
de Portugese Republiek,
Roemenië,
de Republiek Slovenië,
de Slowaakse Republiek,
de Republiek Finland,
het Koninkrijk Zweden,
het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland,
Verdragsluitende partijen bij het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, hierna „de lidstaten” genoemd, en
De Europese Unie, hierna „de Unie” of „de EU”,
enerzijds, en
De Islamitische Republiek Afghanistan, hierna „Afghanistan” genoemd,
anderzijds,
hierna gezamenlijk „de partijen” genoemd,
Opnieuw bevestigend hun engagement voor de soevereiniteit, onafhankelijkheid en territoriale
integriteit van Afghanistan;
Opnieuw bevestigend hun gehechtheid aan de beginselen van het internationaal recht,
de doelstellingen en beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties, de internationale verdragen en de resoluties van de VN-Veiligheidsraad;
Erkennend de historische, politieke en economische banden tussen de partijen;
Bevestigend hun verlangen de samenwerking op te drijven op basis van gedeelde waarden
en tot wederzijds voordeel;
Overwegende de gedeelde beleidsdoelstellingen, waarden en verbintenissen van de partijen,
met inbegrip van de eerbiediging van de democratische beginselen, de rechtsstaat,
de mensenrechten en goed bestuur;
Erkennend dat deze beginselen onlosmakelijk verbonden zijn met ontwikkeling op de
lange termijn;
Erkennend dat de bevolking van Afghanistan, bij wege van haar legitieme, democratische
instellingen en in het kader van de grondwet van Afghanistan, de rechtmatige eigenaar
en impulsgever is voor het proces van stabilisering, ontwikkeling en democratisering
van het land;
Overwegende dat de Unie zich ertoe verbindt de inspanningen van Afghanistan te ondersteunen
om de ontwikkeling te maximaliseren in de loop van het volgende decennium van verandering;
Onderstrepend de wederzijdse verbintenissen die zijn overeengekomen op de internationale
Afghanistan-conferenties in Bonn in december 2011, Tokio in juli 2012 en Londen in
december 2014;
Opnieuw bevestigend de verbintenis van Afghanistan om zijn bestuur te blijven verbeteren,
alsook de verbintenis van de Unie om met Afghanistan een duurzame band aan te gaan;
Overwegende dat de partijen bijzonder belang hechten aan de omvattende aard van de
betrekkingen die zij met deze overeenkomst willen bevorderen;
Opnieuw bevestigend hun streven om economische en sociale vooruitgang voor hun bevolking
te bevorderen, alsook hun voornemen om hun betrekkingen op gebieden van wederzijds
belang te consolideren, te verdiepen en te diversifiëren;
Erkennend dat overeenkomstig de grondwet van Afghanistan de emancipatie en de volledige
deelname van vrouwen op gelijke basis in alle geledingen van de maatschappij, met
inbegrip van participatie in de beleidsvorming in het politieke proces op alle niveaus,
fundamenteel zijn voor de verwezenlijking van gelijkheid en vrede;
Erkennend het belang van ontwikkelingssamenwerking met ontwikkelingslanden, speciaal
lage-inkomenslanden, landen die zich in de nasleep van een conflict bevinden, en landen
zonder toegang tot de zee, met het oog op hun duurzame economische groei en ontwikkeling,
voor een tijdige en volledige verwezenlijking van internationaal overeengekomen ontwikkelingsdoeleinden,
met inbegrip van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling van de VN en eventuele
daarop volgende ontwikkelingsijkpunten die voor Afghanistan zijn vastgesteld, en voor
een betere integratie van Afghanistan in de regio;
Erkennend dat doeltreffende maatregelen getroffen moeten worden om de integriteit
en verantwoordingsplicht te bevorderen, het correcte gebruik van overheidsmiddelen
te garanderen en de corruptie te bestrijden;
Erkennend dat meer samenwerking tussen de partijen steun moet bieden aan de capaciteit
van Afghanistan om de kwaliteit van zijn administratie en bestuur te verbeteren, alsook
de transparantie en doeltreffendheid van het beheer van de overheidsfinanciën;
Opnieuw bevestigend het belang van coördinatie in de relevante regionale en multilaterale
fora, meer bepaald wat betreft de aanpak door de partijen van mondiale problemen en
regionale economische samenwerking;
Erkennend dat terrorisme een bedreiging is voor hun bevolkingen en hun gemeenschappelijke
veiligheid, en uitdrukking gevend aan hun volledige engagement voor de bestrijding
van alle vormen van terrorisme, voor het opzetten van doeltreffende internationale
samenwerking en instrumenten voor de uitbanning van terrorisme overeenkomstig het
internationaal recht, met inbegrip van de mensenrechten en het humanitaire recht;
Opnieuw bevestigend hun gezamenlijk engagement voor de bestrijding van de georganiseerde
misdaad, met inbegrip van mensenhandel, migrantensmokkel en drugshandel, ook door
middel van regionale en internationale mechanismen;
Erkennend de bedreiging voor de gezondheid en de veiligheid die uitgaat van verboden
verdovende middelen en de noodzaak van een gecoördineerde regionale en internationale
samenwerking om de teelt, productie, facilitering en consumptie van, handel in en
vraag naar drugs alsook het oneigenlijke gebruik van drugsprecursoren tegen te gaan,
en tevens erkennend het belang van alternatieve middelen van bestaan voor de papavertelers
in dit verband;
Erkennend de noodzaak om internationale ontwapenings- en non-proliferatie-verbintenissen
te respecteren;
Overwegende dat het Internationaal Strafhof een belangrijke ontwikkeling voor vrede
en internationale gerechtigheid is, waarmee wordt gestreefd naar effectieve vervolging
van de ernstigste misdrijven die de internationale gemeenschap aangaan;
Erkennend dat handel en buitenlandse directe investeringen een aanzienlijke rol zullen
spelen in de ontwikkeling van Afghanistan en dat de partijen bijzonder belang hechten
aan de beginselen en voorschriften van de internationale handel, die onder meer zijn
vervat in de Overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (WTO);
Uitdrukking gevend aan hun volledig engagement om duurzame ontwikkeling over de hele
lijn te bevorderen, met inbegrip van milieubescherming en doeltreffende samenwerking
voor de aanpak van de klimaatverandering, alsook de doeltreffende bevordering en tenuitvoerlegging
van internationaal erkende arbeidsnormen;
Onderstrepend het belang van samenwerking inzake migratie,
Erkennend dat bijzondere aandacht nodig is voor de situatie en de grondrechten van
vluchtelingen en intern ontheemden, met inbegrip van hun veilige, ordelijke en vrijwillige
terugkeer;
Wijzend op het feit dat, als de partijen in het kader van deze overeenkomst besluiten
tot het aangaan van specifieke overeenkomsten op het gebied van vrijheid, veiligheid
en recht, die door de Unie zouden worden gesloten krachtens titel V van het derde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese
Unie, de bepalingen van dergelijke toekomstige specifieke overeenkomsten niet bindend
zullen zijn voor het Verenigd Koninkrijk en/of Ierland, tenzij de Unie, samen met
het Verenigd Koninkrijk en/of Ierland wat betreft hun respectieve vorige bilaterale
betrekkingen, Afghanistan ervan in kennis stelt dat het Verenigd Koninkrijk en/of
Ierland gebonden zijn door dergelijke toekomstige specifieke overeenkomsten als deel
van de Unie, overeenkomstig Protocol nr. 21 betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland ten
aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, dat aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is gehecht. Evenzo zijn latere interne maatregelen van de Unie die met het oog op
de uitvoering van deze overeenkomst krachtens voornoemde titel V zouden worden genomen,
niet bindend voor het Verenigd Koninkrijk en/of Ierland, tenzij deze laatsten hun
wens te kennen hebben gegeven deel te nemen aan deze maatregelen of deze te aanvaarden
overeenkomstig Protocol nr. 21. Voorts wijzende op het feit dat dergelijke toekomstige
overeenkomsten of dergelijke latere interne maatregelen van de Unie zouden komen te
vallen onder Protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken dat gehecht is aan voornoemde Verdragen,