Protocol bij het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Panama
tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting
met betrekking tot belastingen naar het inkomen
[Treedt in werking per 01-12-2011]
[Treedt in werking per 01-12-2011]
Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1, beslissen de bevoegde autoriteiten van de Staten in onderling overleg in hoeverre
een inwoner van een van de Verdragsluitende Staten die onder een bijzondere regeling
valt geen aanspraak kan maken op de voordelen van dit Verdrag.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
Ingeval een lichaam dat voor de belastingheffing als een rechtspersoon wordt behandeld
als zodanig in een Verdragsluitende Staat aan belasting is onderworpen, maar het inkomen
van dat lichaam in de andere Verdragsluitende Staat als inkomen van de participanten
of eigenaren van die eenheid (naar rato van hun gerechtigdheid) wordt belast, nemen
de bevoegde autoriteiten dusdanige maatregelen dat dubbele belastingheffing of dubbele
vrijstelling wordt voorkomen. Hiertoe kunnen de bevoegde autoriteiten overeenkomen
te bepalen dat elke participant of eigenaar de belasting geheven op het niveau van
het lichaam mag verrekenen, en kunnen zij tevens overeenstemming bereiken over de
mogelijkheid af te zien van belastingheffing over de uitdeling van de winst uit een
dergelijk lichaam aan zijn participanten of eigenaren.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
Het is wel te verstaan dat indien de bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende
Staten in onderlinge overeenstemming een oplossing binnen de context van het Verdrag
hebben bereikt voor gevallen waarin
-
a.
artikel 3, tweede lid, wordt toegepast met betrekking tot de uitlegging van een in het Verdrag niet omschreven
uitdrukking; of
-
b. sprake is van verschillen in kwalificatie (bijvoorbeeld van een bestanddeel van het
inkomen of van een persoon)
en dit zou leiden tot dubbele belasting of dubbele vrijstelling, deze oplossing, na
bekendmaking ervan door beide bevoegde autoriteiten, ook bindend zal zijn bij de toepassing
van de bepalingen van het Verdrag in andere, gelijksoortige gevallen.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
Een natuurlijke persoon die aan boord van een schip woont zonder een werkelijke woonplaats
in een van de Verdragsluitende Staten te hebben, wordt geacht inwoner te zijn van
de Verdragsluitende Staat waarin het schip zijn thuishaven heeft.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
Het is wel te verstaan dat het vijfde lid van artikel 5 zodanig dient te worden uitgelegd dat misbruik van het Verdrag wordt tegengegaan
en dat het „force of attraction”-beginsel hieronder niet wordt begrepen.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
Het is wel te verstaan dat rechten tot exploratie en exploitatie van natuurlijke rijkdommen
worden beschouwd als onroerende zaken die zijn gelegen in de Verdragsluitende Staat
op wiens zeebodem en de ondergrond daarvan deze rechten betrekking hebben, alsmede
dat deze rechten geacht worden te behoren tot de activa van een vaste inrichting in
die Staat. Voorts is het wel te verstaan dat de hiervoor genoemde rechten ook omvatten
rechten op belangen bij of voordelen uit vermogensbestanddelen die voortvloeien uit
die exploratie of exploitatie.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
Ter zake van de toerekening van winst aan vaste inrichtingen vormen de bepalingen
van dit Verdrag geen beletsel voor de toepassing van de herziene goedgekeurde OESO-benadering
op de overeengekomen tekst.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
Indien een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende
Staat goederen of koopwaar verkoopt of een bedrijf uitoefent door middel van een aldaar
gevestigde vaste inrichting, worden de voordelen van die vaste inrichting niet worden
bepaald op basis van het totale door de onderneming ontvangen bedrag, doch slechts
op basis van dat deel van de inkomsten van de onderneming dat aan de werkelijke werkzaamheden
van de vaste inrichting voor die verkopen of die bedrijfsuitoefening is toe te rekenen.
Met name bij overeenkomsten betreffende het toezicht op, de levering, installatie
of constructie van nijverheids- en handelsuitrusting of wetenschappelijke uitrusting
of gebouwen alsmede bij openbare werken, worden, indien de onderneming een vaste inrichting
heeft, de voordelen van die vaste inrichting niet bepaald op basis van het totale
bedrag van de overeenkomst, doch slechts op basis van dat deel van de overeenkomst
dat werkelijk wordt uitgevoerd door de vaste inrichting in de Verdragsluitende Staat
waar de vaste inrichting is gevestigd. De voordelen die betrekking hebben op het deel
van de overeenkomst dat wordt uitgevoerd door het hoofdkantoor van de onderneming,
zijn slechts belastbaar in de Verdragsluitende Staat waarvan de onderneming inwoner
is.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
Vergoedingen voor technische diensten, waaronder begrepen studies of onderzoeken van
wetenschappelijke, geologische of technische aard, of voor diensten van adviserende
of toezichthoudende aard, worden aangemerkt als vergoedingen waarop de bepalingen
van artikel 7 van toepassing zijn.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
Alle diensten (of delen van diensten) die door een inwoner van een Verdragsluitende
Staat in de andere Verdragsluitende Staat worden verleend voor de inwerkingtreding
van dit Verdrag, mogen in die andere Staat op netto- of brutobasis (d.w.z. bronbelastingen)
worden belast, binnen de in de nationale belastingwetgeving vastgestelde grenzen,
zonder de bepalingen van artikel 7 in aanmerking te nemen.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
-
b In geval van aandelen aan toonder die zijn omgezet naar aandelen op naam, zijn de
in het tweede en derde lid voorziene verlaagde tarieven van toepassing met betrekking
tot dividenduitdelingen betaald door een lichaam dat inwoner is van een Verdragsluitende
Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat mits de aldus omgezette
aandelen gedurende een tijdvak van ten minste 12 maanden voorafgaande aan de dividenduitdeling
als aandelen op naam in zijn bezit waren.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
Niettegenstaande artikel 10, achtste lid, en artikel 11, vierde lid, is het wel te verstaan dat inkomsten uit schuldvorderingen worden beschouwd als
dividenden, als bedoeld in artikel 10, achtste lid, mits de wetgeving van de Verdragsluitende
Staat waaruit deze inkomsten afkomstig zijn deze inkomsten op dezelfde wijze aan belastingheffing
onderwerpt als inkomsten uit aandelen aan de hand van een combinatie van ten minste
twee van de volgende criteria:
-
a. de aflossingsdatum van de schuldvordering;
-
b. de mate waarin de hoogte van de vergoeding of de verschuldigdheid van de vergoeding
afhangt van de winst of de uitdelingen van de winst van de schuldenaar of van een
onderneming die verbonden is met de schuldenaar; of
-
c. de rangorde van de schuldvordering.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
Indien aan de bron belasting is geheven die het belastingbedrag dat ingevolge de bepalingen
van de artikelen 10, 11 of 12 mag worden geheven te boven gaat, moeten verzoeken om teruggaaf van het daarboven
uitgaande belastingbedrag worden ingediend bij de bevoegde autoriteit van de Staat
die de belasting heeft geheven, binnen een tijdvak van drie jaar na afloop van het
kalenderjaar waarin de belasting is geheven.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
In het geval van royalty’s die door een inwoner van een Verdragsluitende Staat uit
de andere Verdragsluitende Staat worden verkregen, mag deze inwoner ervoor kiezen
op nettobasis te worden belast als ware hij/zij een inwoner van de andere Verdragsluitende
Staat. De keuze kan worden uitgeoefend na de toepassing van de in artikel 12, tweede lid, beschreven bronbelasting op het brutobedrag. De bevoegde autoriteiten stellen de
administratieve maatregelen vast die nodig zijn om deze bepaling uit te voeren.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
Het is wel te verstaan dat inkomsten die worden ontvangen in verband met de (gehele
of gedeeltelijke) liquidatie van een lichaam of een inkoop van eigen aandelen of een
inkoop of afkoop van eigen winstbewijzen door een lichaam, worden behandeld als inkomsten
uit aandelen en niet als vermogenswinsten.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
De bevoegde autoriteiten van de Staten kunnen ter zake van een overeengekomen regeling
in het kader van een procedure voor onderling overleg als bedoeld in artikel 23, tevens overeenkomen dat de Staat waar ingevolge eerdergenoemde regeling sprake is
van een additionele belastingheffing, met betrekking tot deze additionele belastingheffing
geen belastingverhogingen, bestuursrechtelijke boetes, interest en kosten zal opleggen,
voor zover in de andere Staat ingevolge de regeling sprake is van een overeenkomstige
vermindering van belasting, en in die Staat geen betaling van interest verschuldigd
is met betrekking tot een dergelijke vermindering van belasting.
[Treedt in werking per 01-12-2011]
-
b Het is wel te verstaan dat de in artikel 24 voorziene administratieve bijstand geen maatregelen omvat die uitsluitend gericht
zijn op het enkel verzamelen van bewijsstukken, wanneer het onwaarschijnlijk is dat
de verzochte inlichtingen van belang zullen zijn voor het toezicht op of beheer van
belastingaangelegenheden van een willekeurige belastingbetaler in een Verdragsluitende
Staat („fishing expeditions”).
-
f Na een tijdvak van vijf jaar na de inwerkingtreding van dit Verdrag evalueren de Verdragsluitende
Staten deze bepaling en treden zij, indien noodzakelijk, in onderhandeling ten behoeve
van herziening ervan.