Notawisseling tussen de Nederlandse en de Tanzaniaanse Regering inzake de toepassing [...] Ierland gesloten Verdrag tot uitlevering van misdadigers, Dar es Salaam, 09-05-1968

Geraadpleegd op 12-05-2024.
Geldend van 27-12-1968 t/m heden

Notawisseling tussen de Nederlandse en de Tanzaniaanse Regering inzake de toepassing van het op 26 september 1898 te Londen tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Ierland gesloten Verdrag tot uitlevering van misdadigers

Authentiek : EN

Nr. I

ROYAL NETHERLANDS EMBASSY

No. 964

The Royal Netherlands Embassy presents its compliments to the Ministry of Foreign Affairs of the United Republic of Tanzania and has the honour to refer to the Extradition Treaty between the Kingdom of the Netherlands and the United Kingdom of Great Britain and Ireland, signed in London on 26 September 1898, which Treaty was extended, inter alia, to the territory of Tanganyika before the attainment of its independence, by virtue of Notes exchanged at The Hague on 1 December 1927 and 27 January 1928.

The Embassy has been instructed by the Government of the Kingdom of the Netherlands to propose to the Government of the United Republic of Tanzania that an understanding be established whereby the relations between the Kingdom of the Netherlands and the United Republic of Tanzania shall in conformity with the legislation of both countries, be governed by the provisions of the said Treaty of 26 September 1898, pending the conclusion of a new extradition treaty between them.

If this proposal is acceptable to the Government of the United Republic of Tanzania, the Embassy has the honour further to propose that this Note and the Ministry's reply, if it is in the affirmative, shall constitute an understanding between the two governments on this subject, which understanding shall apply, as regards the Kingdom of the Netherlands, to the territory of the Kingdom in Europe and to Surinam and shall take effect on the date on which the Government of the Kingdom of the Netherlands notifies the Government of the United Republic of Tanzania that the formalities constitutionally required in the Kingdom of the Netherlands have been complied with.

The Royal Netherlands Embassy avails itself of this opportunity to renew to the Ministry of Foreign Affairs of the United Republic of Tanzania the assurances of its highest consideration.

Dar es Salaam, 2nd April, 1968.

The Ministry of Foreign Affairs

of the United Republic of Tanzania,

Dar es Salaam.

Nr. II

UNITED REPUBLIC OF TANZANIA

MINISTRY OF FOREIGN AFFAIRS,

P.O. BOX 9000,

Dar es Salaam.

PXC.211/014/26

The Ministry of Foreign Affairs of the United Republic of Tanzania presents its compliments to the Royal Netherlands Embassy and has the honour to acknowledge receipt of the Embassy's Note No. 964 of 2nd April, 1968.

The Ministry of Foreign Affairs has the honour to inform the Embassy that the proposals set forth in the above-mentioned Note are acceptable to the Government of the United Republic of Tanzania, and that the said Note and this reply shall constitute an understanding between the two Governments on this subject. This understanding shall apply as regards the Kingdom of the Netherlands, to the territory of the Kingdom in Europe and to Surinam and shall take effect on the date on which the Government of the Kingdom of the Netherlands notifies the Government of the United Republic of Tanzania that the formalities constitutionally required in the Kingdom of the Netherlands have been complied with.

The Ministry of Foreign Affairs of the United Republic of Tanzania avails itself of this opportunity to renew to the Royal Netherlands Embassy the assurances of its highest consideration.

Dar es Salaam, 9th May, 1968.

The Royal Netherlands Embassy,

P.O. Box 1174,

Dar es Salaam.

Vertaling : NL

Nr. I

KONINKLIJKE NEDERLANDSE

AMBASSADE

Nr. 964

De Koninklijke Nederlandse Ambassade biedt het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de Verenigde Republiek Tanzania haar complimenten aan en heeft de eer te verwijzen naar het op 26 september 1898 te Londen ondertekende Uitleveringsverdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Ierland, welk Verdrag ingevolge op 1 december 1927 en 27 januari 1928 te 's-Gravenhage gewisselde nota's onder meer tot het gebied Tanganjika is uitgebreid voordat dit onafhankelijk werd.

De Ambassade is door de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden opgedragen, aan de Regering van de Verenigde Republiek Tanzania voor te stellen, tot overeenstemming te komen dat de betrekkingen tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Republiek Tanzania, conform de nationale wetgeving van beide landen, door de bepalingen van voormeld Verdrag van 26 september 1898 zullen worden beheerst totdat een nieuw uitleveringsverdrag tussen hen zal zijn gesloten.

Indien dit voorstel voor de Regering van de Verenigde Republiek Tanzania aanvaardbaar is, heeft de Ambassade de eer verder voor te stellen, dat deze Nota en het bevestigend antwoord daarop van het Ministerie de bereikte overeenstemming ter zake tussen de twee Regeringen tot uitdrukking brengen en dat deze overeenstemming, wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, betrekking zal hebben op het in Europa gelegen grondgebied van het Koninkrijk en op Suriname en effectief zal worden op de datum waarop de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden de Regering van de Verenigde Republiek Tanzania ervan in kennis stelt, dat aan de in het Koninkrijk der Nederlanden grondwettelijk vereiste formaliteiten is voldaan.

De Koninklijke Nederlandse Ambassade maakt van deze gelegenheid gebruik om de verzekering van haar zeer bijzondere hoogachting jegens het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de Republiek Tanzania te hernieuwen.

Dar es Salaam, 2 april 1968.

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken

van de Verenigde Republiek Tanzania,

Dar es Salaam.

Nr. II

VERENIGDE REPUBLIEK VAN TANZANIA

MINISTERIE VAN BUITENLANDSE ZAKEN

P.O. Box 9000,

Dar es Salaam

PXC.211/014/26

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de Verenigde Republiek Tanzania biedt de Koninklijke Nederlandse Ambassade zijn complimenten aan en heeft de eer de ontvangst te bevestigen van de Nota van de Ambassade van 2 april 1968, nr. 964.

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft de eer de Ambassade mede te delen dat de voorstellen die in de bovengenoemde Nota zijn uiteengezet voor de Regering van de Verenigde Republiek Tanzania aanvaardbaar zijn, en dat genoemde Nota en dit antwoord de bereikte overeenstemming ter zake tussen de beide Regeringen tot uitdrukking brengen.

Deze overeenstemming zal, wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, betrekking hebben op het in Europa gelegen grondgebied van het Koninkrijk en op Suriname en zal effectief worden op de datum waarop de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden de Regering van de Verenigde Republiek Tanzania ervan in kennis stelt dat aan de in het Koninkrijk der Nederlanden grondwettelijk vereiste formaliteiten is voldaan.

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de Verenigde Republiek Tanzania maakt van deze gelegenheid gebruik om de verzekering van zijn zeer bijzondere hoogachting jegens de Koninklijke Nederlandse Ambassade te hernieuwen.

Dar es Salaam, 9 mei 1968.

De Koninklijke Nederlandse Ambassade,

P.O. Box 1174,

Dar es Salaam.

Naar boven