Regeling IKB politie

Geraadpleegd op 26-04-2025. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2025.
Geldend van 01-01-2025 t/m heden

Regeling van de Minister van Justitie en Veiligheid, van 19 november 2024, nr. 5922154, inzake de uitvoering van het individueel keuzebudget voor Politiepersoneel (Regeling IKB Politie)

De Minister van Justitie en Veiligheid,

Gelet op artikel 26b, zevende lid, van het Besluit bezoldiging politie;

Besluit:

Artikel 1. Begrippen

In deze regeling wordt verstaan onder:

Artikel 2. Keuze

  • 1 De ambtenaar kan elke maand, in een keuzesysteem, een aanvraag doen op welke wijze hij zijn IKB wil aanwenden.

  • 2 Het bevoegd gezag wijst voor elke maand een uiterste datum aan waarop de ambtenaar zijn keuze kenbaar moet maken, waarbij tevens de verwerkingsmaand aangegeven wordt.

  • 3 Voor de te maken keuze heeft de ambtenaar geen toestemming nodig van het bevoegd gezag.

  • 4 Op een eenmaal gemaakte keuze kan na administratieve verwerking, bedoeld in het tweede lid, niet meer worden teruggekomen, tenzij sprake is van tussentijds ontslag.

Artikel 3. Doelen IKB-bruto

  • 1 De ambtenaar kan het IKB-bruto maandelijks of in bepaalde maanden bruto uit laten betalen of aanwenden. Alleen het deel dat op dat moment is opgebouwd is voor uitbetaling of aanwending beschikbaar.

  • 2 De ambtenaar kan het IKB-bruto aanwenden voor de koop van maximaal 28,8 uur vakantieverlof per kalenderjaar bij een volledige betrekking en naar evenredigheid bij een andere betrekkingsomvang.

  • 3 Na het aanwenden van het IKB-bruto, bedoeld in het vorige lid:

    • a. wordt de waarde van het gekochte vakantieverlof berekend volgens een jaarlijks door het bevoegd gezag kenbaar gemaakt overzicht, waaruit blijkt wat het geldende salaris per uur is als de keuze wordt geëffectueerd;

    • b. wordt de aanspraak op vakantie-uren, zoals geregeld in hoofdstuk IV van het Barp, verhoogd met het gekochte vakantieverlof;

    • c. vindt bij arbeidstijdvermindering nadat de keuze is geëffectueerd geen herberekening plaats van het aantal gekochte vakantie-uren door de ambtenaar; en

    • d. wordt bij arbeidstijdverhoging nadat de keuze is geëffectueerd het maximum aan te kopen vakantie-uren naar rato aangepast.

  • 4 De ambtenaar kan het IKB-bruto belastingvrij aanwenden voor een opleiding, cursussen, congressen en vakliteratuur, voor zover het bevoegd gezag de kosten daarvan niet vergoedt en er volgens de fiscale regelgeving sprake is van een gerichte vrijstelling.

  • 5 De ambtenaar kan het IKB-bruto belastingvrij aanwenden voor het opwaarderen van het door het bevoegd gezag verstrekte openbaar vervoerabonnement van 2e naar 1e klasse bij woon-werkverkeer, op een wijze zoals door het bevoegd gezag voorgeschreven.

Artikel 4. Doelen IKB-netto

  • 1 De ambtenaar kan het IKB-netto aanwenden voor duurzaamheidsdoelen, bestaande uit de volgende categorieën:

    • a. energie besparen en isoleren;

    • b. duurzaam verwarmen, koelen en ventileren;

    • c. opwekken van energie;

    • d. klimaatbestendig maken en biodiversiteit versterken;

    • e. duurzaam vervoer.

  • 2 Het IKB-netto kan in ieder geval niet worden aangewend voor de volgende duurzaamheidsdoelen:

    • a. de kosten voor energiecontracten;

    • b. de kosten voor leningen;

    • c. gereedschap ten behoeve van het isoleren;

    • d. de vervanging van huishoudelijke apparaten door apparaten met een beter energielabel;

    • e. een heetwaterkraan;

    • f. duurzaamheidsbestedingen aan woningen niet zijnde het hoofdverblijf;

    • g. airco’s; of

    • h. regenkleding.

  • 3 De ambtenaar kan het IKB-netto aanwenden voor de betaling van zijn vakbondscontributie.

  • 4 De ambtenaar kan het IKB-netto aanwenden voor vitaliteitsdoelen, bestaande uit de volgende categorieën:

    • a. zijn lidmaatschap van een sportvereniging of deelname aan een sportevenement;

    • b. wellness- en sportartikelen;

    • c. workshops, trainingen, check-ups en ondersteuning en boeken en tijdschriften op het gebied van vitaliteit.

  • 5 Het IKB-netto kan in ieder geval niet worden aangewend voor de volgende vitaliteitsdoelen:

    • a. etentjes;

    • b. reis- en verblijfkosten;

    • c. vakanties en uitjes; of

    • d. talencursussen.

Artikel 5. Voorschot

  • 1 Indien het aankoopbedrag niet past binnen het jaarlijkse IKB-netto, kan de ambtenaar een voorschot nemen op het IKB-netto van maximaal 4 kalenderjaren na het jaar waarop hij kiest voor de aanwending voor een duurzaamheidsdoel als bedoeld in artikel 4, eerste lid.

  • 2 Indien aan de ambtenaar een voorschot als bedoeld in het eerste lid is toegekend, wordt bij ontslag het openstaande bedrag teruggevorderd voor de kalenderjaren waarin de ambtenaar niet in dienst is geweest.

  • 3 Bij overlijden van de ambtenaar wordt een openstaand bedrag niet teruggevorderd.

Artikel 6. Bewijsmiddelen

  • 1 In geval van de keuze voor een van de doelen, bedoeld in artikel 3, derde lid, en in geval van een voorschot als bedoeld in artikel 5, eerste lid, levert de ambtenaar bij het maken van de keuze een bewijsstuk aan van:

    • a. het door de ambtenaar betaalde bedrag; en

    • b. het doel waaraan het betaalde bedrag is besteed.

  • 2 Het bevoegd gezag controleert voorafgaand aan de verwerking van de keuze, bedoeld in het eerste lid, of de hoogte van het aan te wenden IKB-bedrag overeenkomt met het betaalde bedrag op het bewijsstuk, bedoeld in het eerste lid.

  • 4 De ambtenaar hoeft bij de keuze voor doelen genoemd in artikel 4, waarvoor niet om een voorschot is gevraagd, alleen desgevraagd binnen vier maanden na de gemaakte keuze te bewijzen dat het bestede bedrag ten minste overeenkomt met het aangewende bedrag vanuit het IKB-netto en dat is voldaan aan artikel 4.

Artikel 7. Fiscale gevolgen IKB

  • 1 Als blijkt dat een bedrag uit het IKB niet belastingvrij betaald had mogen worden doordat de ambtenaar onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt, danwel als een bewijs van betaling niet meer aangeleverd kan worden, verhaalt het bevoegd gezag de verschuldigde loonheffing of eventuele boetes op de ambtenaar.

  • 2 Als een belastingvrij voordeel als bedoeld in artikel 3, vierde en vijfde lid, voor de ambtenaar vervalt door wijziging van fiscale wet­ en regelgeving dan compenseert het bevoegd gezag dat niet.

Artikel 8. Overgangsbepaling

  • 2 De ambtenaar die voor het belastingvrije doel fiets in het kalenderjaar 2024 niet het volledig aangevraagde bedrag uit de Regeling ruilmogelijkheden arbeidsvoorwaarden politie beschikbare bronnen heeft aangewend, wendt het resterende bedrag vanaf het kalenderjaar 2025 aan vanuit het IKB-bruto.

  • 3 Indien de ambtenaar binnen 5 jaar na de aanvraag uit dienst gaat, wordt het belastingvoordeel in de resterende kalenderjaren teruggevorderd.

Artikel 9. Overgangsbepaling in verband met de opgebouwde vakantie- en eindejaarsuitkering in 2024

  • 2 Voor de ambtenaar die een inkomensafhankelijke toeslag ontvangt en die tussen 4 en 29 november 2024 bij het bevoegd gezag aangeeft de opgebouwde uitkeringen, bedoeld in het eerste lid, om te willen zetten in vakantie-uren worden deze niet uitbetaald maar omgezet in vakantie-uren, op te nemen vanaf het kalenderjaar 2026.

  • 3 Voor het vaststellen van het aantal vakantie-uren wordt uitgegaan van het salaris per uur van de maand december 2024.

  • 4 De vakantie-uren worden in het eerste kwartaal van 2026 toegevoegd aan de verlofkaart van de ambtenaar.

  • 5 De artikelen 22, 23, 25 en 26 van het Barp zijn van toepassing op deze vakantie-uren met dien verstande dat voor het ontstaan van een aanspraak op deze uren per ingang van 1 januari 2026 geldt.

  • 6 Indien de ambtenaar voor 1 januari 2026 uit dienst gaat, worden de hierboven benoemde vakantie-uren op grond van artikel 26 van het Barp aan hem uitbetaald.

Artikel 11. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2025, met dien verstande dat artikel 9 terugwerkt tot en met 1 november 2024.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Justitie en Veiligheid,

D.M. van Weel