Tijdelijke wet coronatoegangsbewijzen

Toekomstige wijziging(en) op 01-07-2028. Zie het overzicht van wijzigingen.
[Regeling materieel uitgewerkt per 20-05-2025.]
Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 20-06-2023 t/m heden

Wet van 26 mei 2021 tot wijziging van de Wet publieke gezondheid in verband met het stellen van tijdelijke regels over de inzet van coronatoegangsbewijzen bij de bestrijding van het virus SARS-CoV-2 (Tijdelijke wet coronatoegangsbewijzen)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om de verspreiding van het SARS-CoV-2-virus zoveel mogelijk te belemmeren en dat de tijdelijke inzet van een bewijs van een testuitslag omtrent infectie met dat virus, een bewijs van vaccinatie tegen dat virus en een bewijs van herstel van een infectie met dat virus kunnen bijdragen aan het verantwoord openen of geopend houden van onderdelen van de samenleving;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel II

[Vervalt op 01-07-2028. Zie het overzicht van wijzigingen]

  • 1 In afwijking van artikel 454, derde lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en artikel 454, derde lid, van boek 7 van het Burgerlijk Wetboek BES:

    • a. bewaart een hulpverlener een dossier dat uitsluitend betrekking heeft op een testuitslag waaruit blijkt of een persoon op het moment van afname van de test was geïnfecteerd met het virus SARS-CoV-2 gedurende een bij ministeriële regeling van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport te bepalen termijn van minimaal zes maanden en ten hoogste een jaar, gerekend vanaf het moment dat de test is afgenomen;

    • b. vernietigt een hulpverlener een dossier dat uitsluitend betrekking heeft op een testuitslag als bedoeld in onderdeel a, indien de termijn, bedoeld in onderdeel a, is verstreken vanaf het moment van inwerkingtreding van dit artikel.

Artikel III

  • 1 Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

  • 2 Artikel II vervalt met ingang van 1 juli 2023 of op een bij koninklijk besluit te bepalen ander tijdstip.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

’s-Gravenhage, 26 mei 2021

Willem-Alexander

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

H.M. de Jonge

De Minister van Justitie en Veiligheid,

F.B.J. Grapperhaus

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

K.H. Ollongren

Uitgegeven de eenendertigste mei 2021

De Minister van Justitie en Veiligheid,

F.B.J. Grapperhaus

Naar boven