Eén van de vereisten van de SW-vrijstelling is dat de werkzaamheden van het lichaam nagenoeg uitsluitend – dat wil zeggen voor
                                          minimaal 90% – bestaan uit het bieden van een passende werkzaamheid aan:
                                       
                                       
                                          - 
                                             (a) mensen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking waarvoor 
- 
                                             (b) een grote afstand tot de arbeidsmarkt geldt én 
- 
                                             (c) welke mensen nadrukkelijk niet in staat zijn om op eigen kracht een duurzame plek
                                                te vinden respectievelijk te houden op de reguliere arbeidsmarkt. 
Tot deze doelgroep kunnen in elk geval mensen met een WSW-indicatie worden gerekend.
                                          Vanaf 1 januari 2015 is de Participatiewet in werking getreden. Sinds de invoering van deze wet worden er geen WSW-indicaties
                                          meer afgegeven. Doel van de Participatiewet is om mensen naar een regulier arbeidsproces
                                          te leiden. De Participatiewet houdt in dat er wordt gekeken naar de capaciteiten van
                                          een persoon en in hoeverre iemand in staat is zelfstandig werkzaamheden te verrichten
                                          en of daarmee gezien de beperkingen het wettelijk minimumloon kan worden verdiend.
                                          Voor mensen die onder de Participatiewet vallen wordt een loonwaarde-meting gedaan
                                          om de loonkostensubsidie te bepalen.
                                       
                                       Op grond van de Participatiewet kan een aantal ‘doelgroepen’ worden onderscheiden, zie hiervoor de navolgende categorieën.
                                       
                                       
                                          - 
                                             • Categorie A: het gaat hier om mensen waarvan geen loonvormende arbeid kan worden verwacht.
                                                Deze categorie mensen wordt een zorgtraject en/of dagbesteding aangeboden. 
- 
                                             • Categorie B: mensen in deze categorie kunnen niet zelfstandig het wettelijk minimumloon
                                                verdienen. Over het algemeen kan deze categorie worden geduid als de zogenoemde ‘banenafspraak’
                                                dan wel de nieuwe ‘beschut werk groep’. Binnen deze categorie kan het voorkomen dat
                                                enkele personen zelfstandig gezien een hogere loonwaarde genereren, maar dat de mate
                                                van begeleiding of aanpassing van de werkplek dermate groot is dat niet van een reguliere
                                                werkgever mag worden verwacht deze mensen in dienst te nemen. 
- 
                                             • Categorie C omvat de personen die niet zelfstandig het wettelijk minimumloon kunnen
                                                verdienen en bestaat uit mensen die op de loonlijst staan van een werkbedrijf en als
                                                zodanig ondersteuning en begeleiding van het werkbedrijf krijgen bij het uitvoeren
                                                van hun werkzaamheden bij een ‘reguliere’ werkgever. De begeleiding loopt als het
                                                ware mee. Hier is veelal sprake van detachering. 
- 
                                             • Categorie D bestaat uit personen die vrijwel zelfstandig het minimumloon kunnen genereren.
                                                Voor de personen in deze categorie is de afstand tot regulier werk klein en bovendien
                                                is die afstand tot regulier werk in de regel slechts tijdelijk. In deze categorie
                                                vinden in beginsel re-integratiewerkzaamheden plaats en worden er sollicitatietrainingen
                                                gegeven. 
Vanuit de praktijk is de vraag opgekomen welke mensen worden bedoeld in de omschrijving
                                          van artikel 5, eerste lid, onderdeel c, ten tweede, Wet Vpb. Gelet op de te onderscheiden categorieën binnen de Participatiewet, waarbij op een objectieve manier wordt vastgelegd in hoeverre een persoon begeleiding
                                          en/of ondersteuning nodig heeft, ben ik van mening dat personen die vallen in de categorieën
                                          A tot en met C onder deze omschrijving vallen. Voor de in deze categorieën ingedeelde
                                          personen geldt naar mijn mening een dermate intensieve begeleiding en ondersteuning,
                                          dat de kans op het verrichten van regulier werk en het hiermee zelfstandig behalen
                                          van het wettelijk minimumloon, niet reëel is. Overigens mogen de werkzaamheden van
                                          ‘reguliere’ werknemers eveneens worden meegeteld voor de beoordeling van het ‘nagenoeg
                                          uitsluitend’-criterium, voor zover de werkzaamheden van deze werknemers zijn gericht op het mogelijk maken
                                          van een verantwoorde werkvoorziening voor de in de categorieën A tot en met C genoemde
                                          mensen.
                                       
                                       Personen in categorie D hebben doorgaans op grond van de loonwaardemetingstoets een
                                          loonwaarde van tenminste 80% en kunnen dan ook niet tot de doelgroep van artikel 5, eerste lid, onderdeel c, ten tweede, Wet Vpb worden gerekend. In categorie D vinden bovendien veelal re-integratiewerkzaamheden
                                          en sollicitatietrainingen plaats. Re-integratiewerkzaamheden zijn over het algemeen
                                          niet op één lijn te stellen met het bieden van een passende werkzaamheid als bedoeld
                                          in artikel 5, eerste lid, onderdeel c, ten tweede, Wet Vpb. Het doel van re-integratiewerk-zaamheden
                                          ligt te ver verwijderd van een activiteit die er primair op is gericht een passende
                                          werkzaamheid te verschaffen.