Hoofdstuk 4. Intermediaire activiteiten als onderwijs- en werkvoorziening
[Vervallen per 07-05-2020]
Dit hoofdstuk bevat uitsluitend de bepalingen met betrekking tot de intermediaire activiteiten in het onderwijs- en werkdomein. De voorwaarden voor het leefdomein zijn opgenomen in de Uitvoeringsregeling Wmo 2015.
4.1. Intermediaire activiteiten
[Vervallen per 07-05-2020]
Intermediaire activiteiten zijn activiteiten die zijn gericht op de vervanging of ondersteuning van een door ziekte of gebrek geheel of gedeeltelijk ontbrekende lichaamsfunctie. De lichaamsfunctie moet verband houden met de visuele, auditieve of motorische mogelijkheden van de betrokkene, en de activiteiten moeten bestaan uit diensten die door een persoon worden verricht.
De dienstverlening bevordert de lichaamsfuncties en/of de waarnemingsvaardigheden van een klant die doof én blind of doof én zeer slechtziend is. Voorbeelden van intermediaire activiteiten zijn de tolkvoorziening en de voorleeshulp. Voor alle intermediaire activiteiten – met uitzondering van de tolkvoorziening – geldt dat deze niet behoren tot de gebruikelijke werkzaamheden van de persoon die de dienstverlening verricht.
Op grond van deze omschrijving vallen buiten het begrip `intermediaire activiteiten`:
• Hulpmiddelen en trainingen voor het gebruik van door UWV verstrekte voorzieningen: deze kunnen als onderdeel van de betreffende voorziening worden vergoed;
• Activiteiten inzake meer algemeen gerichte begeleiding bij arbeid: deze kunnen mogelijk in de vorm van een jobcoach worden vergoed:
• Trainingen om een werkgever, de collega`s en de gehandicapte medewerker aan elkaar te laten wennen;
• Algemeen gebruikelijke secretariële en facilitaire ondersteuning;
• Dienstverrichting door dieren zoals blinde geleidehonden, postduiven etc.;
• Mechanische en elektronische hulpmiddelen: indien aan de voorwaarden wordt voldaan, kunnen deze als meeneembare voorziening worden verstrekt.
De vergoeding voor intermediaire dienstverleners visueel gehandicapten en motorisch gehandicapten is opgenomen in normbedragen E17-III en E17-A3.
4.2. Tolkvoorziening in het werk- en onderwijsdomein
[Vervallen per 07-05-2020]
Aan klanten met een auditieve beperking kan UWV een tolkvoorziening toe kennen. UWV onderscheidt o.a. de volgende type tolken:
De klant bepaalt zelf welk type tolk hij inzet.
4.2.1. Omvang tolkuren
[Vervallen per 07-05-2020]
• Werksituatie
UWV kent aan klanten, die ondersteuning nodig hebben van een tolk bij de uitoefening van hun werkzaamheden in dienstbetrekking per kalenderjaar maximaal 15% van het aantal te werken uren toe aan tolkuren. UWV kan van dit percentage afwijken als de toepassing van de 15% norm leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard voor de klant (zie artikel 7 lid 2 en 3 van het Reïntegratiebesluit).
In afwijking van deze 15% norm kent UWV aan klanten die werkzaam (zullen) zijn als zelfstandig ondernemer per kalenderjaar maximaal 25% van het aantal te werken uren aan tolkuren toe. De achterliggende gedachte hierbij is in het ondernemerschap meer communicatie met o.a. verschillende opdrachtgevers nodig zal zijn.
Is een klant werkzaam op een meerjarige arbeidsovereenkomst of elkaar opvolgende arbeidsovereenkomsten bij dezelfde werkgever? Dan kunnen niet gebruikte tolkuren in enig kalenderjaar niet meegenomen worden naar een volgend kalenderjaar. UWV geeft de klant bij de start van elk kalenderjaar inzicht in het aantal beschikbare tolkuren voor dat kalenderjaar.
• Onderwijssituatie
Als de leerling een meerjarige opleiding volgt, dan geeft UWV de leerling bij de start van elk leerjaar inzicht in het aantal tolkuren voor dat betreffende leerjaar. UWV stelt voor alle onderwijstypen (met uitzondering van het middelbaar beroepsonderwijs) per leerjaar 1.000 tolkuren beschikbaar. Voor het middelbaar beroepsonderwijs stelt UWV 1600 tolkuren per leerjaar beschikbaar omdat hier sprake is van het lopen van stages. Mocht de individuele situatie van de leerling daarom vragen, dan kan UWV – na een gemotiveerde aanvraag daartoe van de leerling – van dit aantal uren afwijken. Individueel maatwerk blijft hierdoor mogelijk. UWV vergoedt de volgende tolkactiviteiten ten laste van deze tolkuren:
UWV vergoedt geen tolkuren als de lesuren waarvoor de voorziening is aangevraagd, betrekking hebben op incidenteel of aanvullend onderwijs bij een instelling voor regulier onderwijs door een leerling die staat ingeschreven bij een instelling voor speciaal onderwijs.
4.2.2. (minimaal) te tolken tijd en uurtarief
[Vervallen per 07-05-2020]
4.2.2.1. (minimaal) te tolken tijd
[Vervallen per 07-05-2020]
UWV vergoedt de inzet van een tolk slechts over de tijd waarin de gevraagde dienstverlening heeft plaatsgevonden, afgerond op een heel kwartier. Hierbij geldt als minimale inzet:
Als afrondingsregel geldt:
– In onderwijssituaties: het lesuur. Hieronder wordt verstaan de op de desbetreffende onderwijsinstelling geldende (vaak korter dan een klokuur durende) lengte van de leseenheid;
– De declaratie van lestijd over één etmaal in één onderwijsinstelling mag over het totaal naar boven worden afgerond op het eerstvolgende hele kwartier;
– In alle overige situaties: per tolkopdracht naar boven op het eerstvolgende hele kwartier.
Deze minimale eis geldt per getolkte tijd, per opdracht en per locatie in een etmaal.
Pauzes van de klant in de werk- en onderwijssituatie
Als een klant gebruik maakt van de diensten van een tolk tijdens zijn pauze, om bijv. zijn sociale contacten ten behoeve van het werk of het volgen van onderwijs te onderhouden en te bevorderen, dan kan de tolk deze tijd als getolkte tijd declareren.
Als een leerling een tussenuur of een studie-uur heeft in het onderwijs, dan kunnen eventuele tolkactiviteiten niet worden gedeclareerd. Het gaat hier om vooraf ingeroosterde uren. Valt er een lesuur uit, dan gelden de regels zoals opgenomen in paragraaf 4.2.6.
4.2.2.2. Uurtarief tolken
[Vervallen per 07-05-2020]
Uurtarief tolken
UWV hanteert een vast uurtarief voor de vergoeding van de tolk, dat is gebaseerd op het normbedrag E17-I. UWV vergoedt naast dit uurtarief geen afzonderlijke kosten, tenzij dit in dit Protocol anders is bepaald.
Voor inzet van een tolk tussen 08:00 en 18:00 uur geldt een vergoedingspercentage van 100% van het normbedrag in de werksituatie. Dit is het basis uitgangspunt voor vergoeding van het uurtarief.
Afwijkende percentage normbedrag onderwijssituatie
In de onderwijssituatie is het vergoedingspercentage voor inzet van een tolk tussen 08:00 en 18:00 afhankelijk van het type onderwijs:
a. in wetenschappelijk en hoger beroepsonderwijs:
|
105% van het normbedrag
|
b. in het middelbaar (beroeps) onderwijs:
|
100% van het normbedrag
|
c. in het lager onderwijs:
|
95% van het normbedrag
|
UWV hanteert, in overleg met het Ministerie OCW, afwijkende vergoedingspercentages omdat de intensiteit van de tolkopdracht per type onderwijs verschilt. De idee is dat bij het lager onderwijs de intensiteit lager is dan bij het middelbaar- en hoger beroeps/wetenschappelijk onderwijs.
4.2.3. Opslag voor tolkopdrachten in Nederland in verband met buitengewone werktijden
[Vervallen per 07-05-2020]
Voor tolkopdrachten binnen Nederland wordt in geval van de hieronder vermelde buitengewone werktijden van de tolk de uurvergoeding verhoogd. De navolgende tabel bevat de totaalpercentages van de uurvergoeding:
Maandag t/m vrijdag:
|
00.00 uur tot 6.00 uur:
|
140%
|
|
6.00 uur tot 8.00 uur:
|
120%
|
|
18.00 uur tot 22.00 uur:
|
120%
|
|
22.00 uur tot 24.00 uur:
|
140%
|
|
|
|
Zaterdag:
|
0.00 uur tot 6.00 uur:
|
140%
|
|
6.00 uur tot 22.00 uur:
|
130%
|
|
22.00 uur tot 24.00 uur:
|
140%
|
|
|
|
Zondag/feestdag:
|
0.00 uur tot 24.00 uur:
|
145%
|
Voor de opslagpercentages is aansluiting gezocht bij de cao Welzijn.
UWV volgt de maatschappelijke ontwikkelingen bij de bepaling of er sprake is van een feestdag.
Buitenland
De hiervoor genoemde opslagpercentages gelden alleen als de tolk in Nederland zijn diensten verleent. Tolkt een tolk voor een klant tijdens diens verblijf in het buitenland, dan geldt er geen opslagpercentage. UWV vergoedt slechts 100% van het normbedrag, ongeacht het tijdstip waarop is getolkt.
4.2.4. Reisvergoeding
[Vervallen per 07-05-2020]
UWV verstrekt een reisvergoeding aan de tolk en de intermediaire dienstverleners op basis van het aantal werkelijk gereisde kilometers, rekening houdend met het in paragraaf 2.6. bepaalde. Aanvullende voorwaarden bij de verstrekking van de reisvergoeding zijn:
– Het adres van de bedrijfsvestiging van de tolk of intermediaire dienstverlener en het adres waar de werkzaamheden worden verricht verschillen minimaal één cijfer of letter in de postcode;
– UWV vergoedt maximaal 110 kilometer per enkele reis.
Voor klanten die naast een ernstige auditieve handicap ook een ernstige visuele handicap hebben, kan tot op zekere hoogte het maximaal aantal kilometers dat de tolk ten behoeve van de klant rijdt, worden overschreden. Het gaat om klanten die doof én blind of doof én zeer slechtziend zijn. UWV bepaalt op basis van de omstandigheden of de meerdere gedeclareerde kilometers redelijk zijn. De tolk mag ten behoeve van de klant tegen de geldende normvergoeding omrijden om de klant op te halen en/of terug naar huis te brengen. Dit onder voorwaarde dat de klant zelf om deze dienstverlening vraagt.
4.2.5. Bijzondere situaties
[Vervallen per 07-05-2020]
In deze paragraaf wordt ingegaan op een aantal bijzondere situaties bij de inzet van tolken. Deze situaties zijn alleen van toepassing op de inzet van een tolkvoorziening, dus niet op de overige intermediaire activiteiten.
Tolken in het buitenland
UWV wil bevorderen dat er voor een tijdelijk verblijf in het buitenland zoveel als mogelijk van ter plaatse beschikbare dienstverlening gebruik wordt gemaakt. Hiervoor kan een vergoeding worden verstrekt ten behoeve van een tolk ter plaatse. Hierbij wordt rekening gehouden met de bepalingen in dit besluit. UWV geeft daarom geen vergoeding voor door de tolk te maken reis- en verblijfskosten in en naar het buitenland.
Groepsgewijze inzet van tolken in het buitenland
In de situatie dat er sprake is van een tolk die voor een groep tolkgebruikers activiteiten verricht in het buitenland (zgn. Madridmodel), dient de klant voorafgaand toestemming aan UWV te vragen. Deze aanvraag dient uiterlijk 3 weken voordat de activiteit plaatsvindt door UWV te zijn ontvangen.
Bij een groepsgewijze toepassing van de tolkvoorziening in het buitenland kan UWV afwijken van het normbedrag E17-I. UWV zal op basis van maatwerk een passende vergoeding aan de tolk toekennen. Dit geldt ook voor de werkelijk gemaakte reis- en verblijfkosten.
Dit betreft een afwijking van de hoofdregel dat UWV geen vergoeding geeft voor de door te tolk gemaakte reis- en verblijfskosten in en naar het buitenland.
Aan een bemiddelaar kan worden verzocht om, op basis van de samenstelling van de groep, een aantal tolken van het benodigde type vast te stellen.
Voor groepsgewijze tolkdiensten in het buitenland geldt:
– Per dag wordt voor iedere tolk een vergoeding verstrekt voor het daadwerkelijk benodigde aantal tolkuren, met een maximum van acht;
– Reis- en verblijfskosten van de tolk worden vergoed, waarbij als uitgangspunt geldt de werkelijke reis- en verblijfskosten, op basis van een groepsarrangement.
Teamtolk
Er is sprake van een teamtolk als minimaal twee tolken tegelijkertijd voor een klant tolkactiviteiten verrichten. Een klant kan binnen het aan hem aantal toegekende uren naar eigen inzicht gebruik maken van een teamtolk. Een klant kan zowel een teamtolk in Nederland als in het buitenland inzetten. Een teamtolk kan door een klant onder de volgende voorwaarden worden ingezet:
– De opdrachtduur is langer dan een klokuur;
– Van te voren staat vast dat gedurende de opdracht geen pauzes van de tolk(en) mogelijk zijn;
– Van te voren staat vast dat het achtereenvolgens inzetten van verschillende tolken niet mogelijk is.
Zet een klant een teamtolk in, dan ontvangt elk van de tolken een vergoeding conform normbedrag E17-I en de daarbij geldende uitgangspunten.
Tolk op afstand
Van een tolk op afstand is er sprake als de tolk zich niet op dezelfde locatie als de klant bevindt. Is er sprake van inzet van een tolk op afstand, dan kan de tolk het volgende declareren: normbedrag E17-I, vermeerderd met
Het is niet toegestaan beide aanvullingen op het normbedrag E17-I te declareren.
4.2.6. Annulering van tolkopdrachten
[Vervallen per 07-05-2020]
UWV vergoedt onder bepaalde voorwaarden de annulering van de door de klant bestelde tolkopdrachten. De annuleringsregels zijn als volgt:
Annulering door de klant:
– 0% vergoeding als de annulering plaatsvindt meer dan 24 uur voor dat de tolkopdracht zou plaatsvinden;
– Een vergoeding van 50% van het normbedrag als de opdracht binnen 24 uur voor het afgesproken tijdstip van uitvoering van de tolkopdracht is geannuleerd.
Annulering door de tolk:
UWV trekt de door de klant geannuleerde tolkuren af van het aan de klant toegekende aantal uren. Daarnaast verstrekt UWV – tenzij er sprake is van een annulering ter plaatse – geen reisvergoeding aan de tolk. Dit geldt ook in het geval de annulering de tolk niet of niet tijdig heeft bereikt.
Getolkte tijd is korter dan de oorspronkelijke tijdsduur
Als blijkt dat de getolkte tijd korter is dan de oorspronkelijke tijdsduur, zoals deze door de klant is aangevraagd, dan merkt UWV dit verschil als geannuleerde tijd aan. Het verschil dient tenminste 15 minuten te zijn. Immers UWV rondt de tijd af op een heel kwartier naar boven.
UWV zal niet meer vergoeden dan de oorspronkelijk overeengekomen duur van de tolkopdracht, bij een opdracht die korter blijkt dan de oorspronkelijke tijdsduur.
Ten overvloede wordt opgemerkt dat de tolk ook de reisvergoeding kan declareren.
Annulering ter plaatse
In het geval de tolkopdracht door de klant wordt geannuleerd op het moment dat de tolk de plaats van bestemming al heeft bereikt, vergoedt UWV 50% van het aantal afgesproken tolkuren. Daarnaast kan de tolk een reisvergoeding declareren.
4.2.7. Bemiddelingskosten
[Vervallen per 07-05-2020]
UWV kan de kosten voor bemiddeling bij het vinden van een tolk, die de diensten gaat verrichten, vergoeden als:
• Het om dienstverlening gaat, die door een tolk wordt uitgevoerd of
• De noodzaak van de bemiddeling naar het oordeel van UWV is aangetoond.
De achterwachtregeling
De achterwachtregeling zorgt er voor dat een klant in bijzondere situaties over een tolk kan beschikken. Meestal gaat het om de inzet van een tolk op ongewone en niet voorzienbare tijdstippen of in ongewone situaties. Is een tolk nodig, dan kan een tolkbemiddelaar deze voor de klant beschikbaar stellen. UWV heeft hiervoor een contract met een tolkbemiddelaar gesloten.
De tolk die de tolkactiviteiten verricht kan zijn uren declareren conform de in dit hoofdstuk gestelde uitgangspunten.