In dit hoofdstuk beschrijven we het waarderingskader. We beschrijven de opbouw van
het kader (paragraaf 2.1). In paragraaf 2.2 is vervolgens het waarderingskader opgenomen
voor de dagscholen en NTC-scholen en instellingen voor afstandsonderwijs. Daarbij
hanteren we als uitgangspunt in de beschrijving van de standaard de kwaliteitseisen
aan het NTC- en afstandsonderwijs. Indien van toepassing is er per standaard een aanvulling
voor het dagonderwijs. In paragraaf 2.3 komen aspecten van naleving aan de orde. Waar
van toepassing zijn deze aspecten van naleving aanvullend gebaseerd op de aansluitingsvoorwaarden
van de Stichting NOB.
2.2. Standaarden van het waarderingskader Voortgezet Onderwijs Nederlands onderwijs
buitenland
KWALITEITSGEBIED ONDERWIJSPROCES (OP)
STANDAARD OP0 – BASISVAARDIGHEDEN
Het onderwijs in basisvaardigheden bereidt de leerlingen voor op het vervolgonderwijs
en de samenleving.
Basiskwaliteit
De school heeft voor het onderwijs in de basisvaardigheid Nederlandse taal (mondelinge
taalvaardigheid, lezen, schrijven, begrippenlijst en taalverzorging) een doelgericht
en samenhangend curriculum dat past bij de leerlingenpopulatie van de school. Het
aanbod sluit aan op het niveau van de leerlingen bij binnenkomst van de school, wordt
afgestemd op de onderwijsbehoeften die kenmerkend zijn voor de leerlingenpopulatie
en bereidt hen voor op de doelen die er vanuit de referentieniveaus of de taalniveaus
van de CEFR gesteld zijn en (indien van toepassing) het taalaanbod bij het vervolgonderwijs
in Nederland en Vlaanderen.
Voor Nederlandse taal is de inhoud van het curriculum tenminste dekkend voor de kerndoelen
en werkt het toe naar de referentieniveaus. Het curriculum kent een logisch doorlopende
opbouw van doelen en bereidt leerlingen voor op de volgende leerjaren, het vervolgonderwijs
en de samenleving. De uitvoering van het curriculum is herkenbaar in de onderwijspraktijk.
Burgerschap richt zich tenminste op bevordering van de basiswaarden van de democratische
rechtsstaat en de kennis, houdingen en vaardigheden die daarbij van belang zijn. Dat
geldt evenzo voor de sociale en maatschappelijke competenties die nodig zijn in de
pluriforme democratische samenleving, en de kerndoelen die daaraan gerelateerd zijn.
Op de Nederlandse taal- en cultuurscholen in het buitenland ligt de focus daarbij
meer specifiek op de Nederlandse en Vlaamse cultuur.
Aanvulling specifiek voor dagonderwijs
De school heeft voor het onderwijs in de basisvaardigheid rekenen-wiskunde (getallen,
verhoudingen, meten en meetkunde, en verbanden) een doelgericht en samenhangend curriculum
dat past bij de leerlingenpopulatie van de school. Voor rekenen-wiskunde is de inhoud
van het curriculum tenminste dekkend voor de kerndoelen en werkt het toe naar de referentieniveaus.
Het curriculum kent een logisch doorlopende opbouw van doelen en bereidt leerlingen
voor op de volgende leerjaren, het vervolgonderwijs en de samenleving. De uitvoering
van het curriculum is herkenbaar in de onderwijspraktijk.
Aanvullende ambities:
Zijn er aanvullende ambities voor het onderwijs in de basisvaardigheden en (hoe) worden
deze gerealiseerd?
Te denken valt aan:
-
• Ondersteunende en uitdagende leeromgeving wat betreft de basisvaardigheden
-
• Doelgericht en samenhangend (wereld)burgerschapsonderwijs
-
• voor NTC/afstandsonderwijs:
STANDAARD OP1 – AANBOD (alleen dagonderwijs)
Het aanbod bereidt de leerlingen voor op vervolgonderwijs en samenleving.
Basiskwaliteit
De school bereidt de leerlingen voor op het vervolgonderwijs en de samenleving. Zij
biedt een breed en op de kerndoelen gebaseerd aanbod. Het aanbod is dekkend voor examenprogramma’s.
Onder aanbod verstaan we alle lesinhouden, ook die digitaal zijn of online aangeboden
worden. Het aanbod van de school is afgestemd op de leerlingenpopulatie en sluit aan
bij het (beoogde) (taal)niveau en de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Het aanbod
wordt waar nodig gedurende de schoolloopbaan verdiept en verbreed, zodanig dat leerlingen
een ononderbroken ontwikkeling kunnen doorlopen. Het aanbod is doelgericht, samenhangend
en herkenbaar. Bovendien heeft de school de leerinhouden evenwichtig en in samenhang
over de leerjaren verdeeld. Het aanbod omvat mede activiteiten voor loopbaanoriëntatie
en -begeleiding. Stages kunnen, met name in het vmbo, onderdeel uitmaken van het aanbod.
Wanneer een school stages aanbiedt, zorgt ze ervoor dat de inhoud en vormgeving van
de stage bijdraagt aan de voorbereiding van de leerling op het vervolgonderwijs en
de samenleving.
Aanvullende ambities
Zijn er aanvullende ambities voor het aanbod en (hoe) worden deze gerealiseerd?
Te denken valt aan:
STANDAARD OP2 – ZICHT OP ONTWIKKELING EN BEGELEIDING
De school volgt de ontwikkeling van de leerlingen en biedt waar nodig passende begeleiding
en (extra) ondersteuning.
Basiskwaliteit
De school verzamelt vanaf binnenkomst systematisch informatie over de kennis en vaardigheden
van leerlingen op het taaldomein. Het verzamelen van (toets)informatie gebeurt systematisch
en zorgvuldig. Voor het verzamelen en vastleggen van (toets)informatie gebruikt de
school een leerling- en onderwijsvolgsysteem. De school vergelijkt de informatie met
de verwachte ontwikkeling van de leerling, waarbij voor taal in ieder geval de referentieniveaus
taal als uitgangspunt gelden. Dit maakt het mogelijk om het onderwijs af te stemmen
op de onderwijsbehoeften van zowel groepen als individuele leerlingen. Het stelt de
school in staat zorg te dragen voor de ontwikkeling en begeleiding van de leerling.
De school heeft daarbij hoge verwachtingen van leerlingen. De school waarborgt daarmee
voor leerlingen de ononderbroken ontwikkeling en voortgang daarin en heeft daarbij
oog voor de bevordering van gelijke kansen. De school informeert ouders regelmatig
over de ontwikkeling en vorderingen van hun kind.
Wanneer individuele of groepen leerlingen niet genoeg lijken te profiteren van het
onderwijs, analyseert de school waar de ontwikkeling stagneert en wat mogelijke verklaringen
hiervoor zijn. Vervolgens bepaalt zij wat er nodig is om op eventuele achterstanden
of voorsprongen in de ontwikkeling van leerlingen in te spelen. De school biedt de
begeleiding vervolgens gestructureerd aan. De leerlingen krijgen daarmee de begeleiding
die zij nodig hebben om het onderwijsprogramma beter te kunnen doorlopen.
Aanvulling specifiek voor volledig dagonderwijs
Bovenstaande geldt behalve voor het vak Nederlandse taal ook voor het vak wiskunde.
Naast de basisvaardigheden volgt de volledige dagschool ook overige vakken met zelf
te bepalen instrumenten en/of werkwijzen.
De school heeft in het schoolplan en de schoolgids vastgelegd of de school onderwijs
kan bieden aan leerlingen met een laag niveau wat betreft de Nederlandse taal en welke
voorzieningen de school dan kan bieden. Voor de leerlingen die dit nodig hebben, legt
de school in het ontwikkelingsperspectief vast hoe zij het onderwijs afstemt op de
behoefte van de leerling. De school voert de geplande ondersteuning uit. De inhoud
en uitvoering van dit plan wordt minimaal eenmaal per schooljaar met de ouders geëvalueerd.
Aanvullende ambities
Zijn er aanvullende ambities voor zicht op ontwikkeling en begeleiding en (hoe) worden
deze gerealiseerd?
Te denken valt aan:
-
• extern genormeerde toetsen voor taal en rekenen-wiskunde.
-
• systematisch volgen van leerlingen op meerdere ontwikkelingsgebieden
-
• de school heeft een uitgebreide intake bij binnenkomst van leerlingen en zorgt voor
een zorgvuldige overdracht van informatie bij vertrek van leerlingen, ook bij de overgang
naar andere onderwijssystemen en/of terugkeer naar het (vervolg)onderwijs in Nederland
/ België
-
• betrokkenheid van leerlingen (en ouders) bij het opstellen van leer- en ontwikkelingsdoelen
STANDAARD OP3 – PEDAGOGISCH-DIDACTISCH HANDELEN
Het pedagogisch-didactisch handelen van de leraren is afgestemd op de voortgang in
de ontwikkeling van de leerlingen en draagt eraan bij dat leerlingen een ononderbroken
ontwikkelingsproces kunnen doorlopen.
Basiskwaliteit
De leraren creëren in hun lessen een pedagogisch en didactisch passend en stimulerend
leerklimaat, waardoor de leerlingen zich veilig voelen en actief betrokken zijn. De
leraren tonen hoge verwachtingen van alle leerlingen. Zij zorgen voor een ordelijk
verloop van de les en benutten de lestijd efficiënt. De leraren maken het lesdoel
duidelijk. Zij monitoren tijdens de les of de leerlingen het beoogde lesdoel al dan
niet halen en passen hun onderwijs waar nodig aan. De leraren leggen de lesstof duidelijk
uit en geven de leerlingen voldoende tijd om te oefenen met de lesstof. Zij stemmen
daarbij de instructie, de verwerking en het tempo van hun onderwijs af op de onderwijsbehoeften
van individuele en groepen leerlingen. De leraren geven hun leerlingen gerichte feedback
op hun gemaakte werk en op hun leerproces. Zij stimuleren de leerlingen na te denken
over hun eigen ontwikkeling.
Aanvullende ambities
Zijn er aanvullende ambities voor het pedagogisch-didactisch handelen en (hoe) worden
deze gerealiseerd?
Te denken valt aan:
STANDAARD OP4 – ONDERWIJSTIJD
De leerlingen krijgen voldoende tijd om zich het aanbod eigen te maken.
Basiskwaliteit
De school biedt een programma aan met voldoende onderwijstijd. De school stelt vast welke activiteiten onder de onderwijstijd vallen.
De school plant de onderwijsactiviteiten weloverwogen over het schooljaar en deze
worden uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van bevoegde leraren. De uitval van geplande onderwijsactiviteiten blijft beperkt.
De school verdeelt de tijd zo over de verschillende taalgebieden dat leerlingen in
staat zijn het volledige taalprogramma tot zich te nemen. De school heeft beleid om
verzuim van leerlingen tegen te gaan, zodat ook op leerlingniveau gestreefd wordt
de onderwijstijd te behalen.
Aanvulling specifiek voor volledig dagonderwijs
Bovenstaande geldt behalve voor de verschillende taalgebieden ook voor vak wiskunde
en alle overige vakken.
Aanvullende ambities
Zijn er aanvullende ambities voor de onderwijstijd en (hoe) worden deze gerealiseerd?
Te denken valt aan:
-
• Voor NTC-onderwijs: allemaal of grotendeels bevoegde leraren
-
• Ruimere onderwijstijd vanwege de onderwijsbehoefte van de leerlingen
-
• Vervanging door (bevoegde) leraren bij lesuitval
-
• Actieve en schoolbrede aanpak bij verzuim
STANDAARD OP6 – AFSLUITING (alleen als de school toewerkt naar een examen)
De afsluiting van het onderwijs verloopt zorgvuldig.
Basiskwaliteit
De school zorgt ervoor dat alle leerlingen goed worden voorbereid op de afsluiting
van het onderwijs. De school werkt toe naar examens, indien mogelijk aansluitend bij
het dagonderwijs. De school maakt tijdig aan ouders en leerlingen duidelijk hoe het
examen is georganiseerd en welke stof wordt geëxamineerd.
Aanvulling specifiek voor volledig dagonderwijs:
De school maakt tijdig aan leerlingen en ouders duidelijk hoe het examen georganiseerd
is, welke regels daarbij gelden en welke maatregelen de school hanteert bij leerlingen
die zich niet aan de regels houden. Ook moet duidelijk zijn welke examens leerlingen
op welke manier kunnen herkansen, welke stof wanneer wordt geëxamineerd, hoe het examen
meeweegt en welke vrijstellingen gelden.
Aanvullende ambities
Zijn er aanvullende ambities voor de afsluiting en (hoe) worden deze gerealiseerd?
Te denken valt aan:
KWALITEITSGEBIED VEILIGHEID EN SCHOOLKLIMAAT (VS)
STANDAARD VS1 – VEILIGHEID (alleen dagonderwijs)
De school zorgt voor een veilige omgeving voor leerlingen.
Basiskwaliteit
De school zorgt voor de sociale, fysieke en psychische veiligheid van de leerlingen
op school gedurende de schooldag. Een school is veilig als de sociale, fysieke en
psychische veiligheid van leerlingen niet door handelingen van anderen wordt aangetast.
Dit blijkt onder andere uit de beleving van de veiligheid en het welbevinden van de
leerlingen op school. De school monitort dit ten minste jaarlijks.
De school heeft een veiligheidsbeleid beschreven dat bestaat uit een samenhangende
set van maatregelen. Het beleid is gericht op het voorkomen, afhandelen, registreren
en evalueren van incidenten, en de school voert dat beleid ook uit. Als de uitkomsten
van de monitoring daartoe aanleiding geven, treft de school maatregelen om de situatie
te verbeteren. De school voorkomt, zoveel als mogelijk, (digitaal) pesten, agressie
en geweld in elke vorm en treedt zo nodig snel en adequaat op. Dat geldt ook bij uitingen
die strijdig zijn met basiswaarden van de democratische rechtsstaat, zoals discriminatie
en onverdraagzaamheid. De school heeft een persoon aangesteld die voor ouders en leerlingen
het aanspreekpunt is in geval van pesten en die het beleid tegen pesten coördineert.
Aanvullende ambities
Zijn er aanvullende ambities voor de veiligheid en (hoe) worden deze gerealiseerd?
Te denken valt aan:
-
• Beleid sociale media
-
• Preventieve maatregelen bij calamiteiten (natuurgeweld, politieke onrust, etc)
-
• Afstemming met actoren buiten de school
STANDAARD VS2 – SCHOOLKLIMAAT
De school heeft een schoolklimaat dat bijdraagt aan het ontwikkelen van sociale en
maatschappelijke competenties.
Basiskwaliteit
De school bereidt de leerlingen voor op het leven in de maatschappij. Zij creëert
daarvoor een oefenplaats die leerlingen ondersteunt bij het ontwikkelen van sociale
en maatschappelijke competenties. De school draagt zorg voor een positief schoolklimaat
en aan de bevordering daarvan. Het personeel van de school is in zijn gedrag een voorbeeld
voor de leerlingen.
De school stemt aanpak en aanbod af op de leerlingenpopulatie van de school en de
leefwereld van de leerlingen. Ook signaleert en corrigeert de school uitingen van
leerlingen die met de basiswaarden van de democratische rechtsstaat in strijd zijn.
Aanvullende ambities
Zijn er aanvullende ambities voor het schoolklimaat en (hoe) worden deze gerealiseerd?
Te denken valt aan:
-
• gedragsregels voor leerlingen en leraren
-
• betrokkenheid leerlingen bij het realiseren van een positief schoolklimaat
-
• inrichting van het gebouw
-
• aandacht voor en verbinding met de lokale cultuur
KWALITEITSGEBIED ONDERWIJSRESULTATEN (OR)
STANDAARD OR1 – RESULTATEN
De school behaalt met haar leerlingen leerresultaten die ten minste in overeenstemming
zijn met de gestelde streefniveaus.
Basiskwaliteit
De leerresultaten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie
mag worden verwacht. Dit betekent (examen)resultaten die overeenkomen met het taalniveau
van de leerlingen op het vakgebied Nederlands.
Aanvulling specifiek voor volledig dagonderwijs:
Leerlingen behalen in de onderbouw het opleidingsniveau dat overeenkomt met het basisschooladvies
en zij lopen gedurende hun schoolloopbaan weinig vertraging op. De doorstroom in de
bovenbouw komt overeen met de normering die daarvoor in Nederland geldt. De examenresultaten
zijn in overeenstemming met hetgeen op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie
verwacht mag worden.
Aanvullende ambities
Zijn er aanvullende ambities voor de onderwijsresultaten en (hoe) worden deze gerealiseerd?
Te denken valt aan:
STANDAARD OR2 – SOCIALE EN MAATSCHAPPELIJKE COMPETENTIES (optioneel, alleen dagonderwijs)
De leerlingen behalen sociale en maatschappelijke competenties op het niveau dat ten
minste in overeenstemming is met de verwachtingen van het vervolgonderwijs en de maatschappij.
Basiskwaliteit
De school heeft een goed beeld van de kenmerken van haar leerlingenpopulatie en heeft
ambitieuze verwachtingen over het niveau dat de leerlingen voor de sociale en maatschappelijke
competenties kunnen bereiken. Ze neemt de aansluiting op het vervolgonderwijs en de
maatschappij als uitgangspunt voor de competenties voor leerlingen.
De school onderbouwt welke resultaten ze op dit gebied wil bereiken. De school brengt
de resultaten op een betrouwbare en inzichtelijke manier in kaart. De school spant
zich zichtbaar in om ervoor te zorgen dat leerlingen die de school verlaten daaraan
voldoen. Daarmee laat de school zien dat zij haar doelstellingen voor deze competenties
behaald heeft.
Aanvullende ambities
Zijn er aanvullende ambities voor de onderwijsresultaten en (hoe) worden deze gerealiseerd?
Te denken valt aan:
KWALITEITSGEBIED STUREN, KWALITEITSZORG EN AMBITIE (SKA)
STANDAARD SKA1 – KWALITEITSZORG
Het bestuur en de school hebben een stelsel van kwaliteitszorg ingericht en verbeteren
op basis daarvan het onderwijs. Het bestuur is financieel gezond en kan op korte en
langere termijn voldoen aan zijn financiële verplichtingen.
Basiskwaliteit
Het bestuur en de school hebben een stelsel van kwaliteitszorg ingericht. Het stelsel
van kwaliteitszorg staat uitgewerkt in het schoolplan van de school. Vanuit dit stelsel
bewaakt en bevordert het bestuur (en de school) de kwaliteit van het onderwijsleerproces
en de leerresultaten. Het bestuur heeft, als onderdeel van het stelsel van kwaliteitszorg,
een gedragen visie, ambities en toetsbare doelen gericht op goed onderwijs die ervoor
zorgen dat leerlingen een ononderbroken ontwikkeling kunnen doorlopen. De schoolleiding
vertaalt deze visie, ambities en doelen in onderwijskundig beleid en stuurt daarop
om de beoogde resultaten te behalen. De schoolleiding beschrijft op welke manier ze
zorgt voor het realiseren, borgen en verbeteren van de onderwijskwaliteit en hoe ze
de naleving van de gestelde eisen realiseert. De schoolleiding sluit met haar visie,
ambities en doelen aan op de kenmerken van de leerlingenpopulatie van de school. Resultaten
van eerdere evaluaties, interne en externe dialoog zijn zichtbaar in de doelen voor
het onderwijskundig beleid.
De school realiseert de toetsbare doelen voor goed onderwijs, die voortkomen uit haar
visie en ambities. Het bestuur, de schoolleiding en het (bevoegd) onderwijspersoneel
geven samen uitvoering aan het stelsel van kwaliteitszorg, zodat de school als geheel
gericht werkt aan het bereiken van de onderwijskundige doelen. Waar nodig stuurt de
schoolleiding tussentijds bij.
De schoolleiding monitort, evalueert, analyseert en beoordeelt als onderdeel van het
stelsel van kwaliteitszorg in hoeverre de doelen en het beleid worden gerealiseerd
en informeert het bestuur daarover. Het bestuur haalt intern en extern actief informatie
op om zicht te krijgen op de uitvoering, de resultaten van het onderwijs voor de leerlingen
en mogelijke kansen en bedreigingen voor de verdere ontwikkeling van het onderwijs.
Het bestuur en de schoolleiding zorgen voor een gerichte inzet van (financiële) middelen
om gestelde doelen te realiseren. Voor continuïteit is het van belang dat het bestuur
inzicht heeft in de financiële uitgangspositie en de ontwikkelingen in de komende
drie jaar, en daar beleid op uitzet. In het jaarverslag geeft het bestuur inzicht
in deze ontwikkelingen en de daaraan verbonden financiële gevolgen.
Aanvullende ambities
Zijn er aanvullende ambities voor de kwaliteitszorg en (hoe) worden deze gerealiseerd?
Te denken valt aan:
-
• ambitieuze doelen
-
• strategisch omgaan met groei of krimp
-
• vervolgsucces monitoren als onderdeel van zicht op kwaliteit
-
• de wijze waarop het bestuur het duurzaam voortbestaan van de school financieel waarborgt
in bijzondere omstandigheden zoals natuurrampen en andere calamiteiten.
-
• de school heeft beleid ten aanzien van een warme overdracht, zeker bij terugkeer naar
het onderwijs is Nederland / België.
STANDAARD SKA2 – KWALITEITSCULTUUR
Het bestuur en zijn school (scholen) kennen een professionele kwaliteitscultuur en
functioneren transparant en integer.
Basiskwaliteit
Het bestuur handelt zodanig dat dit leidt tot een integere en transparante organisatiecultuur.
Ieder werkt vanuit zijn eigen rol aan de verbetering van de onderwijskwaliteit. De
verantwoordelijkheidsverdeling tussen bestuur, schoolleiding en team maakt dit mogelijk.
Het bestuur zorgt voor bekwaam en bevoegd personeel op alle scholen en maakt mogelijk
dat het
personeel haar bekwaamheid onderhoudt en voert hierover gesprekken met de schoolleider
en het team. De schoolleiding en het team werken gezamenlijk aan een voortdurende
verbetering van hun professionaliteit. Leraren houden daarbij rekening met de gestelde
bekwaamheidseisen en beroepsprofielen en behaalde resultaten bij leerlingen. Zij krijgen
daartoe voldoende gelegenheid. De wijze waarop ze dit doen, staat helder beschreven
in het schoolplan.
Aanvullende ambities
Zijn er aanvullende ambities voor de kwaliteitscultuur en (hoe) worden deze gerealiseerd?
Te denken valt aan:
-
• strategisch HRM-beleid
-
• faciliteren van bijscholing op afstand en in Nederland
-
• voor NTC-onderwijs: stimuleren en faciliteren van het halen van een bevoegdheid bij
onbevoegd personeel
-
• heldere en functionele gesprekscyclus
STANDAARD SKA3 VERANTWOORDING EN DIALOOG
Het bestuur en de school leggen intern en extern toegankelijk en betrouwbaar verantwoording
af over doelen en resultaten van het onderwijs en voeren daarover actief een dialoog.
Basiskwaliteit
Het bestuur en de scholen hebben tegenspraak georganiseerd. Dit gebeurt in ieder geval
door
de ouders en personeel te betrekken bij beleids- en besluitvorming. Het bestuur en
de scholen
brengen minimaal jaarlijks verslag uit over haar doelen en de resultaten die zij behaalt.
Zij doen dit op toegankelijke wijze. Het bestuur en de school verantwoorden zich aan
de overheid en aan belanghebbenden.
Aanvullende ambities
Zijn er aanvullende ambities voor de verantwoording en dialoog en (hoe) worden deze
gerealiseerd?
Te denken valt aan:
-
• een actieve dialoog met de omgeving over ambities en resultaten
-
• afstemmen van doelen en overleg met de internationale school, waarin de NTC-school
is gehuisvest
-
• contacten onderhouden en samenwerken met de Nederlandse en/of Belgische ambassade
of consulaat en/of de Vlaamse vertegenwoordiger
-
• contacten onderhouden met lokale instanties