In een brief van 5 november 2018 heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
de Tweede Kamer geïnformeerd over de verhoging van de raadsvergoeding in gemeenten
tot 24.000 inwoners. In plaats van de vergoeding in 2018 van € 250,82 (0–8.000 inwoners), € 396,33 (8.001–14.000
inwoners) en € 617,77 (14.001–24.000 inwoners) ontvangen raadsleden in alle gemeenten
kleiner dan 24.000 inwoners een vergoeding die gelijk is aan de vergoeding die hoort
bij de inwonersklasse 24.001 – 40.000 inwoners. Deze vergoeding bedraagt in 2018 €
958,91 per maand. De verhoging gaat gelden met terugwerkende kracht, vanaf het moment
waarop zij zijn aangetreden als raadslid op 29 maart 2018. Voor gemeenten kleiner
dan 24.000 inwoners die betrokken zijn bij een herindeling per 1 januari 2019 – waardoor
er geen verkiezingen op 21 maart 2018 hebben plaatsgevonden – wordt de raadsvergoeding
ook met ingang 29 maart 2018 op gelijke wijze aangepast. Deze afspraak moet nog worden
geformaliseerd door middel van een wijzigingsbesluit. Vooruitlopend op dit besluit
kunt u de verhoging voor de raadsvergoeding al doorvoeren.
De verhoging van de raadsvergoeding in 2018 vindt zijn uitwerking door degenen die
voor 1 januari 2019 raadslid waren in een gemeente met een inwonertal van minder dan
24.000 inwoners, een eenmalige aanvulling te verstrekken op de vergoeding voor de
werkzaamheden. De berekening van de hoogte van de aanvulling wordt bepaald aan de
hand van het verschil tussen € 958,91 verminderd met de al uitbetaalde raadsvergoeding
vermenigvuldigd met de periode waarin het betrokken raadslid tussen 28 maart en 31
december 2018 raadslid was (uitgedrukt in maanden, afgerond in decimalen).
Ter verduidelijking wordt hier een rekenvoorbeeld gegeven voor het bepalen van de
hoogte van de eenmalige aanvulling: Betrokkene is vanaf 28 maart tot en met 31 december
2018 raadslid in een gemeente met 9.000 inwoners (inwonersklasse 2). De periode van
28 maart tot en met 31 december 2018 bedraagt 9 maanden en 4 dagen, dus (afgerond)
9,1 maand. Betrokkene heeft recht op de raadsvergoeding van € 58,91 per maand. Op
grond van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden had hij in die periode per maand aanspraak op een vergoeding voor de werkzaamheden
van € 396,33 per maand. Het verschil bedraagt (€ 958,91 – € 396,33=) € 562,58. De
eenmalige aanvulling voor 2018 bedraagt dan € 562,58 vermenigvuldigd met 9,1 = € 5.119,48.
Met ingang van 1 januari 2019 zal de vergoeding voor alle raadsleden in gemeenten
van 0 tot 40.000 inwoners, net als bij de overige raadsvergoedingen, worden geïndexeerd
en verhoogd naar € 990,55 per maand.