Besluit vaststelling beleidsregels en subsidieplafond Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (POBB 2015)

[Regeling vervallen per 01-01-2016.]
Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 19-08-2015 t/m 31-12-2015

Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 6 augustus 2015, nr. DVB/CU/BPZ-268/15, tot vaststelling van beleidsregels en een subsidieplafond met het oog op subsidieverlening op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (POBB 2015)

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Voor subsidieverlening in 2015 op grond van artikel 2.4 van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 in het kader van het Programma Ondersteuning Buitenland Beleid gelden de als bijlage bij dit besluit gevoegde beleidsregels.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Voor de in artikel 1 genoemde periode geldt een subsidieplafond van € 1 miljoen voor POBB Algemeen.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 januari 2016, met dien verstande dat het van toepassing blijft op subsidies die voor die datum zijn verleend.

Dit besluit wordt met de bijlage geplaatst in de Staatscourant.

De

Minister

van Buitenlandse Zaken,
namens deze,

de Directeur-Generaal Politieke Zaken,

W. Geerts

Bijlage

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Inleiding

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Het programma Ondersteuning Buitenland Beleid (POBB) richt zich op de financiering van activiteiten die de doelstellingen van het Nederlands buitenlandbeleid ondersteunen. Hierbij kan het zowel gaan om lange termijn beleidsdoelstellingen als om activiteiten gerelateerd aan actuele ontwikkelingen. De projecten dienen, direct of indirect, een bijdrage te leveren aan het behalen van de doelstellingen van dit beleid.

Welke projecten komen in aanmerking voor subsidie?

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Vanuit het POBB kunnen activiteiten worden gefinancierd die het buitenlandbeleid op één van de volgende terreinen ondersteunen:

  • Verbetering van bilaterale betrekkingen;

  • Bevordering van multilaterale samenwerking;

  • Vrede en veiligheid;

  • Mensenrechten, democratisering en goed bestuur;

  • Internationale juridische en justitiële samenwerking;

  • Global Issues.

Bij de beoordeling van een aanvraag voor subsidie worden de volgende criteria gehanteerd:

  • a) Activiteiten waarvoor reeds een financiële bijdrage ten laste van de begroting van het Ministerie van Buitenlandse Zaken is verstrekt komen niet in aanmerking voor een subsidie in het kader van het POBB.

  • b) Activiteiten die staand beleid op het gebied van buitenlandse zaken of buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking doorkruisen komen in geen geval in aanmerking voor een subsidie in het kader van het POBB.

  • c) Voorstellen die in betekenende mate overeenstemming vertonen met subsidieaanvragen die eerder door de minister zijn afgewezen op andere dan formele gronden komen niet in aanmerking voor subsidie in het kader van het POBB.

  • d) Het aangevraagde subsidiebedrag dient ten minste € 20.000 per projectvoorstel te bedragen. Een uitzondering hierop vormen aanvragen ten behoeve van een Nederlandse bijdrage aan internationale verkiezingswaarnemingsmissies.

  • e) De activiteit dient ‘katalyserend’ en éénmalig te zijn en heeft een maximale duur van drie jaar. De Minister kan in uitzonderlijke gevallen afwijken van de eis van het éénmalige karakter en de maximale looptijd van de activiteit.

  • f) De bijdrage van het voorstel aan het buitenlandbeleid moet duidelijk zichtbaar zijn. Activiteiten moeten bij voorkeur een duidelijk Nederlands profiel hebben of dienen te worden ingezet om zichtbaar uiting te geven aan een Nederlandse beleidsprioriteit zoals onder meer neergelegd in de Memorie van Toelichting bij de begroting van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

  • g) Activiteiten bestaande uit op zichzelf staande seminars, workshops en conferenties hebben geen prioriteit, hoewel een subsidie voor dergelijke activiteiten niet is uitgesloten.

  • h) Activiteiten die betrekking hebben op detacheringen en/of uitbreiding van personeel komen niet in aanmerking voor subsidiëring in het kader van POBB.

Aanvragen

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

BPZ is budgethouder van het Programma Ondersteuning Buitenland Beleid Algemeen, POBB (draagvlak Nederlands buitenlandbeleid, beleidsartikel 8, SBE 1320S01).

DVB is budgethouder van het Programma Ondersteuning Buitenland Beleid, Veiligheidsbeleid Algemeen, POBB/VB (nationale en bondgenootschappelijke veiligheid, beleidsartikel 2, SBE 0270S01).

U dient uw verzoek tot financiering van de activiteit schriftelijk in te dienen bij de budgethouders BPZ of DVB. Uw schriftelijk verzoek zal bestaan uit: het bemo, het originele projectvoorstel en de begroting.

U dient voor activiteiten ten laste van het Programma Ondersteuning Buitenland Beleid (POBB) de fasen van de activiteitencyclus te volgen en de daarbij behorende beheerskaders toe te passen.

De beslissing op financieringsaanvragen wordt genomen door het bevoegde gezag zoals gedefinieerd binnen de kaders van de Regeling Mandaat, Volmacht en Machtiging BZ 2004 en het Besluit Doorverlening Mandaat, Volmacht en Machtiging BZ 2004.

Naar boven