Examenprogramma Staatsexamens Nederlands als tweede taal
[Regeling vervallen per 31-12-2016]
1 Examenstof
[Regeling vervallen per 31-12-2016]
Het Staatsexamen Nederlands als tweede taal heeft tot doel personen voor wie het Nederlands
niet de moedertaal is in staat te stellen een bewijs van voldoende taalbeheersing
te behalen. Het examen toetst of de kandidaat voldoende kennis, inzicht en vaardigheden
verworven heeft om zich op adequate wijze van het Nederlands te kunnen bedienen in
het kader van werk en opleiding, alsmede in het kader van het maatschappelijk functioneren
en de sociale contacten die daaruit voortvloeien.
In het Staatsexamen Nederlands als tweede taal worden onderzocht:
Het examenprogramma is ontleend aan de examenstof zoals omschreven in het Eindrapport
van de Adviescommissie Invoering Certificaten Nederlands als Tweede Taal1. De inhoud van de opdrachten is, conform dit advies, gerelateerd aan Nederlandse
opleiding- en werksituaties en aan situaties in het openbare dagelijkse leven in Nederland.
Het examen doet daarmee tevens een beroep op kennis van de Nederlandse samenleving.
Het Staatsexamen Nederlands als tweede taal kent, conform artikel 2 van het Staatsexamenbesluit Nederlands als tweede taal, twee programma’s: programma I en programma II. Programma I toetst kennis, inzicht
en vaardigheden die noodzakelijk geacht worden om te kunnen functioneren in opleidingen
op mbo 3- en 4-niveau en, in op dat niveau van geschoolde arbeid gelegen, functies
op de arbeidsmarkt. Programma II toetst kennis, inzicht en vaardigheden die noodzakelijk
geacht worden om te kunnen functioneren in het hoger onderwijs en in middenkader en
hogere functies op de arbeidsmarkt.
2 Beoordeling
[Regeling vervallen per 31-12-2016]
Het College voor Toetsen en Examens stelt bij het vaststellen van de examens en de
daarbij behorende beoordeling een cesuur vast. Deze kan, nadat het examenonderdeel
is afgenomen en de gegevens bekend zijn, door het College eventueel bijgesteld worden.
De kandidaat is geslaagd indien het resultaat voldoende is.
Het examenwerk van de examenonderdelen Lezen en Luisteren wordt automatisch gescoord.
Het examenwerk van de examenonderdelen Spreken en Schrijven wordt, door onafhankelijke
daartoe door het College voor Toetsen en Examens bevoegd verklaarde beoordelaars,
beoordeeld. Het examen van een kandidaat wordt ten behoeve van de beoordeling opgedeeld
in losse opdrachten en elke opdracht wordt door tenminste twee beoordelaars beoordeeld.
Gemiddeld zijn er 16 verschillende beoordelaars betrokken bij het beoordelen van een
schrijfexamen en 13 bij een spreekexamen. Bij de beoordeling wordt afhankelijk van
de aard van de opdrachten gebruik gemaakt van verschillende dichotome en meerpuntsschalen.
1 Adviescommissie Invoering Certificaten Nederlands als Tweede Taal (1991), Certificaten
Nederlands als tweede taal. Startbewijzen voor onderwijs en arbeidsmarkt. Publicatie
van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen.