-
afzet van landbouwproducten: afzet van landbouwproducten als bedoeld in artikel 2, onderdeel 8, van de algemene
groepsvrijstellingsverordening, artikel 2, onderdeel 7, van de groepsvrijstellingsverordening
landbouw, deel i, paragraaf 2.4, onderdeel 35, onder 12, van het landbouwsteunkader
en artikel 2, eerste lid, onderdeel c, van de algemene de-minimisverordening;
-
algemene de-minimisverordening: verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende
de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van
de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU 2013, L 352);
-
algemene groepsvrijstellingsverordening: verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde
categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne
markt verenigbaar worden verklaard (PbEU 2014, L 187);
-
besluit:
Kaderbesluit nationale EZ-subsidies;
-
daadwerkelijke samenwerking: daadwerkelijke samenwerking als bedoeld in artikel 2, onderdeel 90, van de algemene
groepsvrijstellingsverordening en paragraaf 1.3, onderdeel h, van het O&O&I-steunkader;
-
eco-innovatie: eco-innovatie als bedoeld in paragraaf 1.3, onderdeel 19, onder 4, van het milieu-
en energiesteunkader;
-
energie uit hernieuwbare energiebronnen: energie uit hernieuwbare energiebronnen als bedoeld in artikel 2, onderdeel 109,
van de algemene groepsvrijstellingsverordening, en paragraaf 1.3, onderdeel 19, onder
11, van het milieu- en energiesteunkader;
-
energie-efficiëntie: energie-efficiëntie als bedoeld in artikel 2, onderdeel 103, van de algemene groepsvrijstellingsverordening,
en paragraaf 1.3, onderdeel 19, onder 2, van het milieu- en energiesteunkader;
-
experimentele ontwikkeling: experimentele ontwikkeling als bedoeld in artikel 2, onderdeel 86, van de algemene
groepsvrijstellingsverordening en paragraaf 1.3, onderdeel j, van het O&O&I-steunkader;
-
fundamenteel onderzoek: fundamenteel onderzoek als bedoeld in artikel 2, onderdeel 84, van de algemene groepsvrijstellingsverordening
en paragraaf 1.3, onderdeel m, van het O&O&I-steunkader;
-
groepsvrijstellingsverordening landbouw: Verordening (EU) nr. 702/2014 van de Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde
categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op
grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese
Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU 2014, L 193);
-
haalbaarheidsstudie: haalbaarheidsstudie als bedoeld in artikel 2, onderdeel 87, van de algemene groepsvrijstellingsverordening
en paragraaf 1.3, onderdeel k, van het O&O&I-steunkader;
-
hernieuwbare energiebronnen: hernieuwbare energiebronnen als bedoeld in artikel 2, onderdeel 110, van de algemene
groepsvrijstellingsverordening, en paragraaf 1.3, onderdeel 19, onder 5, van het milieu-
en energiesteunkader;
-
hooggekwalificeerd personeel: hooggekwalificeerd personeel als bedoeld in artikel 2, onderdeel 93, van de algemene
groepsvrijstellingsverordening en paragraaf 1.3, onderdeel o, van het O&O&I-steunkader;
-
industrieel onderzoek: industrieel onderzoek als bedoeld in artikel 2, onderdeel 85, van de algemene groepsvrijstellingsverordening
en paragraaf 1.3, onderdeel q, van het O&O&I-steunkader;
-
innovatieadviesdiensten: innovatieadviesdiensten als bedoeld in artikel 2, onderdeel 94, van de algemene groepsvrijstellingsverordening
en paragraaf 1.3, onderdeel r, van het O&O&I-steunkader;
-
innovatieclusters: innovatieclusters als bedoeld in artikel 2, onderdeel 92, van de algemene groepsvrijstellingsverordening
en paragraaf 1.3, onderdeel s, van het O&O&I-steunkader;
-
jonge landbouwer: natuurlijke persoon die ten hoogste 39 jaar oud is en sinds ten hoogste drie jaar
voor het eerst voor eigen rekening en risico een landbouwonderneming beheert die hij:
-
a. alleen in eigendom, pacht of erfpacht heeft, of
-
b. volledig in eigendom, pacht of erfpacht heeft met een andere natuurlijke persoon die
niet eerder een landbouwonderneming volledig in eigendom, pacht of erfpacht heeft
gehad.
-
kleine onderneming: kleine onderneming in de zin van de algemene groepsvrijstellingsverordening;
-
landbouwonderneming: onderneming waarin de primaire productie van landbouwproducten plaatsvindt;
-
landbouwproduct: product als bedoeld in bijlage I bij het Verdrag betreffende de werking van de Europese
Unie, met uitzondering van een visserijproduct of een aquacultuurproduct vermeld in
bijlage I bij Verordening (EU) nr. 1379/2013 van het Europees Parlement en de Raad
van 11 december 2013 houdende een gemeenschappelijke marktordening voor visserijproducten
en aquacultuurproducten, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1184/2006 en (EG) nr. 1224/2009 van de Raad en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 104/2000 van de Raad (PbEU 2013, L 354);
-
landbouwsteunkader: Richtsnoeren van de Europese Unie voor staatssteun in de landbouw- en de bosbouwsector
en in plattelandsgebieden 2014-2020 (PbEU 2014, C 204);
-
middelgrote onderneming: middelgrote onderneming in de zin van de algemene groepsvrijstellingsverordening;
-
milieu- en energiesteunkader: Richtsnoeren staatssteun ten behoeve van milieubescherming en energie 2014-2020 (PbEU
2014, C 200);
-
minister: Minister van Economische Zaken;
-
MKB-ondernemer: ondernemer die een kleine onderneming of een middelgrote onderneming in stand houdt;
-
O&O&I-steunkader: Kaderregeling betreffende staatssteun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie nr.
2014/C 198/01 (PbEU 2014, C 198);
-
primaire landbouwproductie: primaire landbouwproductie als bedoeld in artikel 2, onderdeel 9, van de algemene
groepsvrijstellingsverordening, artikel 2, onderdeel 5, van de groepsvrijstellingsverordening
landbouw en deel i, paragraaf 2.4, onderdeel 35, onder 10, van het landbouwsteunkader;
-
Unienorm: Unienorm als bedoeld in artikel 2, onderdeel 102, van de algemene groepsvrijstellingsverordening,
en paragraaf 1.3, onderdeel 19, onder 3, van de Richtsnoeren staatssteun ten behoeve
van milieubescherming en energie 2014–2020 (PbEU 2014, C200);
-
universiteit: onder a of b van de bijlage van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek genoemde instelling voor hoger onderwijs, alsmede een onder i van de bijlage van die wet genoemd academisch ziekenhuis;
-
verklaring de-minimissteun: verklaring van de subsidieaanvrager waarin deze bevestigt dat subsidieverlening niet
zal leiden tot een overschrijding van het de-minimisplafond, bedoeld in artikel 3,
tweede lid, van de algemene de-minimisverordening;
-
verwerking van landbouwproducten: verwerking van landbouwproducten als bedoeld in artikel 2, onderdeel 10, van de algemene
groepsvrijstellingsverordening, artikel 2, onderdeel 6, van de groepsvrijstellingsverordening
landbouw, deel i, paragraaf 2.4, onderdeel 35, onder 11, van het landbouwsteunkader
en artikel 2, eerste lid, onderdeel b, van de algemene de-minimisverordening.