Besluit aanwijzing generalistische basis geestelijke gezondheidszorg en praktijkondersteuner huisartsenzorg geestelijke gezondheidszorg

Geraadpleegd op 16-04-2024.
Geldend van 01-09-2013 t/m heden

Aanwijzing van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 8 juli 2013, 129679-106375-MC, houdende de generalistische basis geestelijke gezondheidszorg en praktijkondersteuner huisartsenzorg geestelijke gezondheidszorg

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg,

Na op 17 mei 2013 schriftelijk mededeling te hebben gedaan aan de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal (Kamerstukken II 2012/13, 25 424, nr. 211) als bedoeld in artikel 8 van de Wet marktordening gezondheidszorg,

Besluit:

Artikel 1. definities

In deze aanwijzing wordt verstaan onder:

  • a. minister: Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

  • b. wet: Wet marktordening gezondheidszorg;

  • c. zorgautoriteit: Nederlandse Zorgautoriteit, genoemd in artikel 3 van de wet;

  • d. generalistische basis ggz: geneeskundige geestelijke gezondheidszorg als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet niet zijnde specialistische geestelijke gezondheidszorg;

  • e. maximumtarief: bedrag als bedoeld in artikel 50, eerste lid, aanhef en onder c, van de wet dat ten hoogste voor een prestatie in rekening mag worden gebracht;

  • f. POH ggz: praktijkondersteuners huisartsenzorg geneeskundige geestelijke gezondheidszorg, zijnde zorgaanbieders die geneeskundige geestelijke gezondheidszorg leveren zoals huisartsen die bieden.

Artikel 3. uitvoering van de aanwijzing

De zorgautoriteit stelt ter uitvoering van deze aanwijzing waar nodig regels en beleidsregels vast.

Artikel 4. tarieven en prestaties

De zorgautoriteit stelt met ingang van 1 januari 2014 maximumtarieven en prestatiebeschrijvingen vast voor de generalistische basis ggz.

Artikel 5. POH ggz module

De zorgautoriteit draagt er zorg voor dat per 1 januari 2014 de module poh ggz wordt gefunctionaliseerd, zodat ook andere zorgaanbieders dan de huisarts deze module in rekening kunnen brengen. Voor deze module is in 2014 € 25 miljoen extra beschikbaar en in 2015 € 35 miljoen.

Van deze aanwijzing wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.

De

Minister

van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E.I. Schippers

Naar boven