Regeling subsidiëring Oorlogsgravenstichting 2011

[Regeling vervallen per 02-12-2016 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2013.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 01-01-2011 t/m 30-06-2013

Regeling van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 4 februari 2010, nr. 2010-0000081696, houdende regels voor de verstrekking van subsidie aan de Oorlogsgravenstichting (Regeling Subsidiëring Oorlogsgravenstichting 2011)

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 02-12-2016 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2013]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. de minister: de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

  • b. de stichting: de Oorlogsgravenstichting.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 02-12-2016 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2013]

  • 1 De minister verstrekt subsidie aan de stichting.

  • 2 De subsidie wordt per boekjaar verstrekt. Het boekjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

  • 3 De subsidie bedraagt ten hoogste het bedrag dat uit de begroting van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties blijkt (de maximum subsidie). Een subsidie ten laste van een begroting die nog niet is vastgesteld wordt verleend onder de voorwaarde dat voldoende gelden ter beschikking worden gesteld.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 02-12-2016 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2013]

Subsidie wordt slechts verstrekt voor uitgaven die direct samenhangen met de volgende activiteiten:

  • a. het aanleggen en in stand houden van de in de statuten van de stichting bedoelde graven en erevelden;

  • b. bezoeken van nabestaanden aan graven en erevelden die zich buiten Nederland bevinden;

  • c. het verstrekken van informatie en geven van voorlichting;

  • d. het doen van necrologisch onderzoek;

  • e. het verzorgen van bloemleggingen op Nederlandse oorlogsgraven en bij de door de stichting in stand gehouden gedenkstenen van Nederlandse oorlogsslachtoffers.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 02-12-2016 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2013]

  • 1 De aanvraag van de subsidie voor een boekjaar wordt uiterlijk 1 oktober van het voorafgaande boekjaar ingediend.

  • 2 De aanvraag gaat vergezeld van een begroting waarin een toelichting op de activiteiten is opgenomen.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 02-12-2016 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2013]

  • 1 De begroting behelst een overzicht van de voor het boekjaar geraamde inkomsten en uitgaven van de aanvrager, voor zover deze betrekking hebben op de activiteiten waarvoor de subsidie wordt gevraagd.

  • 2 De begrotingsposten worden ieder afzonderlijk van een toelichting voorzien.

  • 3 Tenzij voor de activiteiten waarop de aanvraag betrekking heeft nog niet eerder subsidie werd verstrekt, bevat de begroting een vergelijking met de begroting van het lopende boekjaar en de gerealiseerde inkomsten en uitgaven van het jaar, voorafgaand aan het lopende boekjaar.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 02-12-2016 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2013]

De minister geeft twee maanden na ontvangst van de in artikel 4, tweede lid, genoemde schriftelijke stukken, de beschikking tot subsidieverlening.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 02-12-2016 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2013]

  • 1 De minister kan op de subsidie een voorschot verlenen.

  • 2 De beschikking tot subsidieverlening vermeldt het bedrag van het voorschot.

  • 3 Het voorschot wordt in twee termijnen uitbetaald, en wel op 1 februari en op 1 juni.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 02-12-2016 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2013]

  • 1 De aanvraag tot vaststelling van de subsidie wordt ingediend binnen zes maanden na afloop van het boekjaar.

  • 2 De aanvraag tot vaststelling van de subsidie gaat vergezeld van een financieel verslag en een activiteitenverslag.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 02-12-2016 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2013]

  • 1 Het financieel verslag omvat de balans en de exploitatierekening met de toelichting.

  • 2 Het financieel verslag geeft volgens de normen die in het maatschappelijk verkeer als aanvaardbaar worden beschouwd, een zodanig inzicht dat een verantwoord oordeel kan worden gevormd omtrent:

    • a. het vermogen en het exploitatiesaldo, en

    • b. voor zover de aard van het financiële verslag dat toelaat, de solvabiliteit en de liquiditeit van de stichting.

  • 3 De balans met de toelichting geeft getrouw, duidelijk en stelselmatig de grootte en de samenstelling in actief en passief posten van het vermogen op het einde van het boekjaar weer.

  • 4 De exploitatierekening met de toelichting geeft getrouw, duidelijk en stelselmatig de grootte van het exploitatiesaldo van het boekjaar weer.

  • 5 Het financieel verslag sluit aan op de begroting waarvoor subsidie is verleend en bevat een vergelijking met de gerealiseerde inkomsten en uitgaven van het jaar, voorafgaand aan het boekjaar.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 02-12-2016 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2013]

  • 2 De accountant onderzoekt of het financieel verslag voldoet aan de bij of krachtens de wet gestelde voorschriften en of het activiteitenverslag, voor zover hij dat verslag kan beoordelen, met het financieel verslag verenigbaar is.

  • 3 De accountant onderzoekt tevens de naleving van de aan de subsidie verbonden verplichtingen.

  • 4 De accountant geeft de uitslag van zijn onderzoek weer in een schriftelijke verklaring omtrent de getrouwheid en rechtmatigheid van het financieel verslag.

  • 5 De aanvraag tot vaststelling van de subsidie gaat vergezeld van de in het vierde lid bedoelde verklaring.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 02-12-2016 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2013]

  • 1 De minister stelt de subsidie vast binnen vier maanden na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling van de subsidie.

  • 2 De minister kan bij de vaststelling van de subsidie het bedrag van de subsidie verminderen of in het geheel geen subsidie toekennen indien de stichting niet heeft voldaan aan de voorschriften in verband met de subsidie.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 02-12-2016 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2013]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2011.

Artikel 14

[Regeling vervallen per 02-12-2016 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2013]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling subsidiëring Oorlogsgravenstichting 2011.

De

Minister

van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

G. ter Horst

Naar boven