Koninklijk besluit van 21 augustus 1815, n. 79, betreffende Engelse adel
Wij Willem, bij de Gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, Groot-Hertog
van Luxemburg, enz., enz., enz.
Op de Voordragt van den Hoogen Raad van Adel, in dato 16 November 1814 No162/60, omtrent de zwarigheden die denzelven zijn voorgekomen in de juiste beoordeling
der aanzoeken die verschillende personen hier te lande gevestigd, doch sustinerende
van Engelschen of Schotschen adel afkomstig te zijn, bij Ons gedaan hebben ten einde
in den Nederlandschen adel te worden ingelijfd;