Tijdelijke regeling stroomstootwapens

[Regeling vervallen per 01-05-2011.]
Geraadpleegd op 24-04-2024.
Geldend van 16-04-2009 t/m 30-04-2011

Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 31 maart 2009, nr. 2009-0000064524 tot het beproeven van stroomstootwapens door aanhoudings- en ondersteuningseenheden (Tijdelijke regeling stroomstootwapens)

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Justitie;

Gelet op de artikelen 48a, eerste lid, en 49, eerste en tweede lid, van de Politiewet 1993;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-05-2011]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. aanhoudings- en ondersteuningseenheid: aanhoudings- en ondersteuningseenheid van de regionale politiekorpsen als bedoeld in artikel 8 van het Besluit beheer regionale politiekorpsen en de eenheid van het Korps landelijke politiediensten die met dezelfde taken is belast;

  • b. stroomstootwapen: geweldsmiddel dat door het afgeven van een elektrische stroomstoot een persoon weerloos maakt als gevolg van het tijdelijk verstoren van het motorisch en zintuiglijk zenuwsysteem.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-05-2011]

De bewapening van de ambtenaar die behoort tot een aanhoudings- en ondersteuningseenheid bestaat gedurende 1 mei 2009 tot en met 1 mei 2010 ter beproeving mede uit een stroomstootwapen, merk Taser, type X26E. De Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Justitie kunnen deze periode met maximaal 1 jaar verlengen.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-05-2011]

Het stroomstootwapen wordt geladen met patronen van het merk Taser met een maximaal bereik van 6,4 meter.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-05-2011]

Het stroomstootwapen wordt gedragen in een draagmiddel van het merk Blade-Tech.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-05-2011]

  • 1 De begeleidingscommissie voor de beproeving bestaat uit een lid van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het Ministerie van Justitie, de Politie, de Politieacademie, het Nederlands Forensisch Instituut en de Voorziening tot Samenwerking Politie Nederland.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-05-2011]

De stroomstootwapens, patronen, draagmiddelen en trainingsmaterialen worden door het Korps landelijke politiediensten in bruikleen verstrekt aan de korpsbeheerders van de centrumkorpsen, bedoeld in artikel 2 van de Regeling aanhoudings- en ondersteuningseenheid en samenwerking speciale eenheden.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-05-2011]

  • 1 Onverminderd de Regeling toetsing geweldbeheersing politie is de ambtenaar die behoort tot een aanhoudings- en ondersteuningseenheid bevoegd tot het gebruik van het stroomstootwapen, indien hij daartoe de door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aangewezen opleiding heeft doorlopen en de bijbehorende toets met voldoende resultaat heeft afgelegd.

  • 2 De korpsbeheerder, dan wel de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor zover het ambtenaren van het Korps landelijke politiediensten betreft, dragen er zorg voor dat een ambtenaar van de politie slechts over een stroomstootwapen beschikt:

    • a. indien hij tot het gebruik ervan bevoegd is;

    • b. ten behoeve van het volgen van een opleiding; of

    • c. ten behoeve van het vervoer van een stroomstootwapen.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-05-2011]

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kan het dragen en gebruiken van stroomstootwapens onmiddellijk verbieden en opdracht geven de stroomstootwapens, de overgebleven patronen, draagmiddelen en trainingsmaterialen terug te zenden aan het Korps landelijke politiediensten.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-05-2011]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en vervalt met ingang van 1 mei 2011

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-05-2011]

Deze regeling wordt aangehaald als: Tijdelijke regeling stroomstootwapens.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

G. ter Horst

Naar boven