Verordening financiering onderwijsprojecten aanvoersector 2008

[Regeling vervallen per 19-10-2019.]
[Regeling materieel uitgewerkt per 11-07-2009.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 19-04-2008 t/m 18-10-2019

Verordening van het Productschap Vis van 4 oktober 2007, houdende regels ter zake van de aan de onder het Productschap Vis ressorterende ondernemers op te leggen bestemmingsheffing ten behoeve van onderwijs voor de aanvoersector voor het jaar 2008 (Verordening financiering onderwijsprojecten aanvoersector 2008)

Het bestuur van het Productschap Vis;

Gelet op artikelen 95 en 126 van de Wet op de bedrijfsorganisatie en artikel 7 van het Instellingsbesluit Productschap (Stb. 2003, 253);

Gehoord de Commissie aanvoeraangelegenheden, de Onderwijscommissie, de Garnalenadviescommissie en de Mosseladviescommissie;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 19-10-2019]

  • 1 In deze verordening wordt verstaan onder:

    a.

    Instellingsbesluit Productschap Vis

    :

    Besluit van 3 juni 2003, houdende instelling van een productschap voor ondernemingen op het gebied van de visserij, be- en verwerking van vis en de handel in vis en visproducten (Stb. 2003, 253);

    b.

    productschap

    :

    het Productschap Vis, als bedoeld in artikel 3 van het Instellingsbesluit Productschap Vis;

    c.

    bestuur

    :

    het bestuur van het Productschap;

    d.

    Voorzitter

    :

    de voorzitter van het Productschap;

    e.

    Secretaris

    :

    de secretaris van het Productschap;

    f.

    Commissie aanvoeraangelegenheden

    :

    de commissie ingesteld door het bestuur voor het adviseren;

    g.

    Ondernemer

    :

    degene, die een onderneming drijft, waarvoor het productschap is ingesteld;

    h.

    vis

    :

    vissen, schaal- en schelpdieren, delen van vissen alsmede van schaal- en schelpdieren en puf en nest, een en ander met uitzondering van sier- en aquariumdieren, garnalen, mosselen en oesters en alle door uitoefening van de binnenvisserij – niet zijnde de IJsselmeervisserij –, in de zin van artikel 1, vierde lid onder d, van de Visserijwet 1963 verkregen soorten vis;

    i.

    Garnalen

    :

    garnalen van de soort Crangon crangon;

    j.

    Mosselen

    :

    schelpdieren van de soorten Mytilus Spp. of de soorten Perna Spp.;

    k.

    platte oesters

    :

    schelpdieren van de soorten Ostrea Spp.;

    l.

    Creuses

    :

    schelpdieren van de soorten Crassostrea Spp.;

    m.

    Oesters

    :

    platte oesters en creuses;

    n.

    Aanvoeren

    :

    het als eerste eigenaar voor de eerste keer of het met behulp van de spanvisserij aan land brengen van vis of mosselen of garnalen;

    o.

    Aanvoerder

    :

    de ondernemer, die met een in Nederland geregistreerd vissersvaartuig of op andere wijze vis of mosselen of garnalen aanvoert;

    p.

    Trawler

    :

    vaartuig waarvan de lengte over alles 60 meter of meer bedraagt of een vaartuig met een brutotonnage van meer dan 1.200 BT waarmee de pelagische visserij wordt uitgeoefend, waarbij de gevangen vis en visproducten aan boord worden ingevroren;

    q.

    Kotter

    :

    vaartuig waarvan de lengte over alles minder dan 60 meter bedraagt;

    r.

    Afslag

    :

    een veiling van vis of mosselen;

    s.

    fonds voor de aanvoersector

    :

    het fonds ingesteld krachtens artikel 2, eerste lid, van de Verordening instelling van een fonds voor de aanvoersector 2007;

    t.

    ton

    :

    een inhoudsmaat van 1/7m3.

  • 2 Voor de toepassing van het bepaalde bij of krachtens deze verordening vindt het aanvoeren plaats op het tijdstip waarop het vaartuig direct of indirect verbinding met de wal heeft verkregen.

  • 3 Indien een vaartuig mosselen, niet zijnde ingevoerde mosselen, op een verwaterplaats stort voordat het vaartuig direct of indirect verbinding met de wal heeft verkregen, vindt het aanvoeren van mosselen, in afwijking van het bepaalde in het tweede lid, plaats op het tijdstip waarop de mosselen worden gestort op een verwaterplaats.

Artikel 1a

[Regeling vervallen per 19-10-2019]

Onder het productschap ressorterende ondernemers zijn wegens de uitoefening van hun bedrijfsactiviteiten in de periode van 1 januari 2008 tot en met 31 december 2008 aan en ten behoeve van het productschap een heffing verschuldigd volgens de in de artikelen 2 en 3 vermelde heffingsgrondslagen met de daarbij behorende tarieven. De berekening en de wijze van betaling vinden plaats, zoals in de Verordening Algemene Bepalingen Productschap Vis 2006 in bepaald.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 19-10-2019]

  • 1 Een aanvoerder is aan het productschap ten behoeve van het fonds voor de aanvoersector ter financiering van onderwijsprojecten een heffing verschuldigd van 0,3 promille van de waarde van de door hem aangevoerde vis.

  • 2 Een aanvoerder is aan het productschap ten behoeve van het fonds voor de aanvoersector ter financiering van de onderwijsprojecten een heffing verschuldigd van € 0,02 per elke door de aanvoerder aangevoerde ton mosselen.

  • 3 De waarde van de aangevoerde vis wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 3.

  • 4 Een aanvoerder is aan het productschap ten behoeve van het fonds voor de aanvoersector ter financiering van onderwijsprojecten een heffing verschuldigd van € 0,0009 per kilogram aangevoerde garnalen die door of namens een medewerker van het productschap zijn gecontroleerd op de indeling in de bij of krachtens de verordening (EG) nr. 2406/96 voorgeschreven versheidsklassen en grootteklassen voor garnalen voor eerste verhandeling.

  • 5 Indien de garnalen in gepelde toestand worden aangevoerd, al dan niet door tussenkomst van een afslag, wordt het aantal aangevoerde kilogrammen ter bepaling van de verschuldigde heffing(en) vermenigvuldigd met factor 3.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 19-10-2019]

  • 1 Indien de aangevoerde vis door tussenkomst van een afslag wordt verhandeld, wordt onder de in artikel 2, eerste lid, bedoelde waarde verstaan, de bruto besomming van de aangevoerde vis op de afslag.

  • 2 Indien de door een kotter aangevoerde vis zonder tussenkomst van een afslag wordt verhandeld, wordt onder de in artikel 2, eerste lid, bedoelde waarde verstaan, de door de koper van de aangevoerde vis betaalde koopsom.

  • 3 Indien de door een trawler aangevoerde vis zonder tussenkomst van een afslag wordt verhandeld, wordt onder de in artikel 2, eerste lid, bedoelde waarde verstaan, 70% van de door de koper van de aangevoerde vis betaalde koopsom.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 19-10-2019]

  • 1 Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2008. Indien het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie waarin deze verordening wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 december 2007, treedt deze verordening in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie en werkt deze terug tot en met januari 2008.

  • 2 Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening financiering onderwijsprojecten aanvoersector 2008.

Rijswijk, 4 oktober 2007

B.J. Odink

voorzitter

W.G. van de Fliert

secretaris

Naar boven