Aan de colleges van gedeputeerde staten, dan wel de daarmee gelijkgestelde bestuursorganen op grond van artikel 88 Wet bodembescherming, worden mandaat, volmacht en machtiging verleend tot het nemen van besluiten en het verrichten van handelingen die verband houden met het doen van afstand van het recht de ten laste van het Rijk komende kosten als bedoeld in artikel 75, eerste lid Wet bodembescherming overeenkomstig het eerste of derde lid van deze wet te verhalen.
Indien uitvoering wordt gegeven aan artikel 1 luidt de ondertekening:
De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
voor deze:
Gedeputeerde Staten van/Burgemeester en Wethouders van
gevolgd door handtekening(en) en na(a)m(en).
Dit besluit geldt niet voor kostenverhaalzaken die op het moment van inwerkingtreden van dit besluit bij het ministerie in behandeling of aangemeld zijn.
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.
Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit mandaat, volmacht en machtiging artikel 75 lid 7 Wet bodembescherming.