Heffingsverordening Groenten en Fruit 2004

[Regeling vervallen per 13-05-2020.]
[Regeling materieel uitgewerkt per 29-10-2005.]
Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 29-10-2005 t/m 12-05-2020

Heffingsverordening Groenten en Fruit 2004

Het bestuur van het Hoofdbedrijfschap Agrarische Groothandel,

gelet op artikel 126 en artikel 100 lid 3 van de Wet op de Bedrijfsorganisatie en op artikel 13 van het Instellingsbesluit Hoofdbedrijfschap Agrarische Groothandel (Staatsblad 2002 nr.155), heeft na advies van de Commissie Groenten en Fruit de volgende verordening vastgesteld:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 13-05-2020]

Deze verordening neemt de terminologie over van de HBAG-Registratie-, enquête- en controleverordening 2003. Het bepaalde in artikel 3, lid 1 en lid 4 van de laatstbedoelde verordening is van overeenkomstige toepassing, met dien verstande, dat voor de toepassing van de onderhavige verordening onder "omzet" wordt verstaan, de omzet als bedoeld in artikel 3, lid 4 van de HBAG-Registratie-, enquête- en controleverordening 2003 gemiddeld, hetzij over de kalenderjaren 2001 en 2002, hetzij over de boekjaren afgesloten in de kalenderjaren 2001 en 2002. Het voorgaande lijdt uitzondering voor die ondernemers, die in één of beide jaren nog niet registratieplichtig waren. In die gevallen wordt de omzet van het jaar waarin de registratieplicht is ontstaan voor de berekening als uitgangspunt genomen. Als ondernemer wordt in de zin van deze Heffingsverordening aangemerkt elke groothandelaar, welke op grond van de eerder aangehaalde HBAG-Registratie-, enquête- en controleverordening 2003 dient te zijn geregistreerd.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 13-05-2020]

Ter zake van het op enig tijdstip in het tijdvak van 1 januari 2004 tot en met 31 december 2004 uitoefenen van het bedrijf van groothandelaar in groenten en fruit c.q. fruitpachter wordt aan deze de verplichting opgelegd om aan en ten behoeve van het HBAG, Commissie Groenten en Fruit, te betalen een heffing van:

€ 65 bij een omzet van minder dan

 

€ 50.000

€ 100 bij een omzet van

€ 50.000

tot

€ 125.000

€ 150 bij een omzet van

€ 125.000

tot

€ 250.000

€ 200 bij een omzet van

€ 250.000

tot

€ 375.000

€ 250 bij een omzet van

€ 375.000

tot

€ 500.000

€ 300 bij een omzet van

€ 500.000

tot

€ 750.000

€ 350 bij een omzet van

€ 750.000

tot

€ 1.000.000

€ 400 bij een omzet van

€ 1.000.000

tot

€ 1.500.000

€ 450 bij een omzet van

€ 1.500.000

tot

€ 2.000.000

€ 500 bij een omzet van

€ 2.000.000

tot

€ 2.500.000

€ 600 bij een omzet van

€ 2.500.000

tot

€ 3.250.000

€ 700 bij een omzet van

€ 3.250.000

tot

€ 4.000.000

€ 750 bij een omzet van

€ 4.000.000

tot

€ 5.000.000

€ 850 bij een omzet van

€ 5.000.000

tot

€ 6.250.000

€ 950 bij een omzet van

€ 6.250.000

tot

€ 7.500.000

€ 1.000 bij een omzet van

€ 7.500.000

tot

€ 8.750.000

€ 1.100 bij een omzet van

€ 8.750.000

tot

€ 10.000.000

€ 1.250 bij een omzet van

€ 10.000.000

tot

€ 15.000.000

€ 1.350 bij een omzet van

€ 15.000.000

tot

€ 25.000.000

€ 1.550 bij een omzet van

€ 25.000.000

tot

€ 37.500.000

€ 1.800 bij een omzet van

€ 37.500.000

tot

€ 50.000.000

€ 2.000 bij een omzet van

€ 50.000.000

tot

€ 75.000.000

€ 2.250 bij een omzet van

€ 75.000.000

en meer

Artikel 3

[Regeling vervallen per 13-05-2020]

Terzake van het op enig tijdstip in het tijdvak van 1 januari 2004 tot en met 31 december 2004 uitoefenen van het bedrijf van commissionair en/of tussenpersoon in groenten en fruit, wordt aan deze de verplichting opgelegd om aan en ten behoeve van het HBAG, Commissie Groenten en Fruit, te betalen een heffing van:

€ 65 bij een omzet van minder dan

€ 2.500

€ 100 bij een omzet van

€ 2.500 tot

€ 6.250

€ 150 bij een omzet van

€ 6.250 tot

€ 12.500

€ 200 bij een omzet van

€ 12.500 tot

€ 18.750

€ 250 bij een omzet van

€ 18.750 tot

€ 25.000

€ 300 bij een omzet van

€ 25.000 tot

€ 37.500

€ 350 bij een omzet van

€ 37.500 tot

€ 50.000

€ 400 bij een omzet van

€ 50.000 tot

€ 75.000

€ 450 bij een omzet van

€ 75.000 tot

€ 100.000

€ 500 bij een omzet van

€ 100.000 tot

€ 125.000

€ 600 bij een omzet van

€ 125.000 tot

€ 162.500

€ 700 bij een omzet van

€ 162.500 tot.

€ 200.000

€ 750 bij een omzet van

€ 200.000 tot

€ 250.000

€ 850 bij een omzet van

€ 250.000 tot

€ 312.500

€ 950 bij een omzet van

€ 312.500 tot

€ 375.000

€ 1.000 bij een omzet van

€ 375.000 tot

€ 437.500

€ 1.100 bij een omzet van

€ 437.500 tot

€ 500.000

€ 1.250 bij een omzet van

€ 500.000 tot

€ 750.000

€ 1.350 bij een omzet van

€ 750.000 tot

€ 1.250.000

€ 1.550 bij een omzet van

€ 1.250.000 tot

€ 1.875.000

€ 1.800 bij een omzet van

€ 1.875.000 tot

€ 2.500.000

€ 2.000 bij een omzet van

€ 2.500.000 tot

€ 3.750.000

€ 2.250 bij een omzet van

€ 3.750.000

en meer

Artikel 4

[Regeling vervallen per 13-05-2020]

Indien een ondernemer in de kalenderjaren 2001 en 2002 dan wel in de boekjaren, afgesloten in de kalenderjaren 2001 en 2002, dan wel het kalenderjaar waarin de registratieplicht is ontstaan, in het kalenderjaar 2004 meer dan één van de in de artikelen 2 en 3 genoemde activiteiten heeft uitgeoefend, wordt zijn gemiddelde jaarlijkse omzet in de voornoemde kalenderjaren, dan wel boekjaren, dan wel dat kalenderjaar bepaald in dier voege dat (voor zover ter zake dienende) worden bijeengevoegd:

  • a. zijn omzet als groothandelaar c.q. fruitpachter

  • b. 20-maal zijn omzet als commissionair of tussenpersoon en het aldus gevonden totaal bedrag gedeeld door de factor 2, voor zover de omzet over twee kalenderjaren c.q. twee boekjaren is bepaald.

De door de ondernemer verschuldigde heffing wordt alsdan bepaald door overeenkomstige toepassing van artikel 2.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 13-05-2020]

Indien een opgave als bedoeld in artikel 3 lid 4 en artikel 6 lid 3 van de HBAG-Registratie-, enquête- en controleverordening 2003 niet tijdig is gedaan, is de voorzitter bevoegd de omzet te schatten en een aanslag op te leggen op basis van de geschatte omzet.

De voorzitter geeft de betrokkene kennis van het bedrag van de geschatte omzet en de daarop gebaseerde aanslag.

Gedurende een termijn van 14 dagen na de verzending van die kennisgeving, wordt de betrokkene in de gelegenheid gesteld alsnog de vereiste opgave te doen. Indien zodanige opgave binnen deze termijn wordt ontvangen en de in deze verstrekte omzetgegevens leiden tot een van de aanvankelijk berekende heffing afwijkend bedrag, wordt de aanvankelijk opgelegde aanslag ingetrokken en een nieuwe aanslag opgelegd op basis van de door de betrokkene gedane opgave, onverminderd het bepaalde in de artikelen 6 en 7. Indien zodanige opgave niet binnen die termijn wordt ontvangen of de bij een binnen die termijn ontvangen opgave verstrekte omzetgegevens niet leiden tot één van de aanvankelijk opgelegde heffing afwijkend bedrag wordt de aanvankelijk opgelegde aanslag definitief, onverminderd het bepaalde in artikel 7.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 13-05-2020]

Indien de door een ondernemer verstrekte gegevens over zijn omzet naar het oordeel van de voorzitter onjuist blijken te zijn, legt de voorzitter een aanslag op basis van de door de voorzitter juist geachte omzet, behoudens een beroepsmogelijkheid van de ondernemer ingevolge de Wet Administratieve Rechtspraak Bedrijfsorganisatie.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 13-05-2020]

Een opgelegde aanslag kan binnen uiterlijk 3 jaar na afloop van het boekjaar, waarop de heffing betrekking heeft, worden herzien, indien op enigerlei wijze naar het oordeel van de voorzitter komt vast te staan, dat de door de ondernemer verstrekte gegevens c.q. de schatting van de voorzitter onjuist zijn geweest. In dit geval wordt een nieuwe aanslag opgelegd, waaromtrent het bepaalde in artikel 6 van overeenkomstige toepassing is.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 13-05-2020]

De heffing moet worden voldaan binnen 1 maand, nadat de op deze heffing betrekking hebbende aanslag is verzonden.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 13-05-2020]

  • 1 Aan degene, die behoort tot een der in artikel 3 lid 4 HBAG-Registratie-, enquête- en controleverordening 2003 genoemde groepen van ondernemingen en die lid is van één der verenigingen, omschreven in lid 2 van dit artikel, wordt een aftrek op de heffing toegestaan van 50% van de in het verenigingsjaar 2003 betaalde contributies tot een maximum van 50% van de in de artikelen 2 en 3 bedoelde heffing.

    Indien in het jaar voorafgaand aan de heffingsplicht geen contributie was verschuldigd, wordt voor de berekening van de aftrek de in het kalenderjaar 2004 in rekening gebrachte contributie als uitgangspunt genomen.

  • 2 Voor de aftrek op de heffing zoals vermeid in lid 1 komen in aanmerking:

    • a. De ondernemers die, al dan niet rechtstreeks, lid zijn van een organisatie van ondernemers die een of meer leden in het bestuur van het Bedrijfschap heeft benoemd;

    • b. de ondernemers die, al dan niet rechtstreeks, lid zijn van een organisatie van ondernemers die een vereniging met volledige rechtsbevoegdheid is en die:

      • 1e. krachtens haar statutaire doelstelling haar werkzaamheid kan uitstrekken tot tenminste een belangrijk gedeelte van het terrein waarop het HBAG Commissie Groenten en Fruit een taak heeft te vervullen,

      • 2e. voldoet aan de kwalitatieve representativiteits-criteria, genoemd in de onderdelen 1 tot en met 5 van paragraaf II, onder A, van de Richtlijnen representativiteit organisaties,

      • 3e. tot de werkingssfeer van het HBAG Commissie Groenten en Fruit behorende leden heeft, waarvan het gewogen aantal niet- onbetekenend is,

      • 4e. met betrekking tot de behartiging van sociaal-economische belangen van ondernemers een positie van enige betekenis inneemt binnen de groep van ondernemers die zij beoogt te organiseren, hetgeen onder meer kan blijken uit de mate van representativiteit binnen die groep, de deelname aan het arbeidsvoorwaardenoverleg, het verrichten van studies of diensten die ook buiten die groep van belang worden geacht en de deelname aan regelmatig overleg met de overheid, en

      • 5e. haar activiteiten, al dan niet door middel van een federatie van gelijksoortige organisaties, landelijk ontplooit.

  • 3 Aan de leden van een in het tweede lid, onder b, bedoelde organisatie wordt de aftrek slechts toegestaan op grond van een daartoe strekkend verzoek van het bestuur van die organisatie aan het bestuur van het HBAG.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 13-05-2020]

Deze verordening kan worden aangehaald als Heffingsverordening Groenten en Fruit 2004.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 13-05-2020]

Deze verordening wordt afgekondigd in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie.

Aalsmeer, 13 november 2003

B.J.M. ter Haar

voorzitter

P.M.M. van Ostaijen

secretaris

Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 24 oktober 2005 en door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit bij beschikking van 17 oktober 2005, nr. TRCJZ/2004/6122.

Naar boven