vierde Faciliteringsregeling Regionale Expertisecentra in oprichting 2001/2002

[Regeling vervallen per 31-12-2004.]
Geraadpleegd op 20-04-2024.
Geldend van 26-05-2001 t/m 30-12-2004

vierde Faciliteringsregeling Regionale Expertisecentra in oprichting 2001/2002

De staatssecretaris van onderwijs, cultuur en wetenschappen,

Gelet op artikel 4 van de Wet overige OCenW-subsidies;

Besluit

Artikel 1. Begripsbepaling

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

In deze regeling wordt verstaan onder:

Regionaal Expertisecentrum in oprichting:

scholen in een geografisch afgebakend gebied die een convenant hebben opgesteld en ondertekend. In het convenant verklaren de bevoegde gezagsorganen dat één of meer onder hun bestuur staande scholen zullen samenwerken met als doel te komen tot een Regionaal Expertisecentrum dat verantwoordelijk is voor de taken als benoemd in artikel 5, eerste lid.

school:

een school voor speciaal onderwijs, voortgezet speciaal onderwijs of voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Wet op de expertisecentra, dan wel van een afdeling voor zeer moeilijk lerende kinderen genoemd in artikel XXXIII, tweede lid, van de Wet van 2 april 1998, (Stb 1998, 228).

Artikel 2. Doel van de subsidieverstrekking

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

Met de subsidie wordt beoogd de Regionale Expertisecentra in oprichting, die geen gebruik maken van het Landelijk Experimenteerkader (gepubliceerd in het Gele katern van Uitleg van 21 februari 2001), in staat te stellen die maatregelen te treffen die noodzakelijk zijn ter voorbereiding op de beoogde wettelijke taken, zoals die zijn geformuleerd in de Uitwerkingsnotitie LGF.

Artikel 3. Hoogte en berekeningsgrondslag subsidie

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

  • 1 De hoogte van de subsidie wordt bepaald door het aantal scholen dat deelneemt in het Regionaal Expertisecentrum in oprichting te vermenigvuldigen met een bedrag van ƒ 40.000,- (€ 18.151,21).

  • 2 Scholen kunnen slechts in één Regionaal Expertisecentrum in oprichting deelnemen.

Artikel 4. Aanvraagprocedure

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

  • 1 Om voor de subsidie, bedoeld in artikel 3, in aanmerking te komen wordt door het bevoegd gezag van de coördinerende school van het Regionale Expertisecentrum in oprichting een aanvraag ingediend, met inachtneming van de volgende leden van dit artikel.

  • 2 Bij de aanvraag worden de gegevens van de coördinerende school en de deelnemende scholen in het Regionale Expertisecentrum in oprichting vermeld: brinnummer, naam van de school en adres van de school.

  • 3 De aanvraag gaat vergezeld van een plan als bedoeld in artikel 5 en een afschrift van het gezamenlijk vastgestelde verslag van het gesprek met de wegbereiders over de vorderingen die het Regionaal Expertisecentrum in oprichting in het schooljaar 2000-2001 heeft gemaakt.

  • 4 In de aanvraag wordt een contactpersoon genoemd van de coördinerende school, onder vermelding van diens functie en het telefoonnummer waaronder deze bereikbaar is.

  • 5 De aanvraag inclusief de onder het derde lid van dit artikel genoemde elementen wordt ingediend bij:

    Centrale Financiën Instellingen,

    Postbus 606

    2700 ML Zoetermeer

    t.a.v. CFI/FTO/TBD

    Onder vermelding van: Aanvraag facilitering Regionale Expertisecentra in oprichting 2001/2002.

  • 6 De aanvraag dient uiterlijk 15-10-2001 te zijn ingediend. Aanvragen die na deze datum worden ingediend, worden niet in behandeling genomen.

Artikel 5. Toekenningsvoorwaarden

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

  • 1 Het Regionale Expertisecentrum in oprichting bereidt zich in ieder geval voor op:

    • -

      het inrichten en in stand houden van een Commissie voor de Indicatiestelling

    • -

      het coördineren van de ambulante begeleiding aan geïndiceerde leerlingen in het regulier onderwijs

    • -

      het ondersteunen van ouders bij het zoeken naar een school voor regulier dan wel speciaal onderwijs

  • 2 Het Regionaal Expertisecentrum in oprichting dient een plan in waarin de onderwijskundige, personele, materiële en financiële consequenties van de ambities van het Regionaal Expertisecentrum zijn uitgewerkt. In dit plan dient tevens aangegeven te worden hoe de coördinatie van de ambulante begeleiding er vanaf 01-08-2002 uit zal zien.

  • 3 Het plan bevat een opgave van het aaneengesloten gebied waarin het Regionale Expertisecentrum werkzaam zal zijn. De grenzen van het gebied worden aangegeven op basis van de grenzen van gemeenten. In het plan wordt vermeld in hoeverre er overeenstemming bestaat over de gebiedsafbakening met de aangrenzende Regionale Expertisecentra van hetzelfde cluster.

  • 4 De toekomstige leden van de Commissie voor de Indicatiestelling nemen in het voorjaar van 2002 deel aan een inwerktraject ter voorbereiding op de werkzaamheden die zij gaan verrichten.

  • 5 Het Regionaal Expertisecentrum in oprichting heeft op uiterlijk 1 juni 2002 een rechtspersoon bij notariële akte ingesteld. Zodra de rechtspersoon is ingericht stuurt het REC een afschrift van de notariële akte naar het onder art. 4, 5e lid vermelde adres. Het afschrift dient uiterlijk 15 juni 2002 in bezit te zijn van Cfi.

  • 6 Het Regionale Expertisecentrum in oprichting neemt niet deel aan het Landelijk experimenteerkader Regionale Expertisecentra in oprichting, gepubliceerd op 21 februari 2001.

Artikel 6. Betaling van de subsidie

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

De subsidie wordt als voorschot in twee termijnen betaald. De eerste termijn (5/12) wordt uiterlijk in november 2001 betaalbaar gesteld aan de coördinerende school, de tweede termijn (7/12) wordt uiterlijk in april 2002 beschikbaar gesteld.

Artikel 7. Verantwoording van de subsidie

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

  • 1 In de AVR van de coördinerende school van het jaar waarin de activiteiten zijn afgerond dient door de instellingsaccountant te worden opgenomen of de subsidie overeenkomstig deze regeling is besteed.

  • 2 De Minister kan de subsidie geheel of gedeeltelijk terugvorderen indien uit de financiële verantwoording blijkt dat deze niet is besteed in overeenstemming met de bepalingen van de regeling.

Artikel 8. Bekendmaking

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

Deze regeling zal met de toelichting in Uitleg OCenW-regelingen worden geplaatst. Van deze plaatsing zal mededeling worden gedaan in de Staatscourant.

Artikel 9. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de derde dag na de datum van uitgifte van Uitleg OCenW-regelingen waarin deze regeling wordt geplaatst.

Artikel 10. Citeertitel

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

Deze regeling wordt aangehaald als: Vierde Faciliteringsregeling Regionale Expertisecentra in oprichting 2001/2002.

De

staatssecretaris van

van onderwijs, cultuur en wetenschappen,

drs. K.Y.I.J. Adelmund.

Naar boven