Bijlage 1
[Regeling vervallen per 11-06-2005]
A. Programma Duurzame Energie 2000 (deel 2)
[Regeling vervallen per 11-06-2005]
Op 20 juni jl. is de Uitvoeringsregeling BSE 2000-III (Stcrt. 116) gepubliceerd, waarbij
het programma Duurzame Energie 2000 is vastgesteld. In deze aanvullende regeling wordt
een onderdeel aan dit programma toegevoegd. Het doel van het programma Duurzame Energie
2000 is het bevorderen van de ontwikkeling en toepassing van duurzame energie. Onder
duurzame energie wordt verstaan: (combinaties van) windenergie, fotovoltaïsche zonne-energie,
thermische zonne-energie, aardwarmte, energieopslag, omgevingswarmte, waterkracht,
afval en biomassa, zoals bedoeld in de voortgangsrapportage Duurzame energie in uitvoering
(juli 1999).
In aanvulling op het gepubliceerde programma Duurzame Energie 2000 omvat deel 2 van
dit programma het onderdeel Duurzame Energie Algemeen (DEA).
Beoordelingsaspecten
[Regeling vervallen per 11-06-2005]
De mate waarin een project bijdraagt aan de realisering van de doelstelling van het
programma, wordt bepaald door algemene aspecten en door onderdeelspecifieke aspecten.
De algemene aspecten zijn:
-
a. de slaagkans van het project;
-
b. de nieuwheid van het project;
-
c. de potentiële energieverdienste van het project;
-
d. de milieuverdienste van het project;
-
e. de projectkosten in relatie tot de potentiële bijdrage van het project aan de doelstelling
van het programma;
-
f. de relevantie voor andere doelstellingen van overheidsbeleid;
-
g. de mate waarin relevante kennisoverdracht plaatsvindt;
-
h. de toepassingsmogelijkheden van het projectresultaat in de markt;
-
i. de mate waarin het project aansluit bij een aanwezig innovatietraject van de aanvrager
of van anderen;
-
j. de mate waarin samengewerkt wordt met andere (markt)partijen, bijvoorbeeld in technologieclusters
of in marktclusters;
-
k. voorzover van toepassing de mate waarin voor gemeenten en provincies invulling wordt
gegeven aan de (voorbereiding van) afspraken over duurzame energie;
-
l. de aansluiting op internationale ontwikkelingen;
-
m. het perspectief op de economische haalbaarheid van de toepassing van een technologie
op de korte of langere termijn.
Toelichting op de bovengenoemde algemene aspecten
[Regeling vervallen per 11-06-2005]
ad a. Indien de slaagkans van een project te gering wordt geacht, zal het verlenen
van subsidie niet aan de orde zijn. Voor het vaststellen van de slaagkans van een
project wordt, naast een inschatting van de technische en financieel/economische haalbaarheid,
tevens rekening gehouden met factoren van organisatorische, juridische en bestuurlijke
aard, alsmede met de financiële draagkracht van de aanvrager.
ad b. Onder het nieuwheidscriterium wordt in dit programma verstaan:
Er dient sprake te zijn van voor Nederland in meer of mindere mate grensverleggende
toepassingen.
ad d. Bij de bepaling van de milieuverdienste wordt rekening gehouden met:
-
de mate waarin CO2-emissies worden vermeden;
-
de mate waarin emissies van andere milieubelastende stoffen worden gereduceerd;
-
de mate waarin wordt vermeden dat verschuivingen van milieueffecten van het ene milieucompartiment
naar het andere optreden.
ad h. Een project wordt mede beoordeeld op basis van inzicht in de markttoepassing
of het herhalingspotentieel van het specifieke project of product.
ad i. Van belang is dat projecten zoveel mogelijk aansluiten op reeds eerder door
de aanvrager of door anderen gegenereerde kennis en dat voor wat betreft haalbaarheids-,
onderzoeks- of ontwikkelingsprojecten doublures worden vermeden.
Onderdeel A. Duurzame Energie Algemeen (DEA)
[Regeling vervallen per 11-06-2005]
Het doel van het onderdeel Duurzame Energie Algemeen is het bevorderen van de toepassing
van duurzame energie.
Het onderdeel Duurzame Energie Algemeen beoogt een extra impuls te geven aan de introductie
van duurzame energie, zodat het implementatietempo verhoogd wordt, en de doelstelling
10% duurzaam in 2020 bereikt kan worden.
Het onderdeel omvat twee subonderdelen.
A1. Informatievoorziening
[Regeling vervallen per 11-06-2005]
Dit subonderdeel is gericht op het informeren van marktpartijen, overheden en het
publiek over de toepassingsmogelijkheden van duurzame energie om daarmee een positief
effect te realiseren op de totstandkoming van duurzame energie projecten.
De voornaamste soorten projecten die in 2000 voor een subsidie in aanmerking komen
zijn kennisoverdrachtprojecten, die gericht zijn op het verspreiden van informatie
over de toepassingsmogelijkheden van duurzame energie. Organisaties die zelf geen
commercieel belang hebben bij de informatie die wordt verspreid, kunnen een bijdrage
leveren aan dit subonderdeel.
A2. Marktontwikkeling
[Regeling vervallen per 11-06-2005]
Dit subonderdeel is gericht op het versnellen van de toepassing van duurzame energie.
De voornaamste projecten die in 2000 voor een subsidie in aanmerking komen zijn haalbaarheids-
en kennisoverdrachtprojecten waarbij via scans potentiële toepassingen van duurzame
energie in kaart worden gebracht en implementatietrajecten worden aangegeven. Aan
dit subonderdeel kunnen met name bijdragen:
Voor zakelijke energiegebruikers geldt een maximum subsidiepercentage van 50% van
de projectkosten.
B. Subsidieplafond
[Regeling vervallen per 11-06-2005]
Het subsidieplafond voor het verlenen van subsidies op in 2000 en 2001 ontvangen aanvragen
met betrekking tot het programma Duurzame Energie 2000 (deel 2), onderdeel A, bedraagt
f 3.230.000,00, met dien verstande dat voor het subonderdeel informatievoorziening
maximaal f 1.630.000,00 beschikbaar is.
C. Aanvraagperiode
[Regeling vervallen per 11-06-2005]
Aanvragen met betrekking tot het programma Duurzame Energie 2000 (deel 2), onderdeel
A, moeten door Novem zijn ontvangen in de periode 18 juli 2000 tot en met 31 januari
2001.
Nadere informatie is te verkrijgen bij:
Novem B.V., Postbus 8242, 3503 RE Utrecht, tel. 030-2393493.
Novem B.V., Postbus 17, 6130 AA Sittard, tel. 046-4202202.