Wet van 22 april 1999, houdende regels inzake het treffen van voorzieningen ten behoeve
                                    van remigratie (Remigratiewet)
                               
                              
                                 Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
                                    enz. enz. enz.
                                 Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
                                 Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is bepalingen vast te stellen
                                    met betrekking tot het beschikbaar stellen van voorzieningen om remigratie mogelijk
                                    te maken;
                                 
                                    
                                    Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
                                       hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: