Onderwerpen centraal en schriftelijk examen aardrijkskunde 1997-1998

[Regeling vervallen per 31-12-2004.]
Geraadpleegd op 16-04-2024.
Geldend van 01-08-1997 t/m 30-12-2004

Onderwerpen centraal en schriftelijk examen aardrijkskunde 1997-1998

De staatssecretaris van onderwijs, cultuur en wetenschappen,

Gelet op artikel 1 juncto de bijlage 1a, 1b, 2a en 2b van de Regeling examenprogramma's aardrijkskunde v.w.o. en h.a.v.o., artikel 2 juncto bijlage 3 van de Regeling examenprogramma's algemene eindexamenvakken v.b.o. en m.a.v.o. en artikel 2 juncto bijlage 3 van de Regeling examenprogramma's staatsexamens mavo;

Besluit:

Artikel 1. Onderwerpen centraal en schriftelijk examen aardrijkskunde vwo

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

De onderwerpen voor het centraal (schriftelijk) examen vwo in het schooljaar 1997/1998 zijn:

  • A. (sociale geografie van het Koninkrijk der Nederlanden)

    • A1. Het Nederlandse landschap – Veenlandschap (circulaire DGVO 13.200 van 20 mei 1985).

    • A2. Het Nederlandse landschap – Rivierkleilandschap (circulaire DGVO 13.200 van 20 mei 1985)

    • A3. Bevolkingsgeografie (circulaire VO/AV 87-04 van 9 juli 1987)

    • A4. Milieugeografie van Nederland:

      Nederland en de internationale milieuproblemen ( bijlage 1 bij regeling VO/BOB 94024743 van 7 juni 1994, Uitleg OenW-Regelingen 1994, 17a)

    • A5. De Nederlander en de milieugebruiksruimte ( bijlage 2 bij regeling VO/BOB 94024743 van 7 juni 1994, Uitleg OenW-Regelingen 1994, 17a)

  • B. (de overige onderwerpen)

    • B1. Marokko (bijlage III bij regeling VO/AV/BE-894375 van 16 april 1989, Uitleg OenW-Regelingen 1989, 11).

    • B2. Internationalisering: Nederland in Europa, Europa in de Wereld ( bijlage bij regeling VO/BOB-96006607 van 13 maart 1996, Uitleg OCenW-Regelingen 1996, 10a).

Artikel 2. Onderwerpen centraal en schriftelijk examen aardrijkskunde havo

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

De onderwerpen voor het centraal (schriftelijk) examen havo in het schooljaar 1997/1998 zijn:

  • A. (sociale geografie van het Koninkrijk der Nederlanden):

    • A1. Het Nederlandse landschap – Zandlandschap (circulaire DGVO 13.200 van 20 mei 1985)

    • A2. Het Nederlandse landschap – Zeekleilandschap (circulaire DGVO 13.200 van 20 mei 1985)

    • A3. Bevolkingsgeografie (circulaire VO/AV 87-04 van 9 juli 1987)

    • A4. Nederland Distributieland: Mainports ( bijlage 3 bij regeling VO/BOB-94024743 van 7 juni 1994, Uitleg OenW-Regelingen 1994, 17a)

  • B. (overig onderwerp):

    I. Frankrijk ( Regeling VO/AVV/OB/VOII-90029415 van 14 mei 1990, Uitleg OenW-Regelingen 1990, 15).

Artikel 3. Onderwerpen centraal en schriftelijk examen aardrijkskunde mavo en vbo-C/D

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

De onderwerpen voor het centraal (schriftelijk) examen aardrijkskunde mavo en vbo-C/D in het schooljaar 1997/1998 zijn:

  • I. Spanje, ( bijlage bij regeling VO/BOB-93016313 van 7 mei 1993, Uitleg OenW-Regelingen 1993, 14).

  • II. De Nederlanders en hun vakantiebestemmingen ( bijlage bij regeling VO/BOB-95012184 van 16 juni 1995, Uitleg OCenW-Regelingen 1995, 18).

Artikel 4. Bekendmaking

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

Deze regeling met bijlagen zal in Uitleg OCenW-Regelingen worden geplaatst. Van deze plaatsing zal mededeling worden gedaan in de Staatscourant.

Artikel 5. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 1997.

Artikel 6. Citeertitel

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

Deze regeling wordt aangehaald als: Onderwerpen centraal en schriftelijk examen aardrijkskunde 1997-1998.

De

staatssecretaris

van onderwijs, cultuur en wetenschappen,

T. Netelenbos

Bijlage Examenstruktuur: ‘Internationalisering: Nederland in Europa, Europa in de Wereld’

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

A. Omschrijving examenstof

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

Het betreft:

  • 1. Economische processen: gericht op bedrijven, zoals schaalvergroting, integratie, regionale specialisatie en concurrentie.

  • 2. Politieke processen: gericht op landen en gebieden, zoals schaalvergroting, protectionisme, het ontstaan van Exclusieve Economische Zones, samenwerking en verbrokkeling of schaalverkleining.

  • 3. De wisselwerking tussen deze processen en het spanningsveld daartussen.

  • 4. De schaalniveaus Nederland, Europa en de Wereld. Vanuit Nederland wordt uitgezoomd naar Europa en vanuit Europa wordt uitgezoomd naar de wereld.

De economische en politieke processen dienen te worden bezien als ruimtelijke processen.

B. Nadere uitwerking van de examenstof

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

  • I. Nederland in Europa

    De leerlingen zijn in staat de wisselwerking tussen economische en politieke processen te beschrijven, te verklaren en te beoordelen voor wat betreft:

    • Tuinbouw

    • Petrochemische industrie

    • Transport en distributie

  • II. Europa in de Wereld

    De leerlingen zijn in staat de wisselwerking tussen economische en politieke processen te beschrijven, te verklaren en te beoordelen voor wat betreft:

    • Visserij

    • Auto-industrie

    • Investeringen

C. Geografische werkwijzen

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

Leerlingen zijn in staat geografische werkwijzen afzonderlijk en in combinatie toe te passen. In dat verband kunnen zij:

  • a. verschijnselen beschrijven door aan te geven uit welke deelverschijnselen ze bestaan en gebieden beschrijven door deelgebieden aan te geven;

  • b. verschijnselen en gebieden beschrijven als deel van een groter geheel;

  • c. verschijnselen en gebieden op verschillende schaal beschouwen;

  • d. aan verschijnselen meer dimensies onderscheiden en gebieden op grond van meer dimensies karakteriseren;

  • e. overeenkomsten en verschillen aangeven tussen gebieden en tussen verschijnselen;

  • f. samenhangen tussen verschijnselen en relaties tussen gebieden aangeven.

D. Centrale begrippen

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

Relevante termen en begrippen, die naar de gangbare mening van onderwijsgevenden, tot de vaste geografische basiskennis behoren, worden bekend verondersteld.

Naar boven