Besluit van 22 maart 1991, ter uitvoering van artikel 932, vierde lid, van Boek 8
van het Burgerlijk Wetboek
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 30 november 1990, Stafafdeling
Wetgeving Nieuw B.W. nr. 37745/690, mede namens Onze Minister van Verkeer en Waterstaat;
Gelet op artikel 932, vierde lid, van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek;
Gezien het advies van de Adviescommissie Goederenvervoer, bedoeld in artikel 6 van
de Wet Goederenvervoer Binnenscheepvaart (Stb. 1951, 472);
De Raad van State gehoord (advies van 22 januari 1991, nr. W03.90.0610);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie van 15 maart 1991, Stafafdeling
Wetgeving Nieuw B.W., nr. 48297/91/6 mede namens Onze Minister van Verkeer en Waterstaat
a.i.;
Hebben goedgevonden en verstaan: