Visering van het aan boord van schepen gehouden register van strafbare feiten

[Regeling vervallen per 02-01-2005.]
Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 01-01-1970 t/m 01-01-2005

Visering van het aan boord van schepen gehouden register van strafbare feiten

De Minister van Justitie,

Gelet op artikel 539u, vijfde lid, van het Wetboek van Strafvordering, zoals dit artikel bij de wet van 8 mei 1969, Stb. 191, gewijzigd is,

Besluit:

[Regeling vervallen per 02-01-2005]

  • 1 Het register van strafbare feiten, dat aan boord van Nederlandse schepen moet worden gehouden, dient ten minste één keer in de zes maanden aan een ambtenaar van monstering, als bedoeld in artikel 1 van het Schepelingenbesluit, ter visering te worden aangeboden. Een honorair consulair ambtenaar wordt te dezen niet als ambtenaar van monstering aangemerkt.

  • 2 De beschikking van 31 januari 1968, Hoofdafdeling Staats- en Strafrecht, nr. 036/268, waarbij voorschriften werden gesteld voor het viseren van het register van strafbare feiten, wordt ingetrokken.

  • 3 Deze beschikking zal worden geplaatst in de Nederlandse Staatscourant en in werking treden met ingang van 1 januari 1970.

's-Gravenhage, 31 oktober 1969

De

Minister

voornoemd,
Namens de Minister:
De

secretaris-generaal

,

A. J. Fonteijn

, l.s.g
Naar boven