Besluit bepalingen doorvoer absint

Geraadpleegd op 06-05-2024.
Geldend van 21-07-1910 t/m heden

Besluit van 7 juni 1910, houdende bepalingen omtrent den doorvoer van absint

Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Op de voordracht van Onze Ministers van Financiën van 15 April 1910, n°. 50, Afdeeling Accijnzen, en van Binnenlandsche Zaken van 21 April 1910, n°. 595, afdeeling Volksgezondheid en Armwezen;

Gezien artikel 2 der Absintwet 1909 (Staatsblad n°. 402);

Den Raad van State gehoord (advies van 24 Mei 1910, n°. 25);

Gelet op het nader rapport van Onze voornoemde Ministers van 30 Mei 1910, n°. 53, Afdeeling Accijnzen, en van 3 Juni 1910, n°. 1958, Afdeeling Volksgezondheid en Armwezen;

Hebben goedgevonden en verstaan te bepalen:

Artikel 1

Doorvoer van absint is bij inkomen aan de zeezijde geoorloofd op den voet van de Algemeene Wet van 26 Augustus 1822 (Staatsblad n°. 38), laatstelijk gewijzigd bij de wet van 1 Juli 1909 (Staatsblad n°. 251), en van het Koninklijk besluit van 26 Maart 1872 (Staatsblad n°. 19), laatstelijk gewijzigd bij Ons besluit van 8 Juli 1907 (Staatsblad n°. 180); bij inkomen aan de landzijde op den voet van het genoemde gewijzigd Koninklijk besluit; een en ander met inachtneming van de bepalingen der volgende twee artikelen.

Artikel 2

Absint, dat zal worden doorgevoerd, moet in alle aangiften en documenten met name vermeld worden.

Artikel 3

Gedurende het transport van het eerste kantoor tot aan het verlaten van het Nederlandsch grondgebied behoort het absint te zijn onder verzegeling, aangebracht door ambtenaren der invoerrechten.

Artikel 4

In de daartoe leidende gevallen kan doorvoer van absint, met inachtneming van het bepaalde bij de artt. 2 en 3 van het tegenwoordig besluit, ook geschieden op de wijze, vastgesteld bij internationale regeling.

Onze voornoemde Ministers zijn belast met de uitvoering van dit besluit, hetwelk in het Staatsblad zal worden geplaatst, en waarvan afschrift zal worden gezonden aan den Raad van State.

Het Loo, den 7den Juni 1910

WILHELMINA.

De Minister van Financiën,

Kolkman.

De Minister van Binnenlandsche Zaken,

Heemskerk.

Uitgegeven den eersten Juli 1910.

De Minister van Justitie,

E. R. H. Regout.

Naar boven