De Benelux-Staten (het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg, het Koninkrijk
der Nederlanden) en Oekraïne,
hierna „de Partijen” genoemd,
Overeenkomstig artikel 16 van de op 18 juni 2007 te Luxemburg ondertekende Overnameovereenkomst
tussen de Europese Gemeenschap en Oekraïne,
hierna „de Overeenkomst” genoemd,
zijn het volgende overeengekomen:
In dit Uitvoeringsprotocol wordt verstaan onder:
-
– „diplomatieke vertegenwoordiging”: de bij de verzoekende Partij geaccrediteerde diplomatieke
of consulaire vertegenwoordiging van de aangezochte Partij;
-
– „bevoegde autoriteit”: de door de relevante Partijen aangewezen autoriteit, belast
met de praktische uitvoering van de Overeenkomst;
-
– „begeleider(s)”: de door de bevoegde autoriteit van de verzoekende Partij aangewezen
persoon (of personen), belast met de begeleiding van de over te nemen of door te geleiden
persoon.
Artikel 2. Bevoegde autoriteiten
(Artikel 16, eerste lid, onder a), van de Overeenkomst)
Artikel 3. Grensdoorlaatposten
(Artikel 16, eerste lid, onder b) en e), van de Overeenkomst)
Artikel 4. Overnameverzoek
(Artikel 5 van de Overeenkomst)
-
1 Het overnameverzoek wordt met inachtneming van artikel 13 van de Overeenkomst via
e-mail of andere technische communicatiemiddelen schriftelijk ingediend bij de bevoegde
autoriteit van de aangezochte Partij. Op de datum dat de aangezochte Partij het overnameverzoek
ontvangt, informeert zij de verzoekende Partij over deze ontvangst.
(Artikel 6, tweede lid, van de Overeenkomst)
-
1 De bevoegde autoriteit van de verzoekende Partij en de diplomatieke vertegenwoordiging
of de bevoegde autoriteit van de aangezochte Partij maken overeenkomstig artikel 6,
tweede lid, van de Overeenkomst afspraken omtrent tijdstip, plaats en methode (bijv.
via videoconferentie) van het interview.
Artikel 6. Antwoord op het overnameverzoek
(Artikel 8, tweede lid, van de Overeenkomst)
Artikel 7. Reisdocumenten
(Artikel 2, tweede lid, en artikel 3, vierde lid, van de Overeenkomst)
-
1 Bij een positief antwoord op een overnameverzoek voor een eigen onderdaan worden de
voor terugkeer vereiste reisdocumenten onverwijld doch uiterlijk binnen vijf (5) werkdagen
na de datum van ontvangst van een positief antwoord op het overnameverzoek, op naam
van de over te nemen persoon gesteld en door de diplomatieke vertegenwoordiging aan
de bevoegde autoriteiten van de verzoekende Partij verstrekt.
Artikel 8. Wijze van overdracht
(Artikel 9 van de Overeenkomst)
(Artikelen 10 en 11 van de Overeenkomst)
-
2 De bevoegde autoriteit van de aangezochte Partij deelt uiterlijk tien (10) kalenderdagen
vóór de overdracht via e-mail of andere technische communicatiemiddelen schriftelijk
mee dat zij instemt met de doorgeleiding en de hiervoor geplande datum, de plaats
waar de grens wordt overschreden, de wijze van vervoer en het eventuele gebruik van
begeleiders. Daartoe maakt de aangezochte Partij eveneens gebruik van het formulier
dat als bijlage 6 aan de Overeenkomst is gehecht.
Artikel 10. Ondersteuning van de doorgeleiding
(Artikel 11, vierde lid, van de Overeenkomst)
Artikel 11. Gebruik van begeleiders bij overname of doorgeleiding
(Artikelen 9, 10 en 11 van de Overeenkomst)
De Partijen zijn de volgende voorwaarden voor het gebruik van begeleiders bij overname
of doorgeleiding op het grondgebied van de aangezochte Partij overeengekomen:
-
– De begeleiders zijn verantwoordelijk voor de over te nemen of door te geleiden persoon
en voor zijn of haar documenten die betrekking hebben op de overname en doorgeleiding.
-
– De begeleiders voeren hun taak ongewapend en in burgerkledij uit. Zij dienen in het
bezit te zijn van de instemming met overname of doorgeleiding en een geldig reisdocument.
-
– De aangezochte Partij verleent de begeleiders bij de uitoefening van hun taken en
bevoegdheden dezelfde bescherming en bijstand als aan de eigen ter zake bevoegde ambtenaren.
-
– Op het grondgebied van de aangezochte Partij moeten de begeleiders het recht van de
aangezochte Partij naleven. De bevoegdheden van de begeleiders zijn beperkt tot de
noodzakelijke zelfverdediging. Indien de aangezochte Partij geen ondersteuning kan
bieden dan wel bij het bijstaan van ondersteunend personeel van de aangezochte Partij
in gevaarlijke situaties, mogen de begeleiders passende maatregelen nemen om te voorkomen
dat de betrokkene vlucht, zichzelf of derden letsel toebrengt dan wel schade aan goederen
veroorzaakt.
-
– De begeleiders blijven een door te geleiden persoon vergezellen tot de doorgeleidingsprocedure
geheel is voltooid.
(Artikel 12 van de Overeenkomst)
Alle door de aangezochte Partij gemaakte en in artikel 12 van de Overeenkomst bepaalde
kosten worden binnen zestig (60) kalenderdagen na overlegging van een factuur en de
nodige bankgegevens door de aangezochte Partij door middel van een bankgiro door de
verzoekende Partij vergoed.
De Partijen communiceren met elkaar in de Engelse taal.
Artikel 14. Vergadering van deskundigen
Op verzoek van één van de Partijen wordt er een vergadering van deskundigen, bestaande
uit vertegenwoordigers van de bevoegde autoriteiten van de Partijen, belegd.
Eventuele geschillen betreffende de interpretatie en/of toepassing van dit Uitvoeringsprotocol
worden via onderhandelingen door de Partijen beslecht.
Het Secretariaat-Generaal van de Benelux is depositaris van dit Uitvoeringsprotocol
voor de Benelux-Staten en bezorgt elke Benelux-Staat een eensluidend afschrift van
het origineel van dit Uitvoeringsprotocol.
Artikel 18. Inwerkingtreding, wijzigingen en beëindiging
-
2 Overeenkomstig artikel 16, tweede lid, van de Overeenkomst treedt dit Uitvoeringsprotocol
in werking op de eerste dag van de tweede maand nadat de depositaris het Gemengd Comité
overname ervan in kennis heeft gesteld dat de daarvoor noodzakelijke interne procedures
door iedere Partij zijn voltooid. Een afschrift van deze kennisgeving wordt door de
depositaris aan iedere Partij verstrekt.
-
3 Dit Uitvoeringsprotocol kan in onderlinge overeenstemming tussen de Partijen worden
gewijzigd en aangevuld. Wijzigingen en aanvullingen die in de vorm van afzonderlijke
protocollen worden opgesteld, maken een integrerend deel uit van dit Uitvoeringsprotocol
en worden van kracht volgens de in het eerste en het tweede lid van dit artikel bedoelde
procedure.