Artikel 2. Begripsomschrijvingen
In dit Verdrag wordt verstaan onder:
„Vervoersondernemer": een natuurlijke persoon of een rechtspersoon die van de bevoegde
autoriteit een vergunning heeft verkregen om internationaal vervoer van personen of
goederen over de weg te verrichten:
-
a. als ondernemer die beroepsmatig vervoersactiviteiten verricht, krachtens specifieke
nationale wetgeving inzake het beroep van vervoersondernemer,
-
b. als ondernemer voor eigen rekening die de vervoersactiviteiten verricht als nevenactiviteit
binnen het geheel aan activiteiten van zijn onderneming of vereniging.
„voertuig":
-
a. elk wegvoertuig gebouwd of ingericht voor:
-
– het vervoer van personen en met meer dan negen (9) zitplaatsen, die van de bestuurder
daaronder begrepen;
-
– het vervoer van goederen, waarvan het toegestane totaalgewicht in beladen toestand
hoger is dan 3,5 ton in Tunesië of 6 ton in Nederland;
-
– het trekken van een ander voertuig dat is gebouwd of ingericht voor het vervoer van
goederen;
-
b. elke aanhangwagen of oplegger;
-
c. elke mogelijke combinatie van de in de onderdelen a en b genoemde voertuigen krachtens
de wetten en voorschriften die in de landen van de Verdragsluitende Partijen van kracht
zijn.
„Vergunning": de vergunning die door een Verdragsluitende Partij wordt afgegeven voor
het binnenkomen en verlaten van en voor de doorvoer over het grondgebied van de andere
Verdragsluitende Partij van een voertuig dat in het land van een van de Verdragsluitende
Partijen is geregistreerd, alsmede elke andere in dit Verdrag bedoelde vergunning.
„Vervoer": het rijden met een beladen of onbeladen voertuig, ook indien het voertuig
voor een deel van de rit wordt vervoerd per trein of boot.
„Cabotage": vervoerswerkzaamheden op het grondgebied van de Verdragsluitende Partij,
het gastheerland, waarbij de laad- en losplaatsen op dat grondgebied liggen, door
een vervoersondernemer die is gevestigd op het grondgebied van de andere Verdragsluitende
Partij.
„Grondgebied van een Verdragsluitende Partij": respectievelijk het grondgebied van
Tunesië en het grondgebied van het Koninkrijk der Nederlanden in Europa.
„Land van vestiging": het grondgebied van een Verdragsluitende Partij waar de vervoersondernemer
is gevestigd en het voertuig is geregistreerd.
„Gastheerland": het grondgebied van een Verdragsluitende Partij waarop met het voertuig
vervoer wordt verricht, terwijl het daar niet is geregistreerd en de vervoersondernemer
daar niet is gevestigd.
„Autobus": een voertuig dat is gebouwd en ontworpen voor het vervoer van personen
en dat behalve de zitplaats voor de bestuurder, meer dan acht zitplaatsen heeft.
„Geregelde passagiersdienst": een dienst waarbij personen worden vervoerd over een
specifiek traject, overeenkomstig een dienstregeling en waarvoor vaste tarieven in
rekening worden gebracht; de passagiers worden aan boord genomen of afgezet op van
tevoren vastgestelde haltes. De dienst is voor iedereen toegankelijk, hoewel in sommige
gevallen reservering vereist is. Een geregelde dienst omvat eveneens een dienst die
grotendeels aan de bovengenoemde criteria voldoet en die als zodanig wordt uitgevoerd.
„Ongeregelde dienst": een dienst die niet binnen de begripsomschrijving van een geregelde
dienst valt.
„Vervoer met gesloten deuren": het vervoer van een groep personen aan boord van hetzelfde
voertuig of dezelfde voertuigen tijdens een reis „met gesloten deuren" die begint
op een locatie op het grondgebied van de Verdragsluitende Partij waar het voertuig
is geregistreerd, met een locatie op het grondgebied van de andere Verdragsluitende
Partij als bestemming, en die eindigt op het grondgebied van de eerstgenoemde Verdragsluitende
Partij. Indien het vervoer voor eigen rekening betreft, dient dit door een reisbureau,
een hoteleigenaar of een toeristische onderneming te worden uitgevoerd of georganiseerd
ten behoeve van de klanten ervan.
„Vervoer voor eigen rekening": het vervoer
-
– uitgevoerd met gebruikmaking van voertuigen
-
– dat slechts een nevenactiviteit is binnen het geheel van de activiteiten van de vervoersondernemer;
of
-
– van klanten of van personeel van de vervoersondernemer;
-
– van goederen die toebehoren aan de vervoersondernemer of door deze zijn verkocht,
gekocht, verhuurd of gehuurd, vervaardigd, gewonnen, verwerkt of gerepareerd, en die
vervoerd worden om de goederen naar de onderneming te brengen, van de onderneming
te verzenden of ten behoeve van de onderneming te verplaatsen.
„Controledocument": het reisblad voor autobussen, conform het model dat door de in
artikel 13 van dit Verdrag bedoelde Gemengde Commissie, wordt vastgesteld.