Besluit van 10 oktober 2022, houdende regels omtrent de oprichting en inrichting van
een kiescollege voor de Eerste Kamer voor Nederlanders die geen ingezetenen zijn alsmede
wijziging van het Kiesbesluit ten behoeve van de verkiezing van de leden van het kiescollege
voor Nederlanders die geen ingezetenen zijn en de verkiezing van de leden van de Eerste
Kamer door de leden van dit kiescollege (Besluit kiescollege niet-ingezetenen)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van
16 augustus 2022, nr. 2022-0000359620;
Gelet op de artikelen 19, vierde lid, en 27, tweede lid, 36, eerste lid, in samenhang met artikel D 4 van de Kieswet, en 40, derde lid, van de Wet kiescollege niet-ingezetenen en de artikelen Pa 1, in samenhang met de artikelen D 4, H 1, derde lid, H 3, vijfde lid, H 3, zevende lid, H 9, vierde lid, en P 20, tweede lid, Pa 15, eerste lid, Pa 16, derde lid, Pa 26, Pa 27, derde lid, Ua 3, tweede lid, van Kieswet;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 21 september 2022,
nr. W04.22.00103/I);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
van 5 oktober 2022, nr. 2022-0000526485;
Hebben goedgevonden en verstaan: