Regeling aanvullende bekostiging voor aanpak jeugdwerkloosheid als gevolg van de coronacrisis 2022

[Regeling vervalt per 31-12-2030.]
Geraadpleegd op 05-05-2024.
Geldend van 01-08-2022 t/m heden

Regeling van de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs van 22 februari 2022, nr. PO/FenV/31402895, houdende regels voor het verstrekken van bijzondere en aanvullende bekostiging voor het voortgezet speciaal onderwijs en praktijkonderwijs in verband met de aanpak van jeugdwerkloosheid als gevolg van de coronacrisis voor 2022 (Regeling bijzondere en aanvullende bekostiging voor aanpak jeugdwerkloosheid als gevolg van de coronacrisis 2022)

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

Artikel 2. Aanvullende bekostiging voortgezet speciaal onderwijs

  • 2 De bijzondere bekostiging, bedoeld in het eerste lid, wordt bepaald door het leerlingenaantal, van de school, voor zover het leerlingen in het voortgezet speciaal onderwijs met het arbeidsmarktgerichte uitstroomprofiel betreft, te vermenigvuldigen met een bedrag per leerling.

  • 4 Het bedrag per leerling, bedoeld in het tweede lid, bedraagt € 84,94.

Artikel 3. Aanvullende bekostiging praktijkonderwijs

  • 1 Voor het kalenderjaar 2022 ontvangt het bevoegd gezag van een school voor praktijkonderwijs aanvullende bekostiging praktijkonderwijs.

  • 2 De aanvullende bekostiging, bedoeld in het eerste lid, wordt bepaald door het leerlingenaantal, voor zover het leerlingen in het praktijkonderwijs betreft, te vermenigvuldigen met een bedrag per leerling.

  • 4 Het bedrag per leerling, bedoeld in het tweede lid, bedraagt € 22,26.

  • 5 Artikel 5.39 van de WVO 2020 is van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat de aanvullende bekostiging praktijkonderwijs zowel kan worden aangewend voor voorzieningen in de huisvesting, als voor personeels- of exploitatiekosten.

Artikel 4. Vaststelling en betaling

  • 1 De minister stelt de bekostiging, bedoeld in artikel 2, uiterlijk in mei 2022 ambtshalve vast. De Minister betaalt het bedrag van bekostiging ineens uiterlijk in mei 2022.

  • 2 De minister stelt de bekostiging, bedoeld in artikel 3, uiterlijk in mei 2022 ambtshalve vast op basis van de voorlopige telling op 1 oktober 2021 en stelt deze uiterlijk in december 2022 ambtshalve gewijzigd vast op basis van de definitieve telling op 1 oktober 2021. De minister betaalt het bedrag van bekostiging ineens uiterlijk in mei 2022 en wijzigt het bedrag van bekostiging ineens uiterlijk in december 2022 indien de definitieve telling daartoe aanleiding geeft.

Artikel 5. Verantwoording aanvullende bekostiging

De besteding van de aanvullende bekostiging op grond van deze regeling wordt verantwoord in de jaarverslaglegging overeenkomstig de Regeling jaarverslaggeving onderwijs.

Artikel 6. Inwerkingtreding

  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en heeft betrekking op kalenderjaar 2022.

  • 2 Deze regeling vervalt met ingang van 31 december 2030.

Artikel 7. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling aanvullende bekostiging voor aanpak jeugdwerkloosheid als gevolg van de coronacrisis 2022.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs,

A.D. Wiersma

Naar boven