Implementatieregeling Europese crowdfundingdienstverleners voor bedrijven

Geraadpleegd op 24-06-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-04-2024 en zichtdatum 27-05-2024.
Geldend van 03-12-2021 t/m heden

Regeling van de Minister van Financiën van 24 november 2021, 2021-0000228988, directie Financiële Markten, tot wijziging van de Vrijstellingsregeling Wft en de Regeling bekostiging financieel toezicht eenmalige handelingen in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2020/1504 en Verordening (EU) 2020/1503 (Implementatieregeling Europese crowdfundingdienstverleners voor bedrijven)

De Minister van Financiën,

Gelet op Richtlijn (EU) 2020/1504 van het Europees Parlement en de Raad van 7 oktober 2020 tot wijziging van Richtlijn 2014/65/EU betreffende markten voor financiële instrumenten (PbEU 2020, L 347) en Verordening (EU) 2020/1503 van het Europees Parlement en de Raad van 7 oktober 2020 betreffende Europese crowdfundingdienstverleners voor bedrijven en tot wijziging van Verordening (EU) 2017/1129 en Richtlijn (EU) 2019/1937 (PbEU 2020, L 347) , alsmede de artikelen 2:104, eerste lid, 3:5, derde lid, 4:3, derde lid en 4:7, eerste lid, van de Wet op het financieel toezicht en artikel 14, tweede lid, van de Wet bekostiging financieel toezicht 2019;

BESLUIT:

Artikel III

  • 1 Van artikel 3:5, eerste lid, van de Wet op het financieel toezicht zijn tot en met 10 november 2022 vrijgesteld personen die opvorderbare gelden aantrekken of ter beschikking verkrijgen door middel van een publiekslening als bedoeld in artikel 2a, tweede lid, van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft, alsmede personen die als gevolg van een zodanige aantrekking of verkrijging opvorderbare gelden ter beschikking hebben, mits:

    • a. zij van het aantrekken of ter beschikking verkrijgen van de opvorderbare gelden niet hun bedrijf maken;

    • b. het aantrekken of ter beschikking verkrijgen van de opvorderbare gelden niet geschiedt met het oogmerk om kredieten te verlenen;

    • c. het aantrekken of ter beschikking verkrijgen van de opvorderbare gelden geschiedt door tussenkomst van een persoon die over een ontheffing beschikt als bedoeld in artikel 4:3, vierde lid, van de Wet op het financieel toezicht; en

    • d. het totale bedrag aan opvorderbare gelden dat per publiekslening door de persoon, bedoeld in de aanhef, over een periode van 12 maanden wordt aangetrokken of ter beschikking wordt verkregen ten hoogste € 2,5 miljoen bedraagt.

  • 3 Indien de Europese Commissie op grond van artikel 48, derde lid, van Verordening (EU) 2020/1503 van het Europees Parlement en de Raad van 7 oktober 2020 betreffende Europese crowdfundingdienstverleners voor bedrijven en tot wijziging van Verordening (EU) 2017/1129 en Richtlijn (EU) 2019/1937 (PbEU 2020, L 347) gedelegeerde handelingen heeft vastgesteld teneinde de in artikel 48, eerste lid, van die verordening bedoelde overgangsperiode met twaalf maanden te verlengen, blijft de vrijstelling, bedoeld in het eerste lid, van toepassing tot en met 10 november 2023.

Artikel IV

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt ten aanzien van de artikelen I en III terug tot en met 10 november 2021.

Artikel V

Deze regeling wordt aangehaald als: Implementatieregeling Europese crowdfundingdienstverleners voor bedrijven.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Financiën,

W.B. Hoekstra

Naar boven