Beleidskader subsidie intensivering en verbreding regionale samenwerking kansengelijkheid
in het onderwijs
Deze bijlage behoort bij het Besluit vaststelling Beleidskader subsidie intensivering
en verbreding regionale samenwerking kansengelijkheid in het onderwijs.
Het Beleidskader subsidie intensivering en verbreding regionale samenwerking kansengelijkheid
in het onderwijs (hierna: het beleidskader) regelt de activiteiten waarvoor en de
voorwaarden waaronder de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (hierna: de
Minister) subsidie kan verstrekken voor de daarin beschreven activiteiten. De Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS (hierna: de Kaderregeling) is van toepassing op dit beleidskader.
1. Inleiding
In het Nederlandse onderwijssysteem blijkt herhaaldelijk dat leerlingen van verschillende
achtergronden verschillende kansen hebben in het onderwijs. Dit vraagt om een concrete
aanpak van kansenongelijkheid. Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
(hierna: OCW) ontwikkelt beleidsmaatregelen om kansenongelijkheid te verminderen.
Met de Gelijke Kansen Alliantie (hierna: GKA) wordt ingezet op een lokale benadering.
Met scholen, gemeenten en maatschappelijke organisaties wordt samengewerkt om interventies
op te zetten. Deze interventies worden verwoord in een gezamenlijk plan van aanpak:
de GKA agenda.
Dit beleidskader is ter ondersteuning van de GKA en is gericht op het ondersteunen
van gemeenten en scholen bij het tot stand brengen van een aanvullend- of bovenschools
aanbod. Met een bovenschools aanbod wordt een samenwerking bedoeld tussen twee of
meer scholen. De GKA heeft speciale aandacht voor po- en vo-scholen met een hoge populatie
van leerlingen met een lage sociaal economische status. De GKA zal de netwerkaanpak
met reeds aangesloten GKA-gemeenten intensiveren middels een addendum gekoppeld aan
(en ter aanvulling op) bestaande GKA-agenda’s. Daarnaast wordt de GKA uitgebreid van
50 naar 100 gemeenten middels nieuwe GKA-agenda’s. Tot slot stelt de GKA op themaniveau
gemeente-overstijgende agenda’s op, ofwel landelijke thema-agenda’s, ter bevordering
van themagerichte activiteiten. Middels de addenda, nieuwe GKA-agenda’s en landelijke
thema-agenda’s worden de activiteiten van het Nationaal Programma Onderwijs gekoppeld
aan het bevorderen van kansengelijkheid, nu en in de toekomst.
In de addenda en agenda’s worden de afspraken omschreven die gemeenten met de Minister
maken. Naast bestuurlijke afspraken omschrijft een agenda activiteiten ten behoeve
van interventies bij scholen. Op basis van dit beleidskader kunnen scholen subsidie
aanvragen voor de in de addenda of agenda’s opgenomen interventies.
2. Subsidieplafond
Voor de subsidieverstrekking op grond van dit besluit is voor de kalenderjaren 2021
en 2022 een bedrag beschikbaar van in totaal € 14.000.000,–. Van dat bedrag is een
bedrag van € 5.800.000 beschikbaar voor subsidieverstrekking in 2021 en een bedrag
van € 8.200.000 voor subsidieverstrekking in 2022. De Minister verdeelt het beschikbare
bedrag in de volgorde van binnenkomst van de aanvragen.
3. Doelgroep
Een subsidieaanvraag kan worden ingediend door het bevoegd gezag van een uit ’s Rijks
kas school als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 1 van de Wet op het voortgezet onderwijs of artikel 1 van de Wet op de expertisecentra. Een bevoegd gezag komt alleen voor subsidie in aanmerking, indien zij voor desbetreffende
school een samenwerkingsovereenkomst heeft gesloten met de gemeente waar de school
is gevestigd. Dit geldt ook voor samenwerkingsverbanden waarbij meerdere gemeenten
deelnemen aan één samenwerkingsovereenkomst: namens het gehele samenwerkingsverband
vraagt één bevoegd gezag subsidie aan. In de samenwerkingsovereenkomsten zijn de te
subsidiëren interventies opgenomen. Daarnaast is vereist dat de school is aangesloten
bij de Gelijke Kansen Alliantie. Per subsidieaanvraag kan slechts één bevoegd gezag
optreden als penvoerder.
Nieuwe partijen die geen onderdeel uitmaken van de Gelijke Kansen Alliantie, maar
wel aanspraak willen maken op deze subsidie, kunnen zich melden bij het Ministerie
van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap om toekomstige mogelijkheden te verkennen.
De activiteiten die plaatsvinden binnen het programma Gelijke Kansen zijn gericht
op het vormen van een netwerk in Europees Nederland van gemeenten en maatschappelijke
organisaties, die vanwege hun uitdagingen en interventies van elkaar leren. In het
verlengde daarvan zijn ook de doelstellingen van dit beleidskader specifiek gericht
op Europees Nederland. Het kader geldt dus niet voor Caribisch Nederland.
4. Te subsidiëren activiteiten
Op grond van dit beleidskader kan uitsluitend subsidie wordt verstrekt voor interventies
die zijn opgenomen in een addendum of agenda als bedoeld in de paragraaf 1. De subsidie
kan worden verstrekt voor interventies die zijn gericht op een aanvullend- of bovenschools
aanbod. Dit betreft interventies om een lokale, integrale en meerjarige aanpak samen
te stellen en in samenwerking met scholen, kinderopvang, (jeugdgezondheids)zorg, bibliotheken
en andere partijen activiteiten op te zetten gericht op de ontwikkeling van de talenten
en vaardigheden van leerlingen. De interventie ter bevordering van kansengelijkheid
is gericht op jongeren niet ouder dan 22 jaar. De interventie maakt de verbinding
tussen de drie leefwerelden van kinderen of jongeren: school, thuis en omgeving.
Voorbeelden van interventies zijn (niet-uitputtend):
-
• het inzetten op randvoorwaarden zoals ouderbetrokkenheid met bijvoorbeeld de brugfunctionaris
om de drie leefwerelden, school, thuis, en de wijk te verbinden;
-
• het uitbreiden van onderwijs gericht op het vergroten van het sociaal kapitaal door
verlenging van de schooldag. Denk hierbij aan het in contact te brengen van scholieren
of leerlingen met relevante thema’s zoals sport, cultuur, taalstimulering, beroepsoriëntatie
en gezonde voeding;
-
• het inzetten op de groei van zelfvertrouwen bij leerlingen door middel van bijvoorbeeld
nieuwe leerstrategieën;
-
• het ontwikkelen van nieuwe onderwijsconcepten met aandacht voor bijvoorbeeld de doorlopende
leerlijn (po – vo) of een omgeving waar de leefomgeving binnen en buiten de school
meer met elkaar worden afgestemd;
-
• het opzetten van netwerken, ontwikkelen van kennis en organiseren van landelijke kennisdelingsactiviteiten
rondom specifieke thema’s, zoals bijvoorbeeld professionalisering van leerkrachten,
ouderbetrokkenheid, loopbaanleren, soepele overgangen;
-
• het inzetten van extra personeel zoals onderwijsassistenten om te investeren in het
inhalen van achterstanden op basisvaardigheden;
-
• het intensiveren (voortzetten, verbeteren en opschalen) van bestaande effectieve interventies
uit de eerdere GKA-agenda’s.
5. Hoogte van de subsidie
Het subsidiebedrag bedraagt maximaal € 100.000,– per subsidieaanvraag voor het intensiveren
van reeds bestaande GKA-samenwerkingsverbanden en maximaal € 100.000,– per subsidieaanvraag
voor nieuwe samenwerkingsverbanden. Het is mogelijk dat meerdere gemeenten deelnemen
aan één samenwerkingsverband. In dit geval bedraagt het subsidiebedrag voor het intensiveren
van een bestaand GKA-samenwerkingsverband of een nieuw samenwerkingsverband maximaal
€ 100.000,– vermenigvuldigd met het aantal deelnemende gemeenten. Het subsidiebedrag
voor tweejarige landelijke thema-agenda’s bedraagt – ongeacht het aantal deelnemende
gemeentes – maximaal € 1.000.000,– per subsidieaanvraag. Indien de aanvraag een driejarige
landelijke thema-agenda betreft, bedraagt de subsidie maximaal € 2.000.000,– per subsidieaanvraag.
6. Aanvraagprocedure
Een subsidieaanvraag wordt ingediend door het bevoegd gezag van een school als bedoeld
in paragraaf 3. Een aanvraag kan in 2021 of in 2022 worden ingediend tijdens de hierna
genoemde aanvraagperioden. In 2021 kan een aanvraag worden gedaan vanaf het moment
van inwerkingtreding van dit beleidskader tot en met 15 oktober 2021, vóór 12.00 uur.
In 2022 kan een aanvraag worden gedaan van 1 januari 2022 tot en met 14 oktober 2022,
vóór voor 12.00 uur. Indien een aanvraag na het einde van een aanvraagtijdvak wordt
ingediend, zal zij worden afgewezen.
Per GKA-addendum, nieuwe GKA-agenda of thema-agenda kan ten hoogste eenmaal op grond
van dit besluit subsidie worden aangevraagd (hetzij in 2021, hetzij in 2022). Er kan
per gemeente ten hoogste één aanvraag worden ingediend voor één GKA-addendum of GKA-agenda.
Per gemeente kan geen subsidieaanvraag worden ingediend voor zowel een GKA-agenda
als een GKA-addendum. Voor landelijke thema-agenda’s geldt voorgenoemde beperking
niet.
Het is mogelijk dat scholen en gemeenten gezamenlijk optrekken en dat hierbij meerdere
scholen en gemeenten deelnemen aan één GKA-addendum, GKA-agenda of landelijke thema-agenda.
In dat geval wordt in het GKA-addendum, de GKA-agenda of een landelijke thema-agenda
beschreven hoe de middelen worden verdeeld. Eén school wordt aangewezen als penvoerder.
Deze penvoerder dient de subsidieaanvraag in en op haar rusten alle aan de subsidie
verbonden verplichtingen.
Voor zover de aanvrager ook subsidie of een andere financiële bijdrage van een ander
bestuursorgaan heeft aangevraagd of ontvangt voor interventies in dezelfde GKA-agenda,
GKA-addendum of landelijke thema-agenda, doet de aanvrager daarvan mededeling in de
subsidieaanvraag. Er wordt op grond van dit beleidskader geen subsidie verstrekt voor
activiteiten waarvoor voor de subsidieontvanger reeds uit anderen hoofde aanspraak
op subsidie bestaat.
Voor de subsidieaanvraag gelden de volgende eisen:
-
– De aanvraag bevat een GKA-addendum, GKA-agenda of landelijke thema-agenda van de Gelijke
Kansen Alliantie.
-
– GKA-agenda’s en landelijke thema-agenda’s dienen te zijn ondertekend door:
-
– De GKA-agenda, GKA-addendum of landelijke thema-agenda bevat een beschrijving van
de geplande te subsidiëren interventie(s), uitgewerkt in een activiteitenplan en een
begroting.
-
– De GKA-agenda, GKA-addendum of landelijke thema-agenda beschrijft welke school is
aangewezen als penvoerder. Het bevoegd gezag van deze school ondertekent ter bevestiging
hiervan de GKA-agenda, GKA-addendum of landelijke thema-agenda.
-
– Bij een samenwerking tussen meerdere scholen of schoolbesturen wordt in de GKA-agenda,
GKA-addendum en of landelijke thema-agenda aangegeven hoe en onder welke scholen of
schoolbesturen de middelen zijn verdeeld.
-
– In de GKA-agenda, GKA-addendum of landelijke thema-agenda is het doel en het verwachte
effect (producten of kwalitatieve en-kwantitatieve resultaten) van de interventie
omschreven.
-
– De GKA-agenda, GKA-addendum of landelijke thema-agenda bevat een nadere uitwerking
van gemaakte afspraken met betrekking tot de monitoring van de effecten van de interventie.
-
– De subsidie dient ingezet te worden ter ondersteuning van activiteiten waar vanuit
het Nationaal Programma Onderwijs middelen voor beschikbaar zijn gesteld, ter bevordering
van kansengelijkheid nu en in de toekomst.
7. Subsidieverplichtingen
-
– De activiteiten met betrekking tot een GKA-agenda of GKA-addendum waarvoor in 2021
subsidie is aangevraagd, worden vóór 31 december 2023 afgerond. De activiteiten met
betrekking tot een GKA-agenda of GKA-addendum waarvoor in 2022 subsidie is aangevraagd,
worden vóór 31 december 2024 afgerond.
-
– De activiteiten met betrekking tot een tweejarige landelijke GKA agenda waarvoor in
2021 subsidie is aangevraagd, worden vóór 31 december 2023 afgerond. De activiteiten
met betrekking tot een tweejarige landelijke GKA agenda die in 2022 zijn ingediend,
worden vóór 31 december 2024 afgerond.
-
– De activiteiten met betrekking tot een driejarige landelijke GKA agenda waarvoor in
2021 subsidie is aangevraagd, worden vóór 31 december 2024 afgerond. De activiteiten
met betrekking tot een driejarige landelijke GKA agenda waarvoor in 2022 subsidie
is aangevraagd, worden vóór 31 december 2025 afgerond.
-
– De subsidieontvanger is verplicht de voortgang en resultaten van de gesubsidieerde
activiteiten te monitoren. Denk bij de voortgang aan de bereikte doelgroepen, het
aantal scholieren of leerlingen betrokken bij de interventie en de tussentijdse resultaten.
Met ‘doelgroepen’ wordt gedoeld op belanghebbenden die bij de interventie betrokken
zijn, zoals docenten, ouders, schoolleiders, werkgevers, gemeenten, culturele instellingen
en sportverenigingen.
-
– De subsidieontvanger is verplicht om mee te werken aan kennisdelingsactiviteiten die
worden georganiseerd door het programma Gelijke Kansen.
-
– De subsidieontvanger is verplicht om mee te werken aan de beantwoording van vragen
en het aanleveren van gegevens in het kader van de monitoring en evaluatie van het
beleidskader door de Minister op diens verzoek.
8. Vaststelling, betaling, besteding en verantwoording
DUS-I stelt de subsidie direct vast binnen 13 weken na sluiting aanvraagtijdvak van
de subsidieaanvraag. De Minister bepaalt het betaalritme in de beschikking.