Beleidsregel evenredigheidstoets en sanctionering bij verlies betrouwbaarheid in het goederenvervoer over de weg

[Regeling vervallen per 01-01-2024.]
Geraadpleegd op 08-05-2024.
Geldend van 01-03-2021 t/m 31-12-2023

Beleidsregel evenredigheidstoets en sanctionering bij verlies betrouwbaarheid in het goederenvervoer over de weg

De Nationale en Internationale Wegvervoer Organisatie,

Gelet op artikel 6 van Verordening 1071/2009/EG, artikel 1 van Verordening (EU) 2016/403, de artikelen 2.8 en 2.8a van de Wet wegvervoer goederen, de artikelen 1 en 2 van het Besluit wegvervoer goederen en artikel 4:1 en volgende van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

Hoofdstuk 1. Definities en inleidende bepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

Artikel 1. Definitiebepaling

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

  • a. meest ernstige overtredingen: meest ernstige inbreuken van de communautaire wetgeving als bedoeld in bijlage I van Verordening (EU) 2016/403;

  • b. heel ernstige overtredingen: heel ernstige inbreuken van de communautaire wetgeving als bedoeld in bijlage I van Verordening (EU) 2016/403;

  • c. ernstige overtredingen: ernstige inbreuken van de communautaire wetgeving als bedoeld in bijlage I van Verordening (EU) 2016/403;

  • d. strafpunten: punten die aan de vervoerder of vervoersmanager worden toegerekend als gevolg van het plegen van een meest ernstige, heel ernstige of ernstige overtreding als bedoeld in dit artikel onder a, b en c.

  • e. besluit: het besluit van de NIWO tot schorsing of intrekking van de communautaire vergunning of ongeschiktverklaring van de vervoersmanager;

  • f. ILT: Inspectie Leefomgeving en Transport;

  • g. adviesrapport: het adviesrapport van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, opgesteld door de ILT, inhoudende haar conclusie ten aanzien van de betrouwbaarheid van de vervoerder of de vervoersmanager.

  • h. evenredigheidstoets: de toets die de NIWO op basis van het adviesrapport van de ILT uitvoert ten aanzien van de evenredigheid van een besluit en waarbij wordt onderzocht of zich feiten en omstandigheden voordoen die tot het oordeel kunnen leiden dat het verlies van betrouwbaarheid van de vervoerder of vervoersmanager een onevenredig strenge sanctie is;

  • i. recidivist: een vervoerder waarvan eerder op basis van deze beleidsregel de communautaire vergunning is geschorst of ingetrokken of een vervoersmanager die eerder op basis van deze beleidsregel ongeschikt is verklaard.

Artikel 2. Toepassingskader

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

  • 1 Deze beleidsregel heeft betrekking op:

    • a. het aantal strafpunten dat wordt gegeven per overtreding zoals bedoeld in artikel 1 onder a, b en c;

    • b. de overschrijding van de grenswaarde van het aantal strafpunten waarbij het verlies van betrouwbaarheid wordt overwogen;

    • c. de uitvoering van de evenredigheidstoets;

    • d. het verlies van betrouwbaarheid waardoor de communautaire vergunning van de vervoerder kan worden geschorst of ingetrokken en de vervoersmanager ongeschikt kan worden verklaard;

    • e. de rehabilitatiemaatregelen.

Hoofdstuk 2. Strafpunten

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

Artikel 3. Strafpunten

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

  • 1 Een veroordeling of sanctie komt voor strafpunten in aanmerking indien deze niet ouder is dan twee jaar vanaf de datum dat de desbetreffende veroordeling of sanctie onherroepelijk is geworden.

  • 2 Voor de toepassing van deze beleidsregel worden veroordelingen en sancties, die vóór 1 april 2021 onherroepelijk zijn geworden, niet in aanmerking genomen.

  • 3 Het aantal toe te rekenen strafpunten per overtreding is vastgesteld in de bijlage bij deze beleidsregel.

Artikel 4. Grenswaarden

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

  • 1 Strafpunten worden aan de vervoerder en de vervoersmanager toegerekend, tenzij in het betrouwbaarheidsonderzoek van de ILT kan worden aangetoond dat de vervoerder of de vervoersmanager niet verwijtbaar is.

  • 2 De door de ILT aan een vervoerder of vervoersmanager toegerekende strafpunten worden bij elkaar opgeteld.

  • 3 De grenswaarde van het aantal strafpunten is gerelateerd aan de omvang van de bedrijfsactiviteiten op basis van het aantal gewaarmerkte afschriften waar de vervoerder of vervoersmanager over beschikt en is als volgt:

    Aantal gewaarmerkte afschriften

    Grenswaarde aantal strafpunten

    1

    18

    2–10

    27

    11–20

    36

    21–50

    45

    51–100

    54

    101–500

    54 + 0,40 x (aantal gewaarmerkte afschriften – 100)

    501 en meer

    230 + 0,20 x (aantal gewaarmerkte afschriften – 500)

  • 4 Indien een vervoersmanager de verantwoordelijkheid draagt voor het wagenpark van meerdere vervoerders, dan is de cumulatie van de verschillende wagenparken bepalend voor de voor de vervoersmanager geldende grenswaarde.

  • 5 Overschrijding van de grenswaarde van het aantal strafpunten kan leiden tot het verlies van betrouwbaarheid.

  • 6 Strafpunten vervallen twee jaar nadat ze zijn toegerekend.

Hoofdstuk 3. Preventie en verwijtbaarheid

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

Artikel 5. Preventie

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

De ILT zendt de vervoerder of de vervoersmanager een schriftelijke kennisgeving bij elke eerste registratie van strafpunten en nadat ten minste 50% van de grenswaarde van het aantal strafpunten is overschreden.

Artikel 6. Betrouwbaarheid

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

  • 1 Bij het overschrijden van de grenswaarde van het aantal strafpunten stelt de ILT een adviesrapport op ten aanzien van de vervoerder of de vervoersmanager.

  • 2 Verlies van betrouwbaarheid is in beginsel geen onevenredig strenge sanctie indien de vervoerder of de vervoersmanager de grenswaarde van het aantal toegerekende strafpunten heeft overschreden.

Artikel 7. Onderzoek en verwijtbaarheid vervoerder

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

  • 1 De ILT concludeert in haar adviesrapport dat het verlies van betrouwbaarheid van de vervoerder een onevenredig strenge sanctie is indien:

    • a. de handelingen van een derde die ten grondslag liggen aan de overtredingen van wezenlijke invloed zijn geweest;

    • b. sprake is van een niet toerekenbaar gebrek aan kennis over de feiten en omstandigheden die hebben geleid tot het begaan van de overtredingen terwijl kennis daarvan de overtredingen zou hebben voorkomen, of

    • c. sprake is van een door de vervoerder aan te tonen andere situatie van overmacht waardoor één of meer overtredingen niet aan hem zijn te wijten.

  • 2 De ILT concludeert in haar adviesrapport dat het verlies van betrouwbaarheid van de vervoerder een onevenredig strenge sanctie is indien de vervoerder kan aantonen dat hij het begaan van bedoelde overtredingen duurzaam heeft beperkt door:

    • a. het geven van de nodige en kenbare instructies aan de chauffeurs;

    • b. het treffen van structurele maatregelen in de bedrijfsvoering gericht op het bevorderen van de naleving van de regelgeving die ten grondslag lag aan de strafpunten;

    • c. het aan de chauffeur verstrekken van de nodige middelen voor de naleving van de onder b bedoelde regelgeving; en

    • d. het houden van in redelijkheid te vorderen toezicht ter zake van de onderdelen a tot en met c.

  • 3 De ILT concludeert in haar adviesrapport dat het verlies van betrouwbaarheid van de vervoerder een onevenredig strenge sanctie is indien de vervoersmanager door zijn solistische wijze van optreden en handelen, dat indruist tegen het bestendig bedrijfsbeleid, als enige verantwoordelijk kan worden gehouden voor het begaan of doen begaan van een of meer overtredingen.

  • 4 De ILT concludeert in haar adviesrapport dat het verlies van betrouwbaarheid van de vervoerder geen onevenredig strenge sanctie is indien hij door zijn solistische wijze van optreden en handelen, dat indruist tegen het bestendig bedrijfsbeleid, als enige verantwoordelijk kan worden gehouden voor het begaan of doen begaan van de overtredingen.

Artikel 8. Onderzoek en verwijtbaarheid vervoersmanager

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

  • 1 De ILT concludeert in haar adviesrapport dat het verlies van betrouwbaarheid van de vervoersmanager een onevenredig strenge sanctie is indien de vervoersmanager kan aantonen dat:

    • a. hij op gezag van de vervoerder of een derde onder druk werd gezet aanwijzingen of instructies te geven, of na te laten, die hebben geleid tot het begaan van de overtredingen; of

    • b. hij naar aanleiding van de eerder onherroepelijk geworden overtredingen structurele maatregelen heeft genomen om de naleving van de regelgeving te bevorderen; of

    • c. de vervoerder door zijn solistische wijze van optreden en handelen, dat indruist tegen het bestendig bedrijfsbeleid, als enige verantwoordelijk kan worden gehouden voor het begaan of doen begaan van een of meer overtredingen.

  • 2 De ILT concludeert in haar adviesrapport dat het verlies van betrouwbaarheid van de vervoersmanager geen onevenredig strenge sanctie is indien hij door zijn solistische wijze van optreden en handelen, dat indruist tegen het bestendig bedrijfsbeleid, als enige verantwoordelijk kan worden gehouden voor het begaan of doen begaan van de overtredingen.

Artikel 9. Besluitvorming

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

  • 1 De NIWO wordt in kennis gesteld van het adviesrapport door een afschrift hiervan te ontvangen van de ILT.

  • 2 De NIWO vergewist zich ervan dat het onderzoek van de ILT op zorgvuldige wijze heeft plaatsgevonden.

  • 3 De NIWO zal in beginsel een besluit nemen conform de conclusie van het adviesrapport, tenzij nieuwe feiten en omstandigheden blijken die nopen tot een ander oordeel.

  • 4 Bij wijze van een schriftelijk voornemen wordt aan de vervoerder of vervoersmanager kenbaar gemaakt dat de NIWO voornemens is een besluit te nemen en dat binnen zes weken een zienswijze naar voren kan worden gebracht.

  • 5 Indien de NIWO naar aanleiding van nieuwe feiten en omstandigheden voornemens is af te wijken van de conclusie in het adviesrapport, brengt zij de ILT daarvan op de hoogte alvorens het nemen van een besluit.

  • 6 Indien door de vervoerder of vervoersmanager geen feiten of omstandigheden naar voren zijn gebracht, zal de NIWO een besluit nemen conform de conclusie van het adviesrapport van de ILT.

Artikel 10. Evenredigheidstoets

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

De NIWO beoordeelt of een voorgenomen besluit evenredig is.

Hoofdstuk 4. Verlies van betrouwbaarheid en rehabilitatie

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

Artikel 11. Schorsing en intrekking communautaire vergunning

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

  • 1 Bij het verlies van betrouwbaarheid kan de NIWO de communautaire vergunning schorsen of intrekken.

  • 2 De NIWO schorst de communautaire vergunning voor ten hoogste zes maanden.

  • 3 De NIWO trekt de communautaire vergunning in indien niet kan worden volstaan met een schorsing van de communautaire vergunning.

  • 4 De NIWO trekt de communautaire vergunning in ieder geval in wanneer de vervoerder als recidivist kan worden aangemerkt.

Artikel 12. Rehabilitatie vervoerder

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

  • 1 De vervoerder waarvan de communautaire vergunning wegens het niet voldoen aan de betrouwbaarheidseis is geschorst, is na het verstrijken van de termijn van die schorsing, gerehabiliteerd.

  • 2 De vervoerder waarvan de communautaire vergunning vanwege het niet voldoen aan de betrouwbaarheidseis is ingetrokken, is na afloop van een termijn van twee jaar gerehabiliteerd.

  • 3 De vervoerder die niet is gerehabiliteerd als bedoeld in het eerste en tweede lid van dit artikel voldoet niet aan de eis van betrouwbaarheid.

  • 4 Na de schorsing of intrekking van de communautaire vergunning worden van de vervoerder de strafpunten gewist die het schorsings- of intrekkingsbesluit ten gevolge hebben gehad.

Artikel 13. Ongeschiktverklaring en rehabilitatie vervoersmanager

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

  • 1 Bij het verlies van betrouwbaarheid kan de NIWO de vervoersmanager voor de duur van twee jaar ongeschikt verklaren.

  • 2 De vervoersmanager die ongeschikt is verklaard, is niet eerder gerehabiliteerd dan na de in het eerste lid genoemde termijn.

  • 3 De vervoersmanager die niet is gerehabiliteerd als bedoeld in het tweede lid van dit artikel voldoet niet aan de eis van betrouwbaarheid.

  • 4 Het vakdiploma van de ongeschikt verklaarde vervoersmanager is niet geldig in de lidstaten van de Europese Unie, zolang de vervoersmanager niet conform het hiervoor genoemde lid is gerehabiliteerd.

  • 5 Na het ongeschikt verklaren van de vervoersmanager worden de strafpunten gewist die het besluit tot ongeschiktverklaring ten gevolge hebben gehad.

  • 6 Indien de vervoersmanager ongeschikt is verklaard, wordt de vervoerder waar de vervoersmanager werkzaam was een hersteltermijn van maximaal zes maanden geboden om aan de eis van vakbekwaamheid te voldoen, alvorens de communautaire vergunning wordt ingetrokken.

Hoofdstuk 5. Bezwaar

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

Artikel 14. Bezwaar

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

  • 1 Tegen een besluit van de NIWO kan binnen zes weken schriftelijk bezwaar worden ingediend.

  • 2 Het bezwaar kan langs elektronische weg worden ingediend, mits dit via het daartoe ingerichte ondernemersloket geschiedt.

  • 3 Het bezwaar schorst niet de werking van het besluit waartegen het bezwaar is gericht.

Hoofdstuk 6. Overige bepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

Artikel 15. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van 1 maart 2021.

Artikel 16. Intrekking

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

De beleidsregel van 2 januari 2017 (Stcrt. 2 januari 2017, nr. 51) wordt ingetrokken.

Artikel 17. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel evenredigheidstoets en sanctionering bij verlies betrouwbaarheid in het goederenvervoer over de weg.

De Nationale en Internationale Wegvervoer Organisatie,

De directeur,

G.J. Olthoff

Bijlage

[Regeling vervallen per 01-01-2024]

OVERTREDINGEN VAN BIJLAGE IV VAN VERORDENING 1071/2009/EG ONDER VERMELDING VAN ERRU CODE

 

STRAFPUNTEN

 

MSI

(meest ernstig)

VSI

(heel ernstig)

SI

(ernstig)

Bemanning

900. Niet-naleving van de minimumleeftijd van bestuurders

     

1

Rijtijden

104. Overschrijding van de wekelijkse rijtijd met 25 % of meer (70 h ≤ …)

 

9

   

802. Overschrijding van de wekelijkse rijtijd (65 h ≤ … < 70 h)

   

3

 

903. Overschrijding van de wekelijkse rijtijd (60 h ≤ … < 65 h)

     

1

101. Overschrijding van de totale maximumrijtijd gedurende twee opeenvolgende weken met 25 % of meer (112 h 30 ≤ …)

 

9

   

803. Overschrijding van de totale maximumrijtijd gedurende twee opeenvolgende weken (105 h ≤ … < 112 h 30)

   

3

 

904. Overschrijding van de totale maximumrijtijd gedurende twee opeenvolgende weken (100 h ≤ … < 105 h)

     

1

102. Overschrijding van de dagelijkse rijtijd van 9 uur met 50 % of meer, zonder pauze of zonder een rusttijd van ten minste 4,5 uur (13 h 30 ≤ ... zonder pauze/ rusttijd)

 

9

   

800. Overschrijding van de dagelijkse rijtijd van 9 uur als verlenging tot 10 uur niet is toegestaan (11 h ≤ … )

   

3

 

901. Overschrijding van de dagelijkse rijtijd van 9 uur als verlenging tot 10 uur niet is toegestaan (10 h ≤ … < 11 h)

     

1

103. Overschrijding van de dagelijkse rijtijd van 10 uur met 50 % of meer, zonder pauze of zonder een rusttijd van ten minste 4,5 uur (15 h ≤ … en zonder pauze/ rusttijd)

 

9

   

801. Overschrijding van de verlengde dagelijkse rijtijd van 10 uur, als verlenging is toegestaan (12 h ≤ … )

   

3

 

902. Overschrijding van de verlengde dagelijkse rijtijd van 10 uur, als verlenging is toegestaan (11 h ≤ … < 12 h)

     

1

Pauzes

804. Overschrijding van de aaneengesloten rijtijd van 4,5 uur alvorens een pauze te nemen (6 h ≤ … )

   

3

 

905. Overschrijding van de aaneengesloten rijtijd van 4,5 uur alvorens een pauze te nemen (5 h ≤ ... < 6 h)

     

1

Rusttijden

805. Onvoldoende dagelijkse rusttijd van minder dan 11 uur als een verkorting van de dagelijkse rusttijd niet is toegestaan (... < 8 h 30)

   

3

 

906. Onvoldoende dagelijkse rusttijd van minder dan 11 uur als een verkorting van de dagelijkse rusttijd niet is toegestaan (8 h 30 ≤ ... < 10 h)

     

1

806. Onvoldoende verkorte dagelijkse rusttijd van minder dan 9 uur als verkorting is toegestaan (... < 7 h)

   

3

 

907. Onvoldoende verkorte dagelijkse rusttijd van minder dan 9 uur als verkorting is toegestaan (7 h ≤ ... < 8 h)

     

1

807. Onvoldoende opgesplitste dagelijkse rusttijd van minder dan 3 uur + 9 uur

(3 h + [... < 7 h])

   

3

 

908. Onvoldoende opgesplitste dagelijkse rusttijd van minder dan 3 uur + 9 uur

(3 h + [7 h ≤ ... < 8 h])

     

1

808. Onvoldoende dagelijkse rusttijd van minder dan 9 uur bij meervoudige bemanning (... < 7 h)

   

3

 

909. Onvoldoende dagelijkse rusttijd van minder dan 9 uur bij meervoudige bemanning (7 h ≤ ... < 8 h)

     

1

809. Onvoldoende verkorte wekelijkse rusttijd van minder dan 24 uur (... < 20 h)

   

3

 

910. Onvoldoende verkorte wekelijkse rusttijd van minder dan 24 uur (20 h ≤ ... < 22 h)

     

1

810. Onvoldoende wekelijkse rusttijd van minder dan 45 uur als een verkorting van de wekelijkse rusttijd niet is toegestaan (... < 36 h)

   

3

 

911. Onvoldoende wekelijkse rusttijd van minder dan 45 uur als een verkorting van de wekelijkse rusttijd niet is toegestaan (36 h ≤ ... < 42 h)

     

1

811. Overschrijden van 6 opeenvolgende perioden van 24 uur na afloop van de vorige wekelijkse rusttijd (12 h ≤ ...)

   

3

 

912. Overschrijden van 6 opeenvolgende perioden van 24 uur na afloop van de vorige wekelijkse rusttijd (3 h ≤ ... < 12 h)

     

1

Afwijking van de 12-dagenregel

812. Overschrijden van 12 opeenvolgende perioden van 24 uur na afloop van de vorige normale wekelijkse rusttijd (12 h ≤ ...)

   

3

 

913. Overschrijden van 12 opeenvolgende perioden van 24 uur na afloop van de vorige normale wekelijkse rusttijd (3 h ≤ ... < 12 h)

     

1

813. Wekelijkse rusttijd genomen na 12 opeenvolgende perioden van 24 uur (... ≤ 65 h)

   

3

 

914. Wekelijkse rusttijd genomen na 12 opeenvolgende perioden van 24 uur (65 h < ... ≤ 67 h)

     

1

814. Rijtijd tussen 22.00 en 06.00 uur van meer dan drie uur voor een pauze wanneer het voertuig door slechts één persoon wordt bestuurd (4,5 h ≤ ...)

   

3

 

915. Rijtijd tussen 22.00 en 06.00 uur van meer dan drie uur voor een pauze wanneer het voertuig door slechts één persoon wordt bestuurd 3 h < ... < 4,5 h)

     

1

Organisatie van het werk

815. Koppeling van het loon aan de afgelegde afstand of de hoeveelheid vervoerde goederen

   

3

 

816. Geen of gebrekkige organisatie van het werk van de bestuurder, geen of gebrekkige instructies die de bestuurder in staat stellen aan de wetgeving te voldoen

   

3

 

Installatie van de tachograaf

201. Geen typegekeurde tachograaf geïnstalleerd en in gebruik (bv.: tachograaf niet geïnstalleerd door installateur, werkplaats of voertuigfabrikant die door de bevoegde autoriteiten van de lidstaten is erkend, gebruik van een tachograaf zonder de nodige zegels of zegels niet vervangen door een erkende installateur, werkplaats of voertuigfabrikant, of gebruik van een tachograaf zonder installatieplaatje)

 

9

   

Gebruik van tachografen, bestuurderskaarten en registratiebladen

601. Rijden met een vervalste bestuurderskaart (geldt als rijden zonder bestuurderskaart)

 

9

   

602. Rijden met de bestuurderskaart van een andere bestuurder (geldt als rijden zonder bestuurderskaart)

 

9

   

603. Rijden met een bestuurderskaart die is verkregen op grond van foute verklaringen en/of vervalste documenten (geldt als rijden zonder bestuurderskaart)

 

9

   

817. Gebruik van een tachograaf die niet door een erkende werkplaats is gecontroleerd

   

3

 

818. De bestuurder bezit/gebruikt meer dan één bestuurderskaart

   

3

 

819. Tachograaf werkt niet correct (bv. tachograaf niet goed gecontroleerd, gekalibreerd en verzegeld)

   

3

 

820. Tachograaf verkeerd gebruikt (bv. doelbewust of verplicht misbruik, ontbreken van instructies over correct gebruik enz.)

   

3

 

202. Gebruik van een frauduleus apparaat dat de geregistreerde gegevens van het controleapparaat kan wijzigen

 

9

   

205. Vervalsen, verbergen, schrappen of vernietigen van op de registratiebladen opgeslagen gegevens of van gegevens die zijn opgeslagen of gedownload van de tachograaf en/of bestuurderskaart

 

9

   

821. De onderneming houdt de registratiebladen, print-outs en gedownloade gegevens niet bij

   

3

 

822. Geregistreerde en opgeslagen gegevens niet beschikbaar gedurende minstens een jaar

   

3

 

823. Incorrect gebruik van registratiebladen/bestuurderskaart

   

3

 

824.Niet-toegestane intrekking van registratiebladen of bestuurderskaart, met gevolgen voor de registratie van relevante gegevens

   

3

 

825. Het registratieblad of de bestuurderskaart is gebruikt gedurende een langere periode dan die waarvoor ze bestemd is, en er zijn gegevens verloren gegaan

   

3

 

826. Gebruik van vuile of beschadigde registratiebladen of bestuurderskaarten, met onleesbare gegevens

   

3

 

827. Geen manuele input wanneer dit vereist is

   

3

 

828. Incorrect gebruik van de schakelorganen

   

3

 

916. Het registratieblad of de bestuurderskaart is niet in het correcte slot gebruikt (meervoudige bemanning)

     

1

Voorleggen van informatie

829. Controle weigeren

   

3

 

830. Niet in staat gegevens te verstrekken voor de lopende dag en de 28 vorige dagen

   

3

 

831. Bestuurder die een bestuurderskaart bezit, kan geen registratiegegevens van de bestuurderskaart voorleggen

   

3

 

832. Bestuurder kan geen manuele registratiegegevens en print-outs voorleggen die tijdens de lopende dag en de vorige 28 dagen zijn gemaakt

   

3

 

833. Bestuurder bezit een bestuurderskaart maar kan deze niet voorleggen

   

3

 

Storingen

834. Tachograaf niet hersteld door een erkende installateur of werkplaats

   

3

 

835. De bestuurder vermeldt niet alle vereiste informatie tijdens de tijdvakken die niet meer worden geregistreerd omdat de tachograaf onbruikbaar of defect is

   

3

 

Maximale wekelijkse arbeidstijd

836. Overschrijding van de maximale wekelijkse arbeidstijd van 48 uur, als een mogelijke verlenging tot 60 uur al opgebruikt is (60 h ≤ ...)

   

3

 

917. Overschrijding van de maximale wekelijkse arbeidstijd van 48 uur, als een mogelijke verlenging tot 60 uur al opgebruikt is (56 h ≤ ... < 60 h)

     

1

837. Overschrijding van de maximale wekelijkse arbeidstijd van 60 uur als er geen afwijking op grond van artikel 8 van Richtlijn 2002/15/EG is toegestaan (70h ≤ ...)

   

3

 

918. Overschrijding van de maximale wekelijkse arbeidstijd van 60 uur als er geen afwijking op grond van artikel 8 van Richtlijn 2002/15/EG is toegestaan (65 h ≤ ... < 70 h)

     

1

Pauzes

838. Onvoldoende verplichte pauzes genomen als de arbeidstijd 6 tot 9 uur bedraagt (... ≤ 10 min)

   

3

 

919. Onvoldoende verplichte pauzes genomen als de arbeidstijd 6 tot 9 uur bedraagt (10 < ... ≤ 20 min)

     

1

839. Onvoldoende verplichte pauzes genomen als de arbeidstijd meer dan 9 uur bedraagt (... ≤ 20 min)

   

3

 

920. Onvoldoende verplichte pauzes genomen als de arbeidstijd meer dan 9 uur bedraagt (20 < ... ≤ 30 min)

     

1

Nachtwerk

840. Dagelijkse arbeidstijd per periode van 24 uur in geval van nachtwerk, als er geen afwijking op grond van artikel 8 van Richtlijn 2002/15/EG is toegestaan (13 h ≤ ...)

   

3

 

921. Dagelijkse arbeidstijd per periode van 24 uur in geval van nachtwerk, als er geen afwijking op grond van artikel 8 van Richtlijn 2002/15/EG is toegestaan (11 h ≤ ... < 13 h)

     

1

Opgeslagen gegevens

841. Werkgevers vervalsen de geregistreerde werktijden of weigeren de gegevens aan de inspecteur voor te leggen

   

3

 

842. Werknemers/zelfstandige bestuurders vervalsen de geregistreerde gegevens of weigeren de gegevens aan de inspecteur voor te leggen

   

3

 

Gewicht

701. Toegestane maximumgewicht overschreden voor voertuigen van categorie N3 (20 % ≤ ...)

 

9

   

843. Toegestane maximumgewicht overschreden voor voertuigen van categorie N3 (10 % ≤ ... < 20 %)

   

3

 

922. Toegestane maximumgewicht overschreden voor voertuigen van categorie N3 (5 % ≤ ... < 10 %)

     

1

702. Toegestane maximumgewicht overschreden voor voertuigen van categorie N2 (25 % ≤ ...)

 

9

   

844. Toegestane maximumgewicht overschreden voor voertuigen van categorie N2 (15 % ≤ ... < 25 %)

   

3

 

923. Toegestane maximumgewicht overschreden voor voertuigen van categorie N2 (5 % ≤ ... < 15 %)

     

1

Lengte

845. Toegestane maximumlengte overschreden (20 % ≤ ...)

   

3

 

924. Toegestane maximumlengte overschreden (2 % < ... < 20 %)

     

1

Breedte

846. Toegestane maximumbreedte overschreden (3,10 m ≤ ...)

   

3

 

925. Toegestane maximumbreedte overschreden (2,65 ≤ ... < 3,10 m)

     

1

Technische controle

301. Rijden zonder geldig bewijs van technische controle, zoals vereist in Richtlijn 2014/45/EU en Richtlijn 2014/47/EU

 

9

   

302. Het voertuig wordt niet in een veilige en verkeersgeschikte toestand gehouden, met een zeer ernstig gebrek aan het remsysteem, het stangenstelsel van de stuurinrichting, de wielen/banden, de ophanging of het chassis of andere uitrusting tot gevolg, wat een zodanig onmiddellijk gevaar voor de verkeersveiligheid oplevert dat wordt besloten het voertuig uit het verkeer te nemen.

 

9

   

203. Snelheidsbegrenzer niet geïnstalleerd

 

9

   

204. Gebruik van een frauduleus apparaat waarmee de gegevens van de snelheidsbegrenzer kunnen worden vervalst of gebruik van een frauduleuze snelheidsbegrenzer

 

9

   

847. Snelheidsbegrenzer voldoet niet aan de geldende technische voorschriften

   

3

 

926. Snelheidsbegrenzer niet geïnstalleerd door een erkende werkplaats

     

1

Opleiding en vergunning

848. Het vervoeren van goederen of personen zonder verplichte basiskwalificatie en/of verplichte nascholing

   

3

 

927. Bestuurder kan geen geldige kwalificatiekaart of geldig rijbewijs overleggen als vereist bij de nationale wetgeving (bv. verloren, vergeten, beschadigd, onleesbaar)

     

1

Rijbewijzen

501. Vervoer van personen of goederen zonder in het bezit te zijn van een geldig rijbewijs

 

9

   

928. Gebruik van een rijbewijs dat beschadigd, onleesbaar of niet in overeenstemming is met het gemeenschappelijke model

     

1

Gevaarlijke goederen

401. Vervoer van gevaarlijke goederen waarvoor een vervoerverbod geldt

 

9

   

402. Vervoer van gevaarlijke goederen die niet vervoerd mogen worden of van dergelijke goederen in niet erkende middelen van omsluiting, zodat er gevaar dreigt voor mensenlevens of het milieu in een mate die leidt tot het besluit het voertuig uit het verkeer te nemen

 

9

   

403. Vervoer van gevaarlijke goederen die niet op het voertuig vermeld zijn als gevaarlijke goederen, zodat er gevaar dreigt voor mensenlevens of het milieu in een mate die leidt tot het besluit het voertuig uit het verkeer te nemen

 

9

   

849 Lekkage van gevaarlijke stoffen

   

3

 

850. Bulkvervoer in een container die qua constructie niet geschikt is

   

3

 

851. Vervoer in een voertuig zonder adequaat keuringscertificaat

   

3

 

852. Voertuig voldoet niet langer aan de keuringsnormen en levert direct gevaar op

   

3

 

853. Niet-naleving van de voorschriften inzake beladen en vastzetten van de lading

   

3

 

854. Niet-naleving van de voorschriften inzake het gezamenlijk laden van colli

   

3

 

855. Niet-naleving van de voorschriften inzake de beperking van de hoeveelheden die in één vervoerseenheid mogen worden vervoerd, met inbegrip van de voorschriften inzake de maximaal toelaatbare vulling van tanks of colli

   

3

 

856. Er ontbreekt informatie over de stof die wordt vervoerd waardoor de ernst van de inbreuk niet kan worden vastgesteld (bv. UN-nummer, correcte vervoersnaam, verpakkingsgroep)

   

3

 

857. De bestuurder bezit geen geldig certificaat van een beroepsopleiding

   

3

 

858. Gebruik van vuur of een onbeschermde lamp

   

3

 

859. Inbreuk op het rookverbod

   

3

 

929. Het voertuig staat niet onder afdoende toezicht of is niet juist geparkeerd

     

1

930. De vervoerseenheid bestaat uit meer dan één aanhanger/oplegger

     

1

931. Het voertuig voldoet niet langer aan de keuringsnormen maar levert geen direct gevaar op

     

1

932. Het voertuig bevat geen operationele brandblusser, zoals vereist

     

1

933. Het voertuig bevat niet de uitrusting die krachtens het ADR of de schriftelijke instructies vereist is

     

1

934. Er worden colli met een beschadigde verpakking, IBC of grote verpakking of beschadigde ongereinigde lege verpakkingen vervoerd

     

1

935. Vervoer van verpakte goederen in een container die qua constructie niet geschikt is

     

1

936. De tanks/tankcontainers (ook als ze leeg en ongereinigd zijn) zijn niet correct gesloten

     

1

937. Onjuiste etikettering, kenmerking of grote etiketten op het voertuig en/of omsluiting

     

1

938. Er zijn geen schriftelijke instructies in overeenstemming met het ADR of de schriftelijke instructies hebben geen betrekking op de vervoerde goederen

     

1

Communautaire vergunning

504. Goederenvervoer zonder in het bezit te zijn van een geldige communautaire vergunning (bv. er is nooit een afgegeven of deze is vervalst, ingetrokken of vervallen)

 

9

   

860. De vervoersonderneming of de bestuurder kan geen geldige communautaire vergunning of voor eensluidend gewaarmerkt exemplaar voorleggen aan de inspecteur (bv. communautaire vergunning of voor eensluidend gewaarmerkt afschrift daarvan verloren, vergeten, beschadigd enz.)

   

3

 

Bestuurdersattest

861. Goederenvervoer zonder in het bezit te zijn van een geldige bestuurdersattest (bv. er is nooit een attest afgegeven of het is vervalst, ingetrokken of vervallen)

   

3

 

939. De bestuurder of de vervoersonderneming kan geen geldig bestuurdersattest of een voor eensluidend gewaarmerkt afschrift daarvan voorleggen aan de inspecteur (bv. bestuurdersattest of het voor eensluidend gewaarmerkt afschrift daarvan is verloren, vergeten, beschadigd enz.)

     

1

Communautaire vergunning personenvervoer

503. Personenvervoer zonder in het bezit te zijn van een geldige communautaire vergunning (bv. er is nooit een vergunning afgegeven of deze is vervalst, ingetrokken of vervallen)

 

9

   

862. De vervoerder of de bestuurder kan geen geldige communautaire vergunning of voor eensluidend gewaarmerkt exemplaar voorleggen aan de inspecteur (bv. vergunning of voor eensluidend gewaarmerkt afschrift daarvan verloren, vergeten, beschadigd enz.)

   

3

 

Vergunning voor geregeld vervoer

863. Geregeld vervoer zonder geldige vergunning (bv. er is nooit een vergunning afgegeven of deze is vervalst, ingetrokken, vervallen of verkeerdelijk gebruikt enz.)

   

3

 

940. De bestuurder kan geen vergunning voorleggen aan de inspecteur (bv. vergunning verloren, vergeten, beschadigd enz.)

     

1

941. Haltes van geregelde diensten in een lidstaat stemmen niet overeen met afgegeven vergunning

     

1

Reisweg van ongeregelde diensten en andere diensten die vrijgesteld zijn van de vergunningplicht

942. Rijden zonder het vereiste reisblad (bv. er is geen reisblad of het is vervalst of bevat niet de vereiste informatie enz.)

     

1

Dierenvervoer

864. Tussenschotten zijn niet sterk genoeg om het gewicht van de dieren te weerstaan

   

3

 

943. Gebruik van laadbruggen met gladde oppervlakken, zonder beschuttende zijkanten of die te steil zijn

     

1

944. Gebruik van hefplatforms of verdiepingen zonder veiligheidshekken die voorkomen dat dieren er tijdens het laden en lossen af vallen of ontsnappen

     

1

945. Niet goedgekeurde vervoermiddelen voor lange transporten, of die niet zijn goedgekeurd voor het type van de vervoerde dieren

     

1

946. Vervoer zonder geldige vereiste documentatie, geldig journaal, geldige vervoersvergunning of certificaat van vakbekwaamheid

     

1

Naar boven