Een verzoek om in onderling overleg te treden kan worden ingediend naast de inzet
van nationale rechtsmiddelen. Het tegelijk instellen van bezwaar/beroep tegen een
belastingaanslag met betrekking tot een geschil waarvoor ook een verzoek om in onderling
overleg te treden wordt ingediend, kan gevolgen hebben voor het vervolg van de onderlinge
overlegprocedure.
WFA
Op grond van de WFA vangen de termijnen voor het beslissen over de aanvaarding van het verzoek en het
oplossen van de zaak door middel van de procedure voor onderling overleg aan als de
nationale procedure is geëindigd door een onherroepelijke uitspraak, als deze is ingetrokken
of als deze is geschorst. Bij het indienen van zijn verzoek moet de belanghebbende informatie verstrekken over
de door hem ingestelde bezwaar/beroepsprocedures die verband houden met het geschilpunt.
Als sprake is van een samenloop van het verzoek om onderling overleg met nationale
procedures, zal de Nederlandse bevoegde autoriteit van de belanghebbende een verklaring
vragen waarin wordt bevestigd dat de behandeling van het bezwaar/beroep is geschorst
voor de duur van de onderlinge overlegprocedure en een eventueel daarop volgende arbitrageprocedure,
of is geëindigd, waar nodig aangevuld met bewijsmiddelen.
Belastingverdrag
Wanneer een verzoek wordt ingediend op basis van een belastingverdrag, terwijl de
aanslag nog niet onherroepelijk vaststaat, is de Nederlandse bevoegde autoriteit bereid
om de andere bevoegde autoriteit reeds actief te benaderen. Als er bezwaar is aangetekend
tegen de aanslag, zal de Nederlandse bevoegde autoriteit, indien van toepassing, de
belanghebbende vragen schriftelijk in te stemmen met opschorting van de beslissing
op bezwaar voor de duur van de onderlinge overlegprocedure en eventueel de daarop
volgende arbitrageprocedure.
In de situatie waarin een verzoek om in onderling overleg te treden pas wordt ingediend
nadat de inspecteur uitspraak op bezwaar heeft gedaan en waarin de belanghebbende
beroep bij de rechter heeft aangetekend tegen de beslissing op bezwaar, geldt het
volgende. Ook dan kan om redenen van proceseconomie van de belanghebbende worden gevraagd
een keuze te maken tussen het voortzetten van of de onderlinge overlegprocedure of
de beroepsprocedure, en de andere procedure op te schorten. De bevoegde autoriteit
kan de onderlinge overlegprocedure in dit geval aanhouden, totdat een schriftelijk
bericht van de belanghebbende is ontvangen dat de gerechtelijke procedure wordt opgeschort
of is geëindigd.
De Nederlandse bevoegde autoriteit kan besluiten de onderlinge overlegprocedure aan
te houden in de situatie waarin de belanghebbende niet heeft voldaan aan zijn informatieverplichtingen
jegens de inspecteur en hem ter zake van de correctie of belastingheffing waar zijn
verzoek om onderling overleg betrekking op heeft, een informatiebeschikking is opgelegd,
of andere gevallen waarin de belanghebbende verwijtbaar heeft gehandeld. Dit geldt
zowel wanneer het verzoek is ingediend naast de bezwaarprocedure als wanneer het is
ingediend naast de gerechtelijke procedure.
EU-arbitrageverdrag
Wanneer een onderlinge overlegprocedure wordt gevoerd op basis van het EU-arbitrageverdrag,
geldt voor de samenloop met de bezwaarprocedure hetzelfde als voor procedures die
op basis van een belastingverdrag worden gevoerd.
Voor de samenloop met gerechtelijke procedures geldt echter het volgende. Het EU-arbitrageverdrag
schrijft voor dat als de zaak tevens onder de rechter is, de termijn waarna arbitrage
mogelijk is aanvangt als de beslissing van hoogste gerechtelijke instantie definitief
is geworden. Wanneer een verzoek om een onderlinge overlegprocedure te starten op
grond van het EU-arbitrageverdrag pas wordt ingediend als de zaak tevens is voorgelegd
aan een gerechtelijke instantie zal, waar nodig in overleg met de belanghebbende,
dit verzoek worden aangemerkt als een verzoek ter bescherming van de verdragstermijn
(zie hiervoor onderdeel 3.3). De Nederlandse bevoegde autoriteit zal net als bij de onderlinge overlegprocedure
op grond van een belastingverdrag, de onderlinge overlegprocedure aanhouden, totdat
een schriftelijk bericht van de belanghebbende is ontvangen dat de gerechtelijke procedure
wordt opgeschort of is geëindigd.