Aanwijzing van de Minister voor Medische Zorg van 10 maart 2020, kenmerk 1642169-201362-CZ,
op grond van artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg inzake hervorming
beschikbaarheidbijdrage kapitaallasten academische zorg
De Minister voor Medische Zorg,
Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg;
Gelet op de Aanwijzing van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 25 september
2019, kenmerk 1533873-190928-PZo, inzake hervorming beschikbaarheidbijdrage academische
zorg (Staatscourant 2019, nr. 53867);
Gezien:
-
− Het Interdepartementaal beleidsonderzoek (IBO) universitair medische centra (2012)
(Kamerstukken II 2011/2012, 33 278, nr. 1);
-
− Het onderhandelingsakkoord medisch specialistische zorg 2014-2017 (Kamerstukken II
2012/13, 29 248, nr. 257);
-
− Het Addendum 2018 bij het onderhandelingsakkoord medisch specialistische zorg 2014-2017
(Kamerstukken II 2016/17, 29 248, nr. 303);
-
− Het Bestuurlijk akkoord Plan van aanpak ROBIJN (Kamerstukken II 2016/17, 32 864, nr. 5);
-
− Het Bestuurlijk akkoord medisch-specialistische zorg 2019 t/m 2022 (Kamerstukken II
2017/18, 29 248, nr. 311);
Na op 9 december 2019 schriftelijk mededeling te hebben gedaan aan de Eerste en Tweede
Kamer der Staten-Generaal als bedoeld in artikel 8 van de Wet marktordening gezondheidszorg inzake de inzet van het instrument beschikbaarheidbijdrage ten behoeve van de bekostiging
van kapitaallasten voor universitair medische centra in het kader van de hervorming
van de beschikbaarheidbijdrage voor academische zorg die betrekking heeft op medisch
specialistische zorg (Kamerstukken II 2019–2020, 32 864, nr.11);