Vergoedingenregeling Commissie Evaluatie restitutiebeleid

[Regeling vervallen per 01-01-2021.]
Geraadpleegd op 07-05-2024.
Geldend van 01-01-2020 t/m 16-03-2020

Origineel opschrift en aanhef

Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 5 maart 2020 nr. 20934663, houdende vaststelling van de vergoedingen van de leden van de Commissie Evaluatie restitutiebeleid (Vergoedingenregeling Commissie Evaluatie restitutiebeleid)

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 2, eerste lid, van de Wet vergoedingen adviescolleges;

Besluit:

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2020, 14696, datum inwerkingtreding 17-03-2020, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van deze aanhef. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2020.

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2021]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

De leden van de Raad voor cultuur die tevens lid zijn van de Commissie Evaluatie restitutiebeleid ontvangen daarvoor een vaste vergoeding in aanvulling op de vergoeding, bedoeld in artikel 2 van de Vergoedingenregeling Raad voor cultuur. De salarisschaal van deze leden wordt, ten aanzien van de werkzaamheden voor de Commissie Evaluatie restitutiebeleid, vastgesteld op schaal 16, zoals overeengekomen in de laatstelijk afgesloten collectieve arbeidsovereenkomst die is gesloten voor de ambtenaren die krachtens een arbeidsovereenkomst met de Staat werkzaam zijn. De arbeidsduurfactor wordt vastgesteld op 0,1.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2020, 14696, datum inwerkingtreding 17-03-2020, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2020.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2021]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

• 1 In afwijking van artikel 2a van de Vergoedingenregeling Raad voor cultuur ontvangen de leden van de Commissie Evaluatie restitutiebeleid, die geen lid zijn van de Raad voor cultuur, een vaste vergoeding. De salarisschaal van deze leden wordt vastgesteld op schaal 16, zoals overeengekomen in de laatstelijk afgesloten collectieve arbeidsovereenkomst die is gesloten voor de ambtenaren die krachtens een arbeidsovereenkomst met de Staat werkzaam zijn. De arbeidsduurfactor wordt vastgesteld op 0,1.

• 2 In afwijking van het eerste lid wordt de salarisschaal van een lid als bedoeld in het eerste lid, benoemd in de functie van voorzitter, vastgesteld op schaal 18, en de arbeidsduurfactor op 0,2.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2020, 14696, datum inwerkingtreding 17-03-2020, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2020.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2021]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

• 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2020.

• 2 Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2021.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2020, 14696, datum inwerkingtreding 17-03-2020, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2020.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2021]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

Deze regeling wordt aangehaald als: Vergoedingenregeling Commissie Evaluatie restitutiebeleid.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2020, 14696, datum inwerkingtreding 17-03-2020, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2020.

Origineel slotformulier en ondertekening

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

I.K. van Engelshoven