Stcrt. 2020, 64798, datum inwerkingtreding 10-12-2020, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2020.
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
1 Aan de directeur van 3W, de shared service organisatie van het Ministerie van Buitenlandse
Zaken, (hierna: 3W) wordt mandaat verleend voor het nemen van besluiten en het verrichten
van overige handelingen die verband houden met de uitvoering van het Voorzieningenstelsel
Uitzendingen Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties (VUBZK), het Voorzieningenstelsel
Buitenlandtoeslagen Rechterlijke Ambtenaren (VBRA) en de Regeling vergoedingen bij
uitzending deskundigen voor korte duur naar het Caribisch deel van het Koninkrijk
2013 (KU) ten aanzien van degene, op wie één van bovengenoemde regelingen van toepassing
is of van toepassing is verklaard.
2 Aan de directeur van 3W wordt tevens mandaat verleend voor het behandelen van geschillen
met dan wel bezwaarschriften van werknemers over aangelegenheden als bedoeld in het
eerste lid.
3 Aan de plaatsvervangend Secretaris-generaal van het Ministerie van Buitenlandse Zaken
wordt mandaat verleend voor het nemen van beslissingen ten aanzien van geschillen
over dan wel op bezwaarschriften gericht tegen besluiten als bedoeld in het eerste
lid.
4 Aan de directeur van 3W wordt mandaat verleend voor het instellen van hoger beroep
ten aanzien van aangelegenheden als bedoeld in het eerste lid.
5 De directeur van 3W kan voor de in het eerste en tweede lid bedoelde aangelegenheden
ondermandaat verlenen aan de onder hem ressorterende functionarissen.