-
aankleding: op of aan een constructieonderdeel bevestigd materiaal;
-
aansluitend terrein: aan een bouwwerk grenzend onbebouwd gedeelte van een bouwwerkperceel of openbaar
toegankelijk gebied;
-
achtererfgebied: gebouwerf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 m achter de voorkant
en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied,
zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het gebouwerf achter het hoofdgebouw
te komen, waarbij als op een perceel meer gebouwen aanwezig zijn die noodzakelijk
zijn voor het verrichten van de op grond van het omgevingsplan of een omgevingsvergunning
voor een omgevingsplanactiviteit op het perceel toegestane activiteiten of als het
hoofdgebouw geen woning is, maar op het perceel wel een of meer op de grond staande
woningen aanwezig zijn, voor het leggen van deze lijn bepalend is het hoofdgebouw,
de woning of een van de andere hiervoor bedoelde gebouwen, waarvan de voorkant het
dichtst is gelegen bij openbaar toegankelijk gebied;
-
airconditioningsysteem: technisch bouwsysteem voor een vorm van inpandige luchtbehandeling, waardoor de temperatuur
wordt geregeld of kan worden verlaagd;
-
antennedrager: antennemast of andere constructie bedoeld voor de bevestiging van een antenne;
-
antenne-installatie: installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de in een
of meer techniekkasten opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie;
-
asbest: asbest als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van het Asbestverwijderingsbesluit 2005;
-
asbestinventarisatierapport: rapport dat voldoet aan de eisen bedoeld in artikel 4.54a, eerste, derde en vierde lid, van het Arbeidsomstandighedenbesluit;
-
bedgebied: verblijfsgebied met een of meer bedruimten;
-
bedreigd subbrandcompartiment: subbrandcompartiment waarin een brand begint;
-
bedruimte: verblijfsruimte bestemd voor een of meer bedden bestemd voor slapen of voor het verblijf
van bedgebonden patiënten in die ruimte;
-
beschermd subbrandcompartiment: gedeelte van een bouwwerk dat binnen de begrenzing van een subbrandcompartiment ligt
of daarmee samenvalt, dat meer bescherming biedt tegen brand of rook dan een subbrandcompartiment;
-
beschermde route: buiten het subbrandcompartiment waar de vluchtroute begint gelegen gedeelte van een
vluchtroute;
-
beschermde vluchtroute: buiten een subbrandcompartiment gelegen gedeelte van een vluchtroute die alleen voert
door een verkeersruimte;
-
bijbehorend bouwwerk: uitbreiding van een hoofdgebouw of functioneel met een zich op hetzelfde perceel
bevindend hoofdgebouw verbonden, daar wel of niet tegen aangebouwd gebouw, of ander
bouwwerk, met een dak;
-
bijna energieneutraal gebouw: gebouw met een zeer hoge energieprestatie, waarbij de dicht bij nul liggende of zeer
lage hoeveelheid energie die is vereist in zeer aanzienlijke mate wordt geleverd uit
hernieuwbare bronnen die deels ter plaatse of dichtbij wordt geproduceerd;
-
bouwconstructie: onderdeel van een bouwwerk voor het dragen van belastingen;
-
bouwschil: de geïntegreerde onderdelen die de binnenruimte van een gebouw scheiden van de daar
buiten gelegen onderdelen van de fysieke leefomgeving;
-
bouwwerkinstallatie: voor het functioneren van een bouwwerk of een gedeelte daarvan noodzakelijke voorziening
van niet-bouwkundige aard;
-
bouwwerkperceel: perceel dat als uitgangspunt dient bij het toetsen van een bouwwerk aan de regels
van dit besluit;
-
brandcompartiment: gedeelte van een of meer bouwwerken bestemd als maximaal uitbreidingsgebied van brand;
-
brandvoorschriftengebied: brandvoorschriftengebied als bedoeld in bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving;
-
brandweerlift: lift die met een eenvoudige handeling ter beschikking van de brandweer kan worden
gesteld voor het vervoer van materieel en manschappen;
-
bruto-vloeroppervlakte: bruto-vloeroppervlakte als bedoeld in NEN 2580;
-
CCV-inspectieschema: inspectieschema dat door het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid is
uitgegeven;
-
constructieonderdeel: onderdeel van een bouwwerk voor het voldoen van het bouwwerk aan de technische eisen
van de hoofdstukken 3 tot en met 5;
-
dagwaarde: de waarde van het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau voor geluid tussen 07.00 tot
19.00 uur op de gevel van een woonfunctie, bijeenkomstfunctie voor kinderopvang, gezondheidszorgfunctie
of onderwijsfunctie, of op de grens van een geluidsgevoelig terrein, met inbegrip
van een eventuele toeslag voor impulsachtig geluid, berekend volgens de bij ministeriële
regeling gestelde regels;
-
daknok: hoogste punt van een schuin dak;
-
dakvoet: laagste punt van een schuin dak;
-
elektrisch voertuig: elektrisch voertuig als bedoeld in artikel 1 van het Besluit infrastructuur alternatieve
brandstoffen;
-
energieprestatie: berekende of gemeten hoeveelheid energie die nodig is om aan de vraag naar energie
te voldoen bij een genormaliseerd gebruik van een gebouw, waaronder energie die wordt
gebruikt voor verwarming, koeling, ventilatie, warmwatervoorziening en verlichting;
-
energielabel: schriftelijke verklaring over de energieprestatie van een gebouw;
-
energieprestatiecontract: energieprestatiecontract als bedoeld in artikel 2, onderdeel 27, van de richtlijn 2012/27/EU van het Europees parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende energie-efficiëntie
tot wijziging van Richtlijnen 2009/125/EG en 2010/30/EU en houdende intrekking van de Richtlijnen 2004/8/EG en 2006/32/EG;
-
explosievoorschriftengebied: explosievoorschriftengebied als bedoeld in bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving;
-
extra beschermde vluchtroute: buiten een brandcompartiment gelegen gedeelte van een beschermde vluchtroute;
-
functiegebied: gebruiksgebied of een gedeelte daarvan, waar de voor die gebruiksfunctie kenmerkende
activiteiten anders dan het verblijven van personen plaatsvinden;
-
functieruimte: in een functiegebied gelegen ruimte;
-
gebouwerf: bebouwd of onbebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij
een hoofdgebouw en in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van
dat gebouw, waarbij het omgevingsplan die inrichting niet verbiedt;
-
gebruiksfunctie: gedeelten van een of meer bouwwerken die dezelfde gebruiksbestemming hebben en die
samen een gebruikseenheid vormen;
-
gebruiksgebied: vrij indeelbaar gedeelte van een gebruiksfunctie waar voor de gebruiksfunctie kenmerkende
activiteiten plaatsvinden, dat bestaat uit een of meer op dezelfde bouwlaag gelegen
ruimten gelegen in een brandcompartiment die niet door een dragende scheidingsconstructie
van elkaar zijn gescheiden en die geen toiletruimte, badruimte, technische ruimte
of verkeersruimte zijn, tenzij die ruimte zelf een functieruimte is;
-
gebruiksoppervlakte: gebruiksoppervlakte als bedoeld in NEN 2580;
-
gecorrigeerde loopafstand: loopafstand waarbij constructieonderdelen die geen onderdeel uitmaken van de bouwconstructie
buiten beschouwing worden gelaten, waarbij de loopafstand voor zover deze door een
gebruiksgebied voert met 1,5 wordt vermenigvuldigd;
-
geluidsgevoelig terrein: locatie die in het omgevingsplan is aangewezen als ligplaats voor woonschepen of
als standplaats voor woonwagens;
-
gemeentelijk monument: monument of archeologisch monument waaraan in het omgevingsplan de functie-aanduiding
gemeentelijk monument is gegeven;
-
hoge spanning: nominale wisselspanning van meer dan 1.000 volt of een nominale gelijkspanning van
meer dan 1.500 volt;
-
hoofdgebouw: gebouw, of bouwkundig en functioneel te onderscheiden gedeelte daarvan, dat noodzakelijk
is voor het verrichten van andere activiteiten dan bouwactiviteiten die op grond van
het omgevingsplan of een omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit op het
perceel zijn toegestaan en, als meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet
op die toegestane activiteiten het belangrijkst is;
-
huishoudelijk afvalwater: huishoudelijk afvalwater als bedoeld in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving;
-
huisvesting in verband met mantelzorg: huisvesting in of bij een woning van één huishouden van ten hoogste twee personen,
van wie ten minste één persoon mantelzorg verleent aan of ontvangt van een bewoner
van de woning;
-
inwendige scheidingsconstructie: constructie die de scheiding vormt tussen twee voor personen toegankelijke besloten
ruimten van een gebouw, met inbegrip van de op die constructie aansluitende delen
van andere constructies, voor zover die delen van invloed zijn op het voldoen van
die scheidingsconstructie aan een in dit besluit gestelde eis;
-
ISSO: publicatie die door het Kennisinstituut voor de Installatiesector is uitgegeven;
-
klimlijn: denkbeeldige, vloeiend verlopende lijn die de voorkanten van de treden van een trap
met elkaar verbindt;
-
koelsysteem: technisch bouwsysteem met als doel het koelen van een ruimte binnen een gebouw of
gedeelte daarvan, door het toevoeren van koude of het ontvochtigen van de lucht of
een combinatie van beide;
-
kwaliteitsverklaring bouw: schriftelijk bewijs, voorzien van een merkteken, aangewezen door Onze Minister van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, afgegeven door een door Onze minister aangewezen
instituut, op grond waarvan een bouwmateriaal, bouwdeel of samenstel daarvan, of een
bouwwijze, ook als die bij het bouwen van een bouwwerk worden toegepast, wordt geacht
te voldoen aan de krachtens de wet aan dat bouwmateriaal, bouwdeel of samenstel daarvan, of die bouwwijze gestelde eisen;
-
lage spanning: nominale wisselspanning van niet meer dan 1.000 volt, of nominale gelijkspanning
van niet meer dan 1.500 volt;
-
LAVS: landelijk asbestvolgsysteem als bedoeld in artikel 9.5.7 van de Wet milieubeheer;
-
leefzone: gedeelte van een verblijfsgebied waarbij de ruimte gelegen binnen 1 m van een uitwendige
scheidingsconstructie, binnen 0,2 m van een inwendige scheidingsconstructie en hoger
gelegen dan 1,8 m boven de vloer buiten beschouwing blijft;
-
lift: lift voor personen als bedoeld in artikel 1 van het Warenwetbesluit liften 2016;
-
loopafstand: afstand, gemeten langs een denkbeeldige, kortst realiseerbare lijn tussen twee punten,
waarover op een afstand van ten minste 0,3 m van constructieonderdelen kan worden
gelopen en waarbij de loopafstand over een trap samenvalt met de klimlijn;
-
mantelzorg: intensieve zorg of ondersteuning, die niet in het kader van een hulpverlenend beroep
wordt geboden aan een hulpbehoevende, ten behoeve van zelfredzaamheid of participatie,
rechtstreeks voortvloeiend uit een tussen personen bestaande sociale relatie, die
de gebruikelijke hulp van huisgenoten voor elkaar overstijgt, en waarvan de behoefte
met een verklaring van een huisarts, wijkverpleegkundige of andere door de gemeente
aangewezen sociaal-medisch adviseur kan worden aangetoond;
-
meerjarenafspraak energie-efficiëntie: De op 1 juli 2008 tot stand gekomen meerjarenafspraak energie-efficiëntie (Stcrt.
2018, 50932);
-
meetniveau: hoogte van het aansluitende terrein, gemeten ter plaatse van de toegang van het gebouw;
-
motorvoertuig: motorvoertuig als bedoeld in bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving;
-
NEN: norm die door de stichting Nederlands Normalisatie-instituut is uitgegeven;
-
NEN-EN: NEN die door het Europees Comité voor Normalisatie is vastgesteld;
-
NEN-EN-IEC: NEN-EN die door de International Electrotechnical Commission is vastgesteld;
-
NEN-EN-ISO: NEN-EN die door de International Organization for Standardization is vastgesteld;
-
NEN-EN-ISO/IEC: NEN-EN die door de International Organization for Standardization en de International
Electrotechnical Commission is vastgesteld;
-
nevengebruiksfunctie: gebruiksfunctie die ten dienste staat van een andere gebruiksfunctie;
-
nominale belasting: maximale belasting van een verbrandingstoestel, bepaald op basis van de calorische
bovenwaarde van de brandstof waarvoor dat toestel is ingericht;
-
nooddeur: deur die alleen is bestemd om te vluchten;
-
NTA: door de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut uitgegeven technische afspraak;
-
openbaar toegankelijk gebied: wegen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, en pleinen, parken, plantsoenen, openbaar vaarwater en ander openbaar gebied dat
voor publiek algemeen toegankelijk is, met uitzondering van wegen alleen bedoeld voor
de ontsluiting van percelen door langzaam verkeer;
-
oplaadpunt: oplaadpunt als bedoeld in artikel 1 van het Besluit infrastructuur alternatieve brandstoffen;
-
permanente vuurbelasting: volgens NEN 6090 bepaalde vuurbelasting van de brandbare materialen in de constructieonderdelen
van een bouwwerk of van een daarin gelegen ruimte, of de constructieonderdelen die
dat bouwwerk of die ruimte begrenzen;
-
permanente vuurlast: product van de permanente vuurbelasting van een ruimte of een groep van ruimten en
de volgens NEN 2580 bepaalde netto-vloeroppervlakte van het beschouwde gedeelte van
het bouwwerk;
-
prestatieverklaring: verklaring als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de verordening bouwproducten;
-
provinciaal monument: monument of archeologisch monument waaraan in het omgevingsplan of de omgevingsverordening
de functie-aanduiding provinciaal monument is gegeven;
-
richtlijn breedband:
richtlijn 2014/61/EU van het Europees parlement en de Raad van 15 mei 2014 inzake maatregelen ter verlaging
van de kosten van de aanleg van elektronische communicatienetwerken met hoge snelheid
(PbEU 2014, L 155);
-
richtlijn energie-efficiëntie:
Richtlijn 2012/27/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende energie-efficiëntie,
tot wijziging van Richtlijnen 2009/125/EG en 2010/30/EU en houdende intrekking van de Richtlijnen 2004/8/EG en 2006/32/EG (PbEU 2012, L 315);
-
rijbaan: rijbaan als bedoeld in artikel 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;
-
rijstrook: rijstrook als bedoeld in bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving;
-
risicomatrix: risicomatix als bedoeld in artikel 7.5a;
-
stookplaats: opstelplaats voor een verbrandingstoestel voor open verbranding van vaste brandstoffen;
-
subbrandcompartiment: gedeelte van een bouwwerk dat binnen de begrenzing van een brandcompartiment ligt
of daarmee samenvalt, voor beperking van verspreiding van rook of verdere beperking
van het uitbreidingsgebied van brand;
-
systeem voor gebouwautomatisering en -controle: systeem als bedoeld in artikel 2, onderdeel 3 bis, van de herziene richtlijn energieprestatie
van gebouwen;
-
technisch bouwsysteem: gebouwgebonden samenstelling van alle bestanddelen van een installatie, waaronder
de isolatiekenmerken daarvan, die is bedoeld voor ruimteverwarming, ruimtekoeling,
ventilatie, het voorzien van warmtapwater, ingebouwde verlichting, gebouwautomatisering
en -controle, elektriciteitsopwekking ter plaatse, of een combinatie daarvan, met
inbegrip van systemen die gebruikmaken van energie uit hernieuwbare bronnen, van een
gebouw of een gedeelte daarvan;
-
technische ruimte: ruimte voor het plaatsen van de apparatuur, noodzakelijk voor het functioneren van
het bouwwerk, waartoe in ieder geval behoort een meterruimte, een liftmachineruimte
en een stookruimte;
-
Telecomcode:
Richtlijn (EU) 2018/1972 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot vaststelling van het
Europees wetboek voor elektronische communicatie (PbEU 2018, L 321);
-
tijdelijk bouwwerk: bouwwerk met een instandhoudingstermijn van ten hoogste 15 jaar op dezelfde locatie;
-
toegankelijkheidssector: voor personen met een functiebeperking zelfstandig bruikbaar en toegankelijk gedeelte
van een gebouw;
-
trappenhuis: verkeersruimte waarin een trap ligt;
-
tunnelbuislengte: lengte van het omsloten gedeelte van een tunnelbuis;
-
tunnellengte: lengte van de langste tunnelbuis in een tunnel;
-
Uitvoeringsverordening kenmerken draadloze toegangspunten met klein bereik: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1070 van de Commissie van 20 juli 2020 tot vaststelling van de kenmerken van draadloze
toegangspunten met klein bereik krachtens artikel 57, lid 2, van Richtlijn (EU) 2018/1972 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het Europees wetboek voor
elektronische communicatie (PbEU 2020, L 234);
-
uitwendige scheidingsconstructie: constructie die de scheiding vormt tussen een voor personen toegankelijke besloten
ruimte van een gebouw en de buitenlucht, de grond of het water, inclusief de op die
constructie aansluitende delen van andere constructies, voor zover die delen van invloed
zijn op het voldoen van die scheidingsconstructie aan een in dit besluit gestelde
eis;
-
veiligheidsroute: gedeelte van een extra beschermde vluchtroute dat voert door een niet-besloten ruimte
en aansluitend daarop door een ruimte die in de vluchtrichting alleen kan worden bereikt
vanuit een niet-besloten ruimte;
-
veiligheidsvluchtroute: gedeelte van een extra beschermde vluchtroute dat voert door een niet-besloten ruimte
en aansluitend daarop door een ruimte die alleen kan worden bereikt vanuit niet-besloten
ruimten;
-
ventilatiesysteem: technisch bouwsysteem, geen onderdeel uitmakend van een verwarmings- of koelsysteem,
dat verse lucht toevoert of verontreinigde binnenlucht afvoert, of een combinatie
daarvan;
-
verblijfsgebied: gebruiksgebied of een gedeelte daarvan voor het verblijven van personen;
-
verblijfsruimte: in een verblijfsgebied gelegen ruimte voor het verblijven van personen;
-
verbouwen: gedeeltelijk vernieuwen, veranderen of vergroten, anders dan vernieuwen na sloop
waarbij alleen de oorspronkelijke fundering resteert;
-
verkeersroute: route die begint bij een doorgang van een ruimte, alleen voert over vloeren, trappen
of hellingbanen en eindigt bij de doorgang van een andere ruimte;
-
verkeersruimte: ruimte voor het bereiken van een andere ruimte, die niet ligt in een verblijfsgebied
of in een functiegebied, een toiletruimte, een badruimte of een technische ruimte;
-
verordening bouwproducten:
verordening 305/2011/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 tot vaststelling van geharmoniseerde
voorwaarden voor het verhandelen van bouwproducten en tot intrekking van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad (PbEU 2011, L 88);
-
verwarmingssysteem: combinatie van de bestanddelen die nodig zijn voor een vorm van inpandige luchtbehandeling,
waardoor de temperatuur wordt verhoogd;
-
vluchtroute: route die begint in ruimte voor personen, alleen voert over vloeren, trappen of hellingbanen
en eindigt op een veilige plaats, zonder dat gebruik moet worden gemaakt van een lift;
-
voor personen bestemde vloer of ruimte: vloer of ruimte waarvan het kenmerkende gebruik verbonden is met de aanwezigheid
van personen;
-
voorbeschermd gemeentelijk monument: monument of archeologisch monument waarvoor het omgevingsplan een voorbeschermingsregel
bevat vanwege het voornemen om aan dat monument of archeologisch monument in het omgevingsplan
de functie-aanduiding gemeentelijk monument te geven;
-
voorbeschermd provinciaal monument: monument of archeologisch monument waarvoor het omgevingsplan of de omgevingsverordening
een voorbeschermingsregel bevat vanwege het voornemen om aan dat monument of archeologisch
monument in het omgevingsplan of de omgevingsverordening de functie-aanduiding provinciaal
monument te geven;
-
voorerfgebied: gebouwerf dat geen onderdeel is van het achtererfgebied;
-
vrije breedte: kleinste afstand tussen constructieonderdelen aan weerskanten van een doorgang;
-
vrije hoogte: vrije hoogte als bedoeld in NEN 2580;
-
vuurbelasting: hoeveelheid warmte die vrijkomt per eenheid vloeroppervlakte bij verbranding van
alle in een gebouw of een daarin gelegen ruimte aanwezige brandbare materialen;
-
warmtapwatersysteem: technisch bouwsysteem waarin warmtapwater wordt opgewekt, gedistribueerd of afgegeven;
-
warmtegenerator: onderdeel van een verwarmingssysteem dat nuttige warmte genereert via een of meerdere
van de volgende processen:
-
a. verbranding van brandstof in een verbrandingstoestel;
-
b. joule-effect in de verwarmingselementen van een verwarmingssysteem met elektrische
weerstand; en
-
c. opvangen van warmte uit de lucht, ventilatie afvoerlucht of een water- of aardwarmtebron
met een warmtepomp;
-
wegtunnel: tunnel of tunnelvormig bouwwerk alleen of mede bestemd voor motorrijtuigen als bedoeld
in artikel 1, eerste lid, onder c, van de Wegenverkeerswet 1994, met uitzondering van bromfietsen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel
e, van die wet;
-
wegtunnelbuis: gedeelte van een wegtunnel voor een rijbaan;
-
wet:
Omgevingswet;
-
zorg op afroep: vanuit het zorgaanbod georganiseerde koppeling tussen wonen en zorg voor professionele
zorgverlening aan de bewoners op afroep;
-
zorg op afspraak: vanuit het zorgaanbod georganiseerde koppeling tussen wonen en zorg voor professionele
zorgverlening aan de bewoners op afspraak;
-
24-uurszorg: vanuit het zorgaanbod georganiseerde koppeling tussen wonen en zorg voor professionele
zorgverlening aan de bewoners gedurende 24 uur per dag.