Richtlijn voor strafvordering tarieven en feitomschrijvingen voor misdrijven, overtredingen [...] handhaving verkeersvoorschriften

[Regeling vervallen per 01-03-2011.]
Geraadpleegd op 12-05-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2011 en zichtdatum 28-04-2024.
Geldend van 01-01-2011 t/m 28-02-2011

Richtlijn voor strafvordering tarieven en feitomschrijvingen voor misdrijven, overtredingen en gedragingen als bedoeld in de wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften

Samenvatting

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Deze richtlijn voor strafvordering bevat het transactie- en strafvorderingsbeleid van het OM inzake misdrijven, overtredingen en gedragingen als bedoeld in de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV), waarvoor feitomschrijvingen (feitcodes) zijn vastgesteld.

In deze richtlijn wordt de gefaseerde inwerkingtreding van de Wet OM-afdoening gevolgd. De OM-strafbeschikking is in de plaats getreden van de OM-transactie bij overtredingen van artikel 8 Wegenverkeerswet (WVW 1994). De OM-transactie voor de overige OM-feiten blijft vooralsnog overeind. De politiestrafbeschikking is vanaf 1 april 2010 – gefaseerd per arrondissement – in de plaats van de politietransactie getreden, waarbij wordt opgemerkt dat er vooralsnog onder meer geen politiestrafbeschikkingen worden uitgevaardigd aan militairen of minderjarigen en in geval van misdrijven of combinatie met beslag (zie voor de uitzonderingen de Aanwijzing OM-afdoening). De politietransactie (o.g.v. het Transactiebesluit 1994) vervalt op termijn geheel en wordt vervangen door de politiestrafbeschikking (op grond van het Besluit OM-afdoening). Deze richtlijn heeft betrekking op deze overgangsperiode en zal in de toekomst nogmaals worden aangepast.

Deze richtlijn omvat:

Ad 1

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Veel feiten vallen onder de WAHV (de wet Mulder). In de richtlijn zijn deze feiten te herkennen aan een ‘m’ voor de feitcode. Bijvoorbeeld: m R 602, als weggebruiker niet stoppen voor rood licht bij een driekleurig verkeerslicht. Deze feiten worden vooralsnog alleen administratiefrechtelijk afgedaan (zie ook de Aanwijzing administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften).

Ad 2 onder a: de politiestrafbeschikking

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

De zaken ondergebracht in de bijlage van het Besluit OM-afdoening, worden via de strafbeschikking op grond van artikel 257b Sv afgedaan.

De feiten waarvoor de daartoe aangewezen opsporingsambtenaar strafbeschikkingsbevoegheid heeft, zijn te herkennen aan een ‘p’ voor de feitcode. Bijvoorbeeld: p D 530, zich in kennelijke staat van dronkenschap op de openbare weg bevinden. Het bijbehorende tarief wordt achter de omschrijving vermeld.

Er wordt geen politiestrafbeschikking uitgevaardigd, maar een politie transactie aangeboden (zie ad. 2 onder b) indien:

  • a. de verdachte minderjarig is; of

  • b. de verdachte militair is; of

  • c. het feit een feitgecodeerd misdrijf is (feitcode G 100a en G100b); of

  • d. er sprake is van een andere contra-indicatie (zie Aanwijzing OM-afdoening)

Ad 2 onder b: de politietransactie1

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

De in de bijlage bij het Transactiebesluit 1994 vermelde zaken worden afgedaan door middel van een politietransactie (op grond van artikel 74c Sr). Deze bijlage is identiek is aan de bijlage bij het Besluit OM-afdoening, dus ook hier geldt dat de feiten waarvoor de daartoe aangewezen opsporingsambtenaar transactiebevoegdheid heeft, zijn te herkennen aan een ‘p’ voor de feitcode (bijvoorbeeld: p D 530) en dat het bijbehorende tarief achter de omschrijving wordt vermeld.

Ad 2 onder c: de OM-strafbeschikking

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

In een aantal gevallen zal de officier van justitie een strafbeschikking uitvaardigen. Het betreft hier vooralsnog alleen overtredingen van art. 8 WVW 1994. Daarbij geldt dat niet tevens een proces-verbaal wordt opgemaakt voor een ander feit. Het bijbehorende tarief wordt achter de omschrijving vermeld. In sommige gevallen wordt geen tarief vermeld. Dan is er een specifieke Richtlijn voor strafvordering van toepassing, dan wel kan er vanwege de specifieke omstandigheden van het geval geen tarief worden aangegeven.

De OM-strafbeschikking wordt, evenals de politiestrafbeschikking, vooralsnog niet uitgevaardigd aan minderjarigen en militairen.

Wanneer geen sprake is van een van de hierboven of in de Aanwijzing OM-afdoening benoemde contra-indicatie(s), wordt voor overtreding van dit feit een strafbeschikking uitgevaardigd. Is wel sprake van een dergelijke contra-indicatie, dan wordt getransigeerd of gedagvaard.

Ad 2 onder d: de OM-transactie2

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Voor de feitgecodeerde zaken waarvoor de opsporingsambtenaar geen transactie- of strafbeschikkingsbevoegdheid heeft, de officier van justitie volgens de richtlijnen geen strafbeschikking mag uitvaardigen of voor zaken die eveneens niet zijn opgenomen in de bijlage bij de WAHV, kan de officier van justitie een (OM-)transactie aanbieden. Soms wordt, afhankelijk van de omstandigheden van het geval, meteen gedagvaard. De tarieven voor de OM-transactie of de eis ter zitting zijn in de bijlage bij deze richtlijn opgenomen. De feiten zijn te herkennen aan het symbool ‘*’ voor de feitcode. Bijvoorbeeld: * K 055, als bestuurder van een motorrijtuig rijden zonder rijbewijs voor de categorie waartoe dat motorrijtuig behoort. In sommige gevallen wordt geen tarief vermeld. Dan is er een specifieke Richtlijn voor strafvordering van toepassing, dan wel kan er vanwege de specifieke omstandigheden van het geval geen tarief worden aangegeven.

Op termijn zullen alle feiten waarvoor door de officier van justitie nog een transactie kan worden aangeboden, onder het bereik van de OM-strafbeschikking worden gebracht.

Opsporing/vervolging

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1. Uitgangspunten

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Om ongewenste cumulatie van sancties te voorkomen wordt per gebeurtenis tegen de verdachte/betrokkene voor ten hoogste drie overtredingen of gedragingen proces-verbaal opgemaakt, dan wel aan hem een politietransactie aangeboden, een aankondiging van strafbeschikking uitgereikt of een administratieve sanctie opgelegd.

Afdoening langs één traject is daarbij het uitgangspunt. Indien zowel de strafrechtelijke als de administratiefrechtelijke weg wordt bewandeld, moet in het proces-verbaal melding worden gemaakt van de opgelegde administratieve sanctie(s) en op de aankondiging van beschikking van het/de opgemaakte proces(sen)-verbaal.3Van deze mogelijkheid dient slechts in uitzonderlijke gevallen gebruik te worden gemaakt.

Indien een proces-verbaal wordt opgemaakt ter zake van overtreding van artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994) is het niet toegestaan om daarnaast administratieve sancties op te leggen of transactievoorstellen te doen voor feiten die in relatie staan tot het gevaarlijke c.q. het belemmerende gedrag op de weg. Deze bepaling is opgenomen omdat in het geval dat een proces-verbaal wordt opgemaakt ter zake overtreding van artikel 5 WVW 1994 en daarnaast aan dat artikel gerelateerde administratieve sancties worden opgelegd of strafrechtelijke reacties4volgen, de kans bestaat dat de officier van justitie niet meer kan vervolgen. Dit vloeit voort uit het in artikel 68 van het Wetboek van Strafrecht opgenomen (Sr) ne bis in idem-beginsel, dat bepaalt dat niemand andermaal kan worden vervolgd voor feiten waarover te zijnen aanzien bij gewijsde van de rechter onherroepelijk is beslist.

Het voldoen aan een transactievoorstel wordt op grond van artikel 74, eerste lid Sr gelijkgesteld met een onherroepelijke veroordeling, zodat hier het ne bis in idem-beginsel geldt.5

Op grond van het arrest van de Hoge Raad van 23 juni 1998 (NJ 1999, 47) mag, indien voor een gedraging een administratieve sanctie is opgelegd, deze gedraging niet bij een vervolging wegens overtreding van artikel 5 WVW 1994 worden betrokken. Evenzeer is het volgens dit arrest zo, dat indien is vervolgd wegens overtreding van artikel 5 WVW 1994, niet nog eens een administratieve sanctie kan worden opgelegd voor zover deze gedraging in de vervolging was betrokken.

Als voorbeeld kan worden aangegeven het feit dat een bestuurder gevaarlijk rijgedrag vertoont (strafrechtelijk verwijt) en daarbij tevens een rood verkeerslicht negeert (Muldergedraging). Indien een beschikking wordt opgelegd voor het negeren van het rode verkeerslicht, dan zal dat feit geen onderdeel mogen uitmaken van de vervolging op grond van artikel 5 WVW 1994.

2. Tarieven

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

2.1. Administratief recht

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

2.1.1. Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

De feiten (gedragingen) die in de bijlage van de WAHV zijn opgenomen, worden vooralsnog6via een beschikking administratiefrechtelijk afgedaan. De bij de gedragingen behorende tarieven staan vast en hiervan kan niet worden afgeweken.

Halvering tarieven minderjarigen

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Op grond van artikel 2, lid 4 van de WAHV dienen de bedragen voor minderjarigen van 12 tot 16 jaar te worden gehalveerd. Deze afronding geschiedt op hele euro’s naar boven.Voor minderjarigen van 16 tot 18 jaar gelden in beginsel dezelfde tarieven als voor meerderjarigen.

2.2. Strafrecht

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

2.2.1. Misdrijven

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Voor de feitcodes die gebaseerd zijn op misdrijven, uitgezonderd enkele op de overtreding van artikel 8 WVW 1994 betrekking hebbende feitcodes en de eenvoudige winkeldiefstal en -verduistering, is geen tarief opgenomen. Dit zijn zaken (OM-feiten), waarvoor specifieke strafvorderingsrichtlijnen zijn vastgesteld, dan wel waarvoor de specifieke omstandigheden van het geval maatwerk vereisen.

De in de kop van deze richtlijn genoemde Aanwijzing politietransactie inzake eenvoudige winkeldiefstal en -verduistering beschrijft de uitoefening van de transactiebevoegdheid door de politie en de controle hierop door het OM.

Deze richtlijn geeft bij het misdrijf eenvoudige winkeldiefstal/-verduistering (artikel 310/321 Sr), in de gevallen dat daarvoor feitcodes zijn vastgesteld, opeenvolgend:

  • het tarief van de politietransactie;

  • het tarief dat doorgaans moet worden betaald bij transactie door het OM;

  • de geldboete die het OM doorgaans voor de politietransigabele feiten ter terechtzitting vordert, indien geen transactie wordt aangeboden of het aangeboden transactievoorstel niet wordt betaald.7

2.2.2. Overtredingen

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Deze richtlijn geeft per overtreding en per categorie (bijvoorbeeld: een voetganger), opeenvolgend:

  • het tarief van de politietransactie/politiestrafbeschikking;

  • het tarief dat doorgaans moet worden betaald bij transactie door het OM;

  • de geldboete die het OM doorgaans ter terechtzitting vordert.

2.2.3. Afwijking van de in deze richtlijn aangegeven tarieven

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Berekening van bepaalde transactie- en geldboetetarieven

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Het transactievoorstel of de strafbeschikking behelst in beginsel slechts voldoening van een geldsom. De strafbeschikking in relatie tot artikel 8 WVW 1994 kan naast een (kale) geldboete ook een ontzegging van de rijbevoegdheid omvatten.8In deze richtlijn zijn tarieven afhankelijk gesteld van de zwaarte van de overtreding. Verder zijn bijvoorbeeld voor de overtreding van de voorschriften ten aanzien van de remvertraging van motorvoertuigen tarieven vastgesteld naar de mate waarin deze voorschriften zijn overschreden. Voorts is in de bijlage met OM-feiten bij enkele overtredingen een minimumtarief vermeld. De ernst van de gepleegde overtreding kan dan tot uitdrukking worden gebracht met inachtneming van de bedoelde tarieven.

Het OM mag afwijken binnen de wettelijke strafmaxima van de tarieven van de OM-transactie, de OM-strafbeschikking en/of eis ter zitting. Dat kan zowel naar beneden als naar boven, al naar gelang de omstandigheden daartoe aanleiding geven.9

De feitomschrijvingen met bijhorende tarieven bij de zogeheten OM-feiten in de bijlage bij deze richtlijn, zien toe op strafbare feiten die voor afdoening via een OM-transactie of OM-strafbeschikking in aanmerking komen.

politiestrafbeschikking/politietransactie/OM-transactie/OM-strafbeschikking

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Voor de feiten uit de bijlage bij het Besluit OM-afdoening c.q. het Transactiebesluit 1994 waarvoor de (buitengewoon) opsporingsambtenaar opsporingsbevoegdheid heeft, zijn de tarieven door het College van Procureurs-generaal vastgesteld. Het staat de opsporingsambtenaar derhalve niet vrij een ander transactievoorstel te doen of een ander tarief te hanteren in de aankondiging van de politiestrafbeschikking.

Cumulatie van overtredingen

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Bij cumulatie van overtredingen verdient het aanbeveling bij de vaststelling van de tarieven rekening te houden met de draagkracht van de verdachte./bestrafte.

Minderjarigen

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Hoewel de strafbeschikking het uitgangspunt is, wordt aan minderjarigen een transactie aangeboden. Parallel aan hetgeen in de WAHV is vastgelegd, geldt dat ten aanzien van minderjarigen van 12 tot 16 jaar de vastgestelde tarieven worden gehalveerd met een afronding op hele euro’s naar boven. Voor minderjarigen van 16 tot 18 jaar gelden in beginsel dezelfde tarieven als voor meerderjarigen. Voorts geldt dat de strafbeschikking kan (nog) niet aan een minderjarige worden uitgevaardigd.

Artikel 489, lid 1 aanhef en onder b Sv bepaalt dat bij het uitvaardigen van een strafbeschikking van meer dan € 115, aan de minderjarige verdachte een raadsman moet worden toegevoegd. Deze bepaling is gewijzigd bij inwerkingtreding van de Wet OM-afdoening, maar geldt voor transacties nog steeds zoals de bepaling luidde voor de Wet OM-afdoening.10Om deze reden wordt – analoog aan artikel 489 lid 1, aanhef en onder b Sv – door het CJIB geen politie- of OM-transactie verzonden als het transactiebedrag meer dan € 115 bedraagt. Deze zaken worden voor beoordeling naar het betreffende parket verzonden.

Inbeslagneming

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

In de bijlage bij deze richtlijn is met de letters ‘m.a.’ (met afstand) aangegeven in welke gevallen – een enkele uitzondering daargelaten – als voorwaarde voor transactie door het OM moet worden gesteld dat afstand wordt gedaan van een inbeslaggenomen voorwerp overeenkomstig artikel 116 Sv. Indien geen transactie tot stand komt, moet het OM in deze gevallen, indien tussentijds, zoals voorgeschreven in de Aanwijzing inbeslagneming, geen beslissing is genomen omtrent het beslag, ter terechtzitting verbeurdverklaring (in de bijlage bij deze richtlijn aangegeven met ‘v.v.’) dan wel onttrekking aan het verkeer (‘o.a.v.’) van het voorwerp vorderen. Maar ook in andere daarvoor in aanmerking komende gevallen kan afstand als voorwaarde door het OM worden gesteld, respectievelijk verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer worden gevorderd.

3. Begrenzing strafbeschikkings-/transactiebevoegdheid opsporingsambtenaren

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

In artikel 3.2 van het Besluit OM-afdoening zijn de opsporingsambtenaren aangewezen aan wie strafbeschikkingsbevoegdheid op grond van artikel 257b WvSv is verleend. Op grond van artikel 74c, Sr kan aan een opsporingsambtenaar transactiebevoegdheid worden verleend. In artikel 2 van het Transactiebesluit 1994 zijn de opsporingsambtenaren aangewezen aan wie transactiebevoegdheid is verleend.

In de identieke bijlagen van het Besluit OM-afdoening en het Transactiebesluit 1994 zijn de zaken aangewezen die voor een strafbeschikking dan wel voor een politietransactie in aanmerking komen. Opsporingsambtenaren met strafbeschikkings-/transactiebevoegdheid maken van die bevoegdheid gebruik volgens door het OM te geven richtlijnen (artikel 257b lid 3 Sv, artikel 74c lid 4 Sr).

In deze richtlijn wordt bepaald dat een politietransactie niet mag worden aangeboden indien:

  • a. de opsporingsambtenaar of een van zijn naaste familieleden bij het feit of de gevolgen daarvan betrokken is;

  • b. verschil van inzicht bestaat tussen de opsporingsambtenaar en de verdachte omtrent de feiten en/of de strafbaarheid;

  • c. het feit schade ten gevolge heeft gehad of overigens te ernstig van aard is;

  • d. inbeslagneming plaatsvindt, ongeacht of er afstand is gedaan;11

  • e. de militaire rechter uitsluitend bevoegd is.

De hoofdofficier van justitie kan bepalen dat in bepaalde gebieden of op bepaalde openbare wegen binnen het arrondissement of in bepaalde categorieën zaken door de bevoegde ambtenaren geen gebruik wordt gemaakt van de transactiebevoegdheid (artikel 5 Transactiebesluit 1994) dan wel geen gebruik wordt gemaakt van de strafbeschikkingsbevoegdheid (artikel 3.5 Besluit OM-afdoening).

4. Bijzonderheden voor enkele soorten overtredingen

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

4.1.1. Recidiveregeling overtredingen artt. 30 en 34 Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen (WAM)(uitgezonderd bromfietsen)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

De recidiveregeling t.a.v. de overtredingen van artikelen 30 en 34 WAM luidt voor de met motorrijtuigen, uitgezonderd bromfietsen12, gepleegde overtredingen als volgt:

Eerste overtreding:

OM-transactie: € 440

Eis ter zitting: geldboete € 500

Tweede overtreding (binnen twee jaar na afdoening van de eerste overtreding):

Geen transactie, eis ter zitting: geldboete € 600 en vier maanden ontzegging van de rijbevoegdheid onvoorwaardelijk

Derde overtreding (binnen vier jaar na afdoening van de eerste overtreding):

Geen transactie, eis ter zitting: twee weken hechtenis onvoorwaardelijk13en zes maanden ontzegging van de rijbevoegdheid onvoorwaardelijk; eventueel verbeurdverklaring van het inbeslaggenomen voertuig

4.1.2. Recidiveregeling overtredingen artt. 30 en 34 WAM (bromfietsen)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Voor de met een bromfiets gepleegde overtreding van de artikelen 30 en 34 WAM (feitcodes A 901a t/m d, A 902, A 903a t/m c en A 904) geldt de volgende recidiveregeling:

Eerste overtreding:

OM-transactie: € 310

Eis ter zitting: € 370

Tweede overtreding (binnen twee jaar na afdoening van de eerste overtreding):

Geen transactie, eis ter zitting: geldboete € 440 en vier maanden ontzegging van de rijbevoegdheid onvoorwaardelijk

Derde overtreding (binnen vier jaar na afdoening van de eerste overtreding):

Geen transactie, eis ter zitting: tien dagen hechtenis onvoorwaardelijk en zes maanden ontzegging van de rijbevoegdheid onvoorwaardelijk; eventueel verbeurdverklaring van het inbeslaggenomen voertuig

4.2. Recidiveregeling rijden zonder rijbewijs

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

De recidiveregeling voor het rijden zonder rijbewijs (overtreding van artikel 107 lid 1 WVW 1994) heeft betrekking op motorvoertuigen uit de voertuigcategorieën 1 tot en met 3 van categorie-indeling B. Tevens is deze recidiveregeling van toepassing op bestuurders van motorrijtuigen waarvan het rijbewijs zijn geldigheid heeft verloren door het verstrijken van de geldigheidsduur met meer dan één jaar (feitcode K 060f).

Voor de voertuigcategorieën 1 (bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen14), 2 (bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen) en 3 (brom- en snorfietsers, inclusief bestuurders van brommobielen15) geldt onderstaande recidiveregeling:

Eerste overtreding:

OM-transactie vast tarief feitcode K055

Tweede overtreding (binnen vier jaar na afdoening van de eerste overtreding:

Dagvaarden, eis ter zitting: geldboete categorie 1 en 2 vanaf € 360 en categorie 3 vanaf € 250 en voor alle categorieën onvoorwaardelijke hechtenis16met een proeftijd van twee jaar

Derde en volgende overtreding (binnen vier jaar na afdoening van de eerste overtreding):

Dagvaarden, eis ter zitting: onvoorwaardelijke hechtenis17

4.3.1. Recidiveregeling gedocumenteerde overtredingen maximumsnelheid RVV 1990 (weg)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Deze recidiveregeling wordt toegepast bij overtreding van de, in paragraaf 8, maximumsnelheid, van het RVV 1990 opgenomen, artikelen 19 (niet voldoende afstand houden, 20, 21 en 22 (overschrijding maximumsnelheid), voor zover deze overtredingen niet administratiefrechtelijk worden afgedaan.

De recidiveregeling luidt als volgt:

Van recidive is alleen sprake indien de overtreding wordt begaan binnen twee jaar na betaling van een transactie of na een onherroepelijke geworden strafbeschikking/veroordeling voor één eerdere gedocumenteerde overtreding van artikel 19, 20, 21 of 22 van het RVV 1990.

De categorie-indeling voor maximumsnelheid is ook van toepassing op de recidiveregeling snelheid.

Categorie-indeling C (maximumsnelheid)

  • 1 Motorvoertuigen (uitgezonderd categorie 2: vrachtauto’s, autobussen, als bedrijfsauto aangemerkte kampeerauto’s met een toegestane maximum massa van meer dan 3500 kg en motorvoertuigen met aanhangwagen);

  • 2 Vrachtauto’s, autobussen, als bedrijfsauto aangemerkte kampeerauto’s met een toegestane maximum massa van meer dan 3500 kg. en motorvoertuigen met aanhangwagen;

  • 3 Bromfietsen, brommobielen, snorfietsen en gehandicaptenvoertuigen met motor;

  • 4 Landbouwtrekkers en motorvoertuigen met beperkte snelheid.

NB Gelet op de bijlage 2 van de Aanwijzing inbeslagneming kan na overleg met de officier van justitie het motorvoertuig, waarmee de snelheidsovertreding is gepleegd, in beslag worden genomen, indien een overschrijding van de maximumsnelheid met meer dan 100% in samenhang met geconcretiseerde gevaarzetting is geconstateerd.

Overzicht weg

Recidiveregeling niet voldoende afstand houden

Tabel 118

Recidiveregeling niet voldoende afstand houden

Categorie 1:

Motorvoertuigen (uitgezonderd categorie 2: vrachtauto’s, autobussen, als bedrijfsauto aangemerkte kampeerauto’s met een toegestane maximum massa van meer dan 3500 kg en motorvoertuigen met aanhangwagen)

Categorie 2:

Vrachtauto’s, autobussen, als bedrijfsauto aangemerkte kampeerauto’s met een toegestane maximum massa van meer dan 3500 kg. en motorvoertuigen met aanhangwagen.

Categorie 3:

Bromfietsen, brommobielen, snorfietsen en gehandicaptenvoertuigen met motor;

   

Niet voldoende afstand houden bij een:

   

snelheid van 80 km/h–100 km/h

snelheid van 100 km/h–120 km/h

snelheid van meer dan 120 km/h

   

volgafstand 3 m of meer of vanaf 0,5 sec t/m 0,2/0,1 sec en volgafstand < 3 m of < 0,2/0,1 sec

ongeacht afstand of ≤ 0,5 sec

Eerste overtreding

OM transactie

vast tarief

vast tarief

nvt

eis ter zitting

vast tarief

vast tarief

dagv eis € 560(cat 1/2) /€ 360 (cat 3)

     

+ 3 mnd OBM ovw

Tweede overtreding

OM transactie

nvt

nvt

nvt

eis ter zitting

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20%

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20%

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20%

 

+ OBM 4 mnd ovw

+ OBM 5 mnd ovw

+ OBM 6 mnd ovw

Derde overtreding

OM transactie

nvt

nvt

nvt

eis ter zitting

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20%

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20%

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20%

 

+ OBM 6 mnd ovw

+ OBM 8 mnd ovw

+ OBM 10 mnd ovw

Vierde overtreding

OM transactie

nvt

nvt

nvt

eis ter zitting

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20%

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20%

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20%

 

+ OBM 8 mnd ovw

+ OBM 10 mnd ovw

+ OBM 12 mnd ovw

Recidiveregeling snelheidsovertredingen (weg)

Tabel 219

Recidiveregeling snelheidsovertredingen motorvoertuigen

Categorie 1:

Motorvoertuigen (uitgezonderd categorie 2: vrachtauto’s, autobussen, als bedrijfsauto aangemerkte kampeerauto’s met een toegestane maximum massa van meer dan 3500 kg en motorvoertuigen met aanhangwagen)

Categorie 2:

Vrachtauto’s, autobussen, als bedrijfsauto aangemerkte kampeerauto’s met een toegestane maximum massa van meer dan 3500 kg. en motorvoertuigen met aanhangwagen.

   

Snelheidsovertredingen met een overschrijding van:

   

31 t/m 49 km/h

50 t/m 69 km/h

70 t/m 99 km/h

100 km/h of meer

Eerste overtreding

OM transactie

vast tarief

vast tarief

nvt

nvt

eis ter zitting

vast tarief

vast tarief

vast tarief +

tarief 95 tot 100 km/h + € 200 per 5 km/h overschrijding +

     

OBM 4 mnd ovw

OBM 6 mnd ovw

Tweede overtreding

OM transactie

nvt

nvt

nvt

nvt

eis ter zitting

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

recidivetarief 95 tot 100 km/h + € 200 per 5 km/h overschrijding +

 

OBM 2 mnd ovw

OBM 4 mnd ovw

OBM 6 mnd ovw

OBM 8 mnd ovw

Derde overtreding

OM transactie

nvt

nvt

nvt

nvt

eis ter zitting

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

recidivetarief 95 tot 100 km/h + € 200 per 5 km/h overschrijding +

 

OBM 4 mnd ovw

OBM 6 mnd ovw

OBM 8 mnd ovw

OBM 10 mnd ovw

Vierde overtreding

OM transactie

nvt

nvt

nvt

nvt

eis ter zitting

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

recidivetarief 95 tot 100 km/h + € 200 per 5 km/h overschrijding +

 

OBM 6 mnd ovw

OBM 8 mnd ovw

OBM 10 mnd ovw

OBM 12 mnd ovw

Tabel 320

Recidiveregeling snelheidsovertredingen bromfietsen

Categorie 3:

Bestuurders van bromfietsen, brommobielen, snorfietsen en gehandicaptenvoertuigen met motor

   

Snelheidsovertredingen met een overschrijding van:

   

30 t/m 49 km/h

50 t/m 69 km/h

70 t/m 99 km/h

100 km/h of meer

Eerste overtreding

OM transactie

nvt

nvt

nvt

Nvt

eis ter zitting

vast tarief +

vast tarief +

vast tarief +

tarief 95 tot 100 km/h + € 200 per 5 km/h overschrijding +

 

OBM 2 mnd ovw

OBM 4 mnd ovw

+OBM 6 mnd ovw

+ OBM 8 mnd ovw

Tweede overtreding

OM transactie

nvt

nvt

nvt

Nvt

eis ter zitting

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

recidivetarief 95 tot 100 km/h + € 200 per 5 km/h overschrijding +

 

OBM 4 mnd ovw

OBM 6 mnd ovw

OBM 8 mnd ovw

OBM 10 mnd ovw

Derde en volgende overtreding

OM transactie

nvt

nvt

nvt

Nvt

eis ter zitting

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

tarief eis ter zitting 1e overtreding + 20% +

recidivetarief 95 tot 100 km/h + € 200 per 5 km/h overschrijding +

 

OBM 6 mnd ovw

OBM 8 mnd ovw

OBM 10 mnd ovw

OBM 12 mnd ovw

Voorbeeld bepaling tarief/eis ter zitting:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Indien de bestuurder van een motorvoertuig uit categorie 1 voor de eerste maal de maximumsnelheid overschrijdt, bijvoorbeeld met 50 km/h binnen de bebouwde kom, dan wordt hem voor het in het voorbeeld genoemde geval een OM-transactie aangeboden van € 590 (zie de feitcodes * VA 055, * VB 055 of * VC 055). Dat is het vaste tarief dat bij deze overtreding behoort. De daarbij behorende eis ter zitting is volgens kolom 3 van de op JKS/OM-tranet opgenomen Tarieventabel snelheidsovertredingen een geldboete van € 700. Indien de eerste overtreding een overtreding van artikel 19 RVV 1990 (niet voldoende afstand houden) betreft dan dient dezelfde werkwijze te worden gehanteerd aan de hand van de hierop betrekking hebbende feitcodes S 005a t/m S026a.

  • a. Begaat deze bestuurder vervolgens een tweede onder de recidiveregeling vallende snelheidsovertreding, bijvoorbeeld door overschrijding van de maximum snelheid binnen de bebouwde kom met 69 km/h (feitcode * VA 070, * VB 070 of * VC 070), dan dient tot dagvaarden te worden overgegaan (zie tabel 2). De geldboete die moet worden geëist, wordt afgeleid van de geldboete die zou worden geëist indien deze overtreding voor de eerste maal zou zijn begaan, vermeerderd met 20%. De eerste overtreding kent volgens de feitcodes * VA 070, * VB 070 en * VC 070 een OM-transactie van € 930. De daarbij behorende eis ter zitting is een geldboete van € 1110 (zie voornoemde tarieventabel, kolom 3). Nu de snelheidsovertreding in het voorbeeld reeds een tweede snelheidsovertreding betreft, wordt een eis ter zitting van € 1110 + 20% voorgeschreven. Voorts wordt een OBM van 4 maanden ovw geëist.

  • b. Begaat deze bestuurder als tweede overtreding een overtreding van artikel 19 RVV 1990 (niet voldoende afstand houden) dan dient analoog aan het gestelde onder a gehandeld te worden waarbij de tabel 1 geraadpleegd dient te worden.

4.3.2. Recidiveregeling maximumconstructiesnelheid brom- en snorfietsen

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Voor zover het ‘Muldergedragingen’ betreft zijn de tarieven en feitcodes voor het overtreden van artikel 5.6.8, lid 1, van de RV, zoals opgenomen in de geldende bijlage bij de Wet Administratiefrechtelijke Handhaving Verkeersvoorschriften, van toepassing. Dit betreft de feitcodes N 083 a/b. Het in de onderstaande tabel vermelde vaste tarief betreft de tarieven zoals deze zijn opgenomen in de Tekstenbundel voor misdrijven, overtredingen en Muldergedragingen bij de feitcodes N 083 c t/m f.

   

Overschrijding maximumconstructiesnelheid met

Overtreding

 

> 15 t/m 20 km/h

> 20 t/m 25 km/h

> 25 t/m 30 km/h

> 30 km/h

1e Eerste overtreding

Transactie

Vast tarief

Vast tarief

Vast tarief

€ 240Vast tarief

   

(minderjarigen € 115)

(minderjarigen € 115)

(minderjarigen € 115)

eis ter zitting

€ 130

€ 190

€ 280

€ 380

2e Tweede overtreding

Transactie

nvt

nvt

nvt

nvt

eis ter zitting

€ 170 /OBM 2 mnd ov

€ 240 / OBM 2 mnd ov

€ 330 / OBM 2 mnd ov

€ 430 / OBM 2 mnd ov

3e Derde en volgende overtreding(en)

Transactie

nvt

nvt

nvt

nvt

eis ter zitting

€ 200 / OBM 4 mnd ov / OAV brom-/snorfiets

€ 280 / OBM 4 mnd ov / OAV brom-/snorfiets

€ 390 / OBM 4 mnd ov / OAV brom-/snorfiets

€ 490 / OBM 4 mnd ov / OAV brom-/snorfiets

ov : onvoorwaardelijke veroordeling

OBM : ontzegging van de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen

OAV : onttrekking aan het verkeer

Recidive/herhaald plegen

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Van recidive is alleen sprake indien de overtreding wordt begaan binnen twee jaar na afdoening21van de vorige overtreding. Door het OM wordt via raadpleging van het Justitieel Documentatie Systeem (JDS) vastgesteld of sprake is van recidive.

Indien aan de voorwaarden m.b.t. inbeslagneming zoals genoemd in C 6 van de Aanwijzing maximumconstructiesnelheid brom- en snorfietsen is voldaan, wordt van dit ‘recidivebeginsel’ afgeweken en wordt de ‘recidive’ bepaald aan de hand van het aantal door de verdachte gepleegde identieke overtredingen. Hiervan is sprake indien door dezelfde verdachte voor de derde keer een onder strafrecht vallende overtreding van art. 5.6.8 RV binnen een tijdbestek van twee jaar is begaan en aan de verdachte is bij één van de voorgaande overtredingen een waarschuwingsbrief uitgereikt of toegezonden.

Minderjarigen

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Voor minderjarigen wordt een aangepaste regeling getroffen. Ingevolge artikel 489, lid 1, aanhef en onder b van het Wetboek van strafvordering dient aan minderjarigen ambtshalve een raadsman te worden toegevoegd indien het OM een transactie wil aanbieden dan wel een strafbeschikking hoger dan € 115 wil aanbieden/uitvaardigen22. Aan minderjarigen wordt voor de 1e overtreding bij een overschrijding van de maximum constructiesnelheid met meer dan 250 km/h een aangepaste transactie, conform het in de bovenstaande tabel vermelde tarief, aangeboden. Voor de daaropvolgende overtredingen wordt de geldboete in de eis ter terechtzitting gehalveerd.

Inbeslagneming

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Bij inbeslagneming van het voertuig zijn er de volgende mogelijkheden (zie ook de bijlage 2 bij de Aanwijzing inbeslagneming

  • 1. de eigenaar/houder doet vrijwillig afstand ter vernietiging;

  • 2. de eigenaar/houder voldoet aan het schikkingsvoorstel van de officier van justitie en doet daarmee afstand van het inbeslaggenomen voertuig. Het voertuig dient hierna te worden vernietigd;

  • 3. de officier vordert ter zitting de onttrekking aan het verkeer van het niet in Nederland toegelaten voertuig of de verbeurdverklaring van het in Nederland wel toegelaten voertuig. De officier van justitie bepaalt aan de hand van de vermelde waarde van het voertuig of van de hierboven genoemde standaardeis wordt afgeweken en een meer op de situatie toegesneden eis moet worden geformuleerd.

4.3.3. Recidiveregeling gedocumenteerde snelheidsovertredingen water

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

De recidiveregeling gedocumenteerde snelheidsovertredingen water wordt toegepast bij snelheidsovertredingen op het water, begaan door kleine schepen, bij overschrijding van de maximum toegestane snelheid vanaf 25 kilometer per uur. De recidiveregeling luidt als volgt:

Van recidive is alleen sprake indien de overtreding wordt begaan binnen twee jaar na betaling van een transactie, of als er sprake is van een onherroepelijke veroordeling voor één van de vorige gedocumenteerde snelheidsovertreding(en).

De recidiveregeling voor kleine schepen is weergegeven in het overzicht water.

De tarieven die in de overzichten zijn weergegeven hebben betrekking op de overschrijding van de maximum toegestane snelheid.

Overzicht water

Recidiveregeling snelheidsovertredingen water23

Categorie 1:

Gezagvoerder/schipper

klein schip

Snelheidsovertredingen met een overschrijding van:

25 tot 35 km/h

35 tot 45 km/h

45 km/h of meer

eerste overtreding:

OM-transactie

Vast tarief

Vast tarief

Vast tarief

 

eis ter zitting

€ 270,–

€ 420,–

€ 600,–

tweede overtreding:

OM-transactie

€ 270,–

€ 420,–

€ 600,–

 

eis ter zitting

€ 320,–

€ 500,–

€ 700,,–

derde overtreding:

OM-transactie

Nvt

Nvt

Nvt

 

eis ter zitting

> € 390,– en voorwaardelijke hechtenis

> € 600,– en voorwaardelijke hechtenis

> € 800,- en voorwaardelijke hechtenis

vierde overtreding:

OM-transactie

Nvt

Nvt

Nvt

 

eis ter zitting

> € 460,– en onvoorwaardelijke hechtenis

> € 700,– en onvoorwaardelijke hechtenis

> € 950,– en onvoorwaardelijke hechtenis

5. Overtredingen begaan door militairen op militaire terreinen

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

5.1. Beperkte bevoegdheid

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Op grond van het bepaalde in artikel 3 onder c van het Transactiebesluit 1994 is de transactiebevoegdheid in handen van de Koninklijke Marechaussee (KMAR) op militaire terreinen beperkt tot verdachten die militair zijn.24Voorts beperkt de transactiebevoegdheid zich tot uitsluitend die feiten die zijn opgenomen in de bijlage van het Transactiebesluit 1994. Met de inwerkingtreding van de WAHV zijn veel feiten vanuit de diverse Transactiebesluiten, waaronder het Besluit transactie Koninklijke Marechaussee ondergebracht in de bijlage van de WAHV. Deze bijlage is met uitzondering van de feitcodes K 035, K 040 a t/m e, K 075 t/m K 106, K 120, K 140, K 155 niet van toepassing op militaire terreinen. Voornoemde feitcodes zijn uitgezonderd, doordat het begrip ‘weg’ niet van toepassing is op deze codes.

Het is echter gewenst dat de afdoening van deze zaken zoveel mogelijk via de geautomatiseerde systemen bij de KMAR en het CJIB verloopt, waarna de zaakgegevens (bij niet betalen) elektronisch worden overgedragen aan het Openbaar Ministerie.

5.2. Specifieke werkwijze

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Om de verwerking via de geautomatiseerde systemen mogelijk te maken wordt bij het opmaken van een mini proces-verbaal gebruik gemaakt van dezelfde feitcodes als in de bijlage bij de WAHV, onder toevoeging van de hoofdletter K. Bijv. De feitcode R 549a (niet stoppen bij een stopbord) wordt KR 549a. De verbaliserende ambtenaar van de KMAR maakt na het constateren van een overtreding een mini proces-verbaal op en reikt bij staandehouding een afschrift uit aan de verdachte. Vanwege het feit dat het een OM-transactie betreft wordt geen tarief ingevuld op het mini proces-verbaal.

Indien de verdachte niet (volledig) betaalt binnen de daarvoor gestelde termijn, wordt een proces-verbaal opgemaakt dat, met tussenkomst van het CJIB, via de gebruikelijke wijze aan het Openbaar Ministerie te Arnhem, unit militaire zaken, wordt aangeboden.

Bijlagen

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

De OM-feiten en p-feiten met bijbehorende tarieven zijn niet als bijlage bij deze richtlijn voor strafvordering opgenomen, maar geïntegreerd opgenomen in de Tekstenbundel voor misdrijven, overtredingen en Muldergedragingen. In deze bundel worden de zaken die afkomstig zijn uit de bijlage met OM-feiten en tarieven worden voorafgegaan door een * (asterisk). De politietransigabele feiten/overtredingen waarvoor een politiestrafbeschikking kan worden uitgevaardigd, worden voorafgegaan door de (kleine) letter p.

Bijlage bij het Besluit OM-afdoening/Transactiebesluit 1994 met tarieven

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Afdeling A. Verkeer te land

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Gezagvoerders/schippers;

8 – Een ieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers K 006 – K 175: Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994); Reglement Rijbewijzen (RR)

                 
                         
     

als bestuurder van een motorrijtuig rijden terwijl krachtens de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften

9 lid 8 WVW 1994

               

K

006

a

– het rijbewijs is ingenomen

 

180

180

120

         
                         
     

als bestuurder van een motorrijtuig rijden, terwijl het kentekenbewijs is ingevorderd

36 lid 3 sub c WVW 1994

               

K

020

a

– na deugdelijk herstel

 

70

70

45

         
                         
     

als bestuurder beneden de 16 jaar een motorrijtuig besturen, zijnde (de vermelde tarieven bij deze feitcodes dienen gehalveerd en op hele Euro’s naar boven afgerond te worden)

110 lid 1 WVW 1994 jo. artikel 5 sub b RR

               

K

070

a

– een bromfiets

     

180

         

K

070

b

– een gehandicaptenvoertuig

       

180

       

K

070

c

– een landbouw- of bosbouwtrekker

 

180

             

K

070

d

– een motorrijtuig met beperkte snelheid (niet zijnde een stoom- of motorwals)

 

180

             
                         

K

071

 

als bestuurder optreden zonder te beschikken over een ingevolge de richtlijn vakbekwaamheid vereist geldig getuigschrift

151c WVW 1994

500

             

K

145

b

als bestuurder handelen in strijd met het aan de ontheffing verbonden voorschrift betreffende de begeleiding of vakbekwaamheid

150 lid 2 WVW 1994

550

             

K

160

a

als bestuurder, die in overtreding wordt bevonden van een bij of krachtens de WVW 1994 vastgesteld voorschrift, de gegeven bevelen niet opvolgen

160 lid 6 WVW 1994

280

280

190

110

 

110

   

K

160

b

als bestuurder van een voertuig die, in het kader van beroepsgoederenvervoer of personenvervoer, in overtreding wordt bevonden van een bij of krachtens de WVW 1994 vastgesteld voorschrift, betreffende het vervoer van lading of personen, de gegeven bevelen niet opvolgen

160 lid 6 WVW 1994

550

             

Nummers R 301 – R 631: Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Schippers;

8 – Een ieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

XI. Het plaatsen van fietsen en bromfietsen

                 

R

412

 

een (brom)fiets plaatsen anders dan op het trottoir, voetpad, in de berm of door het bevoegde gezag aangewezen plaatsen

27 RVV 1990

   

45

25

       
                         
     

Hoofdstuk 3. Verkeerstekens

                 
     

II. Verkeersborden

                 

R

587

 

een (brom)fiets plaatsen in strijd met bord E3 (verbod (brom)fietsen te plaatsen)

62 jo. bord E3 RVV 1990

   

45

25

       
                         
     

Hoofdstuk 4. Aanwijzingen

                 
                         
     

I. Verplichtingen weggebruikers

                 
                         
     

als weggebruiker niet stoppen voor een stopteken

83 RVV 1990

               

R

628

c

– gegeven met een aan voertuig van weginspecteurs van Rijkswaterstaat aangebracht verlicht transparant

 

180

180

120

70

50

70

   
                         
     

als weggebruiker niet opvolgen van de in de bijlage II RVV 1990 vastgestelde aanwijzingen

                 

R

627

a

– om te stoppen, gegeven door daartoe bevoegde en als zodanig kenbare verkeersbrigadier

82 lid 1 jo. 82 lid 3 ivm Bijlage II RVV 1990

180

180

120

70

 

70

   

R

630

b

– gegeven door daartoe bevoegde en als zodanig kenbare verkeersregelaar

82 lid 1 ivm Bijlage II RVV 1990

180

180

120

70

50

70

   
     

als weggebruiker niet opvolgen van aanwijzingen gegeven door middel van verlichte transparant op personen-, bedrijfsauto of motorfiets van

                 

R

631

b

– Rijkswaterstaat of bedrijfsauto van transportbegeleider

82a jo. 41 a lid 1 onder a, sub 1 en 4 RVV 1990

180

180

120

70

50

70

   
                         
     

Nummers K 805 – K 825: Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 (WRM 1993)

                 
                         
     

rijonderricht geven terwijl het certificaat

                 

K

810

a

– niet geldig is voor het rijonderricht dat wordt gegeven

7 lid 3 onder a WRM 1993

             

300

     

als houder niet (tijdig) inleveren van een ongeldig verklaard certificaat voor het geven van rijonderricht

                 

K

815

a

– na ongeldigverklaring door instituut dat certificaat heeft afgegeven

15 lid 4 WRM 1993

             

210

K

815

b

– na ongeldigverklaring door Onze minister

22 lid 5 WRM 1993

             

210

                         

K

820

 

het certificaat niet op eerste vordering behoorlijk ter inzage afgeven

24 WRM 1993

             

70

K

825

 

het instructeurbewijs, dan wel het bewijs van ontheffing niet op eerste vordering behoorlijk ter inzage afgeven

27 WRM 1993

             

70

                         

Nummers N 010 – P 600: Besluit voertuigen (BV) en Regeling voertuigen (RV)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling A: (Besluit en Regeling voertuigen)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

2 – personenauto's;

3 – bedrijfsauto's;

3a – bussen;

4 – motorfietsen;

5 – driewielige motorrijtuigen;

6 – bromfietsen;

7 – motorrijtuigen met beperkte snelheid;

8 – land- of bosbouwtrekkers;

9 – fietsen en gehandicaptenvoertuigen zonder motor (o.g.v. art. 5.1.4 RV m.u.v. afmetingen genoemd in 5.9.6 RV);

10 – gehandicaptenvoertuigen voorzien van een gesloten carrosserie en gehandicaptenvoertuigen die zijn uitgerust met een verbrandingsmotor en niet voorzien van een gesloten carrosserie en t.a.v. de afmetingen genoemd in 5.10.6 RV de gehandicaptenvoertuigen zonder motor;

11 – gehandicaptenvoertuigen, uitgerust met een elektromotor en niet voorzien van een gesloten carrosserie;

12 – aanhangwagens met een toegestane maximum massa van meer dan 750 kg achter personenauto's, bedrijfsauto's, bussen en driewielige motorrijtuigen;

13 – aanhangwagens met een toegestane maximum massa van niet meer dan 750 kg achter personenauto's, bedrijfsauto's, bussen en driewielige motorrijtuigen;

14 – aanhangwagens en verwisselbare getrokken machines achter landbouw- of bosbouwtrekkers en achter motorrijtuigen met beperkte snelheid;

15 – aanhangwagens achter motorfietsen (15a) of bromfietsen (15b);

16 – aanhangwagens achter fietsen op twee wielen;

17 – wagens.

Noot Regeling Voertuigen (RV):

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

  • De feiten met betrekking tot de Regeling Voertuigen zijn in 17 categorieën onderverdeeld en deze categorieën zijn genummerd van 2 t/m 17. Deze categorie-indeling komt overeen met de indeling van de Regeling Voertuigen.

  • Bij categorie 15 kan het trekkende voertuig verschillend zijn (motor of bromfiets). Voor deze voertuigen gelden verschillende tarieven. Achter de categorie-aanduiding moet daarom voor de motorfiets een A en voor de bromfiets een B worden vermeld.

    categorie: 15A – motorfiets

    categorie: 15B – bromfiets

  • Indien bij ‘artikel’ een ‘*’ staat vermeld, dan dient dit teken te worden vervangen door het nummer van de categorie waarop de feitcode betrekking heeft, om zo het op die categorie betrekking hebbende artikel van de Regeling Voertuigen te verkrijgen.

  • De feiten in deze afdeling die betrekking hebben op de massa of de last onder wiel of as gelden uitsluitend voor particulieren. Indien sprake is van beroepsmatig vervoer is de Wet op de economische delicten van toepassing. Zie hiervoor de feitcodeserie E 850 t/m E 856.

  • Op de kennisgeving/aankondiging moet een nadere toelichting op het feit worden vermeld, omdat de bepalingen van de Regeling Voertuigen in algemene feitomschrijvingen zijn weergegeven.

  • Voor feiten gebaseerd op de Regeling Voertuigen geldt dat deze feiten niet slechts op kenteken kunnen worden geconstateerd. (Dit volgt uit de voor de eerste feitcode geplaatste koptekst, geldend voor de gehele Regeling voertuigen: ’Als bestuurder rijden terwijl...’.)

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

3a

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15a/b

16

17

     

Regeling Voertuigen

                                     
                                             
     

Als bestuurder van een voertuig rijden (terwijl):

                                     
                                             
     

4 – Krachtoverbrenging

                                     

N

150

b

dan wel als eigenaar of houder doen of laten rijden terwijl de na 31-12-1987 in gebruik genomen bedrijfsauto, met een toegestane maximum massa van meer dan 12.000 kg niet is voorzien van een snelheidsbegrenzer

5.3.15 lid 2 RV

 

2200

                               

N

150

bb

dan wel als eigenaar of houder doen of laten rijden terwijl de na 30-09-2001 doch voor 01-01-2005 in gebruik genomen bedrijfsauto met een dieselmotor, met een toegestane maximum massa van meer dan 3500 kg doch niet meer dan 12.000 kg, niet is voorzien van een snelheidsbegrenzer

5.3.15 lid 2 RV

 

2200

                               

N

150

d

dan wel als eigenaar of houder doen of laten rijden terwijl de snelheidsbegrenzer niet aan de eisen voldoet. (bedrijfsauto bestemd voor het vervoer van goederen niet meer dan 90 km/h en een bus maximaal 100 km/h)

5.*.15 lid 3 en 4 RV

 

650

650

                             
                                             
     

8 – Reminrichting

                                     
                                             
     

niet wordt voldaan aan de vereiste remvertraging (cat 12 toegestane maximum massa minder dan 3500 kg); de vermindering bedraagt

5.*.38 RV

                                   

N

381

c

– 1,01 t/m 1,5 m/s2

 

400

   

400

400

           

400

           

N

381

d

– 1,51 t/m 2,0 m/s2

 

600

   

600

600

           

600

           

N

381

e

– meer dan 2,0 m/s2

 

900

   

900

900

           

900

           
                                             
     

niet wordt voldaan aan de vereiste remvertraging (cat 12 toegestane maximum massa 3500 kg of meer); de vermindering bedraagt

5.*.38 RV

                                   

N

381

g

– 0,51 t/m 1,0 m/s2

   

420

420

               

420

           

N

381

h

– 1,01 t/m 1,5 m/s2

   

600

600

               

600

           

N

381

i

– 1,51 t/m 2,0 m/s2

   

900

900

               

900

           

N

381

j

– meer dan 2,0 m/s2

   

1400

1400

               

1400

           
                                             
     

1 – Afmetingen en massa’s

                                     
     

Noot afmetingen: Als bij ondeelbare lading meer dan één afmeting wordt overschreden, dan wordt uitsluitend proces-verbaal opgemaakt terzake de afmeting die het meest wordt overschreden.

                                     
                                             
     

De overige overschrijdingen worden als bevinding eveneens in het proces-verbaal vermeld.

                                     
                                             
     

Lengte samenstel (onbeladen), c.q. indien geen sprake is van uitstekende lading

                                     
                                             
     

Noot: Lengte trekker met oplegger max. 16,50 m; bedrijfsauto/bus met aanhangwagen max.18,75 m; personenauto/ driewielig motorvoertuig met aanhangwagen max. 18 m; samenstel kermis– /circusvoertuigen max. 24 m; rijdend werktuig met aanhangwagen 20 m; land– bosbouwtrekker/motorrijtuig beperkte snelheid met één of meer aanhangwagens en/of verwisselbare getrokken machines 18 m

                                     
                                             
     

de maximum toegestane lengte van het samenstel van voertuigen wordt overschreden, met een overschrijding

5.18.11 en 5.18.20 RV

                                   

P

111

c

– van meer dan 0,50 m en t/m 0,75 m

 

310

310

310

 

310

 

310

310

                   

P

111

d

– van meer dan 0,75 m en t/m 1,00 m

 

470

470

470

 

470

 

470

470

                   
                                             
     

Lengte deelbaar; uitstekende lading achterzijde

                                     
                                             
     

de lading meer dan 1 m achter het voertuig en/of meer dan 5 m achter de achterste as van het voertuig uitsteekt en/of de vereiste stootbalk, voor het na 01-01-1996 in gebruik genomen voertuig, meer dan 0,60 m van de uiterste achterzijde is aangebracht, terwijl de afstand van de lading tot het wegdek meer bedraagt dan 0,55 m (categorie 12 bedrijfsmatig gebruik), een overschrijding

5.18.12 RV

                                   

P

121

c

– van meer dan 0,50 m en t/m 0,75 m

   

450

                 

450

           

P

121

d

– van meer dan 0,75 m en t/m 1,00 m

   

650

                 

650

           
                                             
     

een beladen samenstel van bedrijfsauto en aanhangwagen, niet zijnde een oplegger, dat is ingericht voor het vervoer van voertuigen, langer is dan 20,75 m, een overschrijding

5.18.13 lid 2 RV

                                   

P

130

k

– van meer dan 0,50 m en t/m 0,75 m

   

450

                 

450

           

P

130

l

– van meer dan 0,75 m en t/m 1,00 m

   

650

                 

650

           
                                             
     

Lengte; ondeelbare lading

                                     
                                             
     

de in lengte ondeelbare lading aan de voorzijde van een bedrijfsauto met een toegestane maximum massa van meer dan 3500 kg, niet zijnde een kermis- of circusvoertuig, meer dan 4,30 m voor het hart van de voorste as uitsteekt, een overschrijding

5.18.13 RV

                                   

P

130

p

– van meer dan 0,50 m t/m 0,75 m

   

450

                               

P

130

q

– van meer dan 0,75 m t/m 1,00 m

   

650

                               
                                             
     

de uitsteek van de in lengte ondeelbare lading achter het hart van de achterste as meer dan 0,5 maal de lengte van een bedrijfsauto met een toegestane maximummassa van meer dan 3500 kg of een aanhangwagen bedraagt en/of meer dan 5 m bedraagt of bij een oplegger de uitsteek van de lading achter het hart van de achterste as meer bedraagt dan 0,5 maal de afstand van hart koppeling tot de achterzijde bedraagt en/of meer dan 5 m bedraagt (categorie 12 en 13 bedrijfsmatig gebruik), een overschrijding

5.18.13 RV

                                   

P

131

c

– van meer dan 0,50 m en t/m 0,75 m

   

450

                 

450

450

         

P

131

d

– van meer dan 0,75 m en t/m 1,00 m

   

650

                 

650

650

         
                                             
     

Breedte; ondeelbare lading

                                     
                                             
     

het voertuig met inbegrip van de ondeelbare lading de maximum toegestane breedte overschrijdt, een overschrijding

5.18.14 lid 2 RV

                                   

P

142

b

– van meer dan 0,25 m en t/m 0,50 m

   

500

                 

500

500

         
                                             
     

Massa

                                     
                                             
     

Noot

                                     
     

De feiten, die betrekking hebben op de massa of de last onder wiel of as, gelden uitsluitend voor particulieren. Indien er sprake is van beroepsmatig vervoer is de Wet op de economische delicten van toepassing.

                                     
                                             
     

de som van de aslasten van de aangekoppelde middenasaanhangwagen met een toegestane maximum massa van meer dan 12.000 kg meer bedraagt dan 1,5 maal de som van aslasten van het trekkend motorvoertuig, een overschrijding met

5.18.31 RV

                                   

P

310

c

– meer dan 50 % t/m 75 %

                       

400

           

P

310

d

– meer dan 75 %

                       

600

           
                                             
     

3 – Reminrichting

                                     
                                             
     

niet wordt voldaan aan de minimale remvertraging van de bedrijfsrem van het samenstel, de vermindering bedraagt

5.18.35 lid 1 RV

                                   

P

350

c

– 1,01 t/m 1,5 m/s2

 

400

   

400

400

                         

P

350

d

– 1,51 t/m 2,0 m/s2

 

600

   

600

600

                         

P

350

e

– meer dan 2,0 m/s2

 

900

   

900

900

                         
                                             
     

niet wordt voldaan aan de minimale remvertraging van de bedrijfsrem van het samenstel, de vermindering bedraagt

5.18.35 lid 1 RV

                                   

P

350

g

– 0,51 t/m 1,0 m/s2

   

420

420

                             

P

350

h

– 1,01 t/m 1,5 m/s2

   

600

600

                             

P

350

i

– 1,51 t/m 2,0 m/s2

   

900

900

                             

P

350

j

– meer dan 2,0 m/s2

   

1400

1400

                             
                                             
     

de remvertraging van het samenstel niet voldoet aan die van het trekkend voertuig, de vermindering bedraagt

5.18.35 lid 2 RV

                                   

P

351

c

– 1,01 t/m 1,5 m/s2

             

400

400

                   

P

351

d

– 1,51 t/m 2,0 m/s2

             

600

600

                   

P

351

e

– meer dan 2,0 m/s2

             

900

900

                   
                                             

Afdeling B. Verkeer te water

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling E (scheepvaartwetgeving)

1 – gezagvoerder/schipper;

2 – bestuurder;

3 – bemanningslid;

4 – waterskiër;

5 – werkgever;

6 – exploitant;

7 – eigenaar of houder;

8 – een ieder.

NB Categorie bemanningslid of een ieder geldt in voorkomend geval mede voor een bemanningslid of ieder ander persoon die tijdelijk zelfstandig koers en snelheid schip bepaalt (1.03 lid 3 BPR/RPR)

     

feit

artikel

Tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers W 500 – W 530; W 065 – W 182: Binnenvaartpolitiereglement (BPR), Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer (BABS), Scheepvaartreglement Eemsmonding (SRE), Plaatselijk geldende verordeningen (Pl.V)

                 
                         
     

Snelle motorboten

                 
                         
     

als schipper van een snelle motorboot aan de scheepvaart deelnemen zonder dat, dan wel als eigenaar of houder er niet mede zorg voor hebben gedragen dat

                 

W

500

a

– de snelle motorboot is geregistreerd

8.01 lid 1 jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

100

         

100

 

W

500

b

– de snelle motorboot ten name van de huidige eigenaar is geregistreerd

8.01 lid 1 jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

70

         

70

 

W

500

c

– het registratiebewijs aan boord van de snelle motorboot is

8.01 lid 2 jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

70

         

70

 

W

500

d

– de snelle motorboot is voorzien van het registratieteken

8.02 lid 1 jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

100

         

100

 

W

500

e

– het registratieteken op de voorgeschreven wijze op de snelle motorboot is aangebracht

8.02 lid 1 jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

100

         

100

 

W

500

f

– de snelle motorboot is voorzien van het in verband met de constructie voorgeschreven registratieteken van 100 x 60 x 15 mm

8.02 lid 2 jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

100

         

100

 

W

500

g

– de snelle motorboot op de juiste wijze is voorzien van het in verband met de constructie voorgeschreven registratieteken van 100 x 60 x 15 mm

8.02 lid 2 jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

100

         

100

 

W

500

h

– bij de snelle motorboot de afgewerkte gassen door een behoorlijk geluiddempende voorziening worden afgevoerd

8.03 aanhef en onder b jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

140

         

140

 

W

500

i

– de snelle motorboot is voorzien van een technische inrichting waardoor bij het onderbreken van de besturing de middelen tot voortbeweging onmiddellijk tot stilstand of nagenoeg tot stilstand komen (dodemansknop)

8.03 aanhef en onder d jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

180

         

180

 

W

500

j

– aan boord van de snelle motorboot een deugdelijk brandblusapparaat is

8.03 aanhef en onder f jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

100

         

100

 
                         
     

als schipper van een snelle motorboot aan de scheepvaart deelnemen zonder dat, dan wel als eigenaar of houder er niet mede zorg voor hebben gedragen dat een reddingsvest onder handbereik is voor ieder der opvarenden aan boord van de snelle motorboot

8.03 aanhef en onder e jo. 1.02 lid 2 en 8.04 BPR

               

W

501

a

– één ontbreekt

 

35

         

35

 

W

501

b

– twee ontbreken

 

50

         

50

 

W

501

c

– drie ontbreken

 

75

         

75

 

W

501

d

– vier ontbreken

 

110

         

110

 

W

501

e

– vijf of meer ontbreken

 

170

         

170

 
                         

W

514

 

als bestuurder van een snelle motorboot, die qua constructie niet veilig staande kan worden bestuurd, tijdens het varen niet zijn gezeten op de voor hem bestemde zitplaats

8.05 lid 1 aanhef en onder a jo.8.05 lid 4 BPR

 

100

           

W

516

 

als bestuurder van een snelle motorboot deze, niet vanaf een gesloten binnenbesturing, staande besturen zonder een reddingsvest te dragen

8.05 lid 5 BPR

 

70

           

W

518

 

als bestuurder van een snelle motorboot varen zonder gebruik te maken van de dodemansknop

8.05 lid 1 aanhef en onder b jo. 8.03 onder d BPR

 

180

           

W

528

 

waterskiën, doen waterskiën of op soortgelijke wijze van de vaarweg gebruik maken, waar c.q. wanneer dat verboden is

8.06 lid 2 jo. 1.02 lid 2 BPR

180

180

 

180

     

180

W

529

a

als bestuurder van een snelle motorboot zich zodanig gedragen dat hinder of gevaar voor andere gebruikers van het vaarwater wordt veroorzaakt

8.05 lid 1 aanhef en onder c BPR

 

180

           

W

529

b

als waterskiër of persoon die op soortgelijke wijze van de vaarweg gebruik maakt, zich zodanig gedragen, dat gevaar of hinder voor andere gebruikers van de vaarweg kan worden veroorzaakt

8.06 lid 4 BPR

     

180

     

180

W

530

 

als bestuurder van een snelle motorboot één of meer waterskiërs of personen, die op soortgelijke wijze van de vaarweg gebruik maken, voortbewegen zonder zich bij te laten staan door een medeopvarende van tenminste 15 jaar oud als uitkijk

8.06 lid 3 BPR

 

180

           
                         
     

Snelheidsovertredingen

                 
                         
     

als schipper van een snelle motorboot sneller varen dan 20 km/h, waar dat verboden is, met een overschrijding

8.06 lid 1 BPR

               

W

065

a

– tot 6 km/h

 

70

             

W

065

b

– van 6 tot 15 km/h

 

100

             

W

065

c

– van 15 tot 25 km/h

 

150

             
                         
     

als schipper van een klein schip sneller varen dan toegestaan, met een overschrijding

5.01 BPR ivm verkeersteken B6 of bekendmaking 13 BABS

               

W

075

a

– tot 6 km/h

 

70

             

W

075

b

– van 6 tot 15 km/h

 

100

             

W

075

c

– van 15 tot 25 km/h

 

150

             
                         
     

Overige

                 

W

150

 

als schipper van een in art. 1.09 lid 1 aanhef en onder b BPR bedoeld schip varen terwijl het sturen niet wordt verricht door een daartoe bekwaam en tenminste 16 jaar oud persoon

1.09 lid 1 aanhef en onder b BPR

150

             

W

152

 

als schipper van een snelle motorboot varen terwijl het sturen niet wordt verricht door een daartoe bekwaam en tenminste 18 jaar oud persoon

1.09 lid 1 aanhef en onder a BPR

150

             

W

156

 

geen bijgewerkt exemplaar van het Binnenvaartpolitiereglement aan boord aanwezig hebben

1.11 lid 1 BPR

35

             
                         
     

bij het meren of verhalen gebruik maken van

                 

W

158

a

– verkeerstekens

1.13 lid 1 jo. 1.02 lid 2 en/of 5 onder b BPR

100

           

100

W

158

b

– andere voorwerpen dan die daarvoor bestemd zijn

7.04 lid 3 jo. 1.02 lid 2 en/of 5 onder b BPR

100

           

100

W

160

a

varen met een zeilplank op een voor de doorgaande vaart bestemd gedeelte van een in de bijlage 16 van het BPR opgenomen vaarweg

9.05 lid 1 BPR

180

           

180

W

160

b

varen met een door een vlieger voortbewogen zeilplank

9.05 lid 2 BPR

180

           

180

W

162

 

als schipper van een zeilplank, daarmee varen in een gedeelte van de vaarweg waar dit verboden is

PL.V

180

             
                         
     

als schipper deelnemen aan de scheepvaart terwijl de voorgeschreven kentekens niet zijn aangebracht, te weten op een

                 

W

164

a

– groot schip

2.01 lid 1 jo. 1.02 lid 2 en/of 5 onder a BPR

70

       

70

   

W

164

b

– klein schip

2.02 lid 1 jo. 1.02 lid 2 en/of 5 onder a BPR

70

       

70

   
                         
     

als schipper deelnemen aan de scheepvaart terwijl de voorgeschreven kentekens niet op de voorgeschreven wijze zijn aangebracht, te weten op een

                 

W

166

a

– groot schip

2.01 lid 1 jo. 1.02 lid 2 en/of 5 onder a BPR

70

       

70

   

W

166

b

– klein schip

2.02 lid 1 jo. 1.02 lid 2 en/of 5 onder a BPR

70

       

70

   
                         

W

170

 

als schipper varen in strijd met een duidelijk zichtbaar geplaatst en voor hem geldend verbodsteken als bedoeld onder A.1 van de bijlage 7 van het BPR

6.08 aanhef en onder a BPR

270

             

W

180

 

als persoon die zwemt dan wel die op andere wijze watersport zonder schip bedrijft niet voldoende afstand houden van een varend schip, varend drijvend voorwerp of drijvend werktuig in bedrijf

8.08 lid 1 BPR

             

100

W

181

a

zwemmen, watersport zonder schip of onderwatersport bedrijven bij een wachtplaats, of in de onmiddellijke nabijheid van een brug, een sluis of een stuw

8.08 lid 2 aanhef en onder a BPR

             

100

W

181

b

zwemmen, watersport zonder schip of onderwatersport bedrijven in een gedeelte van de vaarweg bestemd voor doorgaande scheepvaart

8.08 lid 2 aanhef en onder b BPR

             

100

W

181

c

zwemmen, watersport zonder schip of onderwatersport bedrijven in de route van een veerpont

8.08 lid 2 aanhef en onder c BPR

             

100

W

181

d

zwemmen, watersport zonder schip of onderwatersport bedrijven in een haven of nabij de ingang daarvan

8.08 lid 2 aanhef en onder d BPR

             

100

W

181

e

zwemmen, watersport zonder schip of onderwatersport bedrijven in de nabijheid van een meergelegenheid

8.08 lid 2 aanhef en onder e BPR

             

100

W

181

f

zwemmen, watersport zonder schip of onderwatersport bedrijven in gebied dat is aangewezen voor snelvaren of waterskiën

8.08 lid 2 aanhef en onder f BPR

             

100

W

181

g

zwemmen, watersport zonder schip of onderwatersport bedrijven in een door een bevoegde autoriteit aangewezen verboden gebied

8.08 lid 2 aanhef en onder g BPR

             

100

W

182

a

in het vaarwater van de Eemsmonding waterskiën of varen met waterscooter

22 lid 1 SRE

180

           

180

W

182

b

in de Eemsmonding varen met zeilplank in het vaarwater of buiten het vaarwater op de door de bevoegde autoriteit vastgestelde wateroppervlakken

22 lid 3 SRE

180

           

180

W

182

c

’s nachts, bij beperkt zicht of gedurende de door de bevoegde autoriteit vastgestelde tijd waterskiën of varen met waterscooter of zeilplank op de vrijgegeven wateroppervlakken van de Eemsmonding

22 lid 4 SRE

180

           

180

                         
     

Nummers W 300 – W 310: Binnenvaartwet (BVW), Rijnvaartpolitiereglement 1995 (RPR), Binnenvaartpolitiereglement (BPR)

                 
                         
     

als schipper van een schip op binnenwateren varen zonder in het bezit te zijn van een geldig

25 lid 4 BVW jo. 17 BVB

               

W

300

b

– klein vaarbewijs

 

420

             
                         
     

niet op eerste vordering de vereiste bescheiden en documenten overleggen

1.10 lid 4 RPR/BPR

               

W

310

a

– één document

 

70

 

70

       

70

W

310

b

– twee documenten

 

100

 

100

       

100

W

310

c

– drie documenten

 

150

 

150

       

150

W

310

d

– vier documenten

 

230

 

230

       

230

W

310

e

– vijf documenten

 

350

 

350

       

350

                         
     

Nummers W 601– W 619; W 701 – W 711: Binnenvaartpolitiereglement (BPR), Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer (BABS), Rijnvaartpolitiereglement 1995 (RPR), Scheepvaartreglement voor het kanaal van Gent naar Terneuzen (SRKGT), Scheepsvaartreglement Gemeenschappelijke Maas (SRGM), Scheepvaartreglement Westerschelde 1990 (SRW), Scheepvaartreglement Eemsmonding (SRE)

                 
                         
     

Verkeerstekens. Bijlage 7 BPR

                 
                         
     

A. Verbodstekens

                 

W

601

a

met een schip in– uit- of doorvaren waar dat verboden is (verkeersteken A.1)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.1 cq bekendmaking 13 BABS

270

 

270

       

270

W

601

b

met een schip varen waar dat verboden is (verkeersteken A.1 a) (uitgezonderd klein schip, zonder motor)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.1a cq bekendmaking 13 BABS

100

 

100

       

100

W

602

a

met een groot schip het verbod voorbijlopen negeren (verkeersteken A.2)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.2 cq bekendmaking 13 BABS

270

 

270

       

270

W

602

b

met een klein schip het verbod voorbijlopen negeren (verkeersteken A.2)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.2 cq bekendmaking 13 BABS

150

 

150

       

150

W

603

 

met een samenstel het verbod voorbijlopen voor samenstellen onderling negeren (verkeersteken A.3) (nvt als één van beide een duwstel is dat kleiner is dan 110 x 12 m)

5.01 BPR/RPR en 51 SRKGT alle jo. verkeersteken A.3 cq bekendmaking 13 BABS

270

 

270

       

270

W

604

a

met een groot schip het verbod ontmoeten en voorbijlopen bij engte negeren (verkeersteken A.4)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.4 cq bekendmaking 13 BABS

270

 

270

       

270

W

604

b

met een klein schip het verbod ontmoeten en voorbijlopen bij engte negeren (verkeersteken A.4)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.4 cq bekendmaking 13 BABS

150

 

150

       

150

W

605

a

met een schip het verbod ligplaats te nemen (ankeren en meren) aan de zijde van de vaarweg waar bord is geplaatst negeren (verkeersteken A.5)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.5 cq bekendmaking 13 BABS

150

 

150

       

150

W

605

b

met een schip het verbod ligplaats te nemen (ankeren en meren) binnen de in meters aangegeven breedte te rekenen vanaf het bord negeren (verkeersteken A.5.1)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.5.1 cq bekendmaking 13 BABS

150

 

150

       

150

W

606

 

met een schip het verbod te ankeren negeren of negeren van het verbod ankers, kabels en kettingen laten slepen aan de zijde van de vaarweg waar het bord is geplaatst (verkeersteken A.6)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.6 cq bekendmaking 13 BABS

270

 

270

       

270

W

607

 

met een schip het verbod te meren negeren aan de zijde van de vaarweg waar het bord is geplaatst (verkeersteken A.7)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.7 cq bekendmaking 13 BABS

150

 

150

       

150

W

608

 

met een schip het verbod te keren negeren (verkeersteken A.8)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.8 cq bekendmaking 13 BABS

270

 

270

       

270

W

609

 

met een schip het verbod hinderlijke waterbeweging te veroorzaken negeren (verkeersteken A.9)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.9 cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

610

 

met een schip het verbod buiten de aangegeven begrenzing te varen negeren (verkeersteken A.10)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.10 cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

611

a

met een schip het verbod in-, uit- of doorvaren negeren (wordt aanstonds toegestaan) (verkeersteken A.11)

5.01 BPR/RPR en 51 SRKGT alle jo. verkeersteken A.11 cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

611

b

met een schip het verbod doorvaren negeren, terwijl stilhouden redelijkerwijs mogelijk was (verkeersteken A.11.1)

5.01 BPR/RPR en 51 SRKGT alle jo. verkeersteken A.11.1 cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

612

 

met een motorschip het verbod voor motorschepen negeren (verkeersteken A.12)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.12 cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

613

 

met een klein schip het verbod voor kleine schepen negeren (verkeersteken A.13)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.13 cq bekendmaking 13 BABS

100

 

100

       

100

W

614

 

met een schip het verbod te waterskiën negeren (verkeersteken A.14)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.14 cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

615

 

met een zeilschip het verbod voor zeilschepen negeren (verkeersteken A.15)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.15 cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

616

 

met een door spierkracht voortbewogen schip het verbod voor door spierkracht voortbewogen schepen negeren (verkeersteken A.16)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.16 cq bekendmaking 13 BABS

70

 

70

       

70

W

617

 

met een zeilplank het verbod voor zeilplanken negeren (verkeersteken A.17)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.17 cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

618

 

met een snelle motorboot het verbod einde van het vaarweggedeelte waar door snelle motorboten zonder beperking van de snelheid mag worden gevaren negeren (verkeersteken A.18)

5.01 BPR/ SRGM beide jo. verkeersteken A.18 cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

619

 

met een waterscooter het verbod voor waterscooters negeren (verkeersteken A.19)

5.01 BPR/ RPR beide jo. verkeersteken A.19 cq bekendmaking 13 BABS

180

           

180

                         
     

B. Gebodstekens en -regels

                 

W

701

a

met een schip de verplichting te varen in de richting aangegeven door de pijl negeren (verkeersteken B.1a)

6.12/5.01 BPR/ RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B.1a cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

701

b

met een schip de verplichting te varen in de richting aangegeven door de pijl negeren (verkeersteken B.1b)

6.12/5.01 BPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B.1b cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

702

a

met een groot schip de verplichting zich naar de bakboordszijde van het vaarwater te begeven negeren (verkeersteken B.2a)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 2a cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

702

b

met een groot schip de verplichting zich naar de stuurboordszijde van het vaarwater te begeven negeren (verkeersteken B.2b)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 2b cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

702

c

met een klein schip de verplichting zich naar de bakboordszijde van het vaarwater te begeven negeren (verkeersteken B.2a)

6.12/5.01 BPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 2a cq bekendmaking 13 BABS

100

 

100

       

100

W

702

d

met een klein schip de verplichting zich naar de stuurboordszijde van het vaarwater te begeven negeren (verkeersteken B.2b)

6.12/5.01 BPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 2b cq bekendmaking 13 BABS

100

 

100

       

100

W

703

a

met een groot schip de verplichting de bakboordszijde van het vaarwater te houden negeren (verkeersteken B.3a)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 3a cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

703

b

met een groot schip de verplichting de stuurboordszijde van het vaarwater te houden negeren (verkeersteken B.3b)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 3b cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

703

c

met een klein schip de verplichting de bakboordszijde van het vaarwater te houden negeren (verkeersteken B.3a)

6.12/5.01 BPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 3a cq bekendmaking 13 BABS

100

 

100

       

100

W

703

d

met een klein schip de verplichting de stuurboordszijde van het vaarwater te houden negeren (verkeersteken B.3b)

6.12/5.01 BPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 3b cq bekendmaking 13 BABS

100

 

100

       

100

W

703

e

met een schip bij slecht zicht niet zo veel mogelijk aan de stuurboordszijde van het vaarwater varen

6.30 lid 2 BPR, 9.11 RPR, 6.30 lid 6 SRGM

270

 

270

       

270

W

703

f

met een klein schip niet zoveel mogelijk aan stuurboordszijde van het vaarwater varen op een aangegeven vaarweg van bijlage 15 onder a BPR

9.04 lid 2 jo. bijlage 15 onder a BPR

100

 

100

       

100

W

703

g

met een afvarend schip vóór het invaren van het boventoeleidingskanaal van de sluizen bij Grave en Limmel niet zo dicht mogelijk langs de rechteroever varen

11.01 lid 1 tweede volzin BPR

180

 

180

       

180

W

703

h

met een afvarend schip vóór het invaren van de boventoeleidingskanalen van de sluizen bij Roermond, Belfeld en Sambeek alsmede bij het bevaren van het boventoeleidingskanaal van de sluizen bij Roermond niet zo dicht mogelijk langs de linkeroever varen

11.01 lid 1 eerste volzin BPR

180

 

180

       

180

W

703

i

met een schip dat in het kanaal van Gent naar Terneuzen vaart en de richting ervan volgt, niet zo dicht als veilig en uitvoerbaar is, de oever van het kanaal aan stuurboordszijde houden

9 lid 1 SRKGT

180

             

W

703

k

met een schip dat in een vaargeul vaart en de richting ervan volgt niet, zo dicht als veilig en uitvoerbaar is, de rand van de vaargeul aan stuurboordszijde houden (Westerschelde)

9 lid 1 SRW

180

             

W

703

l

met een schip met een lengte van 12 m of meer dat stroomopwaarts van het Oude Hoofd van Walsoorden buiten de vaargeul vaart en de richting ervan volgt niet, zo dicht als veilig en uitvoerbaar is, stuurboordswal houden

9 lid 2 SRW

180

             

W

703

m

zich met een schip met een lengte van minder dan 12 m, niet uit de hoofdvaargeul verwijderd houden, terwijl dit veilig en uitvoerbaar is (stroomopwaarts van het Oude Hoofd van Walsoorden of in de Sardijngeul en het Oostgat tussen de parallel van het licht ’Noorderhoofd’ en de parallel van het licht ’Leugenaar’)

9 lid 3 SRW

100

             

W

703

o

met een schip in het vaarwater van de Eemsmonding niet zoveel mogelijk aan de rechterzijde varen

15 lid 1 SRE

180

             

W

704

a

met een groot schip de verplichting het vaarwater over te steken naar bakboord negeren (verkeersteken B.4a)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGMT jo. verkeersteken B.4a cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

704

b

met een groot schip de verplichting het vaarwater over te steken naar stuurboord negeren (verkeersteken B.4b)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGMT jo. verkeersteken B.4b cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

704

c

met een klein schip de verplichting het vaarwater over te steken naar bakboord negeren (verkeersteken B.4a)

6.12/5.01 BPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM jo. verkeersteken B.4a cq bekendmaking 13 BABS

100

 

100

       

100

W

704

d

met een klein schip de verplichting het vaarwater over te steken naar stuurboord negeren (verkeersteken B.4b)

6.12/5.01 BPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM jo. verkeersteken B.4b cq bekendmaking 13 BABS

100

 

100

       

100

W

705

 

met een schip de verplichting vóór het bord stil te houden onder bepaalde omstandigheden negeren (verkeersteken B.5)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM jo. verkeersteken B.5 cq bekendmaking 13 BABS

100

 

100

       

100

     

met een groot schip geen gevolg geven aan de verplichting om de vaarsnelheid te beperken zoals is aangegeven door middel van verkeersteken B.6 (in km/h); overschrijding

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM jo. verkeersteken B.6

               

W

706

a

– tot 2 km/h

 

200

 

200

       

200

W

706

b

– van 2 tot 3 km/h

 

300

 

300

       

300

W

706

c

– van 3 tot 4 km/h

 

450

 

450

       

450

W

706

d

– van 4 tot 5 km/h

 

650

 

650

       

650

W

706

e

– met meer dan 5 km/h

 

1000

 

1000

       

1000

     

met een groot schip geen gevolg geven aan de verplichting de vaarsnelheid te beperken zoals is aangegeven (in km/h); overschrijding

5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle ivm bekendmaking 13 BABS

               

W

706

g

– tot 2 km/h

 

200

 

200

       

200

W

706

h

– van 2 tot 3 km/h

 

300

 

300

       

300

W

706

i

– van 3 tot 4 km/h

 

450

 

450

       

450

W

706

k

– van 4 tot 5 km/h

 

650

 

650

       

650

W

706

l

– met meer dan 5 km/h

 

1000

 

1000

       

1000

                         

W

707

 

met een schip de verplichting een geluidssein te geven negeren (verkeersteken B.7)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM jo. verkeersteken B.7 cq bekendmaking 13 BABS

100

 

100

       

100

W

708

 

met een schip de verplichting bijzonder op te letten negeren (verkeersteken B.8)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM jo. verkeersteken B.8 cq bekendmaking 13 BABS

100

 

100

       

100

W

709

a

met een schip in strijd met verkeersteken B. 9a het hoofdvaarwater opvaren of oversteken, waardoor schepen op het hoofdvaarwater worden genoodzaakt hun koers of snelheid te wijzigen

5.01 BPR, 51 SRKGT beide jo. verkeersteken B.9a cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

709

b

met een schip in strijd met verkeersteken B. 9b het hoofdvaarwater opvaren of oversteken, waardoor schepen op het hoofdvaarwater worden genoodzaakt hun koers of snelheid te wijzigen

5.01 BPR, 51 SRKGT beide jo. verkeersteken B.9b cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

W

709

c

met een schip in strijd met verkeersteken B. 9a het hoofdvaarwater opvaren of oversteken, waardoor schepen op het hoofdvaarwater worden genoodzaakt hun koers of snelheid te wijzigen (NB 6.02 RPR: geldt niet voor grote schepen t.o.v. kleine schepen of slepen en gekoppelde samenstellen die uit kleine schepen bestaan)

6.16/5.01 RPR jo. verkeersteken B.9 a

180

 

180

       

180

W

709

d

met een schip in strijd met verkeersteken B. 9b het hoofdvaarwater opvaren of oversteken, waardoor schepen op het hoofdvaarwater worden genoodzaakt hun koers of snelheid te wijzigen (NB 6.02 RPR: geldt niet voor grote schepen t.o.v. kleine schepen of slepen en gekoppelde samenstellen die uit kleine schepen bestaan)

6.16/5.01 RPR jo. verkeersteken B.9b

180

 

180

       

180

W

711

 

met een schip de verplichting gebruik te maken van marifoon overeenkomstig de daartoe bij algemene regeling vastgestelde voorschriften negeren (verkeersteken B.11(a/b))

5.01 BPR/ RPR, 51 SRKGT alle jo. verkeersteken B.11(a/b) cq bekendmaking 13 BABS

180

 

180

       

180

Afdeling C. Milieu

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Gezagvoerders/schippers;

8 – Een ieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

Tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers H 002 – H 110: Wet Milieubeheer (Wm), Wet Bodembescherming (WBB), Wet verontreiniging oppervlakte wateren (WVO), de Model-Algemene plaatselijke verordening of Modelafvalstoffenverordening (Pl. V)

                 
                         
     

Afvalstoffen

                 
                         
     

Aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

                 

H

002

 

huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aanbieden, terwijl men geen gebruiker van het perceel is

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

70

H

003

a

de aangewezen categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanbieden aan anderen dan de aangewezen inzameldienst of inzamelaar

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

70

H

004

 

huishoudelijke afvalstoffen anders aanbieden dan via het aangewezen of verstrekte inzamelmiddel

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

70

H

005

 

andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via inzamelmiddel aanbieden, dan waarvoor het is bestemd

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

70

H

006

 

huishoudelijke afvalstoffen niet op de voorgeschreven wijze aanbieden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

70

H

007

 

afvalstoffen via het voor dat perceel toegewezen inzamelmiddel aanbieden, terwijl men niet de gebruiker van dat perceel is

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

70

H

008

 

via een inzamelvoorziening voor groep percelen of op wijkniveau andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanbieden, dan de categorie waarvoor de inzamelvoorziening bestemd is

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

70

H

009

 

huishoudelijke afvalstoffen niet op de voorgeschreven wijzen via een inzamelvoorziening voor groep percelen of op wijkniveau aanbieden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

70

H

010

 

via een brengdepot op lokaal of regionaal niveau andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanbieden, dan de categorie waarvoor het brengdepot bestemd is

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

70

H

011

 

huishoudelijke afvalstoffen niet op de voorgeschreven wijzen via brengdepot op lokaal of regionaal niveau aanbieden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

70

H

012

 

categorieën huishoudelijke afvalstoffen, die zonder inzamelmiddel moeten worden aangeboden, niet op de voorgeschreven wijze ter inzameling aanbieden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

70

H

013

 

huishoudelijke afvalstoffen op andere dan de vastgestelde dagen en tijden ter inzameling aanbieden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

70

                         
     

Aanbieden van andere dan huishoudelijke afvalstoffen

                 
                         

H

014

 

andere categorieën van afvalstoffen dan huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst aanbieden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

70

H

015

 

de door het College aangewezen categorieën van afvalstoffen, niet zijnde huishoudelijke afvalstoffen, niet op de voorgeschreven wijze ter inzameling aanbieden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

70

                         
     

Doorzoeken van afvalstoffen

                 
                         

H

016

 

afvalstoffen die ter inzameling gereed staan doorzoeken en verspreiden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

100

                         
     

Handelingen verrichten waardoor zwerfafval kan ontstaan (door een particulier)

                 
                         

H

017

 

andere afvalstoffen dan straatafval achterlaten in daartoe van gemeentewege geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke voorwerpen

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

100

H

020

 

afvalstoffen, stoffen of voorwerpen laden, lossen, vervoeren of andere werkzaamheden verrichten, zodanig dat de weg wordt verontreinigd of het milieu nadelig kan worden beïnvloed

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

100

H

022

 

straatafval achterlaten in de openbare ruimte zonder gebruik te maken van de van gemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke voorwerpen

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

100

H

096

 

als particulier een afvalstof, stof of voorwerp buiten een daarvoor bestemde plaats en buiten een inrichting in de zin van de Wet Milieubeheer op of in de bodem houden, achterlaten of anderszins plaatsen op een zodanige wijze die aanleiding kan geven tot hinder of nadelige beïnvloeding van het milieu

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

180

                         
     

Afvalstoffen storten of op of in bodem brengen (buiten een inrichting)

                 
                         

H

025

 

als particulier zich van een afvalstof ontdoen door deze buiten een inrichting te storten, op of in de bodem te brengen of te verbranden (betreft kleine hoeveelheden afvalstoffen zoals klein consumptieafval, papier, peuken etc.)

10.2 Wm

             

180

                         
     

Afvalstoffen verbranden op bedekte bodem (buiten een inrichting)

                 
                         

H

101

 

als particulier verbranden van afval waardoor de bodem kan worden verontreinigd of aangetast, zonder maatregelen te nemen die verontreiniging of aantasting voorkomen, beperken of ongedaan maken

13 WBB en 10.2 Wm

             

360

                         
     

Huishoudelijke afvalstoffen in riolering

                 
                         

H

099

 

als particulier zich van afvalwater of afvalstoffen ontdoen door deze anders dan vanuit een inrichting te laten weglopen in een rioolput

10.30 lid 1 Wm

             

360

                         
     

Huishoudelijk afval in oppervlaktewateren door particulier (in niet kwetsbaar gebied)

                 
                         

H

098

 

als particulier een stof in een oppervlaktewaterlichaam brengen

6.2 lid 1 Waterwet

             

100

                         
     

opslaan van afvalstoffen buiten een inrichting

                 
                         

H

019

 

afvalstoffen op voor het publiek zichtbare plaats in de open lucht en buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer opslaan of opgeslagen hebben

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

180

                         
     

Wrakken

                 
                         

H

107

 

een voertuigwrak plaatsen of aanwezig hebben op de weg

Pl.V

             

180

H

109

 

zich als eigenaar of kentekenhouder ontdoen van een autowrak, dat afkomstig is van een huishouden, anders dan door afgifte aan inrichtingen, genoemd in artikel 6 van het Besluit Beheer Autowrakken

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

             

270

                         
     

Handelingen verrichten met betrekking tot een voertuig waardoor de bodem kan worden verontreinigd

                 

H

100

 

als particulier handelingen verrichten, met betrekking tot een voertuig, waardoor de bodem wordt/kan worden verontreinigd of aangetast zonder maatregelen te nemen die verontreiniging of aantasting te voorkomen, te beperken of ongedaan te maken

13 WBB

             

360

H

103

 

niet voldoen aan de lozingsvoorschriften gesteld bij of krachtens het lozingsbesluit open teelt en veehouderij

4, 5 en 19 LBOTV

             

340

                         
     

niet voldoen aan de lozingsvoorschriften gesteld bij of krachtens

                 

H

528

a

lozingenbesluit WVO bodemsanering en proefbronnering

15 LWVOBP

             

1050

H

528

c

– lozingsbesluit vaste objecten

14 t/m 24 en 28 LBVO

             

340

                         
     

Nummers H 631 – H 670: Visserijwet 1963 (ViW), Besluit verbod gebruik van levende aasvis (BLVA), Reglement voor de Binnenvisserij 1985 (RB) en Reglement minimummaten en gesloten tijden 1985 (RMGT)

                 
                         
     

Noot: De op de visserijwetgeving betrekking hebbende feitcodes zijn uitsluitend van toepassing op door particulieren gepleegde overtredingen. Indien sprake is van beroepsmatig handelen dan moet proces-verbaal worden opgemaakt

                 
                         
     

Kustvisserij

                 
                         
     

Documenten

                 
     

de kustvisserij uitoefenen zonder schriftelijke toestemming van de rechthebbende op het visrecht van dat water, met

7 lid 1 ViW

               

H

631

a

– meer dan twee hengels

               

70

                         
     

de kustvisserij uitoefenen of plegen uit te oefenen en niet op eerste vordering van een opsporingsambtenaar ter inzage afgeven

55 lid 1 sub b ViW

               

H

633

a

– de schriftelijke toestemming (meer dan twee hengels)

               

70

H

633

b

– de schriftelijke toestemming (bij overige toegestane vistuigen)

               

390

                         
     

Binnenvisserij

                 
                         
     

Documenten

                 
                         
     

de binnenvisserij uitoefenen met vistuigen, anders dan een of meer hengels of een of meer peuren, zonder een geldige akte te kunnen tonen, met

10 lid 1 ViW

               

H

643

a

– één vistuig

               

150

H

643

b

– twee of meer vistuigen

               

230

                         
     

de binnenvisserij uitoefenen zonder schriftelijke toestemming van de rechthebbende op het visrecht van dat water, met

21 lid 1 ViW

               

H

645

a

– één of twee hengels

               

100

H

645

b

– één peur

               

150

H

645

c

– meer dan twee hengels

               

230

H

645

d

– twee of meer peuren of met andere toegestane vistuigen

               

230

                         
     

de binnenvisserij uitoefenen of plegen uit te oefenen en niet op eerste vordering van een opsporingsambtenaar ter inzage afgeven

55 lid 1 sub b ViW

               

H

647

a

– een geldige akte en/of schriftelijke toestemming (bij vistuigen, anders dan één of meer hengels of peuren)

               

70

H

647

b

– een schriftelijke toestemming (bij één of meer hengels of peuren)

               

70

H

647

c

– de huurovereenkomsten en andere bescheiden

               

70

                         
     

Vistuigen

                 
                         
     

vissen met een toegestaan vistuig dat niet aan de vereiste voorwaarden voldoet, bij

4 RB

               

H

650

a

– 1 of 2 toegestane vistuigen

               

200

                         
     

Gesloten tijden (visserij)

                 
                         
     

vissen in de periode van 1 april tot en met 31 mei met

                 

H

652

a

– een hengel geaasd met in die periode verboden aas

6 lid 1 a RB

             

70

H

652

b

– een staand net

6 lid 1 e RB

             

200

H

654

 

vissen tijdens de door de minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij vastgestelde periode, in een door hem aangewezen water

6 lid 3 RB

             

70

H

656

 

vissen tussen twee uur na zonsondergang en één uur voor zonsopgang

7 RB

             

70

                         
     

Stuw/vispassage

                 

H

660

 

vissen in de Neder-Rijn, de Maas, de Lek of de Overijsselsche Vecht binnen een afstand van 75 m stroomafwaarts van een stuw, in een bij een stuw aangebrachte vispassage of binnen een straal van 25 m voor de bovenmond van deze vispassage

9 RB

             

100

                         
     

Voorhanden hebben

                 
                         
     

een vistuig voorhanden hebben op of in de nabijheid van enig binnenwater

10 lid 1 RB

               

H

662

a

– terwijl het gebruik van dat vistuig in het betrokken water of op dat moment verboden is

               

70

H

662

b

– te weten één of twee hengel(s), terwijl men niet bevoegd of gerechtigd is in dat water te vissen

               

70

H

662

c

– te weten één peur of meer dan twee hengels, terwijl men niet bevoegd of gerechtigd is in dat water te vissen

               

100

H

662

d

– te weten een ander toegestaan vistuig, terwijl men niet bevoegd of gerechtigd is in dat water te vissen

               

200

                         
     

Levend aas

                 

H

664

 

bij het vissen in kust- of binnenwater levende vis als aas gebruiken

2c lid 2 ViW jo 2 BVLA

             

180

                         
     

Geluidhinder

                 
                         
     

Nummers H 200 – H 205: Wetboek van strafrecht (WvSr), Plaatselijke verordeningen (Pl.V)

                 

H

200

 

rumoer of burengerucht verwekken waardoor de nachtrust kan worden verstoord

431 WvSr

             

100

H

205

 

als particulier met toestellen of geluidsapparaten dan wel op andere wijze handelingen verrichten, waardoor voor een omwonende of overigens voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt, of toelaten dat deze handelingen worden verricht

Pl.V

             

100

                         
     

Nummers H 300 – H 325c: Plaatselijke verordeningen (Pl.V)

                 

H

300

 

zonder daartoe bevoegd te zijn zich bevinden buiten wegen of paden, die liggen in/op voor publiek toegankelijke parken, wandelplaatsen, plantsoenen, groenstroken of grasperken dan wel in/tussen aanplantingen, bloemperken, heester- of struikgewassen, die op of aan de weg liggen

Pl.V

             

35

H

305

 

zonder daartoe bevoegd te zijn schade toebrengen aan bomen, heesters, bloemen of grasperken in een park, een bos of op andere dergelijke plaatsen

Pl.V

             

100

H

310

 

met een voertuig rijden door een park/plantsoen of op een niet van de weg deel uitmakende, van gemeentewege aangelegde beplanting of groenstrook

Pl.V

100

100

70

40

 

40

   

H

311

 

met een voertuig rijden (crossen) door een park/ plantsoen of op een niet van de weg deel uitmakende, van gemeentewege aangelegde beplanting of groenstrook

Pl.V

180

180

120

70

 

70

   

H

315

 

roken in bos, duin dan wel andere dergelijke gebieden op tijd en plaats waarop dit niet is toegestaan

Pl.V

             

100

H

320

 

in de openlucht vuur aanleggen, stoken of hebben

Pl.V

             

200

                         
     

als eigenaar of houder van een hond er niet voor zorgen dat deze hond zich niet van uitwerpselen ontdoet

Pl.V

               

H

325

a

– een weggedeelte (mede) bestemd voor voetgangers

               

100

H

325

b

– een voor het publiek toegankelijke en kennelijk als zodanig ingerichte kinderspeelplaats, zandbak of speelweide

               

100

H

325

c

– een andere (dan) door het College aangewezen plaats

               

100

Afdeling D. Wetboek van strafrecht

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Gezagvoerders/schippers;

8 – Eenieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers D 505 – D 537: Boek 3 Wetboek van Strafrecht (WvSr)

                 
                         

D

530

 

zich in kennelijke staat van dronkenschap op de openbare weg bevinden

453 WvSr

             

70

D

515

 

door het bevoegd gezag naar zijn identiteitsgegevens gevraagd, een valse naam, voornaam, geboortedatum, geboorteplaats, adres waarop hij in de basisadministratie persoonsgegevens als ingezetene staat ingeschreven, of woon- of verblijfplaats opgeven

435, onder 4 WvSr

             

270

     

zonder daartoe gerechtigd te zijn zich bevinden

460 WvSr

               

D

535

i

– op grond die bezaaid, bepoot of beplant is, of ter bezaaiing, bepoting of beplanting is gereedgemaakt

 

100

100

70

70

70

70

 

70

D

535

j

– gedurende de maanden mei tot en met oktober op enig wei- of hooiland

 

100

100

70

70

70

70

 

70

                         

D

537

 

zonder daartoe gerechtigd te zijn zich bevinden op eens anders grond, waarvan de toegang hem op voor hem blijkbare wijze verboden is

461 WvSr

             

70

Afdeling E. Bijzondere wetten

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Gezagvoerders/schippers;

8 – Eenieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers E 100 – E 162: Wet personenvervoer 2000 (Wp 2000), Besluit personenvervoer 2000 (Bp 2000), Spoorwegwet (Spww) en Algemeen Reglement Vervoer (ARV), Reglement Dienst Hoofd en Lokaalspoorwegen (RDHL)

                 
                         
     

Vervoerder/bestuurder

                 
                         
     

Noot:

                 
     

1. Categorie 8 betreft bij deze feitcodeserie de vervoerder;

                 
     

2. Indien de verdachte onder een andere categorie valt dan bij de betreffende feitcode is aangegeven en deze is normadressaat volgens de Wp 2000 dan moet proces-verbaal worden opgemaakt.

                 
                         
     

geen geldig vergunningbewijs aanwezig hebben in bus of auto waarmee openbaar vervoer, besloten busvervoer of taxivervoer wordt verricht, te weten

5a lid 1 Wp 2000

               

E

106

a

– door hiervoor als bestuurder geen zorg te dragen

 

95

             

E

106

b

– door hiervoor als vervoerder geen zorg te dragen

               

200

                         
     

in de auto waarmee taxivervoer wordt verricht geen voor de reiziger zichtbaar vergunningbewijs aanwezig hebben, te weten

5a lid 2 Wp 2000

               

E

107

a

– door hiervoor als bestuurder geen zorg te dragen

 

95

             

E

107

b

– door hiervoor als vervoerder geen zorg te dragen

               

200

                         

E

110

a

een bestuurder met besturen van een bus belasten die niet in het bezit is van een niet ouder dan vijf jaar zijnde geneeskundige verklaring waaruit blijkt dat hij geen lichamelijke of geestelijke afwijkingen heeft welke hem zouden beletten een bus naar behoren te besturen en dat hij beschikt over voldoende gehoor– en gezichtsvermogen

74 lid 1 Bp 2000

             

290

                         
     

als bestuurder van een bus

74 lid 3 BP 2000

               

E

111

a

– geen geneeskundige verklaring bij zich hebben

 

95

             

E

111

b

– niet in het bezit zijn van een geneeskundige verklaring

 

200

             
                         

E

112

 

als vervoerder taxivervoer verrichten zonder er voor zorg te dragen dat terstond voor aanvang en na beëindiging van de rit volledig en naar waarheid een controledocument (rittenstaat) wordt ingevuld

127 lid 1 onderdeel d Bp 2000

             

950

E

113

a

als bestuurder van een auto waarmee taxivervoer wordt verricht niet in het bezit zijn van een geldige, behoorlijk leesbare chauffeurspas

75 lid 3 Bp 2000

200

             

E

113

aa

een bestuurder belasten met het besturen van een auto, waarmee taxivervoer wordt verricht, zonder dat die bestuurder in het bezit is van een geldige, behoorlijk leesbare chauffeurspas of chauffeurspas onder beperkingen

75 lid 1 en 2 Bp 2000

             

200

                         
     

als bestuurder van een auto waarmee taxivervoer wordt verricht

75 lid 3 Bp 2000

               

E

113

b

– de chauffeurspas niet bij zich hebben

 

95

             

E

113

c

– de chauffeurspas niet voor de reiziger zichtbaar aanwezig houden in de auto

 

95

             
                         

E

114

 

als vervoerder ten tijde van het aanbieden van het taxivervoer het te hanteren tarief niet duidelijk leesbaar tonen zowel aan de buitenzijde van als binnen in de auto waarmee dat vervoer wordt verricht

73 Bp 2000

             

95

                         
     

Een ieder

                 
     

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door het verhinderen of belemmeren van

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1a Bp 2000

               

E

120

a

– de bediening en het gebruik van voorzieningen

               

180

E

120

b

– de bediening en het gebruik van een vervoermiddel

               

180

E

120

c

– de taakuitoefening van het personeel van de vervoerder

               

180

                         
     

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door voorzieningen te gebruiken

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1b Bp 2000

               

E

121

a

– op een tijdstip waarop deze niet voor gebruik beschikbaar zijn

               

70

E

121

b

– op een andere dan de daarvoor bestemde wijze

               

70

                         

E

121

c

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door misbruik te maken van voorzieningen

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1b Bp 2000

             

70

                         
     

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door een vervoermiddel te gebruiken

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1b Bp 2000

               

E

122

a

– op een tijdstip waarop deze niet voor gebruik beschikbaar is

               

70

E

122

b

– op een andere dan de daarvoor bestemde wijze

               

70

                         

E

123

 

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door stoffen of voorwerpen uit een vervoermiddel te werpen

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1c Bp 2000

             

70

                         
     

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door zich

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1d Bp 2000

               

E

124

a

– in kennelijke staat van dronkenschap te bevinden

               

70

E

124

b

– onder kennelijke invloed van verdovende middelen te bevinden

               

70

                         

E

125

a

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door te roken in, een gedeelte van, een vervoermiddel, waarvan de vervoerder heeft aangegeven dat dit niet is toegestaan

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1i Bp 2000

             

70

E

125

b

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door te roken in, een gedeelte van, een station, waarvan de vervoerder heeft aangegeven dat dit niet is toegestaan

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1i Bp 2000

             

70

E

126

 

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door zich te bevinden op een, gedeelte van een, station of halte op een tijdstip dat deze gesloten dan wel niet toegankelijk is

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1j Bp 2000

             

70

E

127

 

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door zich op een station of halte te begeven langs een andere dan de daarvoor bestemde weg

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1k Bp 2000

             

70

E

128

 

niet opvolgen van de aanwijzingen betreffende de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang, die door of vanwege de vervoerder duidelijk kenbaar zijn gemaakt

73 Wp 2000

             

70

                         
     

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door

72 Wp 2000 jo. 52,

               

E

129

a

– zodanig geluid voort te brengen dat anderen daarvan hinder ondervinden

lid 1e Bp 2000

             

100

E

129

b

– het uitoefenen van een beroep, bedrijf of het aanbieden van diensten

lid 1f Bp 2000

             

100

E

129

c

– het tentoonstellen van voorwerpen, maken van reclame of propaganda

lid 1g Bp 2000

             

70

E

129

d

– het verspreiden van drukwerken (uitsluitend handelsreclame)

lid 1g Bp 2000

             

70

E

129

f

– hinder, gevaar, verontreiniging of beschadiging te veroorzaken of te kunnen veroorzaken door dieren, stoffen of voorwerpen in een vervoermiddel mee te nemen

lid 1h Bp 2000

             

70

E

129

g

– het op andere wijze veroorzaken of kunnen veroorzaken van hinder, gevaar, verontreiniging of beschadiging

lid 1l Bp 2000

             

70

E

138

 

het niet opvolgen van de aanwijzingen betreffende de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang, die door of vanwege de spoorweg duidelijk kenbaar zijn gemaakt

7 ARV

             

70

E

145

 

op of langs de spoorweg rijden of lopen

43 jo. 63 Spww

             

100

E

146

 

paarden, vee of andere dieren op of langs de spoorweg drijven of laten lopen

44 jo. 63 Spww

             

100

E

149

 

zich op of langs gedeelten van een hoofdspoorweg, met uitzondering van een perron, die niet zijn gelegen in een gelijkvloerse kruising met een weg of in een voor het openbaar verkeer openstaande weg, bevinden of daarop of daarlangs dieren drijven of laten lopen

22 lid 1 onderdeel c Spww (nieuw)

             

100

                         
     

Nummer E 320: Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)

                 

E

320

a

niet voldoen aan vordering van toezichthouder

34 lid 1, onderdeel a WAHV

             

180

E

320

b

onjuiste gegevens opgeven, na vordering van toezichthouder

34 lid 1, onderdeel b WAHV

             

180

E

320

c

niet voldoen aan de vordering van de officier van justitie het rijbewijs op een bepaalde tijd en aangewezen plaats in te leveren

34 lid 1, onderdeel c WAHV

             

180

                         
     

Nummers E 801 – E 837: Vreemdelingenwet 2000 (VrW 2000) en Vreemdelingenbesluit 2000 (VB 2000)

                 
                         

E

801

 

als vreemdeling die Nederland in- of uitreist zich niet begeven langs een doorlaatpost, binnen de tijd dat deze is opengesteld, en zich niet aldaar vervoegen bij een ambtenaar, belast met de grensbewaking

4 lid 1 SGC

             

70

E

803

 

zich op of nabij een plaats bevinden, waar een grensdoorlaatpost is gevestigd, zonder zich te houden aan de aldaar door de ambtenaren, belast met de grensbewaking, in het belang van de uitoefening van hun taak gegeven aanwijzingen

4.6 VB 2000

             

180

E

805

d

als gezagvoerder van een zeeschip of in diens plaats de natuurlijke of rechtspersoon die de reder in al zijn functies als reder vertegenwoordigd, bij aankomst in de Nederlandse haven niet onmiddellijk aan grenswachters een bemanningslijst dan wel passagierslijst in tweevoud afgeven

3.1.2. bijlage VI SGC

             

100

E

808

 

als gezagvoerder van een zeeschip niet tijdig van het voorgenomen vertrek van zijn schip uit Nederland kennis geven aan het hoofd van de grensdoorlaatpost

4.13 lid 1 VB 2000

             

100

                         
     

als vreemdeling niet op vordering van de korpschef van het regionale politiekorps waarin de gemeente is gelegen waar de vreemdeling verblijft, namens de Minister van Justitie, binnen de in de vordering aangegeven tijd

                 

E

817

a

– de gevraagde gegevens verstrekken

4.38 lid 1 VB 2000

             

70

E

817

b

– de gevraagde gegevens in persoon verstrekken

4.38 lid 2 VB 2000

             

70

                         
     

als vreemdeling, die geen rechtmatig verblijf heeft als bedoeld in artikel 8 van de Vreemdelingenwet 2000, niet onmiddellijk van zijn aanwezigheid mededeling doen aan de korpschef van de gemeente waar hij verblijft

4.39 VB 2000 jo. 108 VrW 2000

               

E

822

a

– gedurende een illegaal verblijf van 1 tot 15 dagen

               

100

E

822

b

– gedurende een illegaal verblijf van 15 dagen tot 3 maanden

               

200

E

822

c

– gedurende een illegaal verblijf van 3 tot 6 maanden

               

300

E

822

d

– gedurende een illegaal verblijf van 6 maanden tot 1 jaar

               

420

E

822

e

– gedurende een illegaal verblijf van 1 jaar tot 2 jaar

               

550

E

822

f

– gedurende een illegaal verblijf langer dan 2 jaar

               

1000

                         

E

825

 

als vreemdeling aan wie het krachtens artikel 12 van de Vreemdelingenwet 2000 is toegestaan in Nederland te verblijven en die naar Nederland is gekomen voor een verblijf langer dan drie maanden, zich niet binnen drie dagen na zijn binnenkomst in Nederland in persoon melden bij de korpschef van de gemeente waar hij verblijft

4.47 VB 2000

             

70

E

827

 

als vreemdeling te zijner identificatie op vordering van een ambtenaar, belast met de grensbewaking of met het toezicht op vreemdelingen, niet een goedgelijkende pasfoto ter beschikking stellen of vingerafdrukken van zich laten nemen indien daartoe in het belang van het toezicht op vreemdelingen gegronde reden bestaat

4.45 VB 2000

             

180

E

830

 

als vreemdeling aan wie het krachtens artikel 12 van de Vreemdelingenwet 2000 is toegestaan in Nederland te verblijven en die naar Nederland is gekomen voor een verblijf van ten hoogste drie maanden, zich niet binnen drie dagen na zijn binnenkomst in Nederland in persoon melden bij de korpschef van de gemeente waar hij verblijft

4.48 VB 2000

             

70

E

832

 

als vreemdeling die houder is van een visum of een document voor grensoverschrijding waarin door de daartoe bevoegde autoriteit een aantekening is gesteld omtrent aanmelding bij een vreemdelingendienst in Nederland, zich niet binnen drie dagen na binnenkomst in Nederland in persoon aanmelden bij de korpschef van de in deze aantekening vermelde gemeente

4.49 VB 2000

             

70

                         
     

niet voldoen aan de verplichting tot wekelijkse aanmelding bij de korpschef van de gemeente van verblijf, behoudens door deze verleende ontheffing

                 

E

836

a

– als vreemdeling die geen rechtmatig verblijf heeft, in afwachting van de feitelijke mogelijkheid tot vertrek of uitzetting

4.51 lid 1 sub a VB 2000

             

70

E

836

b

– als vreemdeling die rechtmatig verblijf heeft als bedoeld in artikel 8, onder f, g of h van de Vreemdelingenwet 2000

4.51 lid 1 sub b VB 2000

             

70

Afdeling F. Overige overtredingen

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Gezagvoerders/schippers;

8 – Eenieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers F 050 – F 310: Plaatselijk geldende verordeningen (Pl.V)

                 
                         

F

070

a

zonder vergunning van de burgemeester op of aan de weg een evenement, feest of wedstrijd geven of houden

Pl.V

             

70

F

070

b

zonder vergunning van de burgemeester een georganiseerde dropping houden of daaraan deelnemen op een ander terrein dan een daarvoor bestemd sportterrein

Pl.V

             

70

F

095

 

zonder vergunning op of aan de weg als dienstverlener optreden of zijn diensten als zodanig aanbieden

Pl.V

             

140

F

100

 

als straatartiest, straatfotograaf, tekenaar, filmoperateur of gids voor publiek optreden op of aan door de burgemeester aangewezen (gedeelte van een) weg, waar dit niet is toegestaan

Pl.V

             

140

                         

F

101

 

zonder vergunning of anders dan de daarin gestelde voorwaarden de weg of weggedeelte gebruiken anders dan overeenkomstig de bestemming (bijv. terrasverbod, reclameborden)

Pl.V

             

180

F

105

 

als houder van een horecabedrijf, dit voor bezoekers geopend hebben of aldaar bezoekers toelaten of laten verblijven, buiten de vastgestelde openingstijden

Pl.V

             

200

                         

F

110

a

de weg of dat gedeelte van een onroerend goed dat vanaf de weg zichtbaar is bekrassen of bekladden

Pl.V

             

100

F

110

b

de weg of dat gedeelte van een onroerend goed dat vanaf de weg zichtbaar is, zonder schriftelijke toestemming van de rechthebbende een aanplakbiljet of ander geschrift, afbeelding of aanduiding dan wel met enigerlei stof enige afbeelding, letter, cijfer of teken hierop aanplakken of op andere wijze aanbrengen

Pl.V

             

100

F

111

 

op of aan door het College aangewezen wegen of gedeelten daarvan gedrukte of geschreven stukken dan wel afbeeldingen onder publiek verspreiden dan wel openlijk aanbieden, aanbevelen of bekendmaken

Pl.V

             

100

F

114

 

de weg of op of aan de weg een voertuig, woonwagen, tent of soortgelijk ander onderkomen als slaapplaats gebruiken

Pl.V

             

100

F

115

 

tijdens uren waarop het niet is toegestaan op de weg of openbaar water enig aanplakbiljet, aanplakdoek, kalk, teer, kleur- of verfstof of verfgereedschap te vervoeren of bij zich te hebben

Pl.V

             

100

F

118

 

op de weg (binnen een door het College aangewezen gebied) skaten of skateboarden

Pl.V

             

70

                         

F

120

a

op of aan de weg klimmen of zich bevinden op een beeld, monument, overkapping, constructie, openbare toiletgelegenheid, voertuig, hek, heining of andere afsluiting, verkeersmeubilair en daarvoor niet bestemd straatmeubilair

Pl.V

             

70

F

120

b

op of aan de weg zich zodanig ophouden dat voor weggebruikers of bewoners van nabij de weg gelegen woningen onnodige overlast of hinder wordt veroorzaakt

Pl.V

             

100

F

121

a

op de weg (binnen een door de het College aangewezen gebied) alcoholhoudende drank nuttigen

Pl.V

             

70

F

121

b

op de weg (binnen een door het College aangewezen gebied) aangebroken flessen, blikjes e.d. met alcoholhoudende drank bij zich hebben

Pl.V

             

70

                         

F

125

a

zonder redelijk doel in een portiek of poort ophouden of in, op of tegen een raamkozijn of een drempel van een gebouw zitten of liggen

Pl.V

             

70

F

125

b

– zich anders dan als bewoner of gebruiker van flatgebouwen, appartementsgebouwen en soortgelijke meergezinshuizen of van publiek toegankelijke gebouwen bevinden in een voor gemeenschappelijk gebruik bestemde ruimte

Pl.V

             

70

F

126

 

op de weg vervoeren, bij zich dragen of anderszins voorhanden hebben van kerstbomen, autobanden en andere voorwerpen of stoffen, met het kennelijk doel deze op de weg te verbranden

Pl.V

             

70

                         

F

130

a

(in of op) een voor het publiek toegankelijk portaal, telefooncel, wachtlokaal voor een openbaar vervoermiddel, parkeergarage, rijwielstalling of een andere soortgelijke ruimte zich zonder redelijk doel en op een voor anderen hinderlijke wijze ophouden

Pl.V

             

100

F

130

b

(in of op) een voor het publiek toegankelijk portaal, telefooncel, wachtlokaal voor een openbaar vervoermiddel, parkeergarage, rijwielstalling of een andere soortgelijke ruimte verontreinigen

Pl.V

             

100

F

130

c

(in of op) een voor het publiek toegankelijk portaal, telefooncel, wachtlokaal voor een openbaar vervoermiddel, parkeergarage, rijwielstalling of een andere soortgelijke ruimte voor een ander doel bezigen dan waarvoor de ruimte bestemd is

Pl.V

             

70

F

131

 

op of aan de weg een fiets, snorfiets of bromfiets plaatsen of laten staan tegen een raam, een raamkozijn, een deur, de gevel van een gebouw of in de ingang van een portiek, waardoor de doorgang wordt versperd, dan wel in strijd met de uitdrukkelijk verklaarde wil van de gebruiker van dat gebouw of portiek

Pl.V

             

25

F

133

 

een motorvoertuig, bromfiets of fiets op of aan de weg laten staan, anders dan deugdelijk afgesloten of onder behoorlijk toezicht

Pl.V

             

35

F

135

 

zich met een fiets of bromfiets bevinden op een terrein waar een markt, kermis, uitvoering, bijeenkomst of plechtigheid wordt gehouden, welke publiek trekt

Pl.V

             

35

F

136

 

zich met een winkelwagentje op of aan de weg bevinden op meer dan de toegestane afstand van het bedrijf dat het winkelwagentje ter beschikking heeft gesteld

Pl.V

             

70

F

140

a

zich in de nabijheid van een persoon, gebouw, woonwagen of woonschip ophouden met de kennelijke bedoeling deze persoon of een zich daarin bevindende persoon te bespieden

Pl.V

             

100

F

140

b

een persoon in een gebouw, woonwagen of woonschip door middel van een verrekijker bespieden

Pl.V

             

100

F

145

a

als eigenaar of houder van een hond, deze laten verblijven of laten lopen op een weg gelegen binnen de bebouwde kom zonder dat de hond is aangelijnd

Pl.V

             

70

F

145

b

als eigenaar of houder van een hond, deze laten verblijven of laten lopen op een voor het publiek toegankelijke en kennelijk als zodanig ingerichte kinderspeelplaats, zandbak, speelweide of andere door het College aangewezen plaats

Pl.V

             

100

F

145

c

als eigenaar of houder van een hond, deze laten verblijven of laten lopen op een weg zonder dat de hond is voorzien van een halsband of een door middel van tatoeage aangebracht identificatiemerk, die de eigenaar of houder van de hond duidelijk doet kennen

Pl.V

             

70

F

145

d

als eigenaar of houder van een hond, deze laten verblijven of laten lopen op een weg zonder een deugdelijk middel dat is bestemd voor het verwijderen van uitwerpselen bij zich te dragen en/of dit middel niet op eerste vordering tonen aan de met het toezicht belaste ambtenaar

Pl.V

             

70

F

150

a

als eigenaar of houder van een hond deze laten verblijven/lopen op of aan de weg of op een terrein van een ander, terwijl na schriftelijke aanzegging van het College deze hond niet op of aan de weg of op een terrein van een ander, terwijl na schriftelijke aanzegging van het College deze hond niet kort is aangelijnd

Pl.V

             

180

F

150

b

als eigenaar of houder van een hond deze laten verblijven/lopen op of aan de weg of op een terrein van een ander, terwijl na schriftelijke aanzegging van het College deze hond niet op of aan de weg of op een terrein van een ander, terwijl na schriftelijke aanzegging van het College deze hond niet kort is aangelijnd en gemuilkorfd

Pl.V

             

180

F

151

 

als degene die één of meer dieren onder zijn hoede heeft, niet door voorzorgsmaatregelen die van hem mogen worden verwacht, voorkomen dat deze dieren voor de omgeving hinderlijk zijn

Pl.V

             

100

F

155

 

als rechthebbende er niet voor zorgen dat zodanige maatregelen worden getroffen dat het vee/pluimvee in een aan een weg liggend weiland of terrein, die weg niet kan bereiken

Pl.V

             

100

F

171

a

op de weg of weggedeelte (binnen een door het College aangewezen gebied) softdrugs gebruiken of voorhanden hebben

Pl.V

             

70

F

180

a

de weg niet (doen) reinigen na een verontreiniging ontstaan bij het laden, lossen of vervoeren van stoffen of voorwerpen of bij andere werkzaamheden terstond, bij gevaar voor de verkeersveiligheid of bij gevaar voor beschadiging van het wegdek

Pl.V

             

180

F

180

b

de weg niet (doen) reinigen na een verontreiniging ontstaan bij het laden, lossen of vervoeren van stoffen of voorwerpen of bij andere werkzaamheden na het beëindigen van de werkzaamheden (iedere dag) in overige situaties

Pl.V

             

100

F

185

 

binnen de bebouwde kom buiten een daarvoor bestemde inrichting/plaats op of aan de weg zijn natuurlijke behoefte doen

Pl.V

             

100

F

190

 

een geparkeerd voertuig op een aangewezen weg of weggedeelte, waar dit niet is toegestaan, te koop aanbieden of verhandelen

Pl.V

             

140

F

195

 

een defect voertuig op een weg, langer dan de vastgestelde termijn

Pl.V

             

70

F

205

 

een kampeerwagen, caravan, magazijnwagen, keetwagen, aanhangwagen of ander dergelijk voertuig op een aangewezen weg waar dit niet is toegestaan, langer dan de vastgestelde termijn doen of laten staan

Pl.V

             

70

F

210

 

een voertuig dat is voorzien van een aanduiding van handelsreclame op een weg parkeren met als doel handelsreclame te maken

Pl.V

             

140

F

212

a

een recreatiegebied gebruiken in strijd met de bepalingen geldend voor dat gebied door het parkeren of aanwezig hebben van een voertuig of vaartuig

Pl.V

70

70

45

25

 

25

70

70

F

212

b

een recreatiegebied gebruiken in strijd met de bepalingen geldend voor dat gebied anders dan tot doel van dagrecreatie

Pl.V

             

100

F

212

c

een recreatiegebied gebruiken in strijd met de bepalingen geldend voor dat gebied door met geluid voortbrengende apparatuur overlast te veroorzaken

Pl.V

             

100

F

212

d

een recreatiegebied gebruiken in strijd met de bepalingen geldend voor dat gebied door te graven of te spitten of doen graven of spitten op buiten het strand, de zandhelling, speelkuilen of zandbakken gelegen gedeelten

Pl.V

             

100

F

212

e

een recreatiegebied gebruiken in strijd met de bepalingen geldend voor dat gebied door anders dan in de aanwezige afvalbakken wegwerpen, neerleggen en/of achterlaten van afval, vuilnis, resten van levensmiddelen, papier, blikken, flessen of verpakkingsmateriaal

Pl.V

             

100

F

212

f

een recreatiegebied gebruiken in strijd met de bepalingen geldend voor dat gebied door een afvalmand, -bak of soortgelijk voorwerp op andere wijze te gebruiken dan tot het deponeren van klein afval

Pl.V

             

100

F

212

g

een recreatiegebied gebruiken in strijd met de bepalingen geldend voor dat gebied door zich als eigenaar of houder van een hond zich met die hond in een vastgestelde periode te bevinden buiten een aangewezen gebied, waar het verblijf van de hond is toegestaan

Pl.V

             

70

F

216

 

een voertuig parkeren of enig ander voorwerp plaatsen of laten staan op een weggedeelte waarvan door het bevoegde gezag is bekend gemaakt dat dit niet is toegestaan op de in die bekendmaking genoemde dagen en tijden (markt, evenement, kermis enz)

Pl.V

70

70

45

25

 

25

 

70

F

235

 

met of voor een vaartuig een ligplaats innemen, hebben of beschikbaar stellen op een gedeelte van een openbaar water waar dit niet is toegestaan

Pl.V

           

70

70

F

236

a

het zonder ontheffing van het College varen, doen of laten varen met enig vaartuig

Pl.V

           

70

70

F

237

a

het varen, doen of laten varen zonder dat de ontheffing in het vaartuig aanwezig is of zonder dat de corresponderende sticker op de juiste wijze is bevestigd

Pl.V

           

70

70

F

240

 

als bader of zwemmer in openbaar water zich zodanig gedragen dat het scheepvaartverkeer daarvan hinder of gevaar kan ondervinden

Pl.V

             

100

F

245

 

zich zonder redelijk doel aan, op, of in een vaartuig in openbaar water vasthouden, klimmen, begeven of bevinden

Pl.V

             

70

                         

F

250

a

zich in/op voor publiek toegankelijke natuurgebieden, bossen, parken, plantsoenen of recreatieterreinen bevinden ten aanzien waarvan door het bevoegde gezag is verklaard dat het gebruik van een motorvoertuig, bromfiets, fiets, rij- of trekdier overlast kan veroorzaken of schade kan berokkenen aan milieuwaarden, te weten met een vervoermiddel in gesloten tijd of gesloten gebied

Pl.V

100

100

70

40

 

40

   

F

250

b

zich in/op voor publiek toegankelijke natuurgebieden, bossen, parken, plantsoenen of recreatieterreinen bevinden ten aanzien waarvan door het bevoegde gezag is verklaard dat het gebruik van een motorvoertuig, bromfiets, fiets, rij- of trekdier overlast kan veroorzaken of schade kan berokkenen aan milieuwaarden, te weten met een motorvoertuig, bromfiets, fiets of paard buiten de (onverharde) wegen of gemarkeerde paden

Pl.V

100

100

70

40

 

40

   

F

250

c

zich in/op voor publiek toegankelijke natuurgebieden, bossen, parken, plantsoenen of recreatieterreinen bevinden ten aanzien waarvan door het bevoegde gezag is verklaard dat het gebruik van een motorvoertuig, bromfiets, fiets, rij- of trekdier overlast kan veroorzaken of schade kan berokkenen aan milieuwaarden, te weten met een rij- of trekdier buiten de daarvoor bestemde paden

Pl.V

         

40

   

F

260

a

met een motorrijtuig gebruik maken van een weg in strijd met de verordening tot het bevorderen van ongestoord wetenschappelijk onderzoek van de RadioSterrenWacht (storingsvrije zone), te weten rijdend

Pl.V

100

100

70

   

40

   

F

260

b

met een motorrijtuig gebruik maken van een weg in strijd met de verordening tot het bevorderen van ongestoord wetenschappelijk onderzoek van de RadioSterrenWacht (storingsvrije zone), te weten parkeren danwel laten staan

Pl.V

70

70

45

   

25

   

Afdeling G. Misdrijven

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Gezagvoerders/schippers;

8 – Eenieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers G 050 – G 100: Boek 2 Wetboek van Strafrecht (WvSr)

                 
                         
     

goederen uit een winkel/vanaf een benzinestation wegnemen/toe-eigenen waarde van het ontvreemde goed

310/321 WvSr

               

G

100

a

– t/m € 50

               

150

G

100

b

– meer dan € 50 en t/m € 120

               

250

Bijlage 1. bij de Richtlijn voor strafvordering tarieven en feitomschrijvingen enz. per 1/1/2011

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Afdeling A. Verkeer te land

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Gezagvoerders/schippers;

8 – Een ieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers K 006 – K 175: Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994); Reglement Rijbewijzen (RR)

                 
                         
     

als bestuurder van een motorrijtuig rijden terwijl krachtens de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften

9 lid 8 WVW 1994

               

K

006

b

– het rijbewijs is gevorderd

 

*

*

*

         
                         
     

als bestuurder van een motorrijtuig rijden, terwijl het kentekenbewijs is ingevorderd

36 lid 3 sub c WVW 1994

               

K

020

b

– zonder reparatie

 

cat 1, 2 en 3: dagvaarden: eis; geldboete vanaf € 180+o.a.v.

K

024

 

een voertuig dat ingevolge art. 21 lid 1 WVW 1994 dient te zijn goedgekeurd voor toelating tot het verkeer op de weg laten staan of daarmee rijden terwijl dit voertuig niet is goedgekeurd voor toelating tot het verkeer op de weg (geldt niet voor een voertuig waarvoor een geldig kentekenbewijs is afgegeven)

33 WVW 1994

280 ma

280 ma

190 ma

       

280 ma

     

een motorrijtuig of een aanhangwagen, waarvoor een kenteken(bewijs) ingevolge de WVW 1994 is vereist, laten staan of daarmee rijden, terwijl voor dat voertuig geen kenteken is opgegeven, geen kentekenbewijs is afgegeven of het kentekenbewijs zijn geldigheid heeft verloren

36 lid 1/3 WVW 1994

               

K

026

a

– een motorrijtuig, niet zijnde een bromfiets

 

280

280

         

280

K

026

aa

– zijnde een bromfiets

     

190

       

190

K

026

b

– een aanhangwagen met een toegestane maximummassa van meer dan 750 kg tot en met 3500 kg

 

140

           

140

K

026

c

– een aanhangwagen met een toegestane maximummassa van meer dan 3500 kg

 

280

           

280

K

055

 

als bestuurder van een motorrijtuig rijden zonder rijbewijs voor de categorie waartoe dat motorrijtuig behoort (alleen van toepassing op bestuurders vanaf 18 jaar (categorie 1 en 2) of 16 jaar (categorie 3))

107 lid 1 WVW 1994

270

270

180

         
                         
     

als bestuurder van een motorrijtuig rijden terwijl het rijbewijs

                 

K

060

f

– zijn geldigheid heeft verloren door het verstrijken van de geldigheidsduur, waarbij de geldigheidsduur meer dan één jaar is verstreken (recidive: zie 4.2 recidiveregeling rijden zonder rijbewijs, richtlijn voor strafvordering tarieven en feitomschrijvingen voor misdrijven, overtredingen en gedragingen als bedoeld in de WAHV)

107 lid 2 sub b WVW 1994

270

270

180

         

K

065

b

als bestuurder beneden de 18 jaar een motorrijtuig besturen

110 lid 1 WVW 1994

270

270

           

K

110

 

als houder van een ongeldig verklaard rijbewijs, dat rijbewijs niet inleveren zodra de ongeldigverklaring van kracht is geworden

124 lid 4 WVW 1994

             

180

K

115

 

als bestuurder van een motorrijtuig niet op eerste vordering het aan hem afgegeven rijbewijs overgeven terwijl ten aanzien van hem het vermoeden bestaat dat hij niet langer rijvaardig dan wel ongeschikt is

130 lid 2 WVW 1994

180

180

           

K

125

 

als houder van een ongeldig verklaard rijbewijs dat rijbewijs niet inleveren, zodra de ongeldigverklaring van kracht is

132 lid 5 WVW 1994

             

180

K

170

 

zich zodanig gedragen dat gevaar op de weg wordt veroorzaakt of kan worden veroorzaakt of dat het verkeer op de weg wordt gehinderd of kan worden gehinderd

5 WVW 1994

*

*

*

*

*

*

 

*

                         

Nummers S 005 – S 026, VA 004 – RV 101: Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling C: (maximum snelheid)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – motorvoertuigen (uitgezonderd categorie 2: vrachtauto’s, autobussen en motorvoertuigen met aanhangwagen);

2 – vrachtauto’s, autobussen, als bedrijfsauto aangemerkte kampeerauto’s met een toegestane maximum massa van meer dan 3500 kg en motorvoertuigen met aanhangwagen;

3 – bromfietsen, brommobielen, snorfietsen en gehandicaptenvoertuigen met motor;

4 – land- of bosbouwtrekkers en motorvoertuigen met beperkte snelheid.

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

Hoofdstuk 2. Verkeersregels

                 
                   

VIII. Maximum snelheid

                 
                   

A. Algemeen

                 
                   

als bestuurder niet in staat zijn, zijn voertuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij de weg kan overzien en waarover deze vrij is 19 RVV 1990

                 
                         

S

005

c

– bij snelheden van meer dan 80 km/h en tot en met 100 km/h, onderlinge afstand 3 meter of meer

 

310

310

210

 

 

 

 

 

S

005

d

– bij snelheden van meer dan 80 km/h en tot en met 100 km/h, onderlinge afstand minder dan 3 meter

 

440

440

300

 

 

 

 

 

S

005

e

– bij snelheden van meer dan 100 km/h en tot en met 120 km/h, onderlinge afstand 3 meter of meer

 

440

440

300

 

 

 

 

 

S

005

f

– bij snelheden van meer dan 100 km/h en tot en met 120 km/h, onderlinge afstand minder dan 3 meter

 

550

550

390

 

 

 

 

 

S

005

g

– bij snelheden van meer dan 120 km/h, ongeacht de onderlinge afstand

 

*

*

*

         
         

 

 

 

 

 

 

 

 
     

als bestuurder niet in staat zijn, zijn voertuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij de weg kan overzien en waarover deze vrij is, immers met behulp van een Videocontrole systeem (VCS) is waargenomen dat bij een snelheid van meer dan 80 km/h en tot en met 100 km/h de onderlinge afstand tussen de voertuigen overeenkomt met een tijd

19 RVV 1990

 

 

 

 

 

 

 

 

S

016

a

– van 0,5 seconde tot en met 0,2 seconde

 

310

310

 

 

 

 

 

 

S

016

b

– van minder dan 0,2 seconde

 

440

440

 

 

 

 

 

 
         

 

 

 

 

 

 

 

 
     

als bestuurder niet in staat zijn, zijn voertuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij de weg kan overzien en waarover deze vrij is, immers met behulp van een Videocontrole systeem (VCS) is waargenomen dat bij een snelheid van meer dan 100 km/h en tot en met 120 km/h de onderlinge afstand tussen de voertuigen overeenkomt met een tijd

19 RVV 1990

 

 

 

 

 

 

 

 

S

021

a

– van 0,5 seconde t/m 0,1 seconde

 

440

440

 

 

 

 

 

 

S

021

b

– van minder dan 0,1 seconde

 

560

560

 

 

 

 

 

 

S

026

a

als bestuurder niet in staat zijn, zijn voertuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij de weg kan overzien en waarover deze vrij is, immers met behulp van een Videocontrole systeem (VCS) is waargenomen dat bij een snelheid van meer dan 120 km/h de onderlinge afstand tussen de voertuigen overeenkomt met een tijd van 0,5 seconde of minder

19 RVV 1990

*

*

           
     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

     

Snelheidsoverschrijdingen

         
                 
     

Noot (snelheidsovertredingen algemeen)

         
     

Indien een feitcode van toepassing is waarbij de snelheidsoverschrijding per kilometer is aangegeven en er wordt een waarde achter de komma gemeten, dan moet deze te allen tijde naar beneden worden afgerond op een hele kilometer.

         
                 
                 
                 
     

b. Binnen de bebouwde kom

         
     

Noot:

         
     

* = recidiveregeling snelheid (zie punt 4.3.1 Richtlijn voor strafvordering tarieven en feitomschrijvingen); bij staandehouding wordt bij overschrijding vanaf 50 km/h of 30 km/h (cat. 3) het rijbewijs ingevorderd en dient het proces-verbaal met het proces-verbaal van invordering te worden ingezonden naar het openbaar ministerie

         
                 
                 
     

overschrijding van de maximumsnelheid binnen de bebouwde kom (gedragsregel)

20 sub a RVV 1990 (cat 1/2), 20 sub b en c RVV 1990 (cat 3), 22 sub d en e RVV 1990 (cat 3), 22 sub c RVV 1990 (cat 4)

       

VA

030

a

– met 30 km/h

     

240

obm

 

VA

035

a

– van 31 tot 35 km/h

     

290 obm

 

VA

035

 

– van 31 tot 35 km/h

 

288

360

 

288

VA

040

a

– van 35 tot 40 km/h

     

350 obm

 

VA

040

 

– van 35 tot 40 km/h

 

350

440

 

350

VA

045

a

– van 40 tot 45 km/h

     

420 obm

 

VA

045

 

– van 40 tot 45 km/h

 

420

520

 

420

VA

050

a

– van 45 tot 50 km/h

     

500 obm

 

VA

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

500

630

 

500

VA

055

a

– van 50 tot 55 km/h

     

590 obm

 

VA

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

590

730

 

590

VA

060

a

– van 55 tot 60 km/h

     

700 obm

 

VA

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

700

870

 

700

VA

065

a

– van 60 tot 65 km/h

     

810 obm

 

VA

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

810

1000

 

810

VA

070

a

– van 65 tot 70 km/h

     

930 obm

 

VA

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

930

1100

 

930

VA

075

 

– van 70 tot 75 km/h (De bij de feitcodes VA 075 t/m VA 100 vermelde tarieven betreffen de eis ter zitting voor de eerste overtreding. Naast deze boete dient een OBM ovw conform de recidiveregeling snelheidsovertredingen te worden geëist)

 

1000 obm

1250 obm

1000 obm

1000 obm

VA

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1200 obm

1400 obm

1200 obm

1200 obm

VA

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1300 obm

1550 obm

1300 obm

1300 obm

VA

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1450 obm

1650 obm

1450 obm

1450 obm

VA

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1600 obm

1850 obm

1600 obm

1600 obm

VA

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1800 obm

2100 obm

1800 obm

1800 obm

VA

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

*

*

                 
     

overschrijding van de maximumsnelheid binnen de bebouwde kom (verkeersbord A1)

62 jo. bord A1 RVV 1990

       

VB

030

a

– met 30 km/h

     

240 obm

 

VB

035

a

– van 31 tot 35 km/h

     

290 obm

 

VB

035

 

– van 31 tot 35 km/h

 

288

360

 

288

VB

040

a

– van 35 tot 40 km/h

     

350 obm

 

VB

040

 

– van 35 tot 40 km/h

 

350

440

 

350

VB

045

a

– van 40 tot 45 km/h

     

420 obm

 

VB

045

 

– van 40 tot 45 km/h

 

420

520

 

420

VB

050

a

– van 45 tot 50 km/h

     

500 obm

 

VB

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

500

630

 

500

VB

055

a

– van 50 tot 55 km/h

     

590 obm

 

VB

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

590

730

 

590

VB

060

a

– van 55 tot 60 km/h

     

700 obm

 

VB

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

700

870

 

700

VB

065

a

– van 60 tot 65 km/h

     

810 obm

 

VB

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

810

1000

 

810

VB

070

a

– van 65 tot 70 km/h

     

930 obm

 

VB

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

930

1100

 

930

VB

075

 

– van 70 tot 75 km/h (De bij de feitcodes VB 075 t/m VB 100 vermelde tarieven betreffen de eis ter zitting voor de eerste overtreding. Naast deze boete dient een OBM ovw conform de recidiveregeling snelheidsovertredingen te worden geëist)

 

1000 obm

1250 obm

1000 obm

1000 obm

VB

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1200 obm

1400 obm

1200 obm

1200 obm

VB

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1300 obm

1550 obm

1300 obm

1300 obm

VB

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1450 obm

1650 obm

1450 obm

1450 obm

VB

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1600 obm

1850 obm

1600 obm

1600 obm

VB

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1800 obm

2100 obm

1800 obm

1800 obm

VB

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

*

*

                 
     

overschrijding van de maximumsnelheid binnen de bebouwde kom (verkeersbord A3)

62 jo. bord A3 RVV 1990

       

VC

030

a

– met 30 km/h

     

240 obm

 

VC

035

a

– van 31 tot 35 km/h

     

290 obm

 

VC

035

 

– van 31 tot 35 km/h

 

288

360

 

288

VC

040

a

– van 35 tot 40 km/h

     

350 obm

 

VC

040

 

– van 35 tot 40 km/h

 

350

440

 

350

VC

045

a

– van 40 tot 45 km/h

     

420 obm

 

VC

045

 

– van 40 tot 45 km/h

 

420

520

 

420

VC

050

a

– van 45 tot 50 km/h

     

500 obm

 

VC

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

500

630

 

500

VC

055

a

– van 50 tot 55 km/h

     

590 obm

 

VC

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

590

730

 

590

VC

060

a

– van 55 tot 60 km/h

     

700 obm

 

VC

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

700

870

 

700

VC

065

a

– van 60 tot 65 km/h

     

810 obm

 

VC

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

810

1000

 

810

VC

070

a

– van 65 tot 70 km/h

     

930 obm

 

VC

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

930

1100

 

930

VC

075

 

– van 70 tot 75 km/h (De bij de feitcodes VC 075 t/m VC 100 vermelde tarieven betreffen de eis ter zitting voor de eerste overtreding. Naast deze boete dient een OBM ovw conform de recidiveregeling snelheidsovertredingen te worden geëist)

 

1000 obm

1250 obm

1000 obm

1000 obm

VC

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1200 obm

1400 obm

1200 obm

1200 obm

VC

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1300 obm

1550 obm

1300 obm

1300 obm

VC

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1450 obm

1650 obm

1450 obm

1450 obm

VC

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1600 obm

1850 obm

1600 obm

1600 obm

VC

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1800 obm

2100 obm

1800 obm

1800 obm

VC

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

*

*

                 
     

overschrijding van de maximumsnelheid binnen de bebouwde kom bij wegwerkzaamheden (verkeersbord A1)

62 jo. bord A1 RVV 1990

       

VD

025

a

– met 25 km/h

   

360

   

VD

026

a

– met 26 km/h

   

370

   

VD

027

a

– met 27 km/h

   

390

   

VD

028

a

– met 28 km/h

   

410

   

VD

029

a

– met 29 km/h

   

420

   

VD

030

a

– met 30 km/h

   

440

   

VD

030

b

– met 30 km/h

     

310 obm

 

VD

035

a

– van 31 tot 35 km/h

     

360 obm

 

VD

035

 

– van 31 tot 35 km/h

 

360

500

 

360

VD

040

a

– van 35 tot 40 km/h

     

440 obm

 

VD

040

 

– van 35 tot 40 km/h

 

440

590

 

440

VD

045

a

– van 40 tot 45 km/h

     

520 obm

 

VD

045

 

– van 40 tot 45 km/h

 

520

710

 

520

VD

050

a

– van 45 tot 50 km/h

     

630 obm

 

VD

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

630

850

 

630

VD

055

a

– van 50 tot 55 km/h

     

730 obm

 

VD

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

730

980

 

730

VD

060

a

– van 55 tot 60 km/h

     

870 obm

 

VD

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

870

1100

 

870

VD

065

a

– van 60 tot 65 km/h

     

1000 obm

 

VD

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

1000

1250

 

1000

VD

070

a

– van 65 tot 70 km/h

     

1100 obm

 

VD

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

1100

1400

 

1100

VD

075

 

– van 70 tot 75 km/h (De bij de feitcodes VD 075 t/m VD 100 vermelde tarieven betreffen de eis ter zitting voor de eerste overtreding. Naast deze boete dient een OBM ovw conform de recidiveregeling snelheidsovertredingen te worden geëist)

 

1250 obm

1550 obm

1250 obm

1250 obm

VD

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1400 obm

1650 obm

1400 obm

1400 obm

VD

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1550 obm

1850 obm

1550 obm

1550 obm

VD

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1650 obm

2100 obm

1650 obm

1650 obm

VD

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1850 obm

2300 obm

1850 obm

1850 obm

VD

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

2100 obm

2500 obm

2100 obm

2100 obm

VD

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

*

*

                 
     

overschrijding van de maximumsnelheid binnen de bebouwde kom bij wegwerkzaamheden (verkeersbord A3)

62 jo. bord A3 RVV 1990

       

VE

025

a

– met 25 km/h

   

360

   

VE

026

a

– met 26 km/h

   

370

   

VE

027

a

– met 27 km/h

   

390

   

VE

028

a

– met 28 km/h

   

410

   

VE

029

a

– met 29 km/h

   

420

   

VE

030

a

– met 30 km/h

   

440

   

VE

030

b

– met 30 km/h

     

310 obm

 

VE

035

a

– van 31 tot 35 km/h

     

360 obm

 

VE

035

 

– van 31 tot 35 km/h

 

360

500

 

360

VE

040

a

– van 35 tot 40 km/h

     

440 obm

 

VE

040

 

– van 35 tot 40 km/h

 

440

590

 

440

VE

045

a

– van 40 tot 45 km/h

     

520 obm

 

VE

045

 

– van 40 tot 45 km/h

 

520

710

 

520

VE

050

a

– van 45 tot 50 km/h

     

630 obm

 

VE

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

630

850

 

630

VE

055

a

– van 50 tot 55 km/h

     

730 obm

 

VE

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

730

980

 

730

VE

060

a

– van 55 tot 60 km/h

     

870 obm

 

VE

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

870

1100

 

870

VE

065

a

– van 60 tot 65 km/h

     

1000 obm

 

VE

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

1000

1250

 

1000

VE

070

a

– van 65 tot 70 km/h

     

1100 obm

 

VE

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

1100

1400

 

1100

VE

075

 

– van 70 tot 75 km/h (De bij de feitcodes VE 075 t/m VE 100 vermelde tarieven betreffen de eis ter zitting voor de eerste overtreding. Naast deze boete dient een OBM ovw conform de recidiveregeling snelheidsovertredingen te worden geëist)

 

1250 obm

1550 obm

1250 obm

1250 obm

VE

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1400 obm

1650 obm

1400 obm

1400 obm

VE

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1550 obm

1850 obm

1550 obm

1550 obm

VE

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1650 obm

2100 obm

1650 obm

1650 obm

VE

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1850 obm

2300 obm

1850 obm

1850 obm

VE

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

2100 obm

2500 obm

2100 obm

2100 obm

VE

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

*

*

                 
     

c. (Auto)wegen buiten de bebouwde kom

         
     

Noot:

         
     

* = recidiveregeling snelheid (zie punt 7.2.1 Richtlijnen voor strafvordering tarieven en feitomschrijvingen); bij staandehouding wordt bij overschrijding vanaf 50 km/h het rijbewijs ingevorderd en dient het proces-verbaal te worden ingezonden naar het openbaar ministerie

         
                 
     

overschrijding van de maximumsnelheid op (auto)wegen buiten de bebouwde kom (gedragsregel)

21 sub a RVV 1990 (cat 1), 22 sub a, b, f en g RVV 1990 (cat 2), 21 sub b en c RVV 1990 (cat 3), 22 sub d en e RVV 1990 (cat 3), 22 sub c RVV 1990 (cat 4)

       

VF

030

a

– met 30 km/h

     

220

obm

 

VF

035

a

– van 31 tot 35 km/h

     

240 obm

 

VF

035

 

– van 31 tot 35 km/h

 

241

320

 

241

VF

040

a

– van 35 tot 40 km/h

     

320 obm

 

VF

040

 

– van 35 tot 40 km/h

 

320

390

 

320

VF

045

a

– van 40 tot 45 km/h

     

390 obm

 

VF

045

 

– van 40 tot 45 km/h

 

390

480

 

390

VF

050

a

– van 45 tot 50 km/h

     

480 obm

 

VF

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

480

570

 

480

VF

055

a

– van 50 tot 55 km/h

     

560 obm

 

VF

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

560

660

 

560

VF

060

a

– van 55 tot 60 km/h

     

650 obm

 

VF

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

650

790

 

650

VF

065

a

– van 60 tot 65 km/h

     

740 obm

 

VF

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

740

920

 

740

VF

070

a

– van 65 tot 70 km/h

     

870 obm

 

VF

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

870

1000

 

870

VF

075

 

– van 70 tot 75 km/h (De bij de feitcodes VF 075 t/m VF 100 vermelde tarieven betreffen de eis ter zitting voor de eerste overtreding. Naast deze boete dient een OBM ovw conform de recidiveregeling snelheidsovertredingen te worden geëist)

 

980 obm

1200 obm

980 obm

980 obm

VF

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1050 obm

1300 obm

1050 obm

1050 obm

VF

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1250 obm

1450 obm

1250 obm

1250 obm

VF

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1350 obm

1600 obm

1350 obm

1350 obm

VF

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1450 obm

1750 obm

1450 obm

1450 obm

VF

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1650 obm

1950 obm

1650 obm

1650 obm

VF

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

*

*

                 
     

overschrijding van de maximumsnelheid op (auto)wegen buiten de bebouwde kom (verkeersbord A1)

62 jo. bord A1 RVV 1990

       

VG

030

a

– met 30 km/h

     

220 obm

 

VG

035

a

– van 31 tot 35 km/h

     

240 obm

 

VG

035

 

– van 31 tot 35 km/h

 

241

320

   

VG

040

a

– van 35 tot 40 km/h

     

320 obm

 

VG

040

 

– van 35 tot 40 km/h

 

320

390

   

VG

045

a

– van 40 tot 45 km/h

     

390 obm

 

VG

045

 

– van 40 tot 45 km/h

 

390

480

   

VG

050

a

– van 45 tot 50 km/h

     

480 obm

 

VG

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

480

570

   

VG

055

a

– van 50 tot 55 km/h

     

560 obm

 

VG

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

560

660

   

VG

060

a

– van 55 tot 60 km/h

     

650 obm

 

VG

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

650

790

   

VG

065

a

– van 60 tot 65 km/h

     

740 obm

 

VG

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

740

920

   

VG

070

a

– van 65 tot 70 km/h

     

870 obm

 

VG

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

870

1000

   

VG

075

 

– van 70 tot 75 km/h (De bij de feitcodes VG 075 t/m VG 100 vermelde tarieven betreffen de eis ter zitting voor de eerste overtreding. Naast deze boete dient een OBM ovw conform de recidiveregeling snelheidsovertredingen te worden geëist)

 

980 obm

1200 obm

980 obm

 

VG

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1050 obm

1300 obm

1050 obm

 

VG

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1250 obm

1450 obm

1250 obm

 

VG

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1350 obm

1600 obm

1350 obm

 

VG

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1450 obm

1750 obm

1450 obm

 

VG

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1650 obm

1950 obm

1650 obm

 

VG

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

*

 
                 
     

overschrijding van de maximumsnelheid op (auto)wegen buiten de bebouwde kom (verkeersbord A3)

62 jo. bord A3 RVV 1990

       

VH

030

a

– met 30 km/h

     

220 obm

 

VH

035

a

– van 31 tot 35 km/h

     

240 obm

 

VH

035

 

– van 31 tot 35 km/h

 

241

320

   

VH

040

a

– van 35 tot 40 km/h

     

320 obm

 

VH

040

 

– van 35 tot 40 km/h

 

320

390

   

VH

045

a

– van 40 tot 45 km/h

     

390 obm

 

VH

045

 

– van 40 tot 45 km/h

 

390

480

   

VH

050

a

– van 45 tot 50 km/h

     

480 obm

 

VH

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

480

570

   

VH

055

a

– van 50 tot 55 km/h

     

560 obm

 

VH

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

560

660

   

VH

060

a

– van 55 tot 60 km/h

     

650 obm

 

VH

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

650

790

   

VH

065

a

– van 60 tot 65 km/h

     

740 obm

 

VH

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

740

920

   

VH

070

a

– van 65 tot 70 km/h

     

870 obm

 

VH

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

870

1000

   

VH

075

 

– van 75 tot 80 km/h

 

980 obm

1200 obm

980 obm

 

VH

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1050 obm

1300 obm

1050 obm

 

VH

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1250 obm

1450 obm

1250 obm

 

VH

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1350 obm

1600 obm

1350 obm

 

VH

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1450 obm

1750 obm

1450 obm

 

VH

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1650 obm

1950 obm

1650 obm

 

VH

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

*

 
                 
     

overschrijding van de maximumsnelheid op (auto)wegen buiten de bebouwde kom bij wegwerkzaamheden (verkeersbord A1)

62 jo. bord A1 RVV 1990, 22 sub a, f en g RVV 1990 (cat 2)

       

VI

029

a

– met 29 km/h

   

360

   

VI

030

b

– met 30 km/h

   

370

   

VI

030

a

– met 30 km/h

     

230 obm

 

VI

035

a

– van 31 tot 35 km/h

     

320 obm

 

VI

035

 

– van 31 tot 35 km/h

 

320

420

   

VI

040

a

– van 35 tot 40 km/h

     

390 obm

 

VI

040

 

– van 35 tot 40 km/h

 

390

510

   

VI

045

a

– van 40 tot 45 km/h

     

480 obm

 

VI

045

 

– van 40 tot 45 km/h

 

480

600

   

VI

050

a

– van 45 tot 50 km/h

     

570 obm

 

VI

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

570

720

   

VI

055

a

– van 50 tot 55 km/h

     

660 obm

 

VI

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

660

850

   

VI

060

a

– van 55 tot 60 km/h

     

790 obm

 

VI

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

790

960

   

VI

065

a

– van 60 tot 65 km/h

     

920 obm

 

VI

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

920

1050

   

VI

070

a

– van 65 tot 70 km/h

     

1000 obm

 

VI

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

1000

1200

   

VI

075

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1200 obm

1350 obm

1200 obm

 

VI

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1300 obm

1550 obm

1300 obm

 

VI

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1450 obm

1650 obm

1450 obm

 

VI

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1600 obm

1800 obm

1600 obm

 

VI

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1750 obm

2000 obm

1750 obm

 

VI

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1950 obm

2200 obm

1950 obm

 

VI

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

*

 
                 
     

overschrijding van de maximumsnelheid op (auto)wegen buiten de bebouwde kom bij wegwerkzaamheden (verkeersbord A3)

62 jo. bord A3 RVV 1990, 22 sub a, f en g RVV 1990 (cat 2)

       

VK

029

a

– met 29 km/h

   

360

   

VK

030

b

– met 30 km/h

   

370

   

VK

030

a

– met 30 km/h

     

230 obm

 

VK

035

a

– van 31 tot 35 km/h

     

320 obm

 

VK

035

 

– van 31 tot 35 km/h

 

320

420

   

VK

040

a

– van 35 tot 40 km/h

     

390 obm

 

VK

040

 

– van 35 tot 40 km/h

 

390

510

   

VK

045

a

– van 40 tot 45 km/h

     

480 obm

 

VK

045

 

– van 40 tot 45 km/h

 

480

600

   

VK

050

a

– van 45 tot 50 km/h

     

570 obm

 

VK

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

570

720

   

VK

055

a

– van 50 tot 55 km/h

     

660 obm

 

VK

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

660

850

   

VK

060

a

– van 55 tot 60 km/h

     

790 obm

 

VK

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

790

960

   

VK

065

a

– van 60 tot 65 km/h

     

920 obm

 

VK

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

920

1050

   

VK

070

a

– van 65 tot 70 km/h

     

1000 obm

 

VK

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

1000

1200

   

VK

075

 

– van 70 tot 75 km/h (De bij de feitcodes VK 075 t/m VK 100 vermelde tarieven betreffen de eis ter zitting voor de eerste overtreding. Naast deze boete dient een OBM ovw conform de recidiveregeling snelheidsovertredingen te worden geëist)

 

1200 obm

1350 obm

1200 obm

 

VK

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1300 obm

1550 obm

1300 obm

 

VK

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1450 obm

1650 obm

1450 obm

 

VK

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1600 obm

1800 obm

1600 obm

 

VK

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1750 obm

2000 obm

1750 obm

 

VK

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1950 obm

2200 obm

1950 obm

 

VK

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

*

 
                 
     

d. Autosnelwegen

         
     

Noot

         
     

* = recidiveregeling snelheid (zie punt 7.2.1 Richtlijnen voor strafvordering tarieven en feitomschrijvingen); bij staandehouding wordt bij overschrijding vanaf 50 km/h het rijbewijs ingevorderd en dient het proces-verbaal te worden ingezonden naar het openbaar ministerie

         
                 
     

overschrijding van de maximumsnelheid op autosnelwegen buiten de bebouwde kom (gedragsregel)

21 sub a RVV 1990 (cat 1), 22 sub a, b, f en g RVV 1990 (cat 2)

       

VL

035

 

– van 31 tot 35 km/h

   

310

   

VL

040

 

– van 35 tot 40 km/h

   

370

   

VL

045

 

– van 40 tot 45 km/h

   

440

   

VL

045

a

– van 41 tot 45 km/h

 

360

     

VL

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

430

520

   

VL

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

510

630

   

VL

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

590

720

   

VL

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

700

850

   

VL

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

800

950

   

VL

075

 

– van 70 tot 75 km/h (De bij de feitcodes VL 075 t/m VL 100 vermelde tarieven betreffen de eis ter zitting voor de eerste overtreding. Naast deze boete dient een OBM ovw conform de recidiveregeling snelheidsovertredingen te worden geëist)

 

890 obm

1050obm

   

VL

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1000obm

1200obm

   

VL

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1100obm

1300obm

   

VL

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1250obm

1400obm

   

VL

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1350obm

1600obm

   

VL

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1550obm

1750obm

   

VL

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

   
     

overschrijding van de maximumsnelheid op autosnelwegen buiten de bebouwde kom (verkeersbord A1)

62 jo. bord A1 RVV 1990

       

VM

045

a

– van 41 tot 45 km/h

 

360

     

VM

035

 

– van 31 tot 35 km/h

   

310

   

VM

040

 

– van 35 tot 40 km/h

   

370

   

VM

045

 

– van 40 tot 45 km/h

   

440

   

VM

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

430

520

   

VM

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

510

630

   

VM

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

590

720

   

VM

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

700

850

   

VM

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

800

950

   

VM

075

 

– van 70 tot 75 km/h (De bij de feitcodes VM 075 t/m VM 100 vermelde tarieven betreffen de eis ter zitting voor de eerste overtreding. Naast deze boete dient een OBM ovw conform de recidiveregeling snelheidsovertredingen te worden geëist)

 

890 obm

1050obm

   

VM

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1000obm

1200obm

   

VM

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1100obm

1300obm

   

VM

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1250obm

1400obm

   

VM

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1350obm

1600obm

   

VM

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1550obm

1750obm

   

VM

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

   
                 
     

overschrijding van de maximumsnelheid op autosnelwegen buiten de bebouwde kom (verkeersbord A3)

62 jo. bord A3 RVV 1990

       

VN

045

a

– van 41 tot 45 km/h

 

360

     

VN

035

 

– van 31 tot 35 km/h

   

310

   

VN

040

 

– van 35 tot 40 km/h

   

370

   

VN

045

 

– van 40 tot 45 km/h

   

440

   

VN

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

430

520

   

VN

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

510

630

   

VN

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

590

720

   

VN

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

700

850

   

VN

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

800

950

   

VN

075

 

– van 70 tot 75 km/h (De bij de feitcodes VN 075 t/m VN 100 vermelde tarieven betreffen de eis ter zitting voor de eerste overtreding. Naast deze boete dient een OBM ovw conform de recidiveregeling snelheidsovertredingen te worden geëist)

 

890 obm

1050obm

   

VN

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1000obm

1200obm

   

VN

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1100obm

1300obm

   

VN

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1250obm

1400obm

   

VN

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1350obm

1600obm

   

VN

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1550obm

1750obm

   

VN

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

   
                 
     

overschrijding van de maximumsnelheid op autosnelwegen buiten de bebouwde kom bij wegwerkzaamheden (verkeersbord A1)

62 jo. bord A1 RVV 1990, 22 sub a, f en g RVV 1990 (cat 2)

       

VO

030

a

– met 30 km/h

   

360

   

VO

035

 

– van 31 tot 35 km/h

 

310

390

   

VO

040

 

– van 35 tot 40 km/h

 

370

490

   

VO

045

 

– van 40 tot 45 km/h

 

440

630

   

VO

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

520

670

   

VO

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

630

800

   

VO

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

720

920

   

VO

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

850

1000

   

VO

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

950

1200

   

VO

075

 

– van 70 tot 75 km/h (De bij de feitcodes VO 075 t/m VO 100 vermelde tarieven betreffen de eis ter zitting voor de eerste overtreding. Naast deze boete dient een OBM ovw conform de recidiveregeling snelheidsovertredingen te worden geëist)

 

1050obm

1300obm

   

VO

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1200obm

1450obm

   

VO

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1300obm

1600obm

   

VO

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1450obm

1750obm

   

VO

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1600obm

1950obm

   

VO

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1750obm

2100obm

   

VO

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

   
                 
     

overschrijding van de maximumsnelheid op autosnelwegen buiten de bebouwde kom bij wegwerkzaamheden (verkeersbord A3)

62 jo. bord A3 RVV 1990, 22 sub a, f en g RVV 1990 (cat 2)

       

VP

030

a

– met 30 km/h

   

360

   

VP

035

 

– van 31 tot 35 km/h

 

310

390

   

VP

040

 

– van 35 tot 40 km/h

 

370

490

   

VP

045

 

– van 40 tot 45 km/h

 

440

630

   

VP

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

520

700

   

VP

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

630

800

   

VP

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

720

920

   

VP

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

850

1000

   

VP

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

950

1200

   

VP

075

 

– van 70 tot 75 km/h (De bij de feitcodes VP 075 t/m VP 100 vermelde tarieven betreffen de eis ter zitting voor de eerste overtreding. Naast deze boete dient een OBM ovw conform de recidiveregeling snelheidsovertredingen te worden geëist)

 

1050obm

1300obm

   

VP

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1200obm

1450obm

   

VP

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1300obm

1600obm

   

VP

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1450obm

1750obm

   

VP

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1600obm

1950obm

   

VP

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1750obm

2100obm

   

VP

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

   
                 
     

Maatregel na ernstige verstoring olie-aanvoer

         
                 
     

overschrijding van de door de Minister van Verkeer en Waterstaat vastgestelde maximumsnelheid op autosnelwegen bij ernstige verstoring van de olieaanvoer

86b jo. 86a RVV 1990

       

VR

035

 

– van 31 tot 35 km/h

 

288

     

VR

040

 

– van 35 tot 40 km/h

 

350

     

VR

045

 

– van 40 tot 45 km/h

 

420

     

VR

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

500

     

VR

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

590

     

VR

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

700

     

VR

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

810

     

VR

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

930

     

VR

075

 

– van 70 tot 75 km/h (De bij de feitcodes VR 075 t/m VR 100 vermelde tarieven betreffen de eis ter zitting voor de eerste overtreding. Naast deze boete dient een OBM ovw conform de recidiveregeling snelheidsovertredingen te worden geëist)

 

1000obm

     

VR

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1200obm

     

VR

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1300obm

     

VR

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1450obm

     

VR

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1600obm

     

VR

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1800obm

     

VR

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

     

Nummers R 301 – R 631: Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Schippers;

8 – Een ieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Hoofdstuk 2. Verkeersregels

                 
                         
     

I. Plaats op de weg

                 

R

302

 

als bestuurder van een motorvoertuig tegen het verkeer inrijden op een autoweg of autosnelweg (spookrijden)

3 lid 1 RVV 1990

cat 1 en 2: dagvaarden; eis € 420 en 6 maanden OBM OV

                         
     

X. Parkeren

                 
     

als bestuurder van een motorvoertuig op meer dan twee wielen parkeren op plaatsen die zijn voorzien van een blauwe streep, terwijl dat motorvoertuig

                 

R

400

ad

– is voorzien van een parkeerschijf met een mechanisme dat het tijdstip van de aankomst automatisch verschuift

 

270

             
                         
     

XII. Signalen

                 

R

420

 

als bestuurder van een motorvoertuig blauw zwaai– of knipperlicht voeren terwijl dat niet is toegestaan

31 RVV 1990

100ma

100ma

           
                         
     

Hoofdstuk 3. Verkeerstekens

                 
     

II. Verkeersborden

                 
     

als bestuurder een weg gebruiken in strijd met bord C2 (eenrichtingsweg, in deze richting gesloten voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij-, trekdieren of vee)

62 jo. bord C2 RVV 1990

               

R

551

a

– op autoweg of autosnelweg (spookrijden)

 

dagvaarden; eis: € 420 en 6 maanden OBM OV

                         
     

als bestuurder van een voertuig een weg gebruiken in strijd met bord C20 (geslotenverklaring voor voertuigen waarvan de aslast hoger is dan op het bord C20 is aangegeven) met een overschrijding van

62 jo. bord C20 RVV 1990

               

R

567

d

– 31 tot en met 40%

 

330

       

130

   

R

567

e

– 41 tot en met 50%

 

500

       

200

   

R

567

f

– meer dan 50%

 

750

       

300

   
                         
     

als bestuurder van een voertuig een weg gebruiken in strijd met bord C21 (geslotenverklaring voor voertuigen en samenstellen van voertuigen waarvan de totaalmassa hoger is dan op het bord C21 is aangegeven) met een overschrijding van

62 jo. bord C21 RVV 1990

               

R

568

d

– 31 tot en met 40%

 

330

       

130

   

R

568

e

– 41 tot en met 50%

 

500

       

200

   

R

568

f

– meer dan 50%

 

750

       

300

   
                         
     

als bestuurder van een samenstel van voertuigen een weg gebruiken in strijd met bord C21 (geslotenverklaring voor voertuigen en samenstellen van voertuigen waarvan de totaalmassa hoger is dan op het bord C21 is aangegeven) met een overschrijding van

62 jo. bord C21 RVV 1990

               

R

569

d

– 31 tot en met 40%

 

330

       

130

   

R

569

e

– 41 tot en met 50%

 

500

       

200

   

R

569

f

– meer dan 50%

 

750

       

300

   
                         
     

Nummers K 805 – K 825: Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 (WRM 1993)

                 
                         

K

805

 

rijonderricht geven zonder in het bezit te zijn van het vereiste certificaat (bedrijfsmatig) (bij recidive dagvaarden)

7 lid 1 WRM 1993

             

500

                         
     

Nummers A 901 – A 922: Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen (WAM)

                 
                         
     

Bromfietsen

                 
     

als bezitter, als houder of als degene aan wie het kenteken is opgegeven, zonder dat voor dat motorrijtuig, zijnde een bromfiets, de vereiste verzekering is gesloten en in stand is gehouden, daarmee

30 lid 1 WAM

               

A

901

a

– op een weg doen rijden of toelaten dat op een weg wordt gereden

               

310

A

901

b

– op een weg laten staan of toelaten dat op een weg wordt gestaan

               

310

A

901

c

– buiten een weg deelnemen aan het verkeer op een terrein

               

310

A

901

d

– buiten een weg toelaten dat wordt deelgenomen aan het verkeer op een terrein

               

310

A

902

 

als bezitter, als houder of als degene aan wie het kenteken is opgegeven, voor een motorrijtuig, zijnde een bromfiets, waarvoor een kenteken is opgegeven niet de vereiste verzekering sluiten en in stand houden

30 lid 2 WAM

             

310

                         
     

als bestuurder van een motorrijtuig, zijnde een bromfiets, zonder dat daarvoor de vereiste verzekering is gesloten en in stand is gehouden, daarmee

30 lid 4 WAM

               

A

903

a

– rijden

     

310

         

A

903

b

– staan op een weg

     

310

         

A

903

c

– buiten een weg deelnemen aan het verkeer op een terrein

     

310

         
                         

A

904

 

als degene aan wie het kenteken voor een motorrijtuig, zijnde een bromfiets, is opgegeven niet voldoen aan de vordering aan te tonen dat het motorrijtuig is/was verzekerd

34 lid 3 WAM

             

310

                         
     

Gehandicaptenvoertuigen met motor

                 
                         
     

als bestuurder van een gehandicaptenvoertuig rijden

                 

A

919

a

– en niet op eerste vordering van een bevoegde opsporingsambtenaar het verzekeringsbewijs ter inzage afgeven

2 Uitvoeringsbesluit WAM (16-09-1965) jo. 14 WAM jo. 31 WAM

     

70

       

A

919

b

– terwijl op dat voertuig geen geldige verzekeringsplaat op de voorgeschreven wijze is bevestigd of de letters en cijfers van de verzekeringsplaat niet goed zichtbaar zijn

9 Uitvoeringsbesluit WAM (16-09-1965) jo. 35 WAM

     

70

       

A

920

 

een gehandicaptenvoertuig laten rijden, terwijl op dat voertuig geen geldige verzekeringsplaat op de voorgeschreven wijze is bevestigd of de letters en cijfers van de verzekeringsplaat niet goed zichtbaar zijn

9 Uitvoeringsbesluit WAM (16-09-1965) jo. 35 WAM

             

70

A

921

 

als bestuurder van een gehandicaptenvoertuig rijden, terwijl voor dat voertuig geen verzekering van kracht is

30 WAM

     

310

       

A

922

 

een gehandicaptenvoertuig laten rijden, terwijl voor dat voertuig geen verzekering van kracht is

30 WAM

             

310

                         
     

motorrijtuigen, niet zijnde bromfietsen of gehandicaptenvoertuigen

                 
     

als bezitter, als houder of als degene aan wie het kenteken is opgegeven, zonder dat voor dat motorrijtuig, niet zijnde een bromfiets, de vereiste verzekering is gesloten en in stand is gehouden, daarmee

30 lid 1 WAM

               

A

914

a

– op een weg doen rijden of toelaten dat op een weg wordt gereden

               

440

A

914

b

– op een weg laten staan of toelaten dat op een weg wordt gestaan

               

440

A

914

c

– buiten een weg deelnemen aan het verkeer op een terrein

               

440

A

914

d

– buiten een weg toelaten dat wordt deelgenomen aan het verkeer op een terrein

               

440

A

915

 

als bezitter, als houder of als degene aan wie het kenteken is opgegeven, voor een motorrijtuig, niet zijnde een bromfiets niet de vereiste verzekering sluiten en in stand houden

30 lid 2 WAM

             

390

                         
     

als bestuurder van een motorrijtuig, niet zijnde een bromfiets, zonder dat daarvoor de vereiste verzekering is gesloten en in stand is gehouden, daarmee

30 lid 4 WAM

               

A

917

a

– rijden

 

440

440

           

A

917

b

– staan op een weg

 

440

440

           

A

917

c

– buiten een weg deelnemen aan het verkeer op een terrein

 

440

440

           
                         

A

918

 

als degene aan wie het kenteken voor een motorrijtuig, niet zijnde een bromfiets, is opgegeven niet voldoen aan de vordering aan te tonen dat het motorrijtuig is/was verzekerd

34 lid 3 WAM

             

440

Nummers N 010 – P 600: Besluit voertuigen (BV) en Regeling voertuigen (RV)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling A: (Besluit en Regeling voertuigen)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

2 – personenauto’s;

3 – bedrijfsauto’s;

3a – bussen;

4 – motorfietsen;

5 – driewielige motorrijtuigen;

6 – bromfietsen;

7 – motorrijtuigen met beperkte snelheid;

8 – land- of bosbouwtrekkers;

9 – fietsen en gehandicaptenvoertuigen zonder motor (o.g.v. art. 5.1.4 RV m.u.v. afmetingen genoemd in 5.9.6 RV);

10 – gehandicaptenvoertuigen voorzien van een gesloten carrosserie en gehandicaptenvoertuigen die zijn uitgerust met een verbrandingsmotor en niet voorzien van een gesloten carrosserie en t.a.v. de afmetingen genoemd in 5.10.6 RV de gehandicaptenvoertuigen zonder motor;

11 – gehandicaptenvoertuigen, uitgerust met een elektromotor en niet voorzien van een gesloten carrosserie;

12 – aanhangwagens met een toegestane maximum massa van meer dan 750 kg achter personenauto’s, bedrijfsauto’s, bussen en driewielige motorrijtuigen;

13 – aanhangwagens met een toegestane maximum massa van niet meer dan 750 kg achter personenauto’s, bedrijfsauto’s, bussen en driewielige motorrijtuigen;

14 – aanhangwagens en verwisselbare getrokken machines achter landbouw– of bosbouwtrekkers en achter motorrijtuigen met beperkte snelheid;

15 – aanhangwagens achter motorfietsen (15a) of bromfietsen (15b);

16 – aanhangwagens achter fietsen op twee wielen;

17 – wagens.

Noot Regeling Voertuigen (RV):

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

  • De feiten met betrekking tot de Regeling Voertuigen zijn in 17 categorieën onderverdeeld en deze categorieën zijn genummerd van 2 t/m 17. Deze categorie-indeling komt overeen met de indeling van de Regeling Voertuigen.

  • Bij categorie 15 kan het trekkende voertuig verschillend zijn (motor of bromfiets). Voor deze voertuigen gelden verschillende tarieven. Achter de categorie-aanduiding moet daarom voor de motorfiets een A en voor de bromfiets een B worden vermeld.

    categorie: 15A – motorfiets

    categorie: 15B – bromfiets

  • Indien bij ‘artikel’ een ‘*’ staat vermeld, dan dient dit teken te worden vervangen door het nummer van de categorie waarop de feitcode betrekking heeft, om zo het op die categorie betrekking hebbende artikel van de Regeling Voertuigen te verkrijgen.

  • De feiten in deze afdeling die betrekking hebben op de massa of de last onder wiel of as gelden uitsluitend voor particulieren. Indien sprake is van beroepsmatig vervoer is de Wet op de economische delicten van toepassing. Zie hiervoor de feitcodeserie E 850 t/m E 856.

  • Op de kennisgeving/aankondiging moet een nadere toelichting Op het feit worden vermeld omdat de bepalingen van de Regeling Voertuigen in algemene feitomschrijvingen zijn weergegeven.

  • Voor feiten gebaseerd op de Regeling Voertuigen geldt dat deze feiten niet slechts op kenteken kunnen worden geconstateerd. (Dit volgt uit de voor de eerste feitcode geplaatste tekst geldend voor de gehele Regeling voertuigen: 'Als bestuurder rijden terwijl...’.)

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

2

3

3a

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15a/b

16

17

     

Besluit Voertuigen

                                   

N

010

n

als bestuurder van een voertuig rijden terwijl in of aan het motorvoertuig een radarontvangstapparaat aanwezig is, dat geschikt is om de aanwezigheid aan te tonen van een apparaat dat tot doel heeft om een overschrijding van de maximumsnelheid vast te stellen (bij recidive binnen 2 jaar na onherroepelijke afdoening van de eerste, OM– strafbeschikking/-transactie € 420)

3 BV

340 ma

340 ma

340 ma

340 ma

340 ma

                       
                                           
     

Regeling Voertuigen

                                   
                                           
     

Als bestuurder van een voertuig rijden (terwijl):

                                   
                                           
     

2 – Afmetingen en massa’s

                                   
                                           
     

Hoogte

                                   
     

het voertuig hoger is dan 4 m (cat 5 in gebruik voor 01-11-1997) een overschrijding

5.*.6 RV

                                 

N

062

b

– van meer dan 0,10 m t/m 0,20 m

 

500

500

500

 

500

 

500

500

     

500

500

500

   

200

N

062

c

– van meer dan 0,20 m

 

750

750

750

 

750

 

750

750

     

750

750

750

   

300

                                           
     

Massa

                                   
     

de toegestane asdruk, massa of som van de aslasten (cat 5 ingebruikname na 01-02-1999) wordt overschreden met

5.*.7 RV

                                 

N

070

c

– meer dan 50%

 

450

450

450

 

450

   

450

     

450

         

N

070

d

– meer dan 75%

 

650

650

650

 

600

   

650

     

650

         
                                           
     

de toegestane wieldruk, massa of som van de aslasten wordt overschreden met (massa of som van de aslasten betreft uitsluitend cat 7)

5.*.7 RV

                                 

N

070

g

– meer dan 50%

             

450

           

450

   

180

N

070

h

– meer dan 75%

             

650

           

650

   

270

                                           
     

van het rijdende werktuig de toegestane maximum last van enig(e) as of asstel wordt overschreden met

5.3.7 lid 1 RV

                                 

N

072

a

– 10 tot 15%

   

250

                             

N

072

b

– 15 tot 20%

   

370

                             

N

072

c

– 20 tot 25%

   

550

                             

N

072

d

– vanaf 25%

   

*

                             
                                           
     

van het rijdende werktuig de toegestane maximummassa of som van de aslasten wordt overschreden met

5.3.7 lid 2 RV

                                 

N

073

a

– 5 tot 10%

   

250

                             

N

073

b

– 10 tot 15%

   

370

                             

N

073

c

– 15 tot 20%

   

550

                             

N

073

d

– vanaf 20%

   

*

                             
                                           
     

3 – Motor

                                   
     

de bromfiets de op het kentekenbewijs of in het kentekenregister vermelde maximum constructiesnelheid, vermeerderd met 5 km/h overschrijdt

5.6.8 lid 1 RV

                                 

N

083

c

– meer dan 15 en t/m 20 km/h

           

110

                     

N

083

d

– meer dan 20 en t/m 25 km/h

           

160

                     

N

083

e

– meer dan 25 en t/m 30 km/h

           

240

                     

N

083

f

– meer dan 30 km/h

           

320

                     

N

084

 

het voertuig is voorzien van een voorziening, die kennelijk is bedoeld om de controle op de maximumconstructiesnelheid te bemoeilijken of te beïnvloeden

5.6.8 lid 2 RV

         

180 ma

270 ma

270 ma

 

100 ma

100 ma

           
                                           
     

het voertuig de in artikel 1.1. van de Regeling Voertuigen vermelde maximum constructiesnelheid vermeerderd met 5 km/h overschrijdt

5.*.8 lid 1 RV

                                 

N

085

c

– meer dan 15 en t/m 20 km/h

             

150

150

 

60

60

           

N

085

d

– meer dan 20 en t/m 25 km/h

             

230

230

 

90

90

           

N

085

e

– meer dan 25 en t/m 30 km/h

             

350

350

 

140

140

           

N

085

f

– meer dan 30 km/h

             

460

460

 

180

180

           
                                           
     

Meting geluidsniveau

                                   
                                           
     

Noot

                                   
     

Indien geen waarde (op het kentekenbewijs of) het kentekenregister is vermeld dan moeten onderstaande waarden worden gehanteerd:

                                   
                                           
     

Bromfiets

                                   
                                           
     

Constructiesnelheid Maximum toegestane waarde

                                   
     

Max 25 km/h 90 dB(A)

                                   
     

> 25 km/h 97dB(A)

                                   
                                           
     

Motorfiets

                                   
                                           
     

Cylinderinhoud t/m Maximum toegestane waarde

                                   
     

80 cm3 91 dB(A)

                                   
     

1253 92 dB(A)

                                   
     

3503 95 dB(A)

                                   
     

5003 97 dB(A)

                                   
     

7503 100 dB(A)

                                   
     

10003 103 dB(A)

                                   
     

>10003 106 dB(A)

                                   
                                           
     

Personen-/bedrijfsauto/bus/driewielig motorrijtuig

                                   
                                           
     

benzinemotor max 3500 kg bij 3500 toeren max 95 dB(A)

                                   
     

dieselmotor max 3500 kg bij 2000 toeren max 95 dB(A)

                                   
     

> 3500 kg bij 1500 toeren max 95 dB(A)

                                   
                                           
     

het (op het kentekenbewijs of) in het kentekenregister vermelde geluidsniveau, vermeerderd met 2 dB(A), wordt overschreden

5.*.11 RV

                                 

N

110

o

– vanaf 4 dB(A)

 

300 ma

300 ma

300 ma

300 ma

300 ma

210 ma

                     
                                           
     

het toegestane geluidsniveau van het voertuig, waarvoor geen waarde (op het kentekenbewijs of) in het kentekenregister is vermeld, wordt overschreden

5.*.11 RV

                                 

N

110

q

– vanaf 4 dB(A)

 

300 ma

300 ma

300 ma

300 ma

300 ma

210 ma

                     
                                           
     

10 – Verlichting

                                   
     

Noot

                                   
     

1.Bij het ontbreken of niet branden van dim-/kop- of achterlicht moeten de bepalingen uit het RVV 1990 worden toegepast;

2. Bij de feitcodes zijn alle data vermeld van verlichting die na 1 januari 1980 verplicht is geworden;

3. Er is geen sprake van verlichting in de zin van de Regeling Voertuigen als de armatuur niet is aangesloten en niet is voorzien van een lampje.

                                   
                                         
                                         
                                           

N

652

 

het niet bij één van de in de artikelen 29, 1e lid of 30b van het RVV 1990 bedoelde diensten in gebruik zijnde voertuig is voorzien van een lichtarmatuur voor een blauw zwaai-, flits– of knipperlicht

5.*.65 RV

100 ma

100 ma

100 ma

100 ma

100 ma

70 ma

100 ma

100 ma

40 ma

40 ma

40 ma

100 ma

100 ma

100 ma

100 ma/ 70 ma

40 ma

40 ma

                                           
     

12 – Diversen

                                   

N

710

e

het is voorzien van andere geluidssignaalinrichtingen dan is toegestaan

5.*.71 RV

100 ma

100 ma

100 ma

100 ma

100 ma

70 ma

100 ma

100 ma

 

40 ma

40 ma

           
                                           
     

Gebruikseisen voertuigen

                                   
                                           
     

Als bestuurder van een (motor)voertuig of samenstel van (motor)voertuigen rijden (terwijl):

                                   
                                           
     

0 – Algemeen

                                   

P

010

aa

met de bedrijfsauto meer dan één aanhangwagen wordt voortbewogen

5.18.1 lid 1 RV

 

650

                             
     

de lading of delen daarvan niet of zodanig zijn gezekerd dat deze onder normale verkeerssituaties waaronder begrepen volle remmingen, plotselinge uitwijkmanoeuvres en slecht wegdek niet van het voertuig kunnen vallen, te weten

5.18.6 lid 1 RV

                                 

P

060

b

– overige lading

 

*

*

*

*

*

*

*

*

*

*

*

*

*

*

*/*

*

*

                                           
     

1 – Afmetingen en massa’s

                                   
     

Noot afmetingen: Als bij ondeelbare lading meer dan één afmeting wordt overschreden, dan wordt uitsluitend proces-verbaal opgemaakt terzake de afmeting die het meest wordt overschreden.

                                   
     

De overige overschrijdingen worden als bevinding eveneens in het proces-verbaal vermeld.

                                   
                                           
     

Lengte samenstel (onbeladen), c.q. indien geen sprake is van uitstekende lading

                                   
                                           
     

Noot: Lengte trekker met oplegger max. 16,50 m; bedrijfsauto/bus met aanhangwagen max.18,75 m; personenauto/ driewielig motorvoertuig met aanhangwagen max. 18 m; samenstel kermis- /circusvoertuigen max. 24 m; rijdend werktuig met aanhangwagen 20 m; land- bosbouwtrekker/motorrijtuig beperkte snelheid met één of meer aanhangwagens en/of verwisselbare getrokken machines 18 m

                                   
                                           
     

de maximum toegestane lengte van het samenstel van voertuigen wordt overschreden, met een overschrijding

5.18.11 en 5.18.20 RV

                                 

P

111

e

– van meer dan 1,00 m

 

1000

1000

1000

 

1000

 

1000

1000

                 
                                           
     

Lengte deelbaar; uitstekende lading achterzijde

                                   
     

de lading meer dan 1 m achter het voertuig en/of meer dan 5 m achter de achterste as van het voertuig uitsteekt en/of de vereiste stootbalk, voor het na 01-01-1996 in gebruik genomen voertuig, meer dan 0,60 m van de uiterste achterzijde is aangebracht, terwijl de afstand van de lading tot het wegdek meer bedraagt dan 0,55 m (categorie 12 bedrijfsmatig gebruik), een overschrijding

5.18.12 RV

                                 

P

121

e

– van meer dan 1,00 m

   

1000

                 

1000

         
                                           
     

de uitsteek van de afneembare bovenbouw of gestandaardiseerde laadstructuur achter het hart van de achterste as meer dan 0,5 maal de lengte van het voertuig bedraagt en/of meer dan 5 m bedraagt of bij een oplegger de uitsteek van de afneembare bovenbouw of gestandaardiseerde laadstructuur achter het hart van de achterste as meer bedraagt dan 0,5 maal de afstand van hart koppeling tot de achterzijde en/of meer dan 5 m bedraagt

5.18.12a RV

                                 

P

122

c

– van meer dan 0,50 m en t/m 0,75 m

   

450

                 

450

         

P

122

d

– van meer dan 0,75 m en t/m 1,00 m

   

650

                 

650

         

P

122

e

– van meer dan 1,00 m

   

1000

                 

1000

         
     

een beladen samenstel van bedrijfsauto en aanhangwagen, niet zijnde een oplegger, dat is ingericht voor het vervoer van voertuigen, langer is dan 20,75 m, een overschrijding

5.18.13 lid 2 RV

                                 

P

130

m

– van meer dan 1,00 m

   

1000

                 

1000

         
                                           
     

Lengte; ondeelbare lading

                                   
     

de in lengte ondeelbare lading aan de voorzijde van een bedrijfsauto met een toegestane maximum massa van meer dan 3500 kg, niet zijnde een kermis- of circusvoertuig, meer dan 4,30 m voor het hart van de voorste as uitsteekt, een overschrijding

5.18.13 RV

                                 

P

130

r

– van meer dan 1,00 m

   

1000

                             
                                           

P

130

e

het met in lengte ondeelbare lading beladen samenstel van trekker en oplegger langer is dan 22 m

5.18.13 RV

 

300

                             
                                           
     

de uitsteek van de in lengte ondeelbare lading achter het hart van de achterste as meer dan 0,5 maal de lengte van een bedrijfsauto met een toegestane maximummassa van meer dan 3500 kg of een aanhangwagen en/of meer dan van 5 m bedraagt of bij een oplegger de uitsteek van de lading achter het hart van de achterste as meer bedraagt dan 0,5 maal de afstand van hart koppeling tot de achterzijde en/of meer dan 5 m bedraagt (categorie 12 en 13 bedrijfsmatig gebruik), een overschrijding

5.18.13 RV

                                 

P

131

e

– van meer dan 1,00 m

   

1000

                 

1000

1000

       
                                           
     

Breedte; lading

                                   
     

Noot: De feitcodeserie P 141 geldt voor de categorieën 7, 8 en 14 voor alle lading. Bij deze categorieën wordt geen onderscheid gemaakt tussen deelbare en ondeelbare lading. Voor de overige categorieën betreft het uitsluitend deelbare lading.

                                   
                                           
     

het voertuig met inbegrip van de (deelbare) lading (of verwisselbaar uitrustingsstuk) de maximum toegestane breedte overschrijdt, een overschrijding

5.18.14 lid 1 en 5.18.22 RV

                                 

P

141

c

– van meer dan 0,45 m en t/m 0,70 m

 

450

450

450

 

450

 

450

450

     

450

450

450

     

P

141

d

– van meer dan 0,70 m

 

650

650

650

 

650

 

650

650

     

650

650

650

     
                                           
     

Breedte; ondeelbare lading

                                   
     

het voertuig met inbegrip van de ondeelbare lading de maximum toegestane breedte overschrijdt, een overschrijding

5.18.14 lid 2 RV

                                 

P

142

c

– van meer dan 0,50 m

   

750

                 

750

750

       
                                           
     

Hoogte

                                   
     

het voertuig met inbegrip van de lading hoger is dan 4 m, een overschrijding

5.18.15 en 5.18.23 RV

                                 

P

150

b

– van meer dan 0,10 m en t/m 0,20 m

 

500

500

   

500

 

500

500

     

500

500

500

     

P

150

c

– van meer dan 0,20 m

 

750

750

   

750

 

750

750

     

750

750

750

     

Afdeling B. Verkeer te water

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling E (scheepvaartwetgeving)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – gezagvoerder/schipper;

2 – bestuurder;

3 – bemanningslid;

4 – waterskiër;

5 – werkgever;

6 – exploitant;

7 – eigenaar of houder;

8 – een ieder.

NB Categorie bemanningslid of een ieder geldt in voorkomend geval mede voor een bemanningslid of ieder ander persoon die tijdelijk zelfstandig koers en snelheid schip bepaalt (1.03 lid 3 BPR/RPR)

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers W 500 – W 530; W 065 – W 182: Binnenvaartpolitiereglement (BPR), Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer (BABS), Scheepvaartreglement Eemsmonding (SRE), Plaatselijk geldende verordeningen (Pl.V)

                 
                         
     

Snelheidsovertredingen

                 
                         
     

als schipper van een snelle motorboot sneller varen dan 20 km/h, waar dat verboden is, met een overschrijding

8.06 lid 1 BPR

               

W

065

d

– van 25 tot 35 km/h

 

230

             

W

065

e

– van 35 tot 45 km/h

 

350

             

W

065

f

– van 45 km/h of meer

 

500

             
                         
     

als schipper van een klein schip sneller varen dan toegestaan, met een overschrijding

5.01 BPR ivm verkeersteken B6 of bekendmaking 13 BABS

               

W

075

d

– van 25 tot 35 km/h

 

230

             

W

075

e

– van 35 tot 45 km/h

 

350

             

W

075

f

– van 45 km/h of meer

 

500

             
                         
     

Overige

                 

W

171

 

als bestuurder van een motorboot varen met ingeschakelde motor in een gedeelte van een gebied waar dat verboden is

5.01 BPR jo. bekendmaking 13 BABS

 

180

           

W

172

 

varen met een luchtkussenvoertuig (hovercraft), een jetski, een waterscooter of een soortgelijk apparaat

5.01 BPR jo. bekendmaking 13 BABS

270

           

270

W

173

 

een snelheidswedstrijd houden met motorboten

5.01 BPR jo. bekendmaking 13 BABS

180

           

180

W

174

 

onnodig hoge hekgolven veroorzaken

5.01 BPR jo. bekendmaking 13 BABS

180

           

180

W

175

 

als bestuurder van een motorboot, deze boot binnen het gebied gebruiken voor het voorttrekken van één of meer personen, die zich verbonden met de boot, voortbewegen door de lucht aan een parachute, een vlieger of een soortgelijk voorwerp

5.01 BPR jo. bekendmaking 13 BABS

 

180

         

180

                         
     

Nummers W 300 – W 310: Binnenvaartwet (BVW), Rijnvaartpolitiereglement 1995 (RPR), Binnenvaartpolitiereglement (BPR)

                 
                         
     

als schipper van een schip op binnenwateren varen zonder in het bezit te zijn van een geldig

25 lid 4 BVW jo. 17 BVB

               

W

300

a

– vaarbevoegdheidsbewijs; groot vaarbewijs of groot Rijnpatent

 

800

             

Afdeling C. Milieu

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Gezagvoerders/schippers;

8 – Een ieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers H 002 – H 110: Wet Milieubeheer (Wm), Wet Bodembescherming (WBB), Wet verontreiniging oppervlakte wateren (WVO), de Model-Algemene plaatselijke verordening of Modelafvalstoffenverordening (Pl. V)

                 
                         
     

Handelingen verrichten met betrekking tot een voertuig waardoor de bodem kan worden verontreinigd

                 
                         
     

zich door afgifte aan een ander ontdoen van bedrijfsafvalstoffen of van ingezamelde of afgegeven huishoudelijke afvalstoffen

10.37 Wm

               

H

511

a

– 1 m3

               

160

H

511

b

– 2 m3

               

340

H

511

c

– 3 m3

               

500

H

511

d

– 4 m3

               

650

H

511

e

– 5 m3

               

800

H

511

f

– 6 m3

               

1000

H

511

g

– 7 m3

               

1100

                         
     

zich als particulier door afgifte aan een ander ontdoen van gevaarlijke afvalstoffen

10.37 Wm

               

H

512

a

– 1 m3

               

360

H

512

b

– 2 m3

               

650

H

512

c

– 3 m3

               

1000

     

gevaarlijke afvalstoffen buiten een inrichting bewaren, bewerken, verwerken en/of vernietigen;

10.54 Wm

               

H

516

a

– 1 m3

               

360

H

516

b

– 2 m3

               

650

H

516

c

– 3 m3

               

1000

                         
     

niet voldoen aan de lozingsvoorschriften gesteld bij of krachtens

                 

H

528

d

Besluit Glastuinbouw

Bijlage 3, voorschrift 1, 2, 9 en 15

             

1000

                         
     

handelingen verrichten, met betrekking tot een hoeveelheid niet gevaarlijk afval, waardoor de bodem wordt/kan worden verontreinigd of aangetast zonder maatregelen te nemen die verontreiniging of aantasting te voorkomen, te beperken of ongedaan te maken;

13 WBB

               

H

550

a

– 1 m3

               

360

H

550

b

– 2 m3

               

650

H

550

c

– 3 m3

               

1000

                         
     

Nummers H 295 – H 298: Besluit gebruik meststoffen (BGM)

                 
     

dierlijke meststoffen op of in de bodem brengen van

2 lid 1 BGM

               

H

295

a

– natuurterrein

               

1100

H

295

b

– overige grond

               

800

                         
     

dierlijke meststoffen op of in de bodem brengen van bouwland (, braakland, niet beteelde grond) of grasland

                 

H

296

a

– gedurende de periode van 1 september tot en met 31 januari

4 lid 1BGM

             

800

H

296

b

– niet emissie-arm aangewend

5 lid 1 ivm bijlage I BGM

             

800

H

298

 

op of in de bodem van landbouwgrond zuiveringsslib brengen zonder voorafgaande bemonstering en analyse van de bodem waarop het zuiveringsslib wordt gebruikt

1c BGM

             

800

                         
     

Nummers H 454 – H 463: Flora- en faunawet (FFW), Regeling zoeken, rapen en beschermen van kievitseieren Flora- en Faunawet (RZRBKE)

                 
     

beschermde inheemse dieren doden, verwonden, vangen, bemachtigen of met het oog daarop opsporen

9 FFW

               

H

451

a

– 1 dier

               

200

H

451

b

– 2 dieren

               

420

H

451

c

– 3 dieren

               

650

H

451

d

– 4 dieren

               

800

H

451

e

– 5 dieren

               

1000

H

451

f

– 6 dieren

               

1100

H

451

g

– 7 dieren

               

1300

H

451

h

– 8 dieren

               

1600

                         
     

eieren van beschermde inheemse dieren zoeken, rapen, uit het nest nemen, beschadigen of vernielen, te weten

12 FFW jo. 2 en 4 RZRBKE

               

H

454

a

– kievitseieren (geldt niet voor het zoeken en rapen in de periode van 1 maart t/m 8 april voor zover toestemming is verleend door erkend verband van weidevogelbeschermers en betreft max. 15 eieren)

               

120 ma

                         
     

eieren van beschermde inheemse dieren zoeken, rapen, uit het nest nemen, beschadigen of vernielen

12 FFW

               

H

456

a

– niet roofvogeleieren (1 ei)

               

70

H

456

b

– niet roofvogeleieren (2 eieren)

               

140

H

456

c

– niet roofvogeleieren (3 eieren)

               

200

H

456

d

– niet roofvogeleieren (4 eieren)

               

290

H

456

e

– niet roofvogeleieren (5 eieren)

               

340

H

456

f

– niet roofvogeleieren (6 eieren)

               

420

H

456

g

– niet roofvogeleieren (7 eieren)

               

490

H

456

h

– niet roofvogeleieren (8 eieren)

               

550

H

456

i

– niet roofvogeleieren (9 eieren)

               

650

H

456

j

– niet roofvogeleieren (10 eieren)

               

700

H

456

k

– roofvogeleieren (1 ei)

               

140

H

456

l

– roofvogeleieren (2 eieren)

               

290

H

456

m

– roofvogeleieren (3 eieren)

               

420

H

456

n

– roofvogeleieren(4 eieren)

               

550

H

456

o

– roofvogeleieren (5 eieren)

               

650

H

456

p

– roofvogeleieren (6 eieren)

               

800

H

456

q

– roofvogeleieren (7 eieren)

               

950

H

456

r

– roofvogeleieren (8 eieren)

               

1000

H

456

s

– roofvogeleieren (9 eieren)

               

1100

H

456

t

– roofvogeleieren (10 eieren)

               

1300

                         
     

ten verkoop voorhanden of in voorraad hebben, verkopen of ten verkoop aanbieden, vervoeren, ten vervoer aanbieden, afleveren gebruiken voor commercieel gewin, huren of verhuren, ruilen of in ruil aanbieden, uitwisselen of tentoonstellen voor handelsdoeleinden, binnen of buiten het grondgebied van Nederland brengen of onder zich hebben van beschermde in- of uitheemse vogels

13 lid 1a FFW

               

H

455

a

– particulier (1vogel)

               

70

H

455

b

– particulier (2 vogels)

               

140

H

455

c

– particulier (3 vogels)

               

200

H

455

d

– particulier (4 vogels)

               

290

H

455

e

– particulier (5 vogels)

               

340

H

455

f

– particulier (6 vogels)

               

420

H

455

g

– particulier (7 vogels)

               

490

H

455

h

– particulier (8 vogels)

               

550

H

455

i

– particulier (9 vogels)

               

650

H

455

j

– particulier (10 vogels)

               

700

H

455

k

– tentoonstelling (1vogel)

               

100

H

455

l

– tentoonstelling (2 vogels)

               

200

H

455

m

– tentoonstelling (3 vogels)

               

310

H

455

n

– tentoonstelling (4 vogels)

               

420

H

455

o

– tentoonstelling (5 vogels)

               

500

H

455

p

– tentoonstelling (6 vogels)

               

600

H

455

q

– tentoonstelling (7 vogels)

               

700

H

455

r

– tentoonstelling (8 vogels)

               

800

H

455

s

– tentoonstelling (9 vogels)

               

900

H

455

t

– tentoonstelling (10 vogels)

               

1000

                         

H

463

 

niet verhinderen dat een dier dat hem toebehoort of onder zijn toezicht staat in het veld dieren opspoort

16 lid 3 FFW

             

180

                         
     

Vellen of doen vellen houtopstand

                 

H

470

b

vellen of doen vellen van houtopstand, anders dan bij wijze van dunning zonder vergunning van het College

Pl.V

             

*

                         
     

Nummers H 631 – H 670: Visserijwet 1963 (ViW), Besluit verbod gebruik van levende aasvis (BLVA), Reglement voor de Binnenvisserij 1985 (RB) en Reglement minimummaten en gesloten tijden 1985 (RMGT)

                 
                         
     

Noot: De op de visserijwetgeving betrekking hebbende feitcodes zijn uitsluitend van toepassing op door particulieren gepleegde overtredingen. Indien sprake is van beroepsmatig handelen dan moet proces-verbaal worden opgemaakt

                 
                         
     

Kustvisserij

                 
                         
     

Documenten

                 
     

de kustvisserij uitoefenen zonder schriftelijke toestemming van de rechthebbende op het visrecht van dat water, met

7 lid 1 ViW

               

H

631

b

– overige toegestane vistuigen

               

390

                         
     

Binnenvisserij

                 
                         
     

Vistuigen

                 

H

648

 

vissen met een niet toegestaan vistuig

2 RB

             

*

                         
     

vissen met een toegestaan vistuig dat niet aan de vereiste voorwaarden voldoet, bij

4 RB

               

H

650

b

– meer dan 2 toegestane vistuigen

               

*

                         
     

IJsselmeer

                 

H

658

b

op of in de onmiddellijke nabijheid van het IJsselmeer een hoeveelheid van meer dan 30 stuks baars dan wel 5 stuks snoekbaars voorhanden of in voorraad hebben of vervoeren indien niet kan worden aangetoond dat deze op de voorgeschreven wijze is gevangen

8 lid 3 RB

             

*

                         
     

Voorhanden hebben

                 
     

een vistuig voorhanden hebben op of in de nabijheid van enig binnenwater

10 lid 1 RB

               

H

662

e

– te weten een niet toegestaan vistuig

               

*

                         
     

Minimummaten en gesloten tijden (vis)

                 

H

666

 

ondermaatse vis niet onmiddellijk nadat deze is opgehaald weer in hetzelfde water terugzetten (niet beroepsmatige visserij)

1 RMGT

             

100ma

H

668

 

vis niet onmiddellijk nadat deze is opgehaald tijdens de voor die vissoort geldende gesloten tijd, weer in hetzelfde water terugzetten (niet beroepsmatige visserij)

2 RMGT

             

100ma

H

670

 

gerookte aal kleiner dan 25 cm in voorraad hebben, vervoeren, te koop aanbieden, vervreemden, afleveren, bewerken of verwerken (niet beroepsmatige visserij)

4 RMGT

             

200ma

                         
     

Nummers H 161 – H 176: Vuurwerkbesluit (Vb)

                 
                         
     

vuurwerk voorhanden hebben dat niet voldoet aan de gestelde eisen (uitgezonderd handel)

1.2.2 Vb

               

H

161

a

– strijkers 1 t/m 100 stuks

               

130ma

H

161

b

– strijkers 101 t/m 300 stuks

               

210ma

                         

H

171

 

vuurwerk afsteken buiten de toegestane tijden (31-12 10.00 uur tot 01-01 02.00 uur)

2.3.6 Vb

             

90ma

H

176

 

als particulier vuurwerk voorhanden hebben buiten een inrichting als bedoeld in artikel 1.1.4, 2.2.1, 2.2.2 of 3.2.1 van het Vuurwerkbesluit

1.2.4 lid 1 Vb

             

90ma

Afdeling D. Wetboek van strafrecht

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Gezagvoerders/schippers;

8 – Eenieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers D 505 – D 537: Boek 3 Wetboek van Strafrecht (WvSr)

                 
                         

D

505

 

op openbare weg dan wel op voor publiek toegankelijke plaatsen tegen personen of goederen baldadigheid plegen (straatschenderij)

424 WvSr

             

180

D

510

 

in staat van dronkenschap in het openbaar het verkeer belemmeren, de orde verstoren dan wel de veiligheid van een ander bedreigen

426 WvSr

             

180

D

511

 

zich buiten een door de gemeenteraad als geschikt voor ongeklede openbare recreatie aangewezen plaats ongekleed bevinden op of aan een voor het openbaar verkeer bestemde plaats, die voor ongeklede recreatie niet geschikt is

430a WvSr

             

70

D

514

 

zonder daartoe gerechtigd te zijn voeren van de in dit artikelonderdeel bedoelde titels

435 aanhef, sub 3 WvSr

cat 8 strafbeschikking (of dagvaarden eis) € 280

D

517

 

niet voldoen aan de verplichting om een identiteitsbewijs ter inzage aan te bieden, die is opgelegd bij artikel 2 van de Wet op de identificatieplicht

447e WvSr

             

70

D

520

 

als persoon genoemd in dit artikel geen doorlopend register houden, daarin niet onverwijld aantekeningen houden van gekochte of andere in dit artikel genoemde goederen, van de koopprijs of van de namen en woonplaatsen van wie verkregen is dan wel niet op eerste aanvraag dit register tonen

437 WvSr

             

150

D

525

 

beroepshalve nachtverblijf verschaffend geen doorlopend register houden of nalaten in dat register onverwijld bij aankomst van nachtverblijvers de namen en andere in dit artikel genoemde gegevens aan te tekenen of te doen aantekenen, dan wel nalaten register op aanvraag te tonen

438 WvSr

             

100

D

526

 

handelen in strijd met een algemeen voorschrift van politie, krachtens de Gemeentewet in buitengewone omstandigheden uitgevaardigd en afgekondigd door de burgemeester of de commissaris van de Koningin in de provincie

443 WvSr

             

*

D

527

 

als wettelijk opgeroepen getuige wederrechtelijk wegblijven

444 WvSr

             

180

D

528

 

als in dit artikel genoemd persoon voor de rechter geroepen om gehoord te worden, zonder geldige reden niet verschijnen

445 WvSr

             

180

D

529

 

niet op tijd voldoen aan de wettelijke verplichting van geboorteaangifte

448 WvSr

             

70

Afdeling E. Bijzondere wetten

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Gezagvoerders/schippers;

8 – Eenieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers E 100 – E 162: Wet personenvervoer 2000 (Wp 2000), Besluit personenvervoer 2000 (Bp 2000), Spoorwegwet (Spww) en Algemeen Reglement Vervoer (ARV), Reglement Dienst Hoofd en Lokaalspoorwegen (RDHL)

                 
                         
     

De reiziger

                 

E

100

a

zonder geldig vervoersbewijs gebruik maken van het openbaar vervoer

70 Wp 2000 jo. 101 Wp 2000

             

85

E

101

 

als reiziger, die de leeftijd van 14 jaar nog niet heeft bereikt, zonder geldig vervoersbewijs gebruik maken van het openbaar vervoer en niet op eerste vordering een aangewezen identificatiebewijs ter inzage verstrekken (het bij deze feitcode vermelde tarief moet worden gehalveerd)

70 Wp 2000 en 92 Wp 2000 jo. 101 Wp 2000

             

100

                         
     

Een ieder

                 
                         
     

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door

72 Wp 2000 jo. 52,

               

E

129

e

– te bedelen of houden van inzamelingen

lid 1g Bp 2000

             

70

E

144

 

op de spoorweg enig voorwerp, dat het verkeer belemmeren kan, neerleggen

42 jo. 63 Spww

             

*

E

147

 

anders dan als rechtmatige gebruiker in te grijpen in de bediening of de werking van installaties van de hoofdspoorweginfrastructuur

22 lid 1 onderdeel a Spww (nieuw)

             

*

E

148

 

de hoofdspoorweginfrastructuur of delen daarvan beschadigen, vernielen, verwijderen, afbreken, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen

22 lid 1 onderdeel b Spww (nieuw)

             

*

E

150

 

enige handeling op of nabij de hoofdspoorweg verrichten waardoor het beheer van de hoofdspoorweginfrastructuur kan worden gehinderd of belemmerd

22 lid 1 onderdeel d Spww (nieuw)

             

*

E

162

a

op enigerlei wijze ingrijpen in de bediening of werking van spoorweginstallaties

16 lid 1a RDHL

             

*

E

162

b

de spoorweg en de daartoe behorende terreinen, werken en inrichtingen beschadigen of door het storten van vuil of deponeren van afval verontreinigen

16 lid 1b RDHL

             

*

                         
     

Nummers E 801 – E 837: Vreemdelingenwet 2000 (VrW 2000) en Vreemdelingenbesluit 2000 (VB 2000)

                 
     

als gezagvoerder van een schip desgevorderd door een ambtenaar belast met de grensbewaking

4.9 VB 2000

               

E

806

a

– geen vaart verminderen

               

180

E

806

b

– zijn schip niet zodanig op- of bijdraaien dat een dienstvaartuig behoorlijk langszij kan komen

               

180

E

806

c

– ambtenaren belast met de grensbewaking niet toelaten aan boord

               

180

E

806

d

– zijn schip niet tot stilstand brengen

               

180

E

806

e

– zijn schip niet aanleggen

               

180

                         

E

815

 

als vreemdeling die rechtmatig in Nederland verblijft, zoals bedoeld in artikel 8, onder a tot en met h van de Vreemdelingenwet 2000, niet aan zijn verplichting voldoen om in geval van: – verandering van adres binnen de gemeente waar hij woont of verblijft, daarvan binnen vijf dagen kennis te geven aan de korpschef aldaar; – verandering van woon- of verblijfplaats binnen Nederland of bij vertrek naar het buitenland, daarvan, zo mogelijk onder opgave van het nieuwe adres, voor zijn vertrek kennis te geven aan de korpschef van de gemeente waaruit hij vertrekt; – verandering van woon- of verblijfplaats binnen Nederland daarvan, onder opgave van het nieuwe adres, binnen vijf dagen na aankomst in de nieuwe woon- of verblijfplaats in persoon kennis te geven aan de korpschef

4.37 VB 2000 jo. 54 VrW 2000

             

70

E

820

 

als vreemdeling, die geen rechtmatig verblijf heeft als bedoeld in artikel 8 van de Vreemdelingenwet 2000, niet onmiddellijk van zijn aanwezigheid mededeling doen aan de korpschef van de gemeente waar hij verblijft (feitcode wordt alleen gebruikt voor projectmatige aanpak in overleg met lokaal OM)

4.39 VB jo. 108 VrW 2000

             

*

                         
     

als vreemdeling, die geen rechtmatig verblijf heeft als bedoeld in artikel 8 van de Vreemdelingenwet 2000, niet onmiddellijk van zijn aanwezigheid mededeling doen aan de korpschef van de gemeente waar hij verblijft

4.39 VB 2000 jo. 108 VrW 2000

               

E

822

g

– periode van illegaal verblijf onbekend

               

*

                         

E

821

 

als persoon die nachtverblijf verschaft aan een vreemdeling van wie hij/zij weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat diens verblijf in Nederland niet rechtmatig is, niet onverwijld mededeling doen aan de korpschef van de regiopolitie waarin de gemeente is gelegen waar de vreemdeling verblijft

4.40 VB 2000

cat 8 strafbeschikking (of dagvaarden eis) € 210 per persoon

E

834

 

als vreemdeling die naar Nederland is gekomen om als zeeman werk te zoeken aan boord van een zeeschip, zich niet binnen drie dagen na binnenkomst in Nederland in persoon aanmelden bij de korpschef van de gemeente waar hij werk zoekt

4.50 VB 2000

             

70

E

837

 

als vreemdeling, die rechtmatig verblijf geniet op grond van artikel 8, onder f van de Vreemdelingenwet 2000 zich niet, in verband met het onderzoek naar de inwilligbaarheid van de aanvraag om verblijfsvergunning beschikbaar heeft gehouden op een door de Minister van justitie aangewezen plaats, overeenkomstig hem daartoe door de bevoegde autoriteit gegeven aanwijzingen

55 lid 1 VrW 2000

             

70

                         
     

Nummers E 850 – E 856: Wet Wegvervoer Goederen (WWG), Regeling Wegvervoer Goederen (RWG)

                 
     

eigen vervoer of beroepsvervoer (doen) verrichten, terwijl de op het Nederlandse kentekenbewijs of de in het kentekenregister vermelde toegestane maximum last van enige as of asstel wordt overschreden, een overschrijding met

2.6 WWG jo. 18 RWG ivm 5.18.17d en e beide lid 1 RV

               

E

850

ee

– met 10 tot 15%

               

250

E

850

ff

– met 15 tot 20%

               

370

E

850

gg

– met 20 tot 25%

               

550

E

850

hh

– vanaf 25%

               

*

     

eigen vervoer of beroepsvervoer (doen) verrichten, terwijl geen waarde op het kentekenbewijs of in het kentekenregister is vermeld dan wel het voertuig niet in Nederland is geregistreerd en de last van enige as of asstel meer bedraagt dan voor zover van toepassing één van de in de artikelen 5.18.17 d lid 2 en 3 en 5.18.17 e lid 2 RV vermelde waarden, een overschrijding

2.6 WWG jo. 18 RWG ivm 5.18.17 d lid 2 en 3 en e lid 2 RV

               

E

850

i

– met 10 tot 15%

               

250

E

850

j

– met 15 tot 20%

               

370

E

850

k

– met 20 tot 25%

               

550

E

850

l

– vanaf 25%

               

*

     

eigen vervoer of beroepsvervoer (doen) verrichten, terwijl de op het Nederlandse kentekenbewijs of in het kentekenregister vermelde toegestane maximum massa (van het samenstel) wordt overschreden of de som van de aslasten in beladen toestand meer bedraagt dan de vermelde toegestane maximummassa (van het samenstel) een overschrijding

2.6 WWG jo. 18 RWG ivm 5.18.17a en b beide lid 1 RV

               

E

851

e

– met 5 tot 10%

               

250

E

851

f

– met 10 tot 15%

               

370

E

851

g

– met 15 tot 20%

               

550

E

851

h

– vanaf 20%

               

*

     

eigen vervoer of beroepsvervoer (doen) verrichten, terwijl geen toegestane maximummassa op het Nederlandse kentekenbewijs of de in het kentekenregister is vermeld, voertuig niet in Nederland is geregistreerd en de massa of de som van de aslasten meer bedraagt dan:a. 50.000 kg; b. de technisch toegestane maximum massa; c. vijf maal de toegestane maximum last onder de aangedreven as(sen); d. de uitkomst van de som: het vermogen van de motor in kW, gedeeld door 0,00368 kW/kg, een overschrijding

2.6 WWG jo. 18 RWG ivm 5.18.17a en b beide lid 2 en 3 RV

               

E

851

i

– met 5 tot 10%

               

250

E

851

j

– met 10 tot 15%

               

370

E

851

k

– met 15 tot 20%

               

550

E

851

l

– vanaf 20%

               

*

     

eigen vervoer of beroepsvervoer (doen) verrichten, terwijl de op het Nederlandse kentekenbewijs of de in het kentekenregister vermelde toegestane maximum massa dan wel de som van de aslasten van de middenasaanhangwagen of oplegger vermeerderd met de last onder de koppeling van het voertuig in beladen toestand dan wel de som van de aslasten van de aanhangwagen in beladen toestand (uitgezonderd de aslasten van autonome aanhangwagens), meer bedraagt dan de toegestane maximum massa, een overschrijding

2.6 WWG jo. 18 RWG ivm 5.18.17c lid 1 RV

               

E

851

m

– met 5 tot 10%

                 

E

851

n

– met 10 tot 15%

               

370

E

851

o

– met 15 tot 20%

               

550

E

851

p

– vanaf 20%

               

*

     

eigen vervoer of beroepsvervoer (doen) verrichten, terwijl op het Nederlandse kentekenbewijs van de middensasaanhangwagen of in het kentekenregister geen toegestane maximum massa is vermeld dan wel de middenasaanhangwagen niet in Nederland is geregistreerd en de massa of de som van de aslasten vermeerderd met de last onder de koppeling in beladen toestand meer bedraagt dan 20.000 kg of meer bedraagt dan 24.000 kg bij een middenasaanhangwagen die voorzien is van gasvering of als gelijkwaardig aangemerkte vering en is voorzien van drie assen, een overschrijding

2.6 WWG jo. 18 RWG ivm 5.18.17c lid 2 RV

               

E

851

r

– met 5 tot 10%

               

250

E

851

s

– met 10 tot 15%

               

370

E

851

t

– met 15 tot 20%

               

550

E

851

u

– vanaf 20%

               

*

     

eigen vervoer of beroepsvervoer (doen) verrichten, terwijl de op het Nederlandse kentekenbewijs of de in het kentekenregister vermelde toegestane maximum te trekken massa van de aanhangwagen wordt overschreden of de som van de aslasten bedraagt meer dan de vermelde toegestane maximum te trekken massa, een overschrijding

2.6 WWG jo. 18 RWG ivm 5.18.17g lid 1 RV

               

E

855

a

– met 10 tot 15%

               

250

E

855

b

– met 15 tot 20%

               

370

E

855

c

– met 20 tot 25%

               

550

E

855

d

– vanaf 25%

               

*

     

eigen vervoer of beroepsvervoer (doen) verrichten, terwijl geen waarde op het Nederlands kentekenbewijs of in het kentekenregister is vermeld dan wel het voertuig niet in Nederland is geregistreerd en de getrokken massa of de som van de aslasten van de aanhangwagen meer bedraagt dan in één van de in artikel 5.18.17g lid 2 en 3 RV vermelde waarden, een overschrijding

2.6 WWG jo. 18 RWG ivm 5.18.17g lid 2 en 3 RV

               

E

855

e

– met 10 tot 15%

               

250

E

855

f

– met 15 tot 20%

               

370

E

855

g

– met 20 tot 25%

               

550

E

855

h

– vanaf 25%

               

*

     

eigen vervoer of beroepsvervoer (doen) verrichten, terwijl de totale massa of de som van de aslasten van het beladen samenstel van landbouw– of bosbouwtrekker of motorrijtuig met beperkte snelheid en één of meer aanhangwagens meer bedraagt dan 50. 000 kg, een overschrijding

2.6 WWG jo. 18 RWG ivm 5.18.25 lid 1 en 4 RV

               

E

856

e

– met 5 tot 10%

               

250

E

856

f

– met 10 tot 15%

               

370

E

856

g

– met 15 tot 20%

               

550

E

856

h

– vanaf 20%

               

*

     

eigen vervoer of beroepsvervoer (doen) verrichten, terwijl de last onder enige as van het beladen samenstel van de landbouw-/bosbouwtrekker of motorrijtuig met beperkte snelheid en één of meer aanhangwagens bedraagt meer dan 10.000 kg dan wel de aangedreven as van een landbouw-/bosbouwtrekker meer bedraagt dan 11.500 kg, een overschrijding met

                 

E

856

i

– met 10 tot 15%

               

250

E

856

j

– met 15 tot 20%

               

370

E

856

k

– met 20 tot 25%

               

550

E

856

l

– vanaf 25%

               

*

                         
     

Nummer E 868: Wet op de Kansspelen (Wodk)

                 
     

zonder vergunning van de burgemeester één of meer kansspelautomaten aanwezig hebben

                 

E

868

a

– op of aan de openbare weg of een voor het publiek toegankelijke plaats

30b WodK

             

*

E

868

b

– in een niet voor het publiek toegankelijke inrichting, waarvoor een vergunning ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet is vereist of waarvan de ondernemer inschrijfplichtig is bij het Bedrijfschap Horeca

30b WodK

             

*

                         
     

Nummers E 900: Wet wapens en munitie (Wwm)

                 

E

900

 

een voorwerp, zijnde een wapen in de zin van artikel 2, lid 1 categorie IV onder 7 van de Wet wapens en munitie dragen

27 lid 1 Wwm

             

*

Afdeling F. Overige overtredingen

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Gezagvoerders/schippers;

8 – Een ieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers F 050 – F 310: Plaatselijk geldende verordeningen (Pl.V)

                 
                         

F

050

 

zich bevinden of begeven op een weg, een gedeelte van een weg of een terrein die/dat door of vanwege het bevoegde gezag in het belang van de openbare veiligheid of ter voorkoming van wanordelijkheden was afgezet

Pl.V

             

180

F

055

 

op of aan de weg of een voor het publiek toegankelijke plaats deelnemen aan een samenscholing, onnodig opdringen of door uitdagend gedrag aanleiding geven tot wanordelijkheden

Pl.V

             

*

F

060

 

niet voldoen aan de verplichting tot het opvolgen van een bevel van een politieambtenaar gedaan in het kader van samenscholing, volksoploop en/of (dreigende) wanordelijkheden

Pl.V

             

180

F

070

c

zonder vergunning van de burgemeester onverminderd het bepaalde in artikel 30 van de Wet op de Kansspelen een speelgelegenheid, zoals in de algemene plaatselijke verordening is omschreven, te exploiteren of te doen exploiteren (kansspelautomaat)

Pl.V

             

*

F

116

 

op een tijdstip gelegen binnen een door het bevoegde gezag vastgestelde periode, op de weg vervoeren of bij zich hebben van enig gereedschap, voorwerp of middel, dat ertoe kan dienen zich onrechtmatig de toegang tot een gebouw of erf te verschaffen, onrechtmatig sluitingen te openen of te verbreken, diefstal door middel van braak te vergemakkelijken of het maken van sporen te voorkomen

Pl.V

             

70

F

119

 

(binnen een door het College aangewezen gebied) op of aan de weg of in een voor het publiek toegankelijk gebouw bedelen om geld of andere zaken

Pl.V

             

70

F

121

c

op of aan de weg of op het openbaar water, dan wel in een voor het publiek toegankelijk gebouw, alcoholhoudende drank nuttigen terwijl dit gepaard gaat met gedragingen die de openbare orde verstoren, het woon- en leefklimaat aantasten, of anderszins overlast veroorzaken

Pl.V

             

100

F

122

 

in een inrichting / horecabedrijf de orde verstoren

Pl.V

             

180

F

123

 

op door het College aangewezen wegen, met inbegrip van daaraan gelegen voor het publiek toegankelijke gebouwen, messen of andere voorwerpen, die als steekwapen kunnen worden gebruikt, bij zich hebben

Pl.V

             

*

F

124

 

van het openbaar vervoer en de daarbij behorende voorzieningen gebruik maken op zodanige wijze dat redelijkerwijze kan worden aangenomen dat dit geschiedt met het oogmerk wederrechtelijk een aan een ander behorend goed weg te nemen

Pl.V

             

*

F

170

 

onverminderd het bepaalde in de Opiumwet, op of aan de weg, al dan niet met een voertuig, drugs of daarop gelijkende waar, afleveren, aanbieden, vervoeren, verwerven of daarbij bemiddelen of behulpzaam zijn

Pl.V

             

180

F

171

 

op of aan de openbare weg of een voor het publiek toegankelijke plaats of gebouw, harddrugs gebruiken, toedienen of voorbereidingen daartoe verrichten en/of ten behoeve van dat gebruik stoffen en/of voorwerpen voorhanden te hebben

Pl.V

             

180

F

172

 

op of aan de openbare weg dan wel in afvalbakken achterlaten van injectiespuiten of onderdelen daarvan met het kennelijke doel om afstand van het voorwerp te doen

Pl.V

             

180

F

173

 

op of aan wegen, die door het College zijn aangewezen, omdat de openbare orde dat i.v.m. het openlijk gebruik van of handel in middelen als bedoeld in de artikelen 2 en 3 van de Opiumwet dan wel heling naar hun oordeel noodzakelijk maakt deel te nemen aan een verzameling van personen waarvan redelijkerwijze kan worden aangenomen dat de verzameling verband houdt met het gebruik van of de handel in drugs dan wel heling

Pl.V

             

180

F

174

 

op of aan een weg of een gedeelte van een weg anders dan op een straatprostitutielocatie, gedurende de uren daarbij door het College vastgesteld, door houding, woord, gebaar of op andere wijze, handelingen te verrichten waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat deze worden verricht om een ander tot prostitutie aan te lokken of daartoe uit te nodigen

Pl.V

             

180

F

175

 

op of aan de weg, op een andere publiek toegankelijke plaats of op een plaats, zichtbaar vanaf de weg of vanaf een andere voor publiek toegankelijke plaats iemand door woord, houding, gebaar of op enigerlei andere wijze tot prostitutie bewegen, uitnodigen dan wel aanlokken

Pl.V

             

180

F

176

 

als degene aan wie dit door of namens het College in het belang van de openbare orde of zedelijkheid is bekendgemaakt, zich anders dan in een openbaar middel van vervoer, bevinden op of aan de door het College aangewezen wegen en/of plaatsen gedurende de uren daarbij genoemd

Pl.V

             

180

F

177

 

zich bevinden op of in een door het College openbaar bekend gemaakt(e) en aangewezen tijd, weg of gebied, terwijl deze weg of dit gebied op genoemd tijdstip werd gebezigd voor een ander doel dan waarvoor dit gebied bestemd was, dan wel deze weg en/of dit gebied heeft verontreinigd of zich zonder redelijk doel op een voor anderen hinderlijke wijze heeft opgehouden op een door het College aangewezen tijd, weg of gebied

Pl.V

             

100

F

220

 

zonder vergunning een openbare inzameling van geld of goederen houden of daartoe een intekenlijst aanbieden

Pl.V

             

100

F

225

 

zonder vergunning, in de uitoefening van de handel, op of aan de weg of aan een openbaar water, aan een huis dan wel op een andere voor het publiek toegankelijke en in de open lucht gelegen plaats goederen te koop aanbieden, verkopen of afgeven

Pl.V

             

100 ma

F

226

 

op of aan de weg fietsen, bromfietsen en scooters te koop aanbieden, verkopen of kopen, anders dan direct vanuit een aan de weg gevestigd detailhandelsbedrijf voor rijwielen

Pl.V

cat 8 € 100 ma (ingeval van malafide praktijken dagvaarden)

F

230

 

zonder vergunning op of aan de weg of aan een openbaar water dan wel op een andere voor het publiek toegankelijke en in de open lucht gelegen plaats een standplaats innemen of hebben teneinde in de uitoefening van de handel goederen te koop aan te bieden, te verkopen of te verstrekken, dan wel diensten aan te bieden

Pl.V

             

100 ma

F

236

b

het zonder vergunning van het bevoegd gezag varen, doen of laten varen met enig motorvaartuig

Pl.V

           

70

70

F

237

b

het varen, doen of laten varen zonder dat de vergunning in het motorvaartuig aanwezig is of zonder dat de corresponderende sticker op de juiste wijze is bevestigd op dat vaartuig

Pl.V

           

70

70

                         
     

bij Algemene Plaatselijke Verordening aangewezen paddestoelen van hun groeiplaats in aangewezen natuurgebied verwijderen, onder zich hebben, te koop aanbieden

Pl.V

               

F

270

a

– tot 1000 gram

               

*

F

270

b

– van 1000 tot 4000 gram

               

*

F

270

c

– 4000 gram of meer

               

*

F

280

 

één of meer bij Algemene Plaatselijke Verordening aangewezen planten van hun groeiplaats in aangewezen natuurgebied verwijderen, onder zich hebben of te koop aanbieden

Pl.V

             

*

F

290

 

meer dan 1 dm2 van een bij Algemene Plaatselijke Verordening aangewezen mos van de groeiplaats in aangewezen natuurgebied verwijderen, onder zich hebben of te koop aanbieden

Pl.V

             

*

F

300

 

op of aan de weg of op een voor het publiek toegankelijke plaats vechten

Pl.V

             

*

F

301

 

in het openbaar iemand uitjouwen, naschreeuwen of met aanstoot gevende taal lastig vallen of op andere wijze overlast aandoen

Pl.V

             

*

F

305

 

op een begraafplaats nodeloos rumoer maken of zich anderszins onbetamelijk gedragen

Pl.V

             

*

F

310

 

zich op of aan de weg of op een vanaf die weg af waarneembare plaats bevinden in een houding, toestand of kleding, die uit het oogpunt van openbare zedelijkheid kennelijk kwetsend is of redelijker wijze kan worden geacht

Pl.V

             

*

Afdeling G. Misdrijven

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Gezagvoerders/schippers;

8 – Een ieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers G 050 – G 100: Boek 2 Wetboek van Strafrecht (WvSr)

                 
                         

G

050

 

een woning bij een ander in gebruik wederrechtelijk binnendringen of wederrechtelijk aldaar vertoevende zich niet op de vordering van of vanwege de rechthebbende aanstonds verwijderen

138 WvSr

             

*

G

051

 

een besloten lokaal of erf bij een ander in gebruik wederrechtelijk binnendringen of wederrechtelijk aldaar vertoevende zich niet op de vordering van of vanwege de rechthebbende aanstonds verwijderen

138 WvSr

             

*

G

052

 

een voor de openbare dienst bestemd lokaal wederrechtelijk binnendringen of wederrechtelijk aldaar vertoevende zich niet op de vordering van de bevoegde ambtenaar aanstonds verwijderen

139 WvSr

             

*

G

075

 

opzettelijke belediging, die niet het karakter van smaad of smaadschrift draagt, mondeling en/of door feitelijkheden, iemand aangedaan in diens tegenwoordigheid

266 lid 1 WvSr

             

*

G

076

 

opzettelijke belediging, die niet het karakter van smaad of smaadschrift draagt, mondeling en/of door feitelijkheden, iemand aangedaan in diens tegenwoordigheid, in het openbaar

266 lid 1 WvSr

             

*

G

077

 

belediging, schriftelijk in het openbaar

266 lid 1 WvSr

             

*

G

078

 

opzettelijke belediging, die niet het karakter van smaad of smaadschrift draagt, in het openbaar, schriftelijk en/of bij afbeelding

266 lid 1 WvSr

             

*

G

079

 

opzettelijke belediging van een ambtenaar tijdens de rechtmatige uitoefening van diens functie, in het openbaar, mondeling of door feitelijkheden

266 lid 1 jo. 267 lid 2 WvSr

             

*

                         
     

als reiziger opzettelijk a. valse, vervalste of wederrechtelijk vervaardigde merken, b. waren, die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander of van het merk waarop een ander recht heeft, c. waren, die ter aanduiding van herkomst, valselijk van de naam van een bepaalde plaats, met bijvoeging van een verdichte handelsnaam, zijn voorzien, d. waren, waarop of op de verpakking waarvan een handelsnaam van een ander of een merk waarop een ander recht heeft, zij het dan ook met een geringe afwijking, is nagebootst of e. waren of onderdelen daarvan die valselijk hetzelfde uiterlijk vertonen als een tekening of model waarop een ander recht heeft, dan wel daarmede slechts ondergeschikte verschillen vertonen, in-, door- of uitvoeren, te weten

337 lid 1 WvSr

               

G

110

a

– 1 t/m 3 horloges

 

cat. 8: uitsluitend maatregel

G

110

b

– 4 t/m 10 horloges

               

250 ma

G

110

c

– 11 t/m 20 horloges

               

370 ma

G

110

d

– 21 t/m 50 horloges

               

600 ma

G

110

e

– 51 t/m 100 horloges

               

1100ma

G

110

f

– 101 t/m 150 horloges

               

1400ma

G

110

g

– 151 t/m 200 horloges

               

1500ma

G

110

h

– meer dan 200 horloges

 

cat 8: ma + dagvaarden

                         
     

als reiziger opzettelijk a. valse, vervalste of wederrechtelijk vervaardigde merken, b. waren, die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander of van het merk waarop een ander recht heeft, c. waren, die ter aanduiding van herkomst, valselijk van de naam van een bepaalde plaats, met bijvoeging van een verdichte handelsnaam, zijn voorzien, d. waren, waarop of op de verpakking waarvan een handelsnaam van een ander of een merk waarop een ander recht heeft, zij het dan ook met een geringe afwijking, is nagebootst of e. waren of onderdelen daarvan die valselijk hetzelfde uiterlijk vertonen als een tekening of model waarop een ander recht heeft, dan wel daarmede slechts ondergeschikte verschillen vertonen, in-, door- of uitvoeren, te weten

337 lid 1 WvSr

               

G

111

a

– 1 t/m 500 ml parfum

 

cat. 8: uitsluitend maatregel

G

111

b

– 501 t/m 1000 ml parfum

               

250 ma

G

111

c

– 1001 t/m 1500 ml parfum

               

500 ma

G

111

d

– 1501 t/m 5000 ml parfum

               

1000ma

G

111

e

– 5001 t/m 15000 ml parfum

               

1400ma

G

111

f

– meer dan 15000 ml parfum

 

cat 8: ma + dagvaarden

                         
     

als reiziger opzettelijk a. valse, vervalste of wederrechtelijk vervaardigde merken, b. waren, die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander of van het merk waarop een ander recht heeft, c. waren, die ter aanduiding van herkomst, valselijk van de naam van een bepaalde plaats, met bijvoeging van een verdichte handelsnaam, zijn voorzien, d. waren, waarop of op de verpakking waarvan een handelsnaam van een ander of een merk waarop een ander recht heeft, zij het dan ook met een geringe afwijking, is nagebootst of e. waren of onderdelen daarvan die valselijk hetzelfde uiterlijk vertonen als een tekening of model waarop een ander recht heeft, dan wel daarmede slechts ondergeschikte verschillen vertonen, in-, door- of uitvoeren, te weten

337 lid 1 WvSr

               

G

112

a

– 1 t/m 50 stuks

 

cat. 8: uitsluitend maatregel

G

112

b

– 51 t/m 100 stuks

               

450 ma

G

112

c

– 101 t/m 200 stuks

               

800 ma

G

112

d

– 201 t/m 300 stuks

               

1100ma

G

112

e

– 301 t/m 500 stuks

               

1300ma

G

112

f

– 501 t/m 800 stuks

               

2100ma

G

112

g

– 801 t/m 1000 stuks

               

2400ma

G

112

h

– meer dan 1000 stuks

 

cat 8: ma + dagvaarden

                         
     

Nummer G 120: Auteurswet 1912

                 
     

als reiziger opzettelijk een voorwerp waarin met inbreuk op eens anders auteursrecht een werk is vervat in-, door- of uitvoeren, te weten

31a Auteurswet 1912

               

G

120

a

– 1 t/m 25 stuks beeld- of geluidsdragers

 

cat. 8: uitsluitend maatregel

G

120

b

– 26 t/m 40 stuks beeld- of geluidsdragers

               

200 ma

G

120

c

– 41 t/m 50 stuks beeld- of geluidsdragers

               

250 ma

G

120

d

– 51 t/m 100 stuks beeld- of geluidsdragers

               

650 ma

G

120

e

– 101 t/m 200 stuks beeld- of geluidsdragers

               

1100ma

G

120

f

– 201 t/m 300 stuks beeld- of geluidsdragers

               

1400ma

G

120

g

– 301 t/m 500 stuks beeld- of geluidsdragers

               

1500ma

G

120

h

– meer dan 500 stuks beeld- of geluidsdragers

 

cat 8: ma + dagvaarden

                         
     

Nummer G 150: Gezondheids– en welzijnswet voor dieren (GWD)

                 

G

150

 

als houder van een dier dit dier de nodige verzorging onthouden

37 GWD

cat 8: dagvaarden

                         
     

Nummers G 320 – G 335: Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994)

                 
                         
     

als degene die weet of redelijkerwijs moet weten dat hem/haar bij rechterlijke uitspraak de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen is ontzegd, gedurende de tijd dat hem/haar die bevoegdheid is ontzegd, op de weg een motorrijtuig besturen of doen besturen

9 lid 1 WVW 1994

               

G

320

a

– met motorrijtuig waarvoor het bezit van een rijbewijs niet is vereist

 

*

 

*

         

G

320

b

– met een motorrijtuig waarvoor een rijbewijs is vereist

 

*

*

*

         
                         

G

325

 

als degene die weet of redelijkerwijs moet weten dat een op zijn/haar naam gesteld rijbewijs voor één of meer categorieën van motorrijtuigen dan wel voor een gedeelte van de geldigheidsduur ongeldig is verklaard, op de weg een motorrijtuig van de categorie of categorieën dan wel gedurende dat gedeelte van de geldigheidsduur besturen of doen besturen

9 lid 2 WVW 1994

*

*

*

         

G

330

 

als degene van wie de overgifte van een op zijn/haar naam gesteld rijbewijs is gevorderd ingevolge artikel 130 WVW 1994, dan wel wiens rijbewijs is ingevorderd en aan wie dat rijbewijs nog niet is teruggegeven, op de weg, een motorrijtuig van de categorie of categorieën waarvoor dat rijbewijs was afgegeven besturen of doen besturen

9 lid 4 WVW 1994

*

*

*

         

G

331

 

als degene die weet of redelijker wijze moet weten dat de geldigheid van een op zijn naam gesteld rijbewijs ingevolge artikel 131, lid 3, onderdeel a WVW 1994, voor één of meer categorieën van motorrijtuigen is geschorst, op de weg een motorrijtuig van de categorie of categorieën waarop de schorsing betrekking heeft besturen of doen besturen

9 lid 5 WVW 1994

*

*

*

         

G

332

 

als degene aan wie ingevolge artikel 164 van de WVW 1994 de overgifte van een op zijn/haar naam gesteld rijbewijs, een hem/haar door het daartoe bevoegde gezag buiten Nederland afgegeven rijbewijs of een internationaal rijbewijs is gevorderd, dan wel van wie zodanig bewijs is ingevorderd en aan wie dat bewijs niet is teruggegeven, op de weg een motorrijtuig van de categorie of categorieën waarvoor dat bewijs was afgegeven besturen of doen besturen

9 lid 7 WVW 1994

*

*

*

         

G

333

 

een motorrijtuig of aanhangwagen op de weg laten staan of met een motorrijtuig over de weg rijden dan wel met een motorrijtuig een aanhangwagen over de weg voortbewegen, terwijl op dat motorrijtuig of die aanhangwagen een teken is aangebracht dat, niet zijnde een ingevolge artikel 36 WVW 1994 aan de eigenaar of houder voor dat voertuig opgegeven kenteken, door kan gaan voor een zodanig kenteken dan wel voor een volgens de voorschriften opgegeven buitenlands kenteken of een handelaarskenteken

41 lid 1 sub d WVW 1994

*

*

*

       

*

G

335

 

als degene aan wie een rijverbod is opgelegd als bedoeld in artikel 162 lid 1 WVW 1994 een voertuig besturen of doen besturen gedurende de tijd waarvoor dat rijverbod geldt

162 lid 3 WVW 1994

*

*

*

*

       

Afdeling GA. Misdrijven art 8 WVW 1994

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling G: (rijden onder invloed)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – bestuurders van motorrijtuigen (uitgezonderd cat. 2 en 3: bestuurders van vrachtauto’s, autobussen, bromfietsers, brommobielen, snorfietsers en bestuurders van een gehandicaptenvoertuig met motor);

2 – bestuurders van vrachtauto’s en autobussen;

3 – bromfietsers, brommobielen, snorfietsers en bestuurders van een gehandicaptenvoertuig met motor;

4 – fietsers en bestuurders van een gehandicaptenvoertuig zonder motor.

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers GA 300 – GA 318: Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994)

                 
                         
     

als bestuurder van een motorrijtuig rijden, terwijl het alcoholgehalte van de adem, dan wel het bloed te hoog is

                 

GA

300

a

– 235 µg/l t/m 350 µg/l (adem)

8 lid 2 sub a WVW 1994

250

350

           

GA

300

b

– 355 µg/l t/m 435 µg/l (adem)

 

350

450

           

GA

300

c

– 440 µg/l t/m 500 µg/l (adem)

 

450

550

           

GA

300

d

– 505 µg/l t/m 570 µg/l (adem)

 

550

650

           

GA

300

e

– vanaf 575 µg/l (adem)

 

*

*

           

GA

300

f

– vanaf 235 µg/l in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (adem)

 

*

*

           

GA

301

a

– 0,54‰ t/m 0,80‰ (bloed)

8 lid 2 sub b WVW 1994

250

350

           

GA

301

b

– 0,81‰ t/m 1,00‰ (bloed)

 

350

450

           

GA

301

c

– 1,01‰ t/m 1,15‰ (bloed)

 

450

550

           

GA

301

d

– 1,16‰ t/m 1,30‰ (bloed)

 

550

650

           

GA

301

e

– vanaf 1,31‰ (bloed)

 

*

*

           

GA

301

f

– vanaf 0,54‰ in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (bloed)

 

*

*

           
                         
     

als bestuurder van een bromfiets, snorfiets, brommobiel of gehandicaptenvoertuig met motor rijden, terwijl het alcoholgehalte van de adem, dan wel het bloed te hoog is

                 

GA

302

a

– 235 µg/l t/m 435 µg/l (adem)

8 lid 2 sub a WVW 1994

   

120

         

GA

302

b

– 440 µg/l t/m 650 µg/l (adem)

     

220

         

GA

302

c

– vanaf 655 µg/l (adem)

     

*

         

GA

302

d

– vanaf 235 µg/l in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (adem)

     

*

         

GA

303

a

– 0,54‰ t/m 1,00‰ (bloed)

8 lid 2 sub b WVW 1994

   

120

         

GA

303

b

– 1,01‰ t/m 1,50‰ (bloed)

     

220

         

GA

303

c

– vanaf 1,51‰ (bloed)

     

*

         

GA

303

d

– vanaf 0,54‰ in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (bloed)

     

*

         
                         
     

als bestuurder van een fiets of gehandicaptenvoertuig zonder motor rijden, terwijl het alcoholgehalte van de adem, dan wel het bloed te hoog is

                 

GA

304

a

– vanaf 235 µg/l (adem)

8 lid 2 sub a WVW 1994

     

100

       

GA

304

b

– vanaf 235 µg/l in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (adem)

       

*

       

GA

304

c

– vanaf 0,54‰ (bloed)

8 lid 2 sub b WVW 1994

     

100

       

GA

304

d

– vanaf 0,54‰ in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (bloed)

       

*

       
                         
     

Beginnende bestuurders

                 
                         
     

als bestuurder van een motorrijtuig, binnen 5 jaren nadat hem voor de eerste maal een rijbewijs is verstrekt, rijden, terwijl het alcoholgehalte van de adem, dan wel het bloed te hoog is (van toepassing op de bestuurder die 18 jaar of ouder was bij verkrijgen eerste rijbewijs)

                 

GA

305

a

– 95 µg/l t/m 230 µg/l (adem)

8 lid 3 WVW 1994

250

350

           

GA

305

b

– 235 µg/l t/m 350 µg/l (adem)

 

250

350

           

GA

305

c

– 355 µg/l t/m 435 µg/l (adem)

 

*

*

           

GA

305

d

– 440 µg/l t/m 500 µg/l (adem)

 

*

*

           

GA

305

e

– 505 µg/l t/m 570 µg/l (adem)

 

*

*

           

GA

305

f

– vanaf 575 µg/l (adem)

 

*

*

           

GA

305

g

– vanaf 95 µg/l in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (adem)

 

*

*

           

GA

306

a

– 0,22‰ t/m 0,53‰ (bloed)

8 lid 3 WVW 1994

250

350

           

GA

306

b

– 0,54‰ t/m 0,80‰ (bloed)

 

250

350

           

GA

306

c

– 0,81‰ t/m 1,00‰ (bloed)

 

*

*

           

GA

306

d

– 1,01‰ t/m 1,15‰ (bloed)

 

*

*

           

GA

306

e

– 1,16‰ t/m 1,30‰ (bloed)

 

*

*

           

GA

306

f

– vanaf 1,31‰ (bloed)

 

*

*

           

GA

306

g

– vanaf 0,22‰ in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (bloed)

 

*

*

           
                         
     

als bestuurder van een bromfiets, snorfiets of brommobiel, binnen 5 jaren nadat hem voor de eerste maal een rijbewijs is verstrekt, rijden, terwijl het alcoholgehalte van de adem, dan wel het bloed te hoog is (van toepassing op de bestuurder die 18 jaar of ouder was bij verkrijgen eerste rijbewijs)

                 

GA

309

a

– 95 µg/l t/m 230 µg/l (adem)

8 lid 3 WVW 1994

   

120

         

GA

309

b

– 235 µg/l t/m 435 µg/l (adem)

     

120

         

GA

309

c

– 440 µg/l t/ m 650 µg/l (adem)

     

220

         

GA

309

d

– vanaf 655 µg/l (adem)

     

*

         

GA

309

e

– vanaf 95 µg/l in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (adem)

     

*

         

GA

310

a

– 0,22‰ t/m 0,53‰ (bloed)

8 lid 3 WVW 1994

   

120

         

GA

310

b

– 0,54‰ t/m 1,00‰ (bloed)

     

120

         

GA

310

c

– 1,01‰ t/m 1,50‰ (bloed)

     

220

         

GA

310

d

– vanaf 1,51‰ (bloed)

     

*

         

GA

310

e

– vanaf 0,22‰ in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (bloed)

     

*

         
                         
     

als bestuurder van een motorrijtuig, die bij afgifte van het eerste rijbewijs de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, binnen 7 jaar na die afgifte rijden, terwijl het alcoholgehalte van de adem, dan wel het bloed te hoog is (van toepassing op de bestuurder die 16 tot 18 jaar was bij verkrijgen eerste rijbewijs)

                 

GA

311

a

– 95 µg/l t/m 230 µg/l (adem)

8 lid 3 WVW 1994

250

350

           

GA

311

b

– 235 µg/l t/m 350 µg/l (adem)

 

250

350

           

GA

311

c

– 355 µg/l t/m 435 µg/l (adem)

 

*

*

           

GA

311

d

– 440 µg/l t/m 500 µg/l (adem)

 

*

*

           

GA

311

e

– 505 µg/l t/m 570 µg/l (adem)

 

*

*

           

GA

311

f

– vanaf 575 µg/l (adem)

 

*

*

           

GA

311

g

– vanaf 95 µg/l in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (adem)

 

*

*

           

GA

312

a

– 0,22‰ t/m 0,53‰ (bloed)

8 lid 3 WVW 1994

250

350

           

GA

312

b

– 0,54‰ t/m 0,80‰ (bloed)

 

250

350

           

GA

312

c

– 0,81‰ t/m 1,00‰ (bloed)

 

*

*

           

GA

312

d

– 1,01‰ t/m 1,15‰ (bloed)

 

*

*

           

GA

312

e

– 1,16‰ t/m 1,30 ‰ (bloed)

 

*

*

           

GA

312

f

– vanaf 1,31‰ (bloed)

 

*

*

           

GA

312

g

– vanaf 0,22‰ in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (bloed)

 

*

*

           
                         
     

als bestuurder van een bromfiets, snorfiets of brommobiel, die bij afgifte van het eerste rijbewijs de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, binnen 7 jaar na die afgifte rijden, terwijl het alcoholgehalte van de adem, dan wel het bloed te hoog is (van toepassing op de bestuurder die 16 tot 18 jaar was bij verkrijgen eerste rijbewijs)

                 

GA

313

a

– 95 µg/l t/m 230 µg/l (adem)

8 lid 3 WVW 1994

   

120

         

GA

313

b

– 235 µg/l t/m 435 µg/l (adem)

     

120

         

GA

313

c

– 440 µg/l t/m 650 µg/l (adem)

     

220

         

GA

313

d

– vanaf 655 µg/l (adem)

     

*

         

GA

313

e

– vanaf 95 µg/l in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (adem)

     

*

         

GA

314

a

– 0,22‰ t/m 0,53‰ (bloed)

8 lid 3 WVW 1994

   

120

         

GA

314

b

– 0,54‰ t/m 1,00‰ (bloed)

     

120

         

GA

314

c

– 1,01‰ t/m 1,50‰ (bloed)

     

220

         

GA

314

d

– vanaf 1,51‰ (bloed)

     

*

         

GA

314

e

– vanaf 0,22‰ in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (bloed)

     

*

         
                         
     

Bestuurders zonder rijbewijs

                 
                         
     

als bestuurder van een motorrijtuig voor het besturen waarvan een rijbewijs is vereist, zonder rijbewijs rijden, terwijl het alcoholgehalte van de adem, dan wel het bloed te hoog is

                 

GA

315

a

– 95 µg/l t/m 230 µg/l (adem)

8 lid 4 jo. 8 lid 3 WVW 1994

250

350

           

GA

315

b

– 235 µg/l t/m 350 µg/l (adem)

 

250

350

           

GA

315

c

– 355 µg/l t/m 435 µg/l (adem)

 

350

450

           

GA

315

d

– 440 µg/l t/m 500 µg/l (adem)

 

450

550

           

GA

315

e

– 505 µg/l t/m 570 µg/l (adem)

 

550

*

           

GA

315

f

– vanaf 575 µg/l (adem)

 

*

*

           

GA

315

g

– vanaf 95 µg/l in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (adem)

 

*

*

           

GA

316

a

– 0,22‰ t/m 0,53‰ (bloed)

8 lid 4 jo. 8 lid 3 WVW 1994

250

350

           

GA

316

b

– 0,54‰ t/m 0,80‰ (bloed)

 

250

350

           

GA

316

c

– 0,81‰ t/m 1,00‰ (bloed)

 

350

450

           

GA

316

d

– 1,01‰ t/m 1,15‰ (bloed)

 

450

550

           

GA

316

e

– 1,16‰ t/m 1,30 ‰ (bloed)

 

550

*

           

GA

316

f

– vanaf 1,31‰ (bloed)

 

*

*

           

GA

316

g

– vanaf 0,22‰ in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (bloed)

 

*

*

           
                         
     

als bestuurder van een bromfiets, snorfiets of brommobiel, voor het besturen waarvan een rijbewijs is vereist, zonder rijbewijs rijden, terwijl het alcoholgehalte van de adem, dan wel het bloed te hoog is

                 

GA

317

a

– 95 µg/l t/m 230 µg/l (adem)

8 lid 4 jo. 8 lid 3 WVW 1994

   

120

         

GA

317

b

– 235 µg/l t/m 435 µg/l (adem)

     

120

         

GA

317

c

– 440 µg/l t/ m 650 µg/l (adem)

     

220

         

GA

317

d

– vanaf 655 µg/l (adem)

     

*

         

GA

317

e

– vanaf 95 µg/l in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (adem)

     

*

         

GA

318

a

– 0,22‰ t/m 0,53‰ (bloed)

8 lid 4 jo. 8 lid 3 WVW 1994

   

120

         

GA

318

b

– 0,54‰ t/m 1,00‰ (bloed)

     

120

         

GA

318

c

– 1,01‰ t/m 1,50‰ (bloed)

     

220

         

GA

318

d

– vanaf 1,51‰ (bloed)

     

*

         

GA

318

e

– vanaf 0,22‰ in combinatie met gevaarlijk rijgedrag (bloed)

     

*

         
                         

Kmar feiten

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Gezagvoerders/schippers;

8 – Een ieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers KK 006 – KK 175: Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994)

                 
                         

KK

010

 

als weggebruiker geen gevolg geven aan een aanwijzing door een opsporingsambtenaar gegeven

169 WvMSr jo. 12 lid 1 WVW 1994

180

180

120

70

50

70

   
                         
     

het kenteken niet behoorlijk zichtbaar aanwezig hebben op of aan

169 WvMSr jo. 40 lid 1 WVW 1994

               

KK

030

a

– het motorrijtuig

 

100

100

70

       

100

     

voor een kentekenplichtig motorrijtuig van 3500 kg of minder

                 

KK

045

a

– is geen keuringsbewijs afgegeven

169 WvMSr jo. 72 lid 1 WVW 1994

100

           

100

KK

045

b

– heeft het keuringsbewijs zijn geldigheid verloren

169 WvMSr jo. 72 lid 2 sub b WVW 1994

100

           

100

KK

055

 

als bestuurder van een motorrijtuig rijden zonder rijbewijs voor de categorie waartoe dat motorrijtuig behoort

169 WvMSr jo. 107 lid 1 WVW 1994

270

270

180

         
                         
     

als bestuurder van een motorrijtuig rijden terwijl het rijbewijs

                 

KK

060

c

– niet behoorlijk leesbaar is

169 WvMSr jo. 107 lid 2 sub c WVW 1994

70

70

45

         

KK

060

e

– zijn geldigheid heeft verloren door het verstrijken van de geldigheidsduur, waarbij de geldigheidsduur één jaar of minder is verstreken

169 WvMSr jo. 107 lid 2 sub b WVW 1994

70

70

45

         

KK

060

f

– zijn geldigheid heeft verloren door het verstrijken van de geldigheidsduur, waarbij de geldigheidsduur meer dan één jaar is verstreken

169 WvMSr jo. 107 lid 2 sub b WVW 1994

270

270

180

         
                         
     

als bestuurder van een motorrijtuig niet op eerste vordering behoorlijk ter inzage afgeven

169 WvMSr jo. 160 lid 1/2/3 WVW 1994

               

KK

150

a

– het kentekenbewijs

 

35

35

35

         

KK

150

c

– het rijbewijs

 

70

70

45

         
                         

KK

170

 

zich zodanig gedragen dat gevaar op de weg wordt veroorzaakt of kan worden veroorzaakt of dat het verkeer op de weg wordt gehinderd of kan worden gehinderd

5 WVW 1994

*

*

*

*

*

*

 

*

                         
     

zich zodanig gedragen dat gevaar op de weg wordt veroorzaakt of kan worden veroorzaakt of dat het verkeer op de weg wordt gehinderd of kan worden gehinderd door

167 WvMSr jo. 5 WVW 1994

               

KK

175

a

– onvoldoende zicht door de voorruit

 

180

180

120

         

KK

175

d

– onvoldoende zicht door voor-, achter- en zijruiten

 

280

 

190

         

KK

175

f

– onvoldoende zicht door de achterruit en/of zijruiten

 

100

 

70

         
       

Nummers KR 301 – KR 630: KMAR Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling B:

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 – Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 – Bromfietsers en snorfietsers;

4 – Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 – Voetgangers;

6 – Overige weggebruikers;

7 – Gezagvoerders/schippers;

8 – Een ieder.

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

                         
     

I. Plaats op de weg

                 

KR

308

 

als (snor)fietser niet het verplichte fietspad of fiets/bromfietspad gebruiken

169 WvMSr jo. 5 lid 1 RVV 1990

   

70

40

       

KR

310

 

als bromfietser niet het fiets/bromfietspad gebruiken

169 WvMSr jo. 6 lid 1 RVV 1990

   

70

         
     

als bestuurder van een motorvoertuig niet de rijbaan gebruiken

169 WvMSr jo. 10 lid 1 RVV 1990

               

KR

315

a

– rijdend

 

100

100

           

KR

315

b

– stilstaand

 

70

70

           
                         
     

V. Verlenen van voorrang

                 

KR

336

 

als bestuurder op een kruispunt geen voorrang verlenen aan bestuurders van rechts

169 WvMSr jo. 15 lid 1 RVV 1990

180

180

120

70

 

70

   
                         
     

VII. Afslaan

                 

KR

346

 

als bestuurder afslaan zonder een teken met de richtingaanwijzer of met de arm te geven

169 WvMSr jo. 17 lid 2 RVV 1990

70

70

45

25

 

25

   
                         
     

IX. Stilstaan

                 
     

een voertuig op een zodanige wijze laten staan waardoor op de weg

167 WvMSr jo. 5 WVW 1994

               

KR

395

 

een voertuig op een zodanige wijze laten staan waardoor op de weg gevaar wordt/kan worden veroorzaakt, dan wel het verkeer wordt/kan worden gehinderd

5 WVW 1994

100

100

     

40

   
                         
     

als bestuurder een voertuig laten stilstaan

169 WvMSr jo. 23 lid 1

               

KR

396

d

– op een oversteekplaats of binnen een afstand van vijf meter daarvan

sub c RVV 1990

70

70

     

25

   

KR

396

i

– langs een gele doorgetrokken streep

169 WvMSr jo. 62 jo. 23 lid 1 sub g RVV 1990

70

70

     

25

   
                         
     

X. Parkeren

                 
     

als bestuurder een voertuig parkeren

169 WvMSr jo. 24 lid 1

               

KR

397

b

– voor een inrit of uitrit

sub b RVV 1990

70

70

     

25

   

KR

397

d

– op een parkeergelegenheid terwijl blijkens de aanduiding onder het bord, dat voertuig niet behoort tot de aangegeven categorie of groep voertuigen

sub d RVV 1990

70

70

     

25

   

KR

397

e

– op een parkeergelegenheid, terwijl blijkens de aanduiding onder het bord, dat voertuig staat geparkeerd op een andere dan de aangegeven wijze

sub d RVV 1990

70

70

     

25

   

KR

397

g

– langs een gele onderbroken streep

sub e RVV 1990

70

70

     

25

   

KR

397

h

– op een gelegenheid bestemd voor onmiddellijk laden en lossen van goederen

sub f RVV 1990

70

70

     

25

   

KR

397

i

– op een parkeerplaats voor vergunninghouders aangeduid door verkeersbord E9, zonder dat voor dat voertuig een vergunning tot parkeren op die plaats was verleend

sub g RVV 1990

70

70

     

25

   

KR

397

j

– op een parkeergelegenheid (borden E4 tot en met E13 bijlage I), buiten de aangegeven parkeervakken

169 WvMSr jo. 24 lid 4 RVV 1990

70

70

     

25

   

KR

398

 

als bestuurder een voertuig dubbel parkeren

169 WvMSr jo. 24 lid 3 RVV 1990

70

70

     

25

   
     

als bestuurder van een motorvoertuig op meer dan twee wielen parkeren op plaatsen die zijn voorzien van een blauwe streep, terwijl dat motorvoertuig

                 

KR

400

aa

– niet is voorzien van een duidelijk zichtbare achter de voorruit geplaatste parkeerschijf, waarop het tijdstip staat aangegeven waarop met parkeren is begonnen

169 WvMSr jo. 25 lid 2 en 3 RVV 1990

70

             

KR

402

a

als bestuurder op een gehandicaptenparkeerplaats parkeren anders dan met een gehandicaptenvoertuig

169 WvMSr jo. 26 lid 1 RVV 1990

180

180

     

70

   
                         
     

XII. Signalen

                 

KR

419

 

signalen geven in andere gevallen of op andere wijze dan is toegestaan

169 WvMSr jo. 31 RVV 1990

70

70

45

25

 

25

 

70

                         
     

XIII. Gebruik van lichten tijdens het rijden

                 
     

als bestuurder van een motorvoertuig, bromfiets, snorfiets, een gehandicaptenvoertuig dat is uitgerust met een verbrandingsmotor, of een gehandicaptenvoertuig dat is uitgerust met een elektromotor en voorzien van een gesloten carrosserie, geen dim– of grootlicht voeren

169 WvMSr jo. 32 lid 1 RVV 1990

               

KR

421

a

– bij nacht, binnen de bebouwde kom

 

70

70

45

25

       

KR

421

b

– bij nacht, buiten de bebouwde kom

 

100

100

70

40

       

KR

421

c

– bij dag, indien het zicht ernstig wordt belemmerd

 

100

100

70

40

       
                         
     

als bestuurder van een motorvoertuig, bromfietser, snorfietser of als bestuurder van een gehandicaptenvoertuig rijden terwijl niet gelijktijdig met het groot licht, het dimlicht, het stadslicht of het mistlicht, het achterlicht brandt

169 WvMSr jo. 32 lid 3 RVV 1990

               

KR

426

a

– bij nacht, binnen de bebouwde kom

 

70

70

45

25

       

KR

426

c

– bij dag, indien het zicht ernstig wordt belemmerd

 

100

100

70

35

       
                         
     

als bestuurder rijden terwijl niet gelijktijdig met het groot licht, het dimlicht, het stadslicht of het mistlicht, de verlichting van de achterkentekenplaat brandt

                 

KR

428

a

– van een motorvoertuig

169 WvMSr jo. 32 lid 3 RVV 1990

35

35

           
                         

KR

434

 

als bestuurder van een motorvoertuig of een gehandicaptenvoertuig anders dan bij mist, sneeuwval of regen, die het zicht ernstig belemmert mistlicht(en) aan de voorzijde voeren

169 WvMSr jo. 34 lid 1 RVV 1990

70

70

45

25

       
                         
     

XV. Bijzondere lichten

                 
     

als bestuurder van een motorvoertuig aan de voorzijde naast het dimlicht of het mistlicht andere verlichting voeren dan bermlicht, bochtlicht, hoeklicht, richtlicht, markeringslichten of staaklichten

169 WvMSr jo. 41 RVV 1990

               

KR

456

a

– bij nacht

 

100

100

           

KR

456

b

– bij dag, indien het zicht ernstig wordt belemmerd

 

100

100

           
                         
     

XVII. Erven

                 

KR

478

 

als bestuurder een motorvoertuig binnen een erf parkeren anders dan op parkeerplaatsen die als zodanig zijn aangeduid of aangegeven

169 WvMSr jo. 46 RVV 1990

70

70

           
                         
     

XXV. Onnodig geluid

                 

KR

522

 

als bestuurder van een motorvoertuig of als bromfietser c.q. snorfietser onnodig geluid veroorzaken

169 WvMSr jo. 57 RVV 1990

180

180

120

         
                         
     

XXVII. Autogordels en kinderbeveiligingssystemen

                 

KR

533

 

als bestuurder of passagier van een personenauto, bedrijfsauto, een driewielig motorvoertuig met gesloten carrosserie of een brommobiel geen gebruik maken van de voor hen beschikbare autogordel

169 WvMSr jo. 59 lid 1 RVV 1990

100

100

         

100

                         
     

XXVIII. Helmen

                 

KR

536

a

als bestuurder, passagier van een bromfiets of brommobiel zonder gesloten carrosserie geen goedpassende helm dragen, die middels een sluiting op deugdelijke wijze is bevestigd en die is voorzien van een goedkeuringsmerk

169 WvMSr jo. 60 lid 1 RVV 1990

   

70

       

70

KR

536

c

als bestuurder, passagier van een motorfiets dan wel driewielig motorvoertuig geen goedpassende helm dragen, die middels een sluiting op deugdelijke wijze is bevestigd en is voorzien van een goedkeuringsmerk

169 WvMSr jo. 60 lid 1 RVV 1990

100

100

         

100

                         
     

XXX Gebruik van mobiele telecommunicatieapparatuur

                 

KR

545

 

als bestuurder van een motorvoertuig, bromfiets, snorfiets of gehandicaptenvoertuig met motor tijdens het rijden een mobiele telefoon vast houden

169 WvMSr jo. 61a RVV 1990

180

180

120

70

       
                         
     

Hoofdstuk 3. Verkeerstekens

                 
                         
     

II. Verkeersborden KMAR

                 
     

als bestuurder in strijd met bord B7

169 WvMSr jo. 62 RVV 1990 jo. bord B7

               

KR

549

a

– niet stoppen

 

100

100

70

40

 

40

   
     

als bestuurder een weg gebruiken in strijd met bord C1 (gesloten in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij-, trekdieren of vee)

169 WvMSr jo. 62 RVV 1990 jo. bord C1

               

KR

550

a

– een weg gebruiken

 

70

70

45

25

 

25

   

KR

550

b

– een weg(gedeelte) bestemd voor aangewezen categorie(ën) voertuigen gebruiken (doelgroepstroken)

 

100

100

70

40

 

40

   
                         
     

als bestuurder een weg gebruiken in strijd met bord C2 (eenrichtingsweg, in deze richting gesloten voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij-, trekdieren of vee)

169 WvMSr jo. 62 RVV 1990 jo. bord C2

               

KR

551

b

– op andere weg dan autoweg of autosnelweg

 

100

100

70

40

 

40

   
                         
     

als bestuurder een weg gebruiken in strijd met bord

                 

KR

552

a

– C3 (eenrichtingsweg)

169 WvMSr jo. 62 jo. bord C3 RVV 1990

100

100

70

40

 

40

   

KR

552

b

– C4 (eenrichtingsweg)

169 WvMSr jo. 62 jo. bord C4 RVV 1990

100

100

70

40

 

40

   
                         

KR

553

b

als bestuurder van een motorvoertuig op meer dan twee wielen in strijd met bord C6 (geslotenverklaring voor motorvoertuig op meer dan twee wielen) een weg gebruiken

169 WvMSr jo. 62 jo. bord C6 RVV 1990

70

             

KR

559

 

als bestuurder van een motorvoertuig een weg gebruiken in strijd met bord C12 (geslotenverklaring voor alle motorvoertuigen)

169 WvMSr jo. 62 jo. bord C12 RVV 1990

70

70

           

KR

574

 

als bestuurder rijden in strijd met de door bord D1 aangegeven rijrichting (rotonde; verplichte rijrichting)

169 WvMSr jo. 62 jo. bord D1 RVV 1990

70

70

45

25

 

25

   

KR

575

 

als bestuurder rijden in strijd met bord D2 aan de andere zijde dan het bord aangeeft (gebod voor alle bestuurders het bord D2 voorbij te gaan aan de zijde die de pijl aangeeft)

169 WvMSr jo. 62 jo. bord D2 RVV 1990

70

70

45

25

 

25

   

KR

576

 

als bestuurder in strijd met bord D4 een andere rijrichting volgen dan op het bord is aangegeven (gebod tot het volgen van de rijrichting die op het bord D4 is aangegeven)

169 WvMSr jo. 62 jo. bord D4 RVV 1990

70

70

45

25

 

25

   

KR

577

 

als bestuurder in strijd met bord D5 een andere rijrichting volgen dan op het bord is aangegeven (gebod tot het volgen van de rijrichting die op het bord D5 is aangegeven)

169 WvMSr jo. 62 jo. bord D5 RVV 1990

70

70

45

25

 

25

   

KR

578

 

als bestuurder in strijd met bord D6 een andere rijrichting volgen dan op het bord is aangegeven (gebod tot het volgen van één van de rijrichtingen die op het bord D6 zijn aangegeven)

169 WvMSr jo. 62 jo. bord D6 RVV 1990

70

70

45

25

 

25

   

KR

584

 

als bestuurder een voertuig parkeren in strijd met (zone) bord E1 (parkeerverbod(szone))

169 WvMSr jo. 62 jo. bord E1 RVV 1990

70

70

     

25

   

KR

585

 

als bestuurder een voertuig laten stilstaan in strijd met bord E2 (verbod stilstaan)

169 WvMSr jo. 62 jo. bord E2 RVV 1990

70

70

     

25

   

KR

593

 

als bestuurder van een motorvoertuig in strijd met bord F1 een motorvoertuig inhalen (verbod voor motorvoertuigen om elkaar onderling in te halen)

169 WvMSr jo. 62 jo. bord F1 RVV 1990

180

180

           
                         
     

IV. Verkeerstekens op het wegdek

                 

KR

616

a

als bestuurder de zich niet langs de rand van de rijbaanverharding bevindende doorgetrokken streep tussen rijstroken dan wel op paden met verkeer in beide richtingen naar links overschrijden

169 WvMSr jo. 62 jo. 76 lid 1 sub a RVV 1990

180

180

120

70

 

70

   

KR

616

b

als bestuurder zich bevinden links van de zich niet langs de rand van de rijbaanverharding bevindende doorgetrokken streep tussen rijstroken dan wel op paden met verkeer in beide richtingen

169 WvMSr jo. 62 jo. 76 lid 1 sub a RVV 1990

180

180

120

70

 

70

   

KR

617

 

als bestuurder de zich niet langs de rand van de rijbaanverharding bevindende doorgetrokken streep tussen rijstroken dan wel op paden met verkeer in één richting overschrijden

169 WvMSr jo. 62 jo. 76 lid 1 sub b RVV 1990

100

100

70

40

 

40

   

KR

620

 

als bestuurder niet stoppen voor stopstreep daar waar dit op grond van het RVV 1990 verplicht is

169 WvMSr jo. 62 jo. 79 RVV 1990

70

70

45

25

 

25

   

KR

621

 

als bestuurder in strijd met op het wegdek aangebrachte haaietanden geen voorrang verlenen aan bestuurders op de kruisende weg

169 WvMSr jo. 62 jo. 80 RVV 1990

180

180

120

70

 

70

   

Snelheidsoverschrijdingen

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Noot (snelheidsovertredingen algemeen)

Categorie-indeling C: (maximum snelheid)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

1 – motorvoertuigen (uitgezonderd categorie 2: vrachtauto’s, autobussen en motorvoertuigen met aanhangwagen);

2 – vrachtauto’s, autobussen, als bedrijfsauto aangemerkte kampeerauto’s met een toegestane maximum massa van meer dan 3500 kg en motorvoertuigen met aanhangwagen;

3 – bromfietsen, brommobielen, snorfietsen en gehandicaptenvoertuigen met motor;

4 – land- of bosbouwtrekkers en motorvoertuigen met beperkte snelheid.

Indien een feitcode van toepassing is waarbij de snelheidsoverschrijding per kilometer is aangegeven en er wordt een waarde achter de komma gemeten, dan moet deze te allen tijde naar beneden worden afgerond op een hele kilometer.

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

     

overschrijding van de maximumsnelheid op kazerneterrein (bord A1)

169 WvMSr jo. 62 RVV 1990 jo. bord A1; jo 20 sub 5 RVV 1990; jo 21 sub b RVV 1990; jo. 22 sub c RVV 1990; jo. 22 sub d RVV 1990

       

KV

004

 

– met 4 km/h

 

22

36

22

22

KV

005

 

– met 5 km/h

 

28

44

28

28

KV

006

 

– met 6 km/h

 

32

49

32

32

KV

007

 

– met 7 km/h

 

38

58

38

38

KV

008

 

– met 8 km/h

 

42

65

42

42

KV

009

 

– met 9 km/h

 

48

72

48

48

KV

010

 

– met 10 km/h

 

55

81

55

55

KV

011

 

– met 11 km/h

 

61

89

61

61

KV

012

 

– met 12 km/h

 

68

99

68

68

KV

013

 

– met 13 km/h

 

75

108

75

75

KV

014

 

– met 14 km/h

 

82

117

82

82

KV

015

 

– met 15 km/h

 

89

127

89

89

KV

016

 

– met 16 km/h

 

98

137

98

98

KV

017

 

– met 17 km/h

 

100

149

100

100

KV

018

 

– met 18 km/h

 

115

159

115

115

KV

019

 

– met 19 km/h

 

123

170

123

123

KV

020

 

– met 20 km/h

 

132

181

132

132

KV

021

 

– met 21 km/h

 

142

194

142

142

KV

022

 

– met 22 km/h

 

152

207

152

152

KV

023

 

– met 23 km/h

 

162

218

162

162

KV

024

 

– met 24 km/h

 

171

233

171

171

KV

025

 

– met 25 km/h

 

183

245

183

183

KV

026

 

– met 26 km/h

 

194

260

194

194

KV

027

 

– met 27 km/h

 

206

274

206

206

KV

028

 

– met 28 km/h

 

217

288

217

217

KV

029

 

– met 29 km/h

 

228

302

228

228

KV

030

a

– met 30 km/h

     

241 obm

 

KV

030

 

– met 30 km/h

 

241

318

 

241

KV

035

a

– van 31 tot 35 km/h

     

288 obm

 

KV

035

 

– van 31 tot 35 km/h

 

288

360

 

288

KV

040

a

– van 35 tot 40 km/h

     

350 obm

 

KV

040

 

– van 35 tot 40 km/h

 

350

440

 

350

KV

045

a

– van 40 tot 45 km/h

     

420 obm

 

KV

045

 

– van 40 tot 45 km/h

 

420

520

 

420

KV

050

a

– van 45 tot 50 km/h

     

500 obm

 

KV

050

 

– van 45 tot 50 km/h

 

500

630

 

500

KV

055

a

– van 50 tot 55 km/h

     

590 obm

 

KV

055

 

– van 50 tot 55 km/h

 

590

730

 

590

KV

060

a

– van 55 tot 60 km/h

     

700 obm

 

KV

060

 

– van 55 tot 60 km/h

 

700

870

 

700

KV

065

a

– van 60 tot 65 km/h

     

810 obm

 

KV

065

 

– van 60 tot 65 km/h

 

810

1000

 

810

KV

070

a

– van 65 tot 70 km/h

     

930 obm

 

KV

070

 

– van 65 tot 70 km/h

 

930

1100

 

930

KV

075

 

– van 70 tot 75 km/h

 

1000 obm

1250 obm

1000 obm

1000 obm

KV

080

 

– van 75 tot 80 km/h

 

1200 obm

1400 obm

1200 obm

1200 obm

KV

085

 

– van 80 tot 85 km/h

 

1300 obm

1550 obm

1300 obm

1300 obm

KV

090

 

– van 85 tot 90 km/h

 

1450 obm

1650 obm

1450 obm

1450 obm

KV

095

 

– van 90 tot 95 km/h

 

1600 obm

1850 obm

1600 obm

1600 obm

KV

100

 

– van 95 tot 100 km/h

 

1800 obm

2100 obm

1800 obm

1800 obm

KV

101

 

– van 100 km/h of meer

 

*

*

*

*

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

1

2

3

4

5

6

7

8

         

1

2

3

4

5

6

7

8

     

Nummers KK 405 – KK 550: KMAR Kentekenreglement (KR)

                 
                         
     

Wijziging van de tenaamstelling: overdracht tussen particulieren

                 

KK

432

 

deel I afgeven terwijl het vrijwaringsbewijs en het oude deel II of I B nog niet is ontvangen

169 WvMSr jo. 58b lid 1 sub b Kr

             

100

KK

405

 

de kentekenplaat voldoet niet aan de gestelde eisen

169 WvMSr jo. 5 lid 1 en 3 Kr

             

70

                         

Nummers KN 004 – KP 600: KMAR Regeling voertuigen (RV)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

Categorie-indeling A: (Besluit en Regeling voertuigen)

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

2 – personenauto’s;

3 – bedrijfsauto’s;

3a – bussen;

4 – motorfietsen;

5 – driewielige motorrijtuigen;

6 – bromfietsen;

7 – motorrijtuigen met beperkte snelheid;

8 – land- of bosbouwtrekkers;

9 – fietsen en gehandicaptenvoertuigen zonder motor (o.g.v. art. 5.1.4 RV m.u.v. afmetingen genoemd in 5.9.6 RV);

10 – gehandicaptenvoertuigen voorzien van een gesloten carrosserie en gehandicaptenvoertuigen die zijn uitgerust met een verbrandingsmotor en niet voorzien van een gesloten carrosserie en t.a.v. de afmetingen genoemd in 5.10.6 RV de gehandicaptenvoertuigen zonder motor;

11 – gehandicaptenvoertuigen, uitgerust met een elektromotor en niet voorzien van een gesloten carrosserie;

12 – aanhangwagens met een toegestane maximum massa van meer dan 750 kg achter personenauto’s, bedrijfsauto’s, bussen en driewielige motorrijtuigen;

13 – aanhangwagens met een toegestane maximum massa van niet meer dan 750 kg achter personenauto’s, bedrijfsauto’s, bussen en driewielige motorrijtuigen;

14 – aanhangwagens achter landbouw- of bosbouwtrekkers en achter motorrijtuigen met beperkte snelheid;

15 – aanhangwagens achter motorfietsen (15a) of bromfietsen (15b);

16 – aanhangwagens achter fietsen op twee wielen;

17 – wagens.

Noot Regeling Voertuigen (RV):

[Regeling vervallen per 01-03-2011]

  • De feiten met betrekking tot de Regeling Voertuigen zijn in 17 categorieën onderverdeeld en deze categorieën zijn genummerd van 2 t/m 17. Deze categorie-indeling komt overeen met de indeling van de Regeling Voertuigen.

  • Bij categorie 15 kan het trekkende voertuig verschillend zijn (motor of bromfiets). Voor deze voertuigen gelden verschillende tarieven. Achter de categorieaanduiding moet daarom voor de motorfiets een A en voor de bromfiets een B worden vermeld.

    Categorie: 15A – motorfiets

    categorie: 15B – bromfiets

  • Indien bij ‘artikel’ een ‘*’ staat vermeld, dan dient dit teken te worden vervangen door het nummer van de categorie waarop de feitcode betrekking heeft, om zo het op die categorie betrekking hebbende artikel van de Regeling Voertuigen te verkrijgen.

  • Op de kennisgeving/aankondiging moet een nadere toelichting op het feit worden vermeld, omdat de bepalingen van de Regeling Voertuigen in algemene feitomschrijvingen zijn weergegeven.

  • Voor feiten gebaseerd op de Regeling Voertuigen geldt dat deze feiten niet slechts op kenteken kunnen worden geconstateerd. (Dit volgt uit de voor de eerste feitcode geplaatste koptekst, geldend voor de gehele Regeling voertuigen: ‘Als bestuurder rijden terwijl...’.)

     

feit

artikel

tarief in Euro per feit en per categorie

         

2

3

3a

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15a/b

16

17

     

Als bestuurder van een voertuig rijden (terwijl):

                                   
                                           
     

0 – Algemeen

                                   

KN

010

a

het niet in overeenstemming is met de gegevens op het kentekenbewijs of met de in het kentekenregister vermelde gegevens

169 WvMSr jo. 5.*.1 RV

180

180

180

180

180

120

         

180

         

KN

010

d

het kenteken niet goed leesbaar is of de kentekenpla(a)t(en) is/zijn afgeschermd

169 WvMSr jo. 5.*.1 RV

100

100

100

100

100

70

         

100

         

KN

010

n

als bestuurder van een voertuig rijden terwijl in of aan het motorvoertuig een radarontvangstapparaat aanwezig is, dat geschikt is om de aanwezigheid aan te tonen van een apparaat dat tot doel heeft om een overschrijding van de maximumsnelheid vast te stellen (bij recidive binnen 2 jaar na afdoening van de eerste, OM strafbeschikking/ transactie € 420)

169 WvMSr jo. 3 BV

340 ma

340 ma

340 ma

340 ma

340 ma

                       
                                           
     

3 – Motor

                                   

KN

110

a

deze niet is voorzien van een over de gehele lengte gasdichte uitlaat

169 WvMSr jo. 5.*.11 lid 1 RV

200

200

200

200

200

140

200

200

 

80

             

KN

110

c

het niet voldoet aan de eisen gesteld ten aanzien van luchtverontreiniging, geluidsproductie, geluidsniveau, uitlaatgassen of het stationaire mengsel (geluidsniveau cat. 2 en 4 zie N 110 n t/m q)

169 WvMSr jo. 5.*.11 RV

200

200

200

200

                         
                                           
     

6 – Ophanging

                                   
     

een band/de banden beschadigd is/zijn, waarbij het karkas zichtbaar is of de band/banden uitstulpingen vertoont/vertonen

169 WvMSr jo. 5.*.27 RV

                                 

KN

270

e

– 1 band

 

100

   

100

100

70

100

100

 

40

40

 

100

100

100/70

   

KN

270

f

– 2 banden

 

150

   

150

150

100

150

150

 

60

60

 

150

150

150/100

   

KN

270

g

– 3 banden

 

220

   

220

220

150

220

220

 

90

90

 

220

220

     

KN

270

h

– 4 banden

 

330

       

230

330

330

 

130

130

 

330

330

     
                                           
     

de profilering van een band/de banden niet voldoet aan de gestelde eisen of is/zijn nageprofileerd (naprofilering geldt niet voor cat 3, 3a en 12 i.g.v. opschrift regroovable; cat 2, 5, 13, 3a T 100-bus, cat 3(a) en 12 kleiner of gelijk aan 3500 kg min. 1,6 mm; cat 4 min 1,0 mm; cat 6, 10 en 11 profilering moet aanwezig zijn over de gehele omtrek en breedte) (NB cat 3, 3a en 12 > 3500 kg m.u.v. T 100-bus geen profileringseisen)

169 WvMSr jo. 5.*.27 RV

                                 

KN

270

r

– 1 band

 

100

100

100

100

100

70

     

40

40

100

100

       

KN

270

s

– 2 banden

 

150

150

150

150

150

100

     

60

60

150

150

       

KN

270

t

– 3 banden

 

220

220

220

220

220

150

     

90

90

220

220

       

KN

270

u

– 4 banden

 

330

330

330

   

230

     

130

130

330

330

       
                                           
     

8 – Reminrichting

                                   

KN

310

a

(de onderdelen van) de reminrichting niet deugdelijk zijn (bevestigd)

169 WvMSr jo. 5.*.31 RV

180

180

180

180

180

120

180

180

 

70

70

180

 

180

     
                                           
     

9 – Carrosserie

                                   

KN

410

a

de deuren en de laadbakkleppen (cat.3(a)) niet goed sluiten of de deuren die direct toegang geven tot de personenruimte niet op normale wijze vanaf de binnenzijde of vanaf de buitenzijde kunnen worden geopend

169 WvMSr jo. 5.*.41 RV

100

100

100

 

100

70

100

100

 

40

             
     

de voorruit, de zijruiten dan wel het windscherm (indien vereist) en bij afwezigheid van een rechterbuitenspiegel de achterruit

                                   

KN

420

b

– is voorzien van onnodige voorwerpen die het uitzicht van de bestuurder belemmeren

169 WvMSr jo. 5.*.42 RV

100

100

100

 

100

 

100

100

 

40

             

KN

450

b

het na 26-11-1975 doch voor 17-06-2003 in gebruik genomen voertuig niet is voorzien van een linkerbuitenspiegel die aan de eisen voldoet

169 WvMSr jo. 5.4.45 RV

     

100

                         

KN

480

e

gevaar bestaat voor het losraken van enig deel van de buitenzijde

169 WvMSr jo. 5.*.48 RV

100

100

100

100

100

70

100

100

 

40

 

100

100

100

100/70

   
                                           
     

10 – Verlichting

                                   
     

Noot

                                   
     

1. Bij het ontbreken of niet branden van dim-/kop- of achterlicht moeten de bepalingen uit het RVV 1990 worden toegepast

                                   
     

2. Bij de feitcodes zijn alle data vermeld van verlichting die na 1 januari 1980 verplicht is geworden

                                   
     

3.Indien verlichting verplicht is na een bepaalde datum bij voertuigen behorende tot de categorie 2,3,4,5 of 12 en deze is aangebracht op voertuigen, die voor die datum in gebruik zijn genomen, dan moet deze goed werken

                                   
                                           
     

het niet is voorzien van goed werkende

                                   

KN

514

a

– richtingaanwijzers (cat 4 na 31-12-96 met zijspan na 31-10-97; cat 6 = 3 of 4 wielig en gesloten carrosserie)

169 WvMSr jo. 5.*.51-63 RV

70

70

70

70

70

45

70

70

 

25

 

70

70

70

70/-

   

KN

514

b

– waarschuwingsknipperlichten (cat 2, 3(a) na 31-12-97; cat 5 na 31-12-96; cat 10 na 01-01-2005)

169 WvMSr jo. 5.*.51-63 RV

70

70

70

 

70

 

70

70

 

25

             

KN

514

d

– remlichten (cat. 6: 3 of 4 wielig en 2 wielig voertuig in gebruik na 31-12-2006 en vermogen meer dan 0,5 kW en max. snelheid meer dan 25 km/h)

169 WvMSr jo. 5.*.51-63 RV

100

100

100

100

100

70

100

100

   

40

100

100

100

100/-

   

KN

515

 

de verlichting/ retroreflecterende voorzieningen niet de vereiste kleur hebben (cat 9 alleen retroreflectie)

169 WvMSr jo. 5.*.51-59 RV

100

100

100

100

100

70

100

100

40

40

40

100

100

100

100/70

40

40

KN

550

 

de glazen van de verlichtingsarmaturen of de retroreflectoren niet aan de gestelde eisen voldoen (cat 9, 11, 16 en 17 alleen eisen rode retroreflectie)

169 WvMSr jo. 5.*.55 RV

70

70

70

70

70

45

70

70

25

25

25

70

70

70

70/45

25

25

KN

560

 

de dimlichten niet aan de eisen voldoen

169 WvMSr jo. 5.*.51 RV jo. 5.*.56 RV

70

70

70

70

70

45

70

70

 

25

             

KN

650

 

het is voorzien van meer lichten of retroreflecterende voorzieningen dan is toegestaan (cat 9 uitsluitend retroreflectie)

169 WvMSr jo. 5.*.65 RV

100 ma

100 ma

100 ma

100 ma

100 ma

70 ma

100 ma

100 ma

40 ma

40 ma

40 ma

100 ma

100 ma

100 ma

100 ma/ 70ma

40 ma

40 ma

                                           
     

12 – Diversen

                                   

KN

710

a

het niet is voorzien van een goed werkende geluidssignaalinrichting

169 WvMSr jo. 5.*.71 RV

70

70

70

70

70

 

70

70

                 
                                           
     

0 – Algemeen

                                   

KP

030

 

hij wordt gehinderd door passagiers, lading of op andere wijze

169 WvMSr jo. 5.18.3 RV

180

180

180

180

180

120

180

180

70

70

70

180

180

180

180/ 120

70

70

  1. De politietransactie wordt alleen in uitzonderingsgevallen aangeboden. De politiestrafbeschikking is het uitgangspunt. ^ [1]
  2. Er is in deze gevallen geen sprake van een WAHV-beschikking (ad 1), een politiestrafbeschikking (ad 2 onder a), een politietransactie (ad 2 onder b), noch een OM-transactie (ad 2 onder c). ^ [2]
  3. Ook in geval een strafbeschikking is uitgevaardigd. ^ [3]
  4. Bijvoorbeeld een strafbeschikking of een transactie. ^ [4]
  5. Dit geldt uiteraard ook voor een strafbeschikking die is betaald. ^ [5]
  6. Op grond van artikel 2, eerste lid WAHV kunnen ter zake van de in de bijlage van die wet omschreven gedragingen, administratieve sancties worden opgelegd. In tegenstelling tot de vorige redactie van dit artikel, wordt door de wetgever nu de mogelijkheid geopend de in de bijlage vermelde feiten in plaats van administratief, strafrechtelijk af te doen (zie Stb. 2006, 330). Door deze wijziging kunnen bijvoorbeeld recidivisten strafrechtelijk worden aangepakt. Uitgangspunt blijft echter vooralsnog, dat de feiten die in de bijlage bij de WAHV zijn opgenomen, ook volgens de WAHV worden afgedaan. In nadere beleidsregels zal op een later tijdstip worden uiteengezet voor welke feiten in welke gevallen voor de strafrechtelijke weg moet worden gekozen. ^ [6]
  7. De strafmaatrichtlijn is opgenomen in BOS-polaris. ^ [7]
  8. Andere straffen en/of maatregelen in combinatie met de OM-strafbeschikking zijn vooralsnog niet mogelijk. Zie verder de Aanwijzing OM-afdoening. ^ [8]
  9. In zaken waarin een strafbeschikking is uitgevaardigd, doch waarvan verdachte in verzet is gekomen, eist de officier van justitie dezelfde geldboete als initieel opgelegd. Zie tevens Aanwijzing OM-afdoening. ^ [9]
  10. Stb. 2008, nr. 160 artikel VIII (Wet OM-afdoening). Vooralsnog worden echter nog geen strafbeschikkingen aan minderjarigen uitgevaardigd. ^ [10]
  11. De enige uitzondering hierop betreft het aanbieden van een politietransactie bij winkeldiefstal c.q. – verduistering. Voor een dergelijke transactie mag worden aangeboden dient het goed te zijn teruggegeven dan wel de schade te zijn vergoed (zie aanwijzing politietransactie inzake eenvoudige winkeldiefstal en – verduistering). ^ [11]
  12. Onverzekerd rijden: zie in de bijlage de feitnummers A 914a t/m d, A 915, A 917a t/m c en A 918. ^ [12]
  13. Hechtenis kan in geval van een overtreding door een minderjarig niet worden geëist. ^ [13]
  14. Aangezien het hier bepalingen uit de WVW 1994 betreft, wordt de bestuurder van de brommobiel hiervan uitgezonderd. Deze valt onder categorie 3. ^ [14]
  15. Aangezien het hier bepalingen uit de WVW 1994 betreft, valt ook de bestuurder van de brommobiel hieronder. ^ [15]
  16. Hechtenis kan in geval van een overtreding door een minderjarig niet worden geëist. ^ [16]
  17. Zie noot 20. ^ [17]
  18. De tarieven in deze tabel staan vermeld bij de van toepassing zijnde feitcodes en de tarieventabel zoals opgenomen in de Tekstenbundel voor misdrijven, overtredingen en Muldergedragingen. ^ [18]
  19. De tarieven in deze tabel staan vermeld bij de van toepassing zijnde feitcodes en de tarieventabel zoals opgenomen in de Tekstenbundel voor misdrijven, overtredingen en Muldergedragingen. ^ [19]
  20. De tarieven in deze tabel staan vermeld bij de van toepassing zijnde feitcodes en de tarieventabel zoals opgenomen in de Tekstenbundel voor misdrijven, overtredingen en Muldergedragingen. ^ [20]
  21. Afdoening houdt in: een onherroepelijke strafbeschikking, een onherroepelijk vonnis óf een betaalde transactie. ^ [21]
  22. Voor zover het Mulderfeiten betreft is de toevoeging van een raadsman overbodig. ^ [22]
  23. De tarieven in deze tabel staan vermeld bij de van toepassing zijnde feitcodes en de tarieventabel zoals opgenomen in de Tekstenbundel voor misdrijven, overtredingen en Muldergedragingen. ^ [23]
  24. Zie tevens ad. 2 in de paragraaf ‘SAMENVATTING’. ^ [24]
Naar boven