Besluit van 23 augustus 2010 betreffende nieuwe regels inzake de financiering van
het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire,
Sint Eustatius en Saba (Rijksbesluit financiering Gemeenschappelijk Hof van Justitie)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 2 december 2009, nr. 5630762/09/6,
gedaan mede namens de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;
Gelet op artikel 55, eerste en tweede lid, van de Rijkswet Gemeenschappelijk Hof van Justitie;
De Raad van State van het Koninkrijk gehoord (advies van 23 december 2009, nr. W03.09.0518/II/K);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie van 17 augustus 2010, nr.
5636986/10, uitgebracht mede namens de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties;
De bepalingen van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde;
Hebben goedgevonden en verstaan: