Stcrt. 2023, 26411, datum inwerkingtreding 29-09-2023, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-07-2023.
2 De hoogte van het bedrag ten behoeve van voedsel, bedoeld in het eerste lid, in de
opvangvoorziening waarin de bewoners volledig zelf het eigen eten verzorgen, wordt
berekend aan de hand van de volgende bedragen per persoon, per week:
-
a. bij een één- of tweepersoonshuishouden: volwassene en alleenstaande minderjarige vreemdeling:
€ 56,00, kind tot 18 jaar: € 46,34;
-
b. bij een driepersoonshuishouden: volwassene: € 44,80, kind tot 18 jaar: € 37,10;
-
c. bij een huishouden van vier of meer personen: volwassene: € 39,20, kind tot 18 jaar:
€ 32,41.
3 De hoogte van het bedrag ten behoeve van voedsel, bedoeld in het eerste lid, in de
opvangvoorziening waarin de bewoners het ontbijt en een tweede maaltijd zelf verzorgen
en niet de hoofdmaaltijd, wordt berekend aan de hand van het volgende bedrag per persoon,
per week:
-
a. bij een één- of tweepersoonshuishouden: volwassene en alleenstaande minderjarige vreemdeling:
€ 37,80, kind tot 18 jaar: € 32,06;
-
b. bij een driepersoonshuishouden: volwassene: € 30,24, kind tot 18 jaar: € 25,62;
-
c. bij een huishouden van vier of meer personen: volwassene: € 26,46, kind tot 18 jaar:
€ 22,47.
4 De hoogte van het bedrag voor kleding en andere persoonlijke uitgaven, bedoeld in
het eerste lid, is: € 14,02 per persoon, per week.
Stcrt. 2024, 10912, datum inwerkingtreding 05-04-2024, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-08-2022.
Het tiende lid, komt te luiden:
10 In afwijking van het negende lid wordt aan de asielzoeker wiens aanvraag in het Aanmeldcentrum
wordt behandeld dan wel de vreemdeling die in zijn rust- en voorbereidingstermijn
voor strekkingen in aanmerking komt verstrekt:
-
a. de wekelijkse financiële toelage ten behoeve van voedsel, indien hij in een opvangvoorziening
verblijft waar voorzieningen aanwezig om zelf het eigen eten te verzorgen als bedoeld
in artikel 14, tweede en derde lid;
-
b. de wekelijkse financiële toelage ten behoeve van kleding en andere persoonlijke uitgaven
als bedoeld in artikel 14, vierde lid, indien de genoemde vreemdeling in de procesopvanglocatie
verblijft en de beoogde verblijfsduur in die opvangvoorziening substantieel wordt
overschreden.