Wijzigingswet Wetboek van Strafvordering (wijzigingen in de regeling van de voorlopige hechtenis)

Geraadpleegd op 05-05-2024.
Geldend van 01-01-2005 t/m heden

Wet van 10 november 2004 tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering houdende enkele wijzigingen in de regeling van de voorlopige hechtenis

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is dat bevelen tot voorlopige hechtenis voor een langere periode vrijheidsbeneming mogelijk maken en verlenging in minder gevallen bevolen behoeft te worden, en ook overigens enige wijzigingen worden aangebracht die samenhangen met de regeling van de voorlopige hechtenis;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel IB

[Red: Wijzigt de wet tot wijziging van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen, de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden, de Penitentiaire beginselenwet en enige andere wetten onder meer naar aanleiding van evaluatieonderzoeken (kamerstuk 29 413).]

Artikel II

  • 1 Op bevelen tot gevangenneming of gevangenhouding die gegeven zijn voor de dag waarop deze wet in werking treedt, blijven de artikelen 66 en 80 van het Wetboek van Strafvordering, zoals zij luidden voor het in werking treden van deze wet, van toepassing.

  • 2 In zaken waarin hoger beroep is ingesteld voor de dag waarop deze wet in werking treedt, blijft artikel 75 van het Wetboek van Strafvordering, zoals het luidde voor het in werking treden van deze wet, van toepassing.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage, 10 november 2004

Beatrix

De Minister van Justitie ,

J. P. H. Donner

Uitgegeven de zestiende november 2004

De Minister van Justitie ,

J. P. H. Donner

Naar boven