Regeling vrijlating vergoedingen scholing Werkloosheidswet

Geraadpleegd op 12-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2020 en zichtdatum 19-01-2020.
Geldend van 01-07-2015 t/m 31-12-2021

Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 11 december 2003, Directie Sociale Verzekeringen, nr. SV/R&S/2003/89321, houdende regels met betrekking tot vrijlating vergoedingen uit of in verband met opleiding of scholing van werkloze werknemers (Regeling vrijlating vergoedingen scholing Werkloosheidswet)

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 35a van de Werkloosheidswet;

Besluit:

Artikel 1. Reiskostenvergoeding

  • 1 De vergoedingen voor reiskosten in verband met opleiding of scholing als bedoeld in artikel 47a van de Werkloosheidswet, worden niet in mindering gebracht op de werkloosheidsuitkering voorzover zij niet meer bedragen dan:

    • a. in geval van vervoer per auto € 0,19 per kilometer, of

    • b. de werkelijk gemaakte reiskosten voor openbaar vervoer tweede klas.

  • 3 In afwijking van het eerste lid, onderdeel a, worden indien de werknemer, bedoeld in artikel 47a van de Werkloosheidswet, en voor zijn vervoer op medische gronden is aangewezen op vervoer per auto, de vergoedingen voor reiskosten niet in mindering gebracht op de werkloosheidsuitkering voorzover zij niet meer bedragen dan de kilometervergoeding voor vervoer per auto in eigen bezit, die het UWV op grond van artikel 35 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen vaststelt.

Artikel 2. Overgangsrecht

Deze regeling is van toepassing op de werkloze werknemer die op of na de dag van inwerkingtreding van deze regeling begint met het volgen van opleiding of scholing als bedoeld in artikel 35a van de Werkloosheidswet.

Artikel 4. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2004.

Artikel 5. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vrijlating vergoedingen scholing Werkloosheidswet.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 11 december 2003

De

Minister

van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

A.J. de Geus