I
Aanvraag Abw/IOAW
II
Aanvraag WW/TW
III
Basisgegevens CWI
IV
Informatieproducten van de CWI
V
Basisgegevens UWV
VI
Informatieproducten van het UWV
VII
Basisgegevens SVB
VIII
Informatieproducten van de SVB
IX
Informatieproducten ten behoeve van BZK
X
Informatieproducten ten behoeve van de RWI
XI
Informatieproducten van het IB
XII
Gegevensregister SUWI 1.0
XIII
Stelselontwerp Suwinet 1.0
XIV
Beveiliging Suwinet 1.0
XV
Aansluitvoorwaarden gemeenten op IB 1.0
XVI
Ontwerp elektronische voorzieningen IB 1.0
XVII
Aansluitingsschema gemeenten op IB
XVIII
Ingroeischema Abw/IOAW-intake
Bijlage VI. behorende bij de artikelen 5.3, 5.4, 5.10a en 5.12 van de Regeling SUWI
Planning & control producten van UWV
In deze bijlage zijn de diverse producten gespecificeerd die UWV periodiek aan SZW
dient te verstrekken op grond van artikel 5.3, 5.4, 5.10a en 5.12 van de Regeling SUWI. Het betreft de volgende producten:
I
|
jaarplan met begroting
|
II
|
tussentijds verslag
|
III
|
jaarverslag incl. jaarrekening
|
IV
|
fondsennota
|
V
|
VBTB-verslag
|
UWV levert het ontwerp jaarplan met begroting vòòr 1 juli en het definitief jaarplan met begroting
vòòr 1 oktober. UWV dient zich op verschillende momenten te verantwoorden over de uitvoering van
het jaarplan. Deze verantwoording vindt plaats in twee tussentijdse verslagen en het jaarverslag. De tussentijdse verslagen worden uiterlijk zes weken na afloop van de verslagperiode
(tertaal) aan de minister verstrekt. Het jaarverslag wordt vòòr 15 maart aan de minister
aangeboden.
Met de fondsennota’s verstrekt UWV informatie over de volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie
van de door haar beheerde fondsen. De fondsennota’s worden uiterlijk 1 februari respectievelijk
1 juli opgeleverd.
Het VBTB-verslag betreft een beperkte informatielevering vooruitlopend op het jaarverslag van UWV.
Deze informatie wordt uiterlijk zes weken na afloop van het kalenderjaar aan SZW geleverd
ten behoeve van het jaarverslag van SZW.
In de hierna volgende tabel worden de onderwerpen benoemd, die in de diverse producten
van de P&C cyclus aan de orde dienen te komen. Daaronder volgt, per onderwerp, een
nadere toelichting.
Tabel: Inhoudsvoorschriften voor de producten van de P&C-cyclus
|
I
|
II
|
III
|
IV
|
V
|
1. Volumeontwikkeling en fondsbelasting
|
|
|
|
|
|
a. voorlopige opgave voorgaand jaar
|
|
|
|
x
|
|
b. realisatie lopend jaar t/m verslagperiode
|
|
x
|
x
|
|
|
c. raming lopend jaar
|
|
x
|
|
x
|
|
d. raming volgend jaar
|
x
|
|
|
x
|
|
e. voorstel herziening premiepercentages
|
|
|
|
x
|
|
f. kerncijfers per wet
|
|
x
|
x
|
|
|
2. Ontwikkelingen wetsuitvoering en andere taken/werkzaamheden
|
|
|
|
|
|
a. doelstellingen, activiteiten op hoofdlijnen, resultaten, kosten/baten
|
x
|
x
|
x
|
|
|
b. prestatie-indicatoren/kengetallen
|
x
|
x
|
x
|
|
|
c. speerpunten Klantgerichtheid
|
x
|
x
|
x
|
|
|
d. speerpunten Handhaving
|
x
|
x
|
x
|
|
|
3. Ontwikkelingen grote projecten en projecten ter invoering van nieuwe wet- en regelgeving
|
x
|
x
|
x
|
|
|
4. Ketensamenwerking en regionaal arbeidsmarktbeleid
|
x
|
x
|
x
|
|
|
5. Bedrijfsvoering
|
|
|
|
|
|
a. rechtmatigheid (incl. M&O)
|
|
x
|
x
|
|
|
b. doelmatigheid
|
|
|
x
|
|
|
c. totstandkoming niet-financiële informatie
|
|
|
x
|
|
|
d. financieel beheer (tekortkomingen)
|
|
x
|
x
|
|
|
e. ontwikkelingen t.a.v. o.a. HRM, ICT, huisvesting
|
x
|
x
|
x
|
|
|
6. Governance
|
|
|
|
|
|
a. Raad van Bestuur
|
|
|
x
|
|
|
b. risicomanagement
|
x
|
|
x
|
|
|
7. Uitvoeringskosten
|
|
|
|
|
|
a. opbouw per product c.q. per groot project
|
x
|
x
|
x
|
|
|
b. opbouw per kostensoort
|
x
|
x
|
x
|
|
|
c. opbouw per wet/andere taken en/of werkzaamheden
|
x
|
x
|
x
|
|
|
d. prognose lopend jaar
|
|
x
|
|
|
|
e. vergelijking met begroting jaar t-1
|
x
|
|
|
|
|
f. vergelijking met begroting jaar t
|
|
x
|
x
|
|
|
g. vergelijking met laatst goedgekeurde jaarrekening
|
|
|
x
|
|
|
h. bestuurskosten RvB
|
|
|
x
|
|
|
8. Investeringen per categorie
|
x
|
|
x
|
|
|
9. Overzicht t.b.v. bevoorschotting/afrekening
|
x
|
|
x
|
|
|
10. Jaarrekening
|
|
|
x
|
|
|
11. Aansluitingstabel jaarrekeningen UWV -SZW
|
|
|
x
|
|
|
12. VBTB-informatie
|
|
|
x
|
|
x
|
13. Kwantitatieve informatie
|
|
x
|
x
|
|
|
14. Toezichtsbevindingen
|
|
x
|
x
|
|
|
15. Rapportage grote ICT-projecten (BZK)
|
|
|
x
|
|
|
Legenda
I
|
jaarplan met begroting
|
II
|
tussentijds verslag
|
IIII
|
jaarverslag incl. jaarrekening
|
IV
|
fondsennota
|
V
|
VBTB-verslag
|
x
|
Opnemen
|
1. Volumeontwikkeling en fondsbelasting
UWV verstrekt aan de minister met betrekking tot elk van de door haar beheerde fondsen
afzonderlijk:
2. Ontwikkelingen wetsuitvoering en andere taken
Het jaarplan gaat in op de volgende vragen:
-
• Wat wil UWV bereiken (doelstellingen en prestatie-indicatoren)?
-
• Wat gaat UWV daarvoor doen (activiteiten)?
-
• Wat mag het kosten (begroting)?
In het jaarplan wordt ook aandacht besteed aan eventuele veranderingen in de taken
van de organisatie. Gedacht kan worden aan:
-
• Nieuwe wet- en regelgeving, waarbij aandacht wordt besteed aan de activiteiten om
de nieuwe maatregelen in te voeren
-
• (de voorgenomen wijzigingen in) het beleid met betrekking tot het laten verrichten
van taken door andere rechtspersonen of natuurlijke personen;
-
• Wijzigingen in de andere taken en de andere werkzaamheden.
In de tussentijdse verslagen en het jaarverslag doet UWV verslag van de uitvoering
van het beleid en de geleverde prestaties. Hierbij wordt tevens over majeure budgettaire
ontwikkelingen gerapporteerd. Het jaarplan en de daarin opgenomen prestatie-indicatoren
en kengetallen vormen het uitgangspunt. De uitkomsten van de prestatie-indicatoren
worden, voorzien van een toelichting, samen met de normen/streefwaarden per wet verantwoord.
Indien van toepassing beschrijft UWV zoveel als mogelijk de eigen bijdrage aan het
behalen van de doelstellingen, en geeft een verklaring als doelstellingen niet worden
gehaald en de verbetermaatregelen die zijn/worden genomen.
Bij klantgerichtheid wordt specifiek ingegaan op o.a. klachtenafhandeling, bereikbaarheid
en klanttevredenheid. Daarnaast rapporteert UWV in haar jaarverslag over de wijze
waarop aan cliëntenparticipatie is vormgegeven. UWV verantwoordt zich over de activiteiten
die zijn ondernomen om de dienstverlening aan de klant te handhaven en verbeteren.
Bij handhaving wordt specifiek ingegaan op de uitvoering en effecten van het handhavingsbeleid.
Naast de onderwerpen die genoemd zijn in het jaarplan, wordt hierbij specifiek ingegaan
op de speerpunten van het Handhavingsprogramma en op de realisering van de in het
Handhavingsarrangement gemaakte afspraken. Tevens worden opvallende cijfermatige ontwikkelingen
toegelicht. De Raad van Bestuur wordt geacht de uitgangspunten die zij hanteert bij
het te voeren handhavingsbeleid te expliciteren.
3. Ontwikkelingen grote projecten en projecten ter invoering van nieuwe wet- en regelgeving
UWV doet verslag van de uitvoering van het investeringsprogramma en de invoering van
nieuwe wet- en regelgeving. Hierbij wordt ingegaan op de bereikte resultaten en de
daarmee gepaard gaande kosten. UWV legt hierbij een relatie met de planning en licht
eventuele wijzigingen kort toe.
4. Ketensamenwerking
Met de wijziging van de Wet SUWI per 1 juli 2012 dienen UWV en gemeenten voortaan
samen te werken bij de registratie van werkzoekenden en vacatures, en dienen zij in
regio’s samen te werken bij de dienstverlening aan werkgevers en het verrichten van
taken met betrekking tot de regionale arbeidsmarkt.
Doordat de dienstverlening van UWV ingrijpend veranderd is door deze wetswijziging,
zal ook de samenwerking met gemeenten veranderen van geïntegreerde dienstverlening
naar complementaire dienstverlening.
UWV geeft in het jaarplan aan hoe de dienstverlening wordt geconcretiseerd. In de
tussentijdse verslagen en het jaarverslag wordt hierover verantwoording afgelegd door
UWV.
In de rapportages wordt aangegeven in welke mate de doelstellingen zijn gerealiseerd
en wat de onderliggende analyse is bij afwijkingen in de realisatie. In dat geval
wordt verder aangegeven welke aanvullende maatregelen UWV neemt om de doelstellingen
alsnog te realiseren.
5. Bedrijfsvoering
In de bedrijfsvoeringsparagraaf gaat UWV in op de sturing en beheersing van de bedrijfsprocessen
binnen UWV. Het doel is aan te geven in welke mate het management van UWV haar bedrijfsprocessen
beheerst. In de bedrijfsvoeringsparagraaf van het jaarverslag legt UWV, mede gebaseerd
op risicoanalyse, verantwoording af over de bedrijfsvoering. De bedrijfsvoeringsparagraaf
bestaat tenminste uit de volgende onderdelen: rechtmatigheid (waaronder het M&O beleid),
doelmatigheid, totstandkoming niet-financiële informatie, financieel beheer en overige
aspecten van de bedrijfsvoering.
5a). Rechtmatigheid
Voor wat betreft rechtmatigheid rapporteert het UWV in het tweede tussentijdsverslag
over de rechtmatigheidscijfers per wet over het eerste half jaar en in het jaarverslag
over de jaarcijfers. Vaststelling van de rechtmatigheid is gekoppeld aan het handelen
in het verslagjaar (het handelen omvat mede het ten onrechte niet-handelen) en de
fouten die daarbij zijn gevonden. Ingegaan wordt op de wijze waarop met oude fouten
is omgegaan. Tevens wordt hierbij inzicht geboden in de uitgevoerde herstelactiviteiten.
De wijze waarop het UWV verantwoording dient af te leggen over de rechtmatigheid in
het jaarverslag en de jaarrekening, alsmede de wijze waarop de accountant zijn controlewerkzaamheden
dient te verrichten, zijn nader uitgewerkt in de artikelen 5.10b t/m 5.10e van de Regeling SUWI en met name in de daarbijbehorende toelichting.
5b). Doelmatigheid
In artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI is aangegeven dat het UWV inzicht biedt in doelmatigheid van
het beheer en de organisatie. Het UWV brengt in het jaarverslag afzonderlijk in beeld
op welke wijze de afgesproken taakstellingen zijn gerealiseerd.
Het UWV brengt verslag uit van activiteiten die zijn ondernomen om de bedrijfsprocessen
door te lichten, waarbij het kostenniveau wordt gerelateerd aan de (kwaliteit van
de) geleverde prestatie. De Raad van Bestuur wordt geacht de uitgangspunten die zij
hanteert met betrekking tot doelmatigheid te expliciteren. Een toelichting op artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI, wordt gegeven in Bijlage XXIII bij de Regeling SUWI.
5c). Totstandkoming niet-financiële informatie (kwaliteit)
UWV rapporteert in het jaarverslag over het totstandkomingsproces van de informatievoorziening
(inclusief de daarbij gehanteerde criteria zoals vastgelegd in bijlage XVII van de SUWI-regeling) en de wijze waarop deze is gewaarborgd (conform artikel 5.16 tweede lid Regeling SUWI)en eventuele verbetermaatregelen.
5d). Financieel Beheer
In dit onderdeel rapporteert UWV over de belangrijkste tekortkomingen in het financieel
beheer. Onder financieel beheer wordt verstaan het geheel van beslissingen, handelingen
en regels die zijn bedoeld voor de sturing en beheersing van, alsmede de verantwoording
over, de financiële transacties en de saldi waarvoor het management (mede)verantwoordelijkheid
draagt. De administraties, die ten behoeve van het financieel beheer worden bijgehouden,
worden eveneens tot het financieel beheer gerekend.
Het financieel beheer dient te voldoen aan de eisen ordelijkheid en controleerbaarheid.
Onder ordelijk wordt verstaan dat het financieel beheer en de administraties in overeenstemming
zijn met de in de administratieve organisatie vastgelegde procedureregels. Met controleerbaar
wordt bedoeld dat de uitkomsten van het financieel beheer duidelijk worden vastgelegd,
opdat achteraf controle efficiënt kan worden uitgevoerd.
UWV rapporteert in het algemeen bij onvolkomenheden in het financieel beheer als die
kunnen leiden tot disfunctioneren van het financieel beheer, en/of betrekking hebben
op kritieke processen, en/of wijd verbreid zijn, en/of kunnen leiden of hebben geleid
tot aanzienlijke risico’s.
5e). Overige aspecten van de bedrijfsvoering
UWV rapporteert over ontwikkelingen ten aanzien van de volgende onderwerpen:
Sociaal beleid en HRM
UWV rapporteert op dit punt over belangrijke personeelsaangelegenheden, waaronder
in ieder geval de personeelsbezetting, het personeelsverloop, de sociale plannen en
de daarmee gemoeide kosten.
ICT en informatiebeveiling
UWV rapporteert over de voortgang, verbetering en vernieuwing van de geautomatiseerde
ondersteuning van zowel haar primaire- als ondersteunende processen. Ook de voortgang
van projecten ter verbetering van gegevensbeheer en privacybescherming vallen hieronder.
UWV rapporteert in het jaarverslag over de opzet en werking van het stelsel van maatregelen
en procedures gericht op het waarborgen van een exclusieve, integere, beschikbare
en controleerbare gegevensverwerking, en over het beveiligingsniveau van Suwinet (conform
artikel 5.22 en 6.4 Regeling SUWI).
Huisvesting
UWV doet in de tussentijdse verslagen en in het jaarverslag verslag van de voortgang
van het huisvestingsplan. In het bijzonder rapporteert het UWV specifiek over de volgende
onderwerpen:
Leegstand
Ontwikkeling in benodigde vierkante meters als gevolg van krimpen organisatie:
-
• vierkante meters VVO die nodig is voor het inrichten van nieuwe kantoorgebouwen en
het leeg managen van af te stoten kantoorgebouwen;
-
• vierkante meters VVO die betrekking heeft op leeg op te leveren kantoorgebouwen;
-
• vierkante meters VVO normatief bezettingsverlies;
-
• vierkante meters VVO bovennormatief bezettingsverlies.
Huisvestingskosten
Totale huisvestingskosten (regulier en frictie) opgebouwd en onderverdeeld naar:
6. Governance
De onderwerpen die onder het onderdeel governance vallen hebben betrekking op de bestuurlijke
inrichting van UWV en de wijze waarop zij haar taken uitvoert.
Risicomanagement
UWV gaat in op welke wijze risico’s binnen de organisatie zijn geanalyseerd, hoe wordt
omgegaan met risico’s en hoe risico’s worden gemanaged.
7. Uitvoeringskosten
In de toelichting wordt onder andere ingegaan op:
-
• uitleg belangrijke posten
-
• verklaring van verschillen (in ieder geval indien sprake is van mutaties van meer
dan 5% en ten minste € 50.000 ten opzichte van dezelfde post voorafgaand jaar).
-
• opvallende ontwikkelingen
-
• omvang en samenstelling van buitengewone baten en lasten
-
• omvang van de baten als gevolg van werk voor derden
-
• prognose realisatie lopend jaar overeenkomstig onderstaande tabel 7.1. Als de prognose
realisatie afwijkt van het budget wordt dit nader toegelicht. Het budget voor het
gehele jaar sluit aan op de door de minister toegekende budgetten.
9. Overzicht ten behoeve van bevoorschotting/afrekening
Ten behoeve van de bevoorschotting neemt UWV in het jaarplan met begroting een overzicht
op van de uitvoeringskosten en programmakosten welke ten laste komen van een rijksbijdrage.
Dit overzicht wordt tevens separaat van de tussentijdse verslagen aan SZW verstrekt.
Voor de afrekening neemt UWV de in paragraaf 10.4.7 opgenomen tabel op die ziet op
afrekening van de uitvoerings- en programmakosten.
10. Jaarrekening
De jaarrekening van UWV omvat zowel het UWV als uitvoeringsorganisatie alsook de geadministreerde
fondsen.
De jaarrekening heeft betrekking op de balans en de staat van baten en lasten met
de toelichting en op de in het jaarplan opgenomen financiële onderwerpen. De jaarrekening
wordt ingericht zoveel mogelijk met overeenkomstige toepassing van titel 9 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
De in de jaarrekening opgenomen informatie dient een zodanig betrouwbaar beeld te
geven van de werkelijkheid als in de gegeven omstandigheden is vereist. Alle uitvoeringskosten
worden in de budgetverantwoording opgenomen, ongeacht of er budget voor is toegekend.
Het salderen van bijzondere baten en lasten is niet toegestaan, tenzij wetgeving anders
voorschrijft.
De jaarrekening UWV bestaat uit de volgende onderdelen:
In de toelichting op de jaarrekening wordt onder andere ingegaan op:
-
• de wijze van toerekening van uitvoeringskosten naar de verschillende wetten
-
• omvang alsmede dotatie, onttrekking en vrijval van de voorzieningen voor het risico
van oninbaarheid van premiedebiteuren respectievelijk uitkeringsdebiteuren
-
• de financiering van vaste activa
-
• de wijze van afrekening van rijksgefinancierde programmakosten en uitvoeringskosten
10.1. Grondslagen waardering en resultaatbepaling
In verband met de versnelling van de verantwoording is het toegestaan het handelen
in het verslagjaar te koppelen aan een jaarschijveninterpretatie. De te hanteren jaarschijf
mag niet ouder zijn dan 3 maanden ten opzichte van het kalenderjaar waarop de verantwoording
betrekking heeft. Indien de jaarschijven worden aangepast dan dient dit in de jaarrekening
te worden vermeld evenals de vergelijkbare cijfers van het voorgaande jaar.
10.2. Egalisatiereserve
Met ingang van het jaar 2014 is het voor UWV verplicht om een egalisatiereserve te
vormen. Deze reserve wordt gevormd uit het positieve verschil tussen gerealiseerde
baten en lasten (SZW-budget). De egalisatiereserve blijft beperkt tot de uitvoeringskosten
en wordt ingezet voor:
Opvangen van schommelingen in de inkomsten en uitgaven
Reserveringen voor kosten die zich niet jaarlijks voordoen (bijvoorbeeld onderhoud
bedrijfsmiddelen)
Opvangen van overlopende verplichtingen (bijvoorbeeld projecten wet- en regelgeving)
Onvoorziene uitgaven met een incidenteel karakter.
Het positieve verschil tussen de gerealiseerde baten en lasten met betrekking tot
de uitvoeringskosten SZW-budget, dat voor de egalisatiereserve in aanmerking wordt
genomen, heeft betrekking op:
De reguliere exploitatie
Het budget voor projecten wet en regelgeving
Het budget voor projecten bedrijfsvoering
Het budget voor specifieke projecten.
Wat betreft de omvang van de egalisatiereserve zal worden aangesloten bij de richtlijn
voor baten/lastendiensten, te weten 5% van het gemiddelde van de jaarbudgetten van
de afgelopen 3 jaar. Bij de reactie op het jaarverslag over jaar t wordt door SZW
de maximale omvang van de egalisatiereserve voor het jaar t+1 vastgesteld op basis
van het gemiddelde van de vastgestelde jaarbudgetten van jaar t-2, t-1 en t.
De vorming, besteding en vrijval van de egalisatiereserve moet toegelicht worden in
de jaarrekening. In beginsel vormt UWV naast de egalisatiereserve geen bestemmingsreserves
en bestemmingsfondsen. Hiervan kan slechts met instemming van het ministerie van SZW
worden afgeweken.
10.3. Bestemmingsfonds frictiekosten
Vanwege de urgentie en omvang van de frictiekostenproblematiek, mag UWV tijdelijk,
naast de egalisatiereserve, een bestemmingsfonds frictiekosten vormen. Aan het vullen
van dit bestemmingsfonds wordt prioriteit gegeven totdat de omvang van het fonds het
niveau heeft bereikt dat nodig is om de frictiekostenproblematiek op te lossen. UWV
levert daartoe drie keer per jaar (eind maart, 1 juli, 1 november) een actuele meerjarenraming
van de frictiekosten, welke door SZW wordt getoetst.
10.4. Balans UWV per 31 december
|
jaar t
|
jaar t-1
|
ACTIVA
|
|
|
• immateriële vaste activa
|
|
|
• materiële vaste activa
|
|
|
• financiële vaste activa
|
|
|
Totaal vaste activa
|
|
|
|
|
|
• vorderingen
|
|
|
• liquide middelen
|
|
|
• overige vlottende activa
|
|
|
Totaal vlottende activa
|
|
|
|
|
|
Totaal activa
|
|
|
|
|
|
PASSIVA
|
|
|
• fondsvermogen
|
|
|
• bestemmingsfondsen
|
|
|
• egalisatiereserve
|
|
|
• voorzieningen
|
|
|
• langlopende schulden
|
|
|
• kortlopende schulden
|
|
|
|
|
|
Totaal passiva
|
|
|
Toelichting
-
* Verloopstaat immateriële vaste activa
-
* Verloopstaat materiële vaste activa
-
* Verloopstaat financiële vaste activa
-
* Verloopstaat fondsvermogen
-
* Verloopstaat voorzieningen
-
* Verloopstaat langlopende schulden
10.5. Staat van baten en lasten UWV
Baten
|
jaar t
|
jaar t-1
|
Premiebaten
|
|
|
Rijksbijdrage
|
|
|
Rentebaten
|
|
|
Netto-omzet uitvoeringskosten
|
|
|
Overige baten
|
|
|
|
|
|
Totaal baten
|
|
|
|
|
|
LASTEN
|
|
|
Programmakosten
|
|
|
Uitkeringen
|
|
|
Sociale lasten
|
|
|
Rentelasten
|
|
|
Overige lasten
|
|
|
|
|
|
Uitvoeringskosten
|
|
|
Personeelskosten
|
|
|
Huisvestingskosten
|
|
|
Automatiseringskosten
|
|
|
Bureaukosten
|
|
|
Overige kosten
|
|
|
|
|
|
Totaal lasten
|
|
|
|
|
|
Saldo van baten en lasten
|
|
|
10.6. Toelichting op de staat van baten en lasten UWV
10.6.1. Baten wettelijke taken naar wet
|
Premiebaten
|
Rijksbijdragen
|
Overig
|
Totaal
|
|
jaar t
|
jaar t-1
|
jaar t
|
jaar t-1
|
jaar t
|
jaar t-1
|
jaar t
|
jaar t-1
|
per wet sv
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Totaal sv
|
|
|
|
|
|
|
|
|
niet-sv
|
|
|
|
|
|
|
|
|
10.6.2. Lasten wettelijke taken naar wet
|
Uitkeringen
|
Sociale lasten
|
Overige lasten
|
Uitvoeringskosten
|
Totaal
|
|
jaar t
|
jaar t-1
|
jaar t
|
jaar t-1
|
jaar t
|
jaar t-1
|
jaar t
|
jaar t-1
|
jaar t
|
jaar t-1
|
Per wet sv
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Totaal sv
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
niet-sv
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
10.6.3. Uitvoeringskosten naar kostensoort
Uitvoeringskosten
|
jaar t
|
jaar t-1
|
begroting jaar t
|
Personeel
|
|
|
|
Huisvesting
|
|
|
|
Automatisering
|
|
|
|
Bureaukosten
|
|
|
|
Overige kosten
|
|
|
|
Totaal uitvoeringskosten
|
|
|
|
10.6.4. Uitvoeringskosten naar wet
|
Regulier
|
Frictie
|
Investeringskosten
|
Wet- en regelgeving
|
Totaal
|
|
jaar t
|
jaar t-1
|
jaar t
|
jaar t-1
|
jaar t
|
jaar t-1
|
jaar t
|
jaar t-1
|
jaar t
|
jaar t-1
|
Per wet sv
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Totaal sv
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
niet-SZW
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
10.6.5. Uitvoeringskosten realisatie/begroot (regulier, projecten)
|
Realisatie jaar t
|
Begroting jaar t
|
Regulier
|
|
|
Budget investeringskosten
|
|
|
Projecten (per project)
|
|
|
Frictiekosten
|
|
|
Totaal
|
|
|
Niet-SZW
|
|
|
10.6.6. Baten en lasten naar fonds
Baten
|
Per fonds
|
niet-SZW
|
Totaal
|
Rijksbijdragen
|
|
|
|
Premies
|
|
|
|
Overige baten
|
|
|
|
|
|
|
|
Totaal
|
|
|
|
Lasten
|
Per fonds
|
niet-SZW
|
Totaal
|
Uitkeringen
|
|
|
|
Sociale lasten
|
|
|
|
Overige lasten
|
|
|
|
Uitvoeringskosten
|
|
|
|
|
|
|
|
Totaal
|
|
|
|
10.6.7. Nog te verrekenen rijksbijdragen
|
Programmakosten
|
Uitvoeringskosten
|
|
Wet of regeling
|
Realisatie jaar
|
Voorschot jaar
|
Afrekening jaar
|
Realisatie jaar
|
Voorschot jaar
|
Afrekening jaar
|
Totaal afrekening
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Jaarlijks worden tijdens het uitvoeringsjaar de wetten en regelingen die in deze tabel
opgenomen moeten worden, na ambtelijke afstemming tussen UWV en SZW, door SZW per
brief vastgesteld.
10.6.8. Controleverklaring en verslag van bevindingen
De accountant onderzoekt de verantwoording die de Raad van Bestuur van UWV op grond
van de Regeling SUWI heeft uitgebracht. De controleverklaring en het verslag van bevindingen
zijn nader geregeld in artikel 5.10b t/m e en bijlage XXII van de Regeling SUWI.
11. Aansluitingstabel jaarrekeningen UWV – SZW
De concept aansluitingstabel UWV – SZW wordt samen met het jaarverslag UWV naar het
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gestuurd. De definitieve aansluitingstabel,
plus controleverklaring, wordt een week later opgeleverd. De aansluitingstabel UWV
– SZW valt onder de accountantscontrole door het UWV. De door UWV te leveren items
in de tabel worden schriftelijk door het Ministerie van SZW aan UWV kenbaar gemaakt.
12. VBTB-verslag
Ten behoeve van het SZW-jaarverslag verstrekt UWV jaarlijks VBTB-informatie
Het VBTB-verslag wordt uiterlijk zes weken na afloop van het kalenderjaar opgeleverd.
De door UWV te leveren items in het VBTB-verslag worden schriftelijk door het Ministerie
van SZW aan UWV kenbaar gemaakt.
13. Kwantitatieve informatie
Over de levering van de periodieke kwantitatieve informatie per wet, de maandelijkse
kerncijfers en de statistische jaarrapportages worden jaarlijks bilaterale afspraken
gemaakt.
14. Toezichtbevindingen
Het UWV gaat in de tussentijdse verslagen en het jaarverslag in op de bevindingen
van de Inspectie Werk en Inkomen en de Algemene Rekenkamer en op de naar aanleiding
daarvan genomen maatregelen.
15. Rapportage grote ICT-projecten plus nota van bevindingen
Dit betreft alleen projecten met een meerjarig ICT-component van minimaal € 20 mln,
of projecten met een meerjarige ICT-component van minimaal € 5 mln en het project
als geheel heeft een hoog risicoprofiel. De rapportage hierover geschiedt overeenkomstig
de brief aan de Tweede Kamer van de Minister van BZK van 29 januari 2010. De rapportage
maakt deel uit van het Jaarverslag UWV. De rapportage gaat vergezeld van een nota
van bevindingen van de accountant over de ordelijkheid, controleerbaarheid en deugdelijkheid
van het totstandkomingsproces van de informatie. De Minister van BZK zal de rapportage
afzonderlijk aan de kamer aanbieden. De ICT-projecten worden sinds 2011 op het Rijks
ICT-dashboard gepubliceerd. De geactualiseerde data op het Rijks ICT-dashboard worden
eenmaal per jaar verwerkt in de jaarrapportage bedrijfsvoering Rijk.
Bijlage VIII. behorende bij de artikelen 5.3, 5.4, 5.10a en 5.12 van de Regeling SUWI
Planning & control producten van SVB
In deze bijlage zijn de diverse producten gespecificeerd die de SVB periodiek aan
SZW dient te verstrekken op grond van artikel 5.3, 5.4, 5.10a en 5.12 van de Regeling SUWI. Het betreft de volgende producten:
I
|
jaarplan met begroting
|
II
|
tussentijds verslag
|
III
|
jaarverslag incl. jaarrekening
|
IV
|
fondsennota
|
V
|
VBTB-verslag
|
De SVB levert het ontwerp jaarplan met begroting vòòr 1 juli en het definitief jaarplan met begroting
vòòr 1 oktober. De SVB dient zich op verschillende momenten te verantwoorden over de uitvoering
van het jaarplan. Deze verantwoording vindt plaats in twee tussentijdse verslagen en het jaarverslag. De tussentijdse verslagen worden uiterlijk zes weken na afloop van de verslagperiode
(tertaal) aan de minister verstrekt. Het jaarverslag wordt vòòr 15 maart aan de minister
aangeboden.
Met de fondsennota’s verstrekt de SVB informatie over de volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie
van de door haar beheerde fondsen. De fondsennota’s worden uiterlijk 1 februari respectievelijk
1 juli opgeleverd
Het VBTB-verslag betreft een beperkte informatielevering vooruitlopend op het jaarverslag van SVB.
Deze informatie wordt uiterlijk zes weken na afloop van het kalenderjaar aan SZW geleverd
ten behoeve van het jaarverslag van SZW.
In de hierna volgende tabel worden de onderwerpen benoemd, die in de diverse producten
van de P&C cyclus aan de orde dienen te komen. Daaronder volgt, per onderwerp, een
nadere toelichting.
Tabel: Inhoudsvoorschriften voor de producten van de P&C-cyclus
|
I
|
II
|
III
|
IV
|
V
|
1. Volumeontwikkeling en fondsbelasting
|
|
|
|
|
|
a. voorlopige opgave voorgaand jaar
|
|
|
|
x
|
|
b. realisatie lopend jaar t/m verslagperiode
|
|
x
|
x
|
|
|
c. raming lopend jaar
|
|
x
|
|
x
|
|
d. raming volgend jaar
|
x
|
|
|
x
|
|
e. voorstel herziening premiepercentages
|
|
|
|
x
|
|
f. kerncijfers per wet
|
|
x
|
x
|
|
|
2. Ontwikkelingen wetsuitvoering en andere taken/werkzaamheden
|
|
|
|
|
|
e. doelstellingen, activiteiten op hoofdlijnen, resultaten, kosten/baten
|
x
|
x
|
x
|
|
|
f. prestatie-indicatoren/kengetallen
|
x
|
x
|
x
|
|
|
g. speerpunten klantgerichtheid
|
x
|
x
|
x
|
|
|
h. speerpunten handhaving
|
x
|
x
|
x
|
|
|
3. Ontwikkelingen grote projecten en projecten ter invoering van nieuwe wet- en regelgeving
|
x
|
x
|
x
|
|
|
4. Ketensamenwerking en geïntegreerde dienstverlening (n.v.t.)
|
|
|
|
|
|
5. Bedrijfsvoering
|
|
|
|
|
|
a. rechtmatigheid (incl. M&O)
|
|
x
|
x
|
|
|
b. doelmatigheid
|
|
|
x
|
|
|
c. totstandkoming niet-financiële informatie
|
|
|
x
|
|
|
d. financieel beheer (tekortkomingen)
|
|
x
|
x
|
|
|
e. ontwikkelingen t.a.v. o.a. HRM, ICT, huisvesting
|
x
|
x
|
x
|
|
|
6. Governance
|
|
|
|
|
|
a. Raad van Bestuur
|
|
|
x
|
|
|
b. Risicomanagement
|
|
|
x
|
|
|
7. Uitvoeringskosten
|
|
|
|
|
|
a. opbouw per product c.q. per groot project
|
x
|
x
|
x
|
|
|
b. opbouw per kostensoort
|
x
|
x
|
x
|
|
|
c. opbouw per wet/andere taken en/of werkzaamheden
|
x
|
x
|
x
|
|
|
d. prognose lopend jaar
|
|
x
|
|
|
|
e. vergelijking met begroting jaar t-1
|
x
|
|
|
|
|
f. vergelijking met begroting jaar t
|
|
x
|
x
|
|
|
g. vergelijking met laatst goedgekeurde jaarrekening
|
|
|
x
|
|
|
h. bestuurskosten RvB
|
|
|
x
|
|
|
8. Investeringen per categorie
|
x
|
|
x
|
|
|
9. Overzicht t.b.v. bevoorschotting/afrekening
|
x
|
|
x
|
|
|
10. Jaarrekening
|
|
|
x
|
|
|
11. Aansluitingstabel (n.v.t.)
|
|
|
|
|
|
12. VBTB-informatie
|
|
|
x
|
|
x
|
13. Kwantitatieve informatie per wet
|
|
x
|
x
|
|
|
14. Toezichtsbevindingen
|
|
x
|
x
|
|
|
15. Rapportage grote ICT-projecten (BZK)
|
|
|
x
|
|
|
Legenda
I
|
jaarplan met begroting
|
II
|
tussentijds verslag
|
III
|
jaarverslag incl. jaarrekening
|
IV
|
fondsennota
|
V
|
VBTB-verslag
|
x
|
Opnemen
|
1. Volumeontwikkeling en fondsbelasting
De SVB verstrekt aan de minister met betrekking tot de door haar beheerde fondsen
afzonderlijk:
-
• In de januarinota:
-
a) een actuele en onderbouwde raming voor het lopende jaar van volumegegevens, baten
en lasten en de vermogenspositie voor het lopende jaar gerelateerd aan en de voor
dat jaar geldende beleidsmaatregelen en (voor zover van toepassing) premiepercentages;
-
b) een voorlopige opgave van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie over
het voorafgaande jaar.
-
• Daarnaast verstrekt de SVB jaarlijks op basis van de CBS-prognoses een gedetailleerde
meerjarenraming van het aantal personen dat een uitkering ontvangt krachtens de door
de SVB uitgevoerde wetten.
-
• In de juninota:
-
a) een actuele en onderbouwde raming voor het lopende jaar en daaropvolgende jaar van
volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie.
-
b) de meerjaren-volumeprognose ten behoeve van het actualiseren van het costaccounting-lightmodel.
-
c) voor zover van toepassing een overzicht van de door de fondsbeheerder voorgenomen
herziening van de premiepercentages.
-
• In de tussentijdse verslagen en het jaarverslag:
kerncijfers per wet, uitgesplitst naar beginstand, instroom, uitstroom en eindstand.
2. Ontwikkelingen wetsuitvoering en andere taken
Het jaarplan gaat in op de volgende vragen:
-
• Wat wil SVB bereiken (doelstellingen en prestatie-indicatoren)?
-
• Wat gaat SVB daarvoor doen?
-
• Wat mag het kosten (begroting)?
In het jaarplan wordt ook aandacht besteed aan eventuele veranderingen in de taken
van de organisatie. Gedacht kan worden aan:
-
• Nieuwe wet- en regelgeving, waarbij aandacht wordt besteed aan de activiteiten om
de nieuwe maatregelen in te voeren;
-
• (De voorgenomen wijziging in) het beleid met betrekking tot het laten verrichten van
taken door andere rechtspersonen of natuurlijke personen;
-
• Wijzigingen in de andere taken en de andere werkzaamheden.
In de tussentijdse verslagen en het jaarverslag doet de SVB verslag van de uitvoering
van het beleid en de geleverde prestaties. Hierbij wordt tevens over majeure budgettaire
ontwikkelingen gerapporteerd. Het jaarplan en de daarin opgenomen prestatie-indicatoren
en kengetallen vormen het uitgangspunt. De uitkomsten van de prestatie-indicatoren
worden, voorzien van een toelichting, samen met de normen/streefwaarden per wet verantwoord.
Indien van toepassing beschrijft de SVB zoveel als mogelijk de eigen bijdrage aan
het behalen van de doelstellingen, en geeft een verklaring als doelstellingen niet
worden gehaald en de verbetermaatregelen die zijn/worden genomen.
De SVB rapporteert over de klanttevredenheid. Daarnaast rapporteert de SVB in haar
jaarverslag over de wijze waarop de cliëntenparticipatie is vormgegeven. De SVB verantwoordt
zich over de activiteiten die zijn ondernomen om de dienstverlening aan de klant te
handhaven en verbeteren.
Bij handhaving wordt specifiek ingegaan op de uitvoering en effecten van het handhavingsbeleid.
Naast de onderwerpen die genoemd zijn in het jaarplan, wordt specifiek ingegaan op
de speerpunten van het Handhavingsprogramma en op de realisering van de in het Handhavingsarrangement
gemaakte afspraken. Tevens worden opvallende cijfermatige ontwikkelingen toegelicht.
De Raad van Bestuur wordt geacht de uitgangspunten die zij hanteert bij het te voeren
handhavingsbeleid te expliciteren.
3. Ontwikkelingen grote projecten en projecten ter invoering van nieuwe wet- en regelgeving
De SVB doet verslag van de uitvoering van nieuwe wet- en regelgeving. Hierbij wordt
ingegaan op de bereikte resultaten en de daarmee gepaard gaande kosten. De SVB legt
hierbij een relatie met de planning en licht eventuele wijzigingen kort toe.
4. Ketensamenwerking en geïntegreerde dienstverlening
(n.v.t.)
5. Bedrijfsvoering
In de bedrijfsvoeringsparagraaf gaat de SVB in op de sturing en beheersing van de
bedrijfsprocessen binnen de SVB. Het doel is aan te geven in welke mate het management
van de SVB haar bedrijfsprocessen beheerst. In de bedrijfsvoeringsparagraaf legt de
SVB, mede gebaseerd op risicoanalyse, verantwoording af over de bedrijfsvoering. De
bedrijfsvoeringsparagraaf bestaat tenminste uit de volgende onderdelen: rechtmatigheid
(waaronder het M&O beleid), doelmatigheid, totstandkoming niet-financiële informatie,
financieel beheer en overige aspecten van de bedrijfsvoering.
5a). Rechtmatigheid
Voor wat betreft rechtmatigheid rapporteert de SVB in het tweede tussentijdsverslag
over de rechtmatigheidscijfers per wet over het eerste half jaar en in het jaarverslag
over de jaarcijfers. Vaststelling van de rechtmatigheid is gekoppeld aan het handelen
in het verslagjaar (het handelen omvat mede het ten onrechte niet-handelen) en de
fouten die daarbij zijn gevonden. Ingegaan wordt op de wijze waarop met oude fouten
wordt omgegaan. Tevens wordt hierbij inzicht geboden in de uitgevoerde herstelactiviteiten.
De wijze waarop de SVB verantwoording dient af te leggen over de rechtmatigheid in
het jaarverslag en de jaarrekening, alsmede de wijze waarop de accountant zijn controlewerkzaamheden
dient te verrichten, zijn nader uitgewerkt in de artikelen 5.10b t/m 5.10e van de Regeling SUWI en met name in de daarbij behorende toelichting.
5b). Doelmatigheid
In artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI is aangegeven dat de SVB inzicht biedt in doelmatigheid van
het beheer en de organisatie. De SVB brengt verslag uit van activiteiten die zijn
ondernomen om de bedrijfsprocessen door te lichten, waarbij het kostenniveau wordt
gerelateerd aan de (kwaliteit van de) geleverde prestatie. De Raad van Bestuur wordt
geacht de uitgangspunten die zij hanteert met betrekking tot doelmatigheid te expliciteren.
Een toelichting op artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI, wordt gegeven in Bijlage XXIII bij de Regeling SUWI.
5c). Totstandkoming niet-financiële informatie
De SVB rapporteert in het jaarverslag over het totstandkomingsproces van de informatievoorziening
(inclusief de daarbij gehanteerde criteria zoals vastgelegd in bijlage XVII van de SUWI-regeling) en de wijze waarop deze is gewaarborgd (conform artikel 5.16 tweede lid Regeling SUWI) en eventuele verbetermaatregelen.
5d). Financieel Beheer
In dit onderdeel rapporteert de SVB over de belangrijkste tekortkomingen in het financieel
beheer. Onder financieel beheer wordt verstaan het geheel van beslissingen, handelingen
en regels die zijn bedoeld voor de sturing en beheersing van, alsmede de verantwoording
over, de financiële transacties en de saldi waarvoor het management (mede)verantwoordelijkheid
draagt. De administraties, die ten behoeve van het financieel beheer worden bijgehouden,
worden eveneens tot het financieel beheer gerekend.
Het financieel beheer dient te voldoen aan de eisen ordelijkheid en controleerbaarheid.
Onder ordelijk wordt verstaan dat het financieel beheer en de administraties in overeenstemming
zijn met de in de administratieve organisatie vastgelegde procedureregels. Met controleerbaar
wordt bedoeld dat de uitkomsten van het financieel beheer duidelijk worden vastgelegd,
opdat achteraf controle efficiënt kan worden uitgevoerd.
De SVB rapporteert in het algemeen bij onvolkomenheden in het financieel beheer als
die kunnen leiden tot disfunctioneren van het financieel beheer en/of betrekking hebben
op kritieke processen en/of wijd verbreid zijn en/of kunnen leiden of hebben geleid
tot aanzienlijke risico’s. Daarnaast rapporteert de SVB bij dit onderdeel over de
fouten (per wet) die zijn vastgesteld bij de bepaling van de financiële rechtmatigheid,
maar niet tot financiële onrechtmatigheid hebben geleid.
5e). Overige aspecten van de bedrijfsvoering
SVB rapporteert over ontwikkelingen ten aanzien van de volgende onderwerpen:
Sociaal beleid en HRM
SVB rapporteert op dit punt over belangrijke personeelsaangelegenheden, waaronder
in ieder geval de personeelsbezetting, het personeelsverloop, de sociale plannen en
de daarmee gemoeide kosten.
ICT en informatiebeveiliging
SVB rapporteert over de voortgang, verbetering en vernieuwing van de geautomatiseerde
ondersteuning van zowel haar primaire als ondersteunende processen. Ook de voortgang
van projecten ter verbetering van gegevensbeheer en privacybescherming vallen hieronder.
SVB rapporteert in het jaarverslag over de opzet en werking van het stelsel van maatregelen
en procedures gericht op het waarborgen van een exclusieve, integere, beschikbare
en controleerbare gegevensverwerking, en over het beveiligingsniveau van Suwinet (conform
artikel 5.22 en 6.4 Regeling SUWI).
Huisvesting
De SVB doet in de tussentijdse verslagen en het jaarverslag verslag van de voortgang
van de huisvestingsplannen. In het bijzonder rapporteert de SVB specifiek over de
volgende onderwerpen:
-
– Leegstand: fysiek leegstaande en verhuurbare oppervlakten in vierkante meters VVO
(conform de definitie van de Rijksgebouwendienst)
-
– Overmaat: voortgang van de activiteiten om de overmaat te verhuren aan derden.
-
– Huisvestingskosten: onderverdeeld naar SV en niet-SV.
6. Governance
De onderwerpen die onder het onderdeel governance vallen hebben betrekking op de bestuurlijke
inrichting van de SVB en de wijze waarop zij haar taken uitvoert.
Risicomanagement
De SVB gaat in op welke wijze risico’s binnen de organisatie zijn geanalyseerd, hoe
wordt omgegaan met risico’s en hoe risico’s worden gemanaged.
7. Uitvoeringskosten
In de toelichting wordt onder andere ingegaan op:
-
• uitleg belangrijke posten
-
• verklaring van verschillen (in ieder geval indien sprake is van verschillen van meer
dan 5% en tenminste 50.000 ten opzichte van dezelfde post voorafgaand jaar)
-
• opvallende ontwikkelingen
-
• de wijze van toerekening van uitvoeringskosten naar de verschillende wetten
-
• omvang en samenstelling van buitengewone baten en lasten
-
• omvang van de baten als gevolg van werk voor derden
-
• omvang alsmede dotatie, onttrekking en vrijval van de voorzieningen voor het risico
van oninbaarheid van premiedebiteuren respectievelijk uitkeringsdebiteuren (indien
van toepassing)
-
• de financiering van vaste activa.
Bestuurskosten
De SVB doet jaarlijks verslag van de bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur
(artikel 5 vierde lid Wet SUWI), en van de topinkomens op basis van de Wet openbaarmaking uit financiële middelen gefinancierde topinkomens (WOPT).
8. Investeringen per categorie
De indeling in categorieën volgt Titel 9 Boek 2 BW.
9. Overzicht t.b.v. bevoorschotting/afrekening
Ten behoeve van de bevoorschotting neemt SVB in het jaarplan met begroting een overzicht
op van de uitvoeringskosten en uitkeringslasten welke ten laste komen van een rijksbijdrage.
Dit overzicht wordt tevens separaat van de tussentijdse verslagen aan SZW verstrekt.
Voor de afrekening neemt SVB de in paragraaf 10.4.7 opgenomen tabel op die ziet op
afrekening van de uitvoeringskosten en uitkeringslasten.
10. Jaarrekening
De jaarrekening van de SVB omvat zowel de SVB als uitvoeringsorganisatie alsook de
geadministreerde SV-fondsen.
De jaarrekening heeft betrekking op de balans en de staat van baten en lasten met
de toelichting en op de in het jaarplan opgenomen financiële onderwerpen. De jaarrekening
is zoveel als mogelijk gebaseerd op titel 9, boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, tenzij
hiervan in deze bijlage wordt afgeweken.
De in de jaarrekening opgenomen informatie dient een zodanig betrouwbaar beeld te
geven van de werkelijkheid als in de gegeven omstandigheden is vereist. Alle uitvoeringskosten
worden in de staat van baten en lasten met toelichting opgenomen, ongeacht of er budget
voor is toegekend. Het salderen van bijzondere baten en lasten is niet toegestaan,
tenzij wetgeving anders voorschrijft.
De jaarrekening SVB bestaat uit de volgende onderdelen:
In de toelichting op de jaarrekening wordt onder andere ingegaan op:
-
• de wijze van toerekening van uitvoeringskosten naar de verschillende wetten
-
• omvang alsmede dotatie, onttrekking en vrijval van de voorzieningen voor het risico
van oninbaarheid van premiedebiteuren respectievelijk uitkeringsdebiteuren
-
• de financiering van vaste activa
-
• de wijze van afrekening van rijksgefinancierde uitkeringslasten en uitvoeringskosten
Grondslagen waardering en resultaatbepaling
In verband met de versnelling van de verantwoording is het toegestaan het handelen
in het verslagjaar te koppelen aan een jaarschijveninterpretatie. De te hanteren jaarschijf
mag niet ouder zijn dan 3 maanden ten opzichte van het kalenderjaar waarop de verantwoording
betrekking heeft. Indien de jaarschijven worden aangepast dan dient dit in de jaarrekening
te worden vermeld evenals de vergelijkende cijfers. Met betrekking tot de premiebaten
is het toegestaan als waarderingsgrondslag de EMU-definitie te hanteren (één maand
verschoven kasbasis).
Egalisatiereserve
Met ingang van het jaar 2014 is het voor de SVB verplicht om een egalisatiereserve
te vormen. Deze reserve wordt gevormd uit het positieve verschil tussen gerealiseerde
baten en lasten (SZW-budget). De egalisatiereserve blijft beperkt tot de uitvoeringskosten
en wordt ingezet voor:
-
• Opvangen van schommelingen in de inkomsten en uitgaven
-
• Reserveringen voor kosten die zich niet jaarlijks voordoen (bijvoorbeeld onderhoud
bedrijfsmiddelen)
-
• Opvangen van overlopende verplichtingen (bijvoorbeeld projecten wet- en regelgeving)
-
• Onvoorziene uitgaven met een incidenteel karakter.
Het positieve verschil tussen de gerealiseerde baten en lasten met betrekking tot
de uitvoeringskosten SZW-budget, dat voor de egalisatiereserve in aanmerking wordt
genomen, heeft betrekking op:
-
• De reguliere exploitatie
-
• Het budget voor projecten wet en regelgeving
-
• Het budget voor projecten bedrijfsvoering
-
• Het budget voor specifieke projecten.
Wat betreft de omvang van de egalisatiereserve zal worden aangesloten bij de richtlijn
voor baten/lastendiensten, te weten 5% van het gemiddelde van de jaarbudgetten van
de afgelopen 3 jaar. Bij de reactie op het jaarverslag over jaar t wordt door SZW
de maximale omvang van de egalisatiereserve voor het jaar t+1 vastgesteld op basis
van het gemiddelde van de vastgestelde jaarbudgetten van jaar t-2, t-1 en t.
De vorming, besteding en vrijval van de egalisatiereserve moet toegelicht worden in
de jaarrekening.
In beginsel vormt de SVB naast de egalisatiereserve geen bestemmingsreserves en bestemmingsfondsen.
Hiervan kan slechts met instemming van het ministerie van SZW worden afgeweken.
Balans SVB per 31 december
|
jaar t
|
jaar t-1
|
• immateriële vaste activa
|
|
|
• materiële vaste activa
|
|
|
• financiële vaste activa
|
|
|
Totaal vaste activa
|
|
|
|
|
|
• vorderingen
|
|
|
• liquide middelen
|
|
|
• overige vlottende activa
|
|
|
Totaal vlottende activa
|
|
|
|
|
|
Totaal activa
|
|
|
|
|
|
• fondsvermogen
|
|
|
• bestemmingsfondsen
|
|
|
• egalisatiereserve
|
|
|
• voorzieningen
|
|
|
• langlopende schulden
|
|
|
• kortlopende schulden
|
|
|
Totaal passiva
|
|
|
Toelichting
-
* Verloopstaat immateriële vaste activa
-
* Verloopstaat materiële vaste activa
-
* Verloopstaat financiële vaste activa
-
* Verloopstaat fondsvermogen
-
* Verloopstaat voorzieningen
-
* Verloopstaat langlopende schulden
Staat van baten en lasten SVB
|
jaar t
|
jaar t-1
|
• Baten per wet sv
|
|
|
• Totaal baten per wet sv
|
|
|
• Totaal baten niet-sv
|
|
|
Totaal baten
|
|
|
|
|
|
• Lasten per wet sv
|
|
|
• Totaal lasten per wet sv
|
|
|
• Lasten niet-sv
|
|
|
Totaal lasten
|
|
|
|
|
|
Saldo van baten en lasten
|
|
|
Toelichting
Baten wettelijke taken (realisatie t/begroot t/realisatie t-1)
Baten per wet
|
SV
|
niet-SV
|
Totaal
|
Rijksbijdragen
|
|
|
|
Premies
|
|
|
|
Overige baten
|
|
|
|
|
|
|
|
Totaal
|
|
|
|
Lasten wettelijke taken (realisatie t/begroot t/realisatie t-1)
Lasten per wet
|
SV
|
niet-SV
|
Totaal
|
Uitkeringen (incl. sociale lasten)
|
|
|
|
Overige lasten
|
|
|
|
Uitvoeringskosten
|
|
|
|
|
|
|
|
Totaal
|
|
|
|
Uitvoeringskosten realisatie t/begroot t/realisatie t-1 (totaal, regulier, speciale
projecten)
Uitvoeringskosten
|
SV
|
niet-SV
|
Totaal
|
Personeel
|
|
|
|
Huisvesting
|
|
|
|
Automatisering
|
|
|
|
Bureaukosten
|
|
|
|
Diensten en diversen
|
|
|
|
|
|
|
|
Totaal
|
|
|
|
Uitvoeringskosten realisatie t/begroot t/realisatie t-1
Uitvoeringskosten
|
Totaal
|
Staande organisatie
|
|
Per project
|
|
Totaal
|
|
Saldo van baten en lasten naar fonds (voor zover van toepassing)
Baten en lasten per fonds
|
SV
|
niet-SV
|
Totaal
|
Nog te verrekenen rijksbijdragen
|
Programmakosten
|
Uitvoeringskosten
|
Wet of regeling
|
Realisatie jaar
|
Voorschot jaar
|
Afrekening jaar
|
Realisatie jaar
|
Voorschot jaar
|
Afrekening jaar
|
Totaal afrekening
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Jaarlijks worden tijdens het uitvoeringsjaar de wetten en regelingen die in deze tabel
opgenomen moeten worden, na ambtelijke afstemming tussen SVB en SZW, door SZW per
brief vastgesteld.
Controleverklaring en verslag van bevindingen
De accountant onderzoekt de verantwoording die de Raad van Bestuur van de SVB op grond
van de Regeling SUWI heeft uitgebracht. De controleverklaring en het verslag van bevindingen
zijn nader geregeld in artikel 5.10b t/m e en bijlage XXII van de Regeling SUWI.
11. Aansluitingstabel
(n.v.t.)
12. VBTB-informatie
Het VBTB-verslag betreft een beperkte informatielevering vooruitlopend op het jaarverslag
van SVB. Deze informatie wordt uiterlijk zes weken na afloop van het kalenderjaar
aan SZW geleverd ten behoeve van het jaarverslag van SZW. De door SVB te leveren items
in het VBTB-verslag worden schriftelijk door het Ministerie van SZW aan SVB kenbaar
gemaakt.
13. Kwantitatieve informatie
Over de levering van de periodieke kwantitatieve informatie per wet, de maandelijkse
kerncijfers, de rapportage handhaving SVB en de statistische jaarrapportages worden
jaarlijks bilaterale afspraken gemaakt.
14. Toezichtbevindingen
De SVB gaat in de tussentijdse verslagen en het jaarverslag in op de bevindingen van
de Inspectie Werk en Inkomen en de Algemene Rekenkamer en op de naar aanleiding daarvan
genomen maatregelen.
15. Rapportage grote ICT-projecten plus nota van bevindingen
Dit betreft alleen projecten met een meerjarig ICT-component van minimaal € 20 mln,
of projecten met een meerjarige ICT-component van minimaal € 5 mln en het project
als geheel heeft een hoog risicoprofiel. De rapportage hierover geschiedt overeenkomstig
de brief aan de Tweede Kamer van de Minister van BZK van 29 januari 2010. De rapportage
maakt deel uit van het Jaarverslag SVB. De rapportage gaat vergezeld van een nota
van bevindingen van de accountant over de ordelijkheid, controleerbaarheid en deugdelijkheid
van het totstandkomingsproces van de informatie. De Minister van BZK zal de rapportage
afzonderlijk aan de kamer aanbieden. De ICT-projecten worden sinds 2011 op het Rijks
ICT-dashboard gepubliceerd. De geactualiseerde data op het Rijks ICT-dashboard worden
eenmaal per jaar verwerkt in de jaarrapportage bedrijfsvoering Rijk.
Bijlage XI. behorende bij de artikelen 5.3 en 5.10a van de Regeling SUWI
Planning & control producten van IB
In deze bijlage zijn de informatieproducten gespecificeerd die IB periodiek aan SZW
dient te verstrekken op grond van artikel 5.3 en 5.10a van de Regeling SUWI. Het betreft de volgende producten:
I
|
jaarplan met begroting
|
II
|
tussentijds verslag
|
III
|
jaarverslag incl. jaarrekening
|
IV
|
fondsennota (niet van toepassing op IB)
|
V
|
VBTB-verslag (niet van toepassing op IB)
|
Ten aanzien van IB wordt één planningsdocument opgeleverd, te weten het jaarplan met begroting (vòòr 1 oktober). Het jaarplan van IB bevat in elk geval een omschrijving van de taak,
bedoeld in artikel 1, onderdeel m, van de Wet SUWI en de andere taken die het IB ten behoeve van gemeenten op grond van artikel 5.24 van het Besluit SUWI verricht. IB dient zich op verschillende momenten te verantwoorden over de uitvoering
van het jaarplan. Deze verantwoording vindt plaats in de tussentijdse verslagen en het jaarverslag. Het tussentijdse verslag wordt uiterlijk zes weken na afloop van de verslagperiode
aan de minister verstrekt. Het jaarverslag wordt vòòr 15 maart aan de minister aangeboden.
In die hierna volgende tabel worden de onderwerpen benoemd, die in de diverse producten
van de P&C cyclus aan de orde dienen te komen. Daaronder volgt, per onderwerp, een
nadere toelichting.
Tabel: Inhoudsvoorschriften voor de producten van de P&C-cyclus
|
I
|
II
|
III
|
1. Volumeontwikkeling en fondsbelasting (n.v.t.)
|
|
|
|
2. Ontwikkelingen wetsuitvoering en andere taken
|
|
|
|
a. doelstellingen, activiteiten op hoofdlijnen, resultaten, kosten/baten
|
x
|
x
|
x
|
b. prestatie-indicatoren/kengetallen
|
x
|
x
|
x
|
c. speerpunten klantgerichtheid
|
x
|
x
|
x
|
d. speerpunten handhaving
|
|
|
|
3. Ontwikkelingen grote projecten en projecten ter invoering van nieuwe wet- en regelgeving
|
x
|
x
|
x
|
4. Ketensamenwerking
|
x
|
x
|
x
|
5. Bedrijfsvoering
|
|
|
|
a. rechtmatigheid
|
|
|
x
|
b. doelmatigheid
|
|
|
x
|
c. totstandkoming niet-financiële informatie
|
|
|
x
|
d. financieel beheer (tekortkomingen)
|
x
|
x
|
x
|
e. ontwikkelingen t.a.v. o.a. HRM, ICT, huisvesting
|
x
|
x
|
x
|
6. Governance
|
|
|
|
a. Raad van Bestuur
|
|
|
x
|
b. Risicomanagement
|
|
|
x
|
7. Uitvoeringskosten
|
|
|
|
a. opbouw per product c.q. per groot project
|
x
|
x
|
x
|
b. opbouw per kostensoort
|
x
|
x
|
x
|
c. opbouw per wet/andere taken
|
x
|
x
|
x
|
d. prognose lopend jaar
|
|
x
|
|
e. vergelijking met begroting jaar t-1
|
x
|
|
|
f. vergelijking met begroting jaar t
|
|
x
|
x
|
g. vergelijking met laatst goedgekeurde jaarrekening
|
|
|
x
|
h. bestuurskosten
|
|
|
x
|
8. Investeringen per categorie
|
x
|
|
x
|
9. Overzicht t.b.v. bevoorschotting/afrekening
|
x
|
|
|
10. Jaarrekening
|
|
|
x
|
11. Aansluitingstabel (n.v.t.)
|
|
|
|
12. VBTB-informatie (n.v.t.)
|
|
|
|
13. Kwantitatieve informatie (n.v.t.)
|
|
|
|
14. Toezichtbevindingen
|
|
x
|
x
|
Legenda
II
|
jaarplan met begroting
|
III
|
tussentijdse verslag
|
IV
|
jaarverslag incl. jaarrekening
|
x
|
Opnemen
|
1. Volumeontwikkeling en fondsbelasting
(n.v.t.)
2. Ontwikkelingen wetsuitvoering en andere taken
Het jaarplan gaat in op de volgende vragen:
-
• Wat wil IB bereiken (doelstellingen en prestatie-indicatoren)?
-
• Wat gaat IB daarvoor doen?
-
• Wat mag het kosten (begroting)?
In het kader van de budgetverantwoordelijkheid van SZW voor IB dient IB zich tevens
te verantwoorden over prestatie-indicatoren en prestatiegegevens op het gebied van:
-
– Werking sectorloket gemeenten en andere ketenpartijen
-
– Dienstverlening IB, waaronder klanttevredenheid
-
– Financiën
In het jaarplan wordt ook aandacht besteed aan eventuele veranderingen in de taken
van de organisatie. Gedacht kan worden aan:
-
• Nieuwe wet- en regelgeving, waarbij aandacht wordt besteed aan de activiteiten om
de nieuwe maatregelen in te voeren;
-
• Andere taken die IB ten behoeve van de gemeenten verricht en die niet bekostigd worden
uit de rijksbijdrage, bedoeld in artikel 5.25 van het Besluit SUWI.
In het tussentijdse verslag en het jaarverslag doet IB verslag van de uitvoering van
het beleid en de geleverde prestaties. Het jaarplan en de daarin opgenomen prestatie-indicatoren
vormen hierbij het uitgangspunt. De uitkomsten van de prestatie-indicatoren worden,
voorzien van een toelichting, samen met de normen/streefwaarden per wet verantwoord.
Indien van toepassing beschrijft IB zoveel als mogelijk de eigen bijdrage aan het
behalen van de doelstellingen en geeft een verklaring als doelstellingen niet worden
gehaald en de verbetermaatregelen die zijn/worden genomen. Bij klantgerichtheid wordt
specifiek ingegaan op o.a. klachtenafhandeling, bereikbaarheid en klanttevredenheid.
3. Ontwikkelingen grote projecten en projecten ter invoering van nieuwe wet- en regelgeving
IB doet verslag van de uitvoering van het investeringsprogramma en de invoering van
nieuwe wet- en regelgeving (indien van toepassing). Hierbij wordt ingegaan op de bereikte
resultaten en de daarmee gepaard gaande kosten. IB legt hierbij een relatie met de
planning en licht eventuele wijzigingen kort toe. IB dient tevens verslag te doen
van de fte-bezetting (vast/tijdelijk/extern) per einddatum van de verslagperiode.
4. Ketensamenwerking
IB doet verslag van de samenwerking met de ketenpartners, de ontwikkelingen in de
keten werk en inkomen en de voortgang van de uitvoering van het ketenprogramma. Het
jaarplan vormt hierbij het uitgangspunt. Per speerpunt wordt aangegeven in welke mate
de doelstellingen zijn gerealiseerd en wat de onderliggende analyse is bij afwijkingen
in de realisatie. In dat geval wordt verder aangegeven welke aanvullende maatregelen
IB heeft genomen om de doelstellingen alsnog te realiseren.
5. Bedrijfsvoering
In de bedrijfsvoeringsparagraaf gaat IB in op de sturing en beheersing van de bedrijfsprocessen
binnen IB voor zover van belang voor de uitvoering van de taken op grond van de Wet
SUWI. Het doel is aan te geven in welke mate het management van IB haar bedrijfsprocessen
beheerst. In de bedrijfsvoeringsparagraaf legt IB, mede gebaseerd op risicoanalyse,
verantwoording af over de bedrijfsvoering. De bedrijfsvoeringsparagraaf bestaat tenminste
uit de volgende onderdelen:
5a). Rechtmatigheid
De wijze waarop IB verantwoording dient af te leggen over de rechtmatigheid in het
jaarverslag en de jaarrekening, alsmede de wijze waarop de accountant zijn controlewerkzaamheden
dient te verrichten, zijn nader uitgewerkt in de artikelen 5.10b t/m 5.10e van de Regeling SUWI en met name in de daarbij behorende toelichting.
5b). Doelmatigheid
In artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI is aangegeven dat IB inzicht moet bieden in de doelmatigheid
van het beheer en de organisatie. Ten aanzien van IB wordt verslag uitgebracht van
activiteiten die zijn ondernomen om de bedrijfsprocessen door te lichten, waarbij
het kostenniveau wordt gerelateerd aan de (kwaliteit van de) geleverde prestatie.
IB wordt geacht de uitgangspunten die zij hanteert met betrekking tot doelmatigheid
te expliciteren. Een toelichting op artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de
Regeling SUWI, wordt gegeven in Bijlage XXIII bij de Regeling SUWI.
5c). Totstandkoming niet-financiële informatie
IB rapporteert in het jaarverslag over het totstandkomingsproces van de informatievoorziening
(inclusief de daarbij gehanteerde criteria zoals vastgelegd in bijlage XVII van de SUWI-regeling) en de wijze waarop deze is gewaarborgd (conform artikel 5.16 tweede lid Regeling SUWI).
5d). Financieel Beheer
In dit onderdeel rapporteert IB over eventuele tekortkomingen in het financieel beheer.
Onder financieel beheer wordt verstaan het geheel van beslissingen, handelingen en
regels die zijn bedoeld voor de sturing en beheersing van, alsmede de verantwoording
over, de financiële transacties en de saldi waarvoor het management (mede)verantwoordelijkheid
draagt. De administraties, die ten behoeve van het financieel beheer worden bijgehouden,
worden eveneens tot het financieel beheer gerekend.
Het financieel beheer dient te voldoen aan de eisen ordelijkheid en controleerbaarheid.
Onder ordelijk wordt verstaan dat het financieel beheer en de administraties in overeenstemming
zijn met de in de administratieve organisatie vastgelegde procedureregels. Met controleerbaar
wordt bedoeld dat de uitkomsten van het financieel beheer duidelijk worden vastgelegd,
opdat achteraf controle efficiënt kan worden uitgevoerd. IB rapporteert in het algemeen
bij onvolkomenheden in het financieel beheer als die kunnen leiden tot disfunctioneren
van het financieel beheer en/of betrekking hebben op kritieke processen en/of wijd
verbreid zijn en/of kunnen leiden of hebben geleid tot aanzienlijke risico’s.
5e). Overige onderwerpen bedrijfsvoering
IB rapporteert over belangrijke ontwikkelingen ten aanzien van de volgende onderwerpen:
Sociaal beleid en HRM
IB rapporteert op dit punt over belangrijke personeelsaangelegenheden, waaronder in
ieder geval de personeelsomvang, het personeelsverloop, de sociale plannen en de daarmee
gemoeide kosten.
ICT en informatiebeveiliging
IB rapporteert over de voortgang, verbetering en vernieuwing van de geautomatiseerde
ondersteuning van zowel haar primaire- als ondersteunende processen. Ook de voortgang
van projecten ter verbetering van gegevensbeheer en privacybescherming vallen hier
onder. In het jaarverslag wordt ingegaan op het oordeel van de EDP-auditor. Deze geeft
conform artikel 5.22 en 6.4 Regeling SUWI een oordeel over het stelsel van maatregelen en procedures gericht
op het waarborgen van een exclusieve, integere, beschikbare en controleerbare gegevensverwerking
en over het beveiligingsniveau van Suwinet. Indien van toepassing geeft IB inzicht
in de verrichte inspanningen om de kwaliteit te verbeteren c.q. te consolideren.
Huisvesting
IB doet verslag van de voortgang van huisvestingskosten.
6. Governance
De onderwerpen die onder het onderdeel governance vallen hebben betrekking op de bestuurlijke
inrichting van IB en de wijze waarop zij haar taken uitvoert.
Risicomanagement
IB gaat in op welke wijze risico’s binnen de organisatie zijn geanalyseerd, hoe wordt
omgegaan met risico’s en hoe risico’s worden gemanaged.
7. Uitvoeringskosten
In de toelichting wordt onder andere ingegaan op:
-
• uitleg belangrijke posten
-
• verklaring van verschillen (voorgaand jaar en begroting, in ieder geval indien sprake
is van mutaties van meer dan 5% en tenminste € 50.000 ten opzichte van dezelfde begrotingspost
voorafgaand jaar)
-
• opvallende ontwikkelingen
-
• omvang en samenstelling van buitengewone baten en lasten
-
• omvang alsmede dotatie, onttrekking en vrijval van de voorzieningen
Het IB doet jaarlijks verslag van de bestuurskosten van de leden van het Bestuur (artikel 5, vierde lid, Wet SUWI) en van de topinkomens op basis van de Wet openbaarmaking uit financiële middelen gefinancierde topinkomens (WOPT).
9. Overzicht t.b.v. bevoorschotting/afrekening
Ten behoeve van de bevoorschotting neemt IB in het jaarplan en de jaarrekening een
overzicht op van de uitvoeringskosten welke ten laste komen van de rijksbijdrage.
10. Jaarrekening
De jaarrekening van IB geeft inzicht in de baten en lasten over het boekjaar, de balans
aan het eind van het boekjaar en de cash flow, voor zover deze betrekking hebben op
de rijksbijdrage, bedoeld in artikel 5.25 van het Besluit SUWI. De jaarrekening heeft betrekking op de balans en de resultatenrekening met de toelichting
en op de in het jaarplan en modelverantwoording opgenomen financiële onderwerpen.
De jaarrekening is zoveel als mogelijk gebaseerd op titel 9, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, tenzij hiervan in deze modelverantwoording wordt afgeweken.
De in de jaarrekening opgenomen informatie dient een zodanig betrouwbaar beeld te
geven van de werkelijkheid als in de gegeven omstandigheden is vereist. Alle uitvoeringskosten
worden in de budgetverantwoording opgenomen, ongeacht of er budget voor is toegekend.
Het salderen van bijzondere baten en lasten is niet toegestaan, tenzij wetgeving anders
voorschrijft.
De jaarrekening IB bestaat uit de volgende onderdelen:
Grondslagen waardering en resultaatbepaling
In verband met de versnelling van de verantwoording is het toegestaan het handelen
in het verslagjaar te koppelen aan een jaarschijveninterpretatie. De te hanteren jaarschijf
mag niet ouder zijn dan 3 maanden ten opzichte van het kalenderjaar waarop de verantwoording
betrekking heeft. Indien de jaarschijven worden aangepast dan dient dit in de jaarrekening
te worden vermeld evenals de vergelijkbare cijfers van het voorgaande jaar.
Controleverklaring en verslag van bevindingen
De accountant onderzoekt de verantwoording die het management van IB op grond van
de Regeling SUWI heeft uitgebracht. De controleverklaring en het verslag van bevindingen
zijn nader geregeld in artikel 5.10b t/m e en bijlage XXII van de Regeling SUWI.
Egalisatiereserve
Met ingang van het jaar 2014 is het IB verplicht om een egalisatiereserve te vormen.
Deze reserve wordt gevormd uit het positieve verschil tussen gerealiseerde baten en
lasten (SZW-budget). De egalisatiereserve blijft beperkt tot de uitvoeringskosten
en wordt ingezet voor:
-
• Opvangen van schommelingen in de inkomsten en uitgaven
-
• Reserveringen voor kosten die zich niet jaarlijks voordoen (bijvoorbeeld onderhoud
bedrijfsmiddelen)
-
• Opvangen van overlopende verplichtingen (bijvoorbeeld projecten wet- en regelgeving)
-
• Onvoorziene uitgaven met een incidenteel karakter.
Het positieve verschil tussen de gerealiseerde baten en lasten met betrekking tot
de uitvoeringskosten. SZW-budget, dat voor de egalisatiereserve in aanmerking wordt
genomen, heeft betrekking op:
-
• De reguliere exploitatie
-
• Het budget voor projecten wet en regelgeving
-
• Het budget voor projecten bedrijfsvoering
-
• Het budget voor specifieke projecten.
Wat betreft de omvang van de egalisatiereserve zal worden aangesloten bij de richtlijn
voor baten/lastendiensten, te weten 5% van het gemiddelde van de jaarbudgetten van
de afgelopen 3 jaar. Bij de reactie op het jaarverslag over jaar t wordt door SZW
de maximale omvang van de egalisatiereserve voor het jaar t+1 vastgesteld op basis
van het gemiddelde van de vastgestelde jaarbudgetten van jaar t-2, t-1 en t.
De vorming, besteding en vrijval van de egalisatiereserve moet toegelicht worden in
de jaarrekening.
Bestemmingsfonds voor investeringen
IB beschikt gezien de aard van de dienstverlening over grootschalige ICT in verhouding
tot de organisatiegrootte en het budget. De voorziene egalisatiereserve is onvoldoende
groot om grootschalige (vervangings)investeringen te plegen. Het is IB derhalve toegestaan
naast de egalisatiereserve een ‘bestemmingsfonds voor investeringen’ aan te houden. In het jaarplan neemt IB een ‘reservering investeringen’ op, in het jaarverslag het ‘bestemmingsfonds voor investeringen’, inclusief een toelichting en een meerjarig overzicht van de nog te plegen investeringen.
Balans IB per 31 december
|
jaar t
|
jaar t-1
|
• immateriële vaste activa
|
|
|
• materiële vaste activa
|
|
|
• financiële vaste activa
|
|
|
Totaal vaste activa
|
|
|
|
|
|
• vorderingen
|
|
|
• liquide middelen
|
|
|
• overige vlottende activa
|
|
|
Totaal vlottende activa
|
|
|
|
|
|
Totaal activa
|
|
|
|
|
|
• eigen vermogen
|
|
|
• voorzieningen
|
|
|
• bestemmingsfonds
|
|
|
• langlopende schulden
|
|
|
• kortlopende schulden
|
|
|
Totaal passiva
|
|
|
Toelichting
-
• Verloopstaat immateriële vaste activa
-
• Verloopstaat materiële vaste activa
-
• Verloopstaat financiële vaste activa
-
• Verloopstaat eigen vermogen
-
• Verloopstaat voorzieningen
Resultatenrekening IB/Saldo van baten en lasten (met toelichting)
|
jaar t Regulier
|
jaar t Projecten
|
jaar t Totaal
|
jaar t-1 Regulier
|
jaar t-1 Projecten
|
jaar t-1 Totaal
|
Rijksbijdrage
|
|
|
|
|
|
|
Incidenteel budget
|
|
|
|
|
|
|
Overige baten
|
|
|
|
|
|
|
Totaal baten
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Loonkosten eigen personeel
|
|
|
|
|
|
|
Kosten extern personeel
|
|
|
|
|
|
|
Overige personeelskosten
|
|
|
|
|
|
|
Totaal personeelskosten
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Afschrijvingskosten
|
|
|
|
|
|
|
Huisvestingskosten
|
|
|
|
|
|
|
Automatiseringskosten
|
|
|
|
|
|
|
Kantoorkosten
|
|
|
|
|
|
|
Vervoerskosten
|
|
|
|
|
|
|
Overige beheerskosten
|
|
|
|
|
|
|
Totaal overig beheer
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Beleidsbudgetten
|
|
|
|
|
|
|
Totaal overige kosten
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Totaal lasten
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Saldo van baten en lasten
|
|
|
|
|
|
|
11. Aansluitingstabel
(n.v.t.)
12. VBTB-informatie
(n.v.t.)
13. Kwantitatieve informatie met wet
(n.v.t.)
14. Toezichtbevindingen
IB gaat in de tussentijdse verslagen en het jaarverslag op hoofdlijnen in op de bevindingen
van de Inspectie Werk en Inkomen en de Algemene Rekenkamer, en op de naar aanleiding
van deze bevindingen genomen maatregelen.
Bijlage XX. behorende bij de artikelen 5.3 en 5.10a van de Regeling SUWI
Planning & control producten van BKWI
In deze bijlage zijn de informatieproducten gespecificeerd die BKWI (als organisatieonderdeel
van UWV) periodiek aan SZW dient te verstrekken op grond van artikel 5.3 en 5.10a van de Regeling SUWI. Het betreft de volgende producten:
I
|
jaarplan met begroting
|
II
|
tussentijds verslag
|
III
|
jaarverslag incl. jaarrekening
|
Ten aanzien van BKWI wordt één planningsdocument opgeleverd, te weten het jaarplan met begroting (vóór 1 oktober). Het jaarplan van BKWI bevat in elk geval een omschrijving van de
taak, bedoeld in artikel 5.21, eerste lid, van het Besluit SUWI en de andere taken die BKWI ten behoeve van gemeenten verricht. Ten aanzien van BKWI
dient UWV zich op verschillende momenten te verantwoorden over de uitvoering van het
jaarplan. Deze verantwoording vindt plaats in het tussentijdse verslag en het jaarverslag. Het tussentijdse verslag wordt uiterlijk zes weken na afloop van de verslagperiode
aan de minister verstrekt. Het jaarverslag wordt vòòr 15 maart aan de minister aangeboden.
In die hierna volgende tabel worden de onderwerpen benoemd, die in de diverse producten
van de P&C cyclus aan de orde dienen te komen. Daaronder volgt, per onderwerp, een
nadere toelichting.
Tabel: Inhoudsvoorschriften voor de producten van de P&C-cyclus
|
I
|
II
|
III
|
1. Volumeontwikkeling en fondsbelasting (n.v.t.)
|
|
|
|
2. Ontwikkelingen wetsuitvoering en andere taken
|
|
|
|
a. doelstellingen, activiteiten op hoofdlijnen, resultaten, kosten/baten
|
x
|
x
|
x
|
b. prestatie-indicatoren/kengetallen
|
x
|
x
|
x
|
c. speerpunten klantgerichtheid
|
x
|
x
|
x
|
d. speerpunten handhaving
|
|
|
|
3. Ontwikkelingen grote projecten en projecten ter invoering van nieuwe wet- en regelgeving
|
x
|
x
|
x
|
4. Ketensamenwerking
|
x
|
x
|
x
|
5. Bedrijfsvoering
|
|
|
|
a. Rechtmatigheid
|
|
|
x
|
b. Doelmatigheid
|
x
|
|
x
|
c. totstandkoming niet-financiële informatie
|
|
x
|
x
|
d. financieel beheer (tekortkomingen)
|
x
|
x
|
x
|
e. ontwikkelingen t.a.v. o.a. HRM, ICT, huisvesting
|
x
|
x
|
x
|
6. Governance
|
|
|
|
a. Raad van Bestuur
|
|
|
x
|
b. Risicomanagement
|
|
|
x
|
7. Uitvoeringskosten
|
|
|
|
a. opbouw per product c.q. per groot project
|
x
|
x
|
x
|
b. opbouw per kostensoort
|
x
|
x
|
x
|
c. opbouw per wet/andere taken
|
x
|
x
|
x
|
d. prognose lopend jaar
|
|
x
|
|
e. vergelijking met begroting jaar t-1
|
x
|
|
|
f. vergelijking met begroting jaar t
|
|
x
|
x
|
g. vergelijking met laatst goedgekeurde jaarrekening
|
|
|
x
|
h. bestuurskosten
|
|
|
x
|
8. Investeringen per categorie
|
x
|
|
x
|
9. Overzicht t.b.v. bevoorschotting/afrekening
|
x
|
|
x
|
10. Jaarrekening
|
|
|
x
|
11. Aansluitingstabel (n.v.t.)
|
|
|
|
12. VBTB-informatie (n.v.t.)
|
|
|
|
13. Kwantitatieve informatie per wet (n.v.t.)
|
|
|
|
14. Toezichtbevindingen
|
|
|
x
|
Legenda
I
|
jaarplan met begroting
|
II
|
tussentijdse verslag
|
III
|
jaarverslag incl. jaarrekening
|
x
|
Opnemen
|
1. Volumeontwikkeling en fondsbelasting
(n.v.t.)
2. Ontwikkelingen wetsuitvoering en andere taken
Het jaarplan gaat (volgens de VBTB-systematiek) in op de volgende vragen:
-
• Wat willen we bereiken (doelstellingen en prestatie-indicatoren)?
-
• Wat gaan we daarvoor doen (activiteiten)?
-
• Wat mag het kosten (begroting)?
In het jaarplan wordt ook aandacht besteed aan eventuele veranderingen in de taken
van de organisatie. Gedacht kan worden aan:
-
• Nieuwe wet- en regelgeving, waarbij aandacht wordt besteed aan de activiteiten om
de nieuwe maatregelen in te voeren;
-
• Wijzigingen in de andere taken.
In het tussentijdse verslag en het jaarverslag doet BKWI verslag van de uitvoering
van het beleid en de geleverde prestaties. Het jaarplan en de daarin opgenomen prestatie-indicatoren
vormen hierbij het uitgangspunt. De uitkomsten van de prestatie-indicatoren worden,
voorzien van een toelichting, samen met de normen/streefwaarden verantwoord. Indien
van toepassing beschrijft BKWI zoveel als mogelijk de eigen bijdrage aan het behalen
van de doelstellingen en geeft een verklaring als doelstellingen niet worden gehaald
en de verbetermaatregelen die zijn/worden genomen. Bij klantgerichtheid wordt ingegaan
op o.a. klachtenafhandeling, bereikbaarheid en klanttevredenheid.
3. Ontwikkelingen grote projecten en projecten ter invoering van nieuwe wet- en regelgeving
UWV doet ten aanzien van BKWI verslag van de uitvoering van het investeringsprogramma
en de invoering van nieuwe wet- en regelgeving (indien van toepassing). Hierbij wordt
ingegaan op de bereikte resultaten en de daarmee gepaard gaande kosten. BKWI legt
hierbij een relatie met de planning en licht eventuele wijzigingen kort toe.
4. Ketensamenwerking
Voor de elektronische voorzieningen wordt verslag gedaan van de samenwerking tussen
ketenpartners, de ontwikkelingen in de keten werk en inkomen en de voortgang van de
uitvoering van het ketenprogramma. Het jaarplan vormt hierbij het uitgangspunt. Per
speerpunt wordt aangegeven in welke mate de doelstellingen zijn gerealiseerd en wat
de onderliggende analyse is bij afwijkingen in de realisatie. In dat geval wordt verder
aangegeven welke aanvullende maatregelen door BKWI zijn genomen om de doelstellingen
alsnog te realiseren.
5. Bedrijfsvoering
In de bedrijfsvoeringsparagraaf gaat UWV in op de sturing en beheersing van de bedrijfsprocessen
binnen BKWI. Het doel is aan te geven in welke mate het management van BKWI haar bedrijfsprocessen
beheerst. In de bedrijfsvoeringsparagraaf legt UWV, mede gebaseerd op risicoanalyse,
verantwoording af over de bedrijfsvoering van BKWI. De bedrijfsvoeringsparagraaf bestaat
tenminste uit de volgende onderdelen:
5a). Rechtmatigheid
De wijze waarop UWV ten aanzien van BKWI verantwoording dient af te leggen over de
rechtmatigheid in het jaarverslag en de jaarrekening, alsmede de wijze waarop de accountant
zijn controlewerkzaamheden dient te verrichten, zijn nader uitgewerkt in de artikelen 5.10b t/m 5.10e van de Regeling SUWI en met name in de daarbij behorende toelichting.
5b). Doelmatigheid
In artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI is aangegeven dat UWV inzicht moet bieden in de doelmatigheid
van het beheer en de organisatie BKWI. Ten aanzien van BKWI wordt verslag uitgebracht
van activiteiten die zijn ondernomen om de bedrijfsprocessen door te lichten, waarbij
het kostenniveau wordt gerelateerd aan de (kwaliteit van de) geleverde prestatie.
De Raad van Bestuur van UWV wordt geacht de uitgangspunten die zij hanteert met betrekking
tot doelmatigheid te expliciteren. Een toelichting op artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel
c, van de Regeling SUWI, wordt gegeven in Bijlage XXIII bij de Regeling SUWI.
5c). Totstandkoming niet-financiële informatie
UWV rapporteert in het jaarverslag over het onderdeel BKWI over het totstandkomingproces
van de informatievoorziening (inclusief de daarbij gehanteerde criteria zoals vastgelegd
in bijlage XVII van de SUWI-regeling) en de wijze waarop deze is gewaarborgd (conform artikel 5.16 tweede lid Regeling SUWI). In zowel het tussentijdse verslag als het jaarverslag wordt ingegaan
op de voortgang van verbetermaatregelen.
5d). Financieel Beheer
In dit onderdeel rapporteert UWV over eventuele tekortkomingen in het financieel beheer
van BKWI. Onder financieel beheer wordt verstaan het geheel van beslissingen, handelingen
en regels die zijn bedoeld voor de sturing en beheersing van, alsmede de verantwoording
over, de financiële transacties en de saldi waarvoor het management (mede)verantwoordelijkheid
draagt. De administraties, die ten behoeve van het financieel beheer worden bijgehouden,
worden eveneens tot het financieel beheer gerekend
Het financieel beheer dient te voldoen aan de eisen ordelijkheid en controleerbaarheid.
Onder ordelijk wordt verstaan dat het financieel beheer en de administraties in overeenstemming
zijn met de in de administratieve organisatie vastgelegde procedureregels. Met controleerbaar
wordt bedoeld dat de uitkomsten van het financieel beheer duidelijk worden vastgelegd,
opdat achteraf controle efficiënt kan worden uitgevoerd. Het UWV rapporteert in het
algemeen bij onvolkomenheden in het financieel beheer als die kunnen leiden tot disfunctioneren
van het financieel beheer en/of betrekking hebben op kritieke processen en/of wijd
verbreid zijn en/of kunnen leiden of hebben geleid tot aanzienlijke risico’s.
5e). Overige onderwerpen bedrijfsvoering
UWV rapporteert voor het onderdeel BKWI over belangrijke ontwikkelingen ten aanzien
van de volgende onderwerpen:
Sociaal beleid en HRM
BKWI rapporteert op dit punt over belangrijke personeelsaangelegenheden, waaronder
in ieder geval de personeelsomvang, het personeelsverloop, de sociale plannen en de
daarmee gemoeide kosten.
ICT en informatiebeveiliging
UWV rapporteert over de voortgang, verbetering en vernieuwing van de geautomatiseerde
ondersteuning van zowel haar primaire- als ondersteunende processen bij BKWI. Ook
de voortgang van projecten ter verbetering van gegevensbeheer en privacybescherming
vallen hier onder. In het jaarverslag wordt ingegaan op het oordeel van de EDP-auditor.
Deze geeft conform artikel 5.22 en 6.4 Regeling SUWI een oordeel over het stelsel van maatregelen en procedures gericht
op het waarborgen van een exclusieve, integere, beschikbare en controleerbare gegevensverwerking
en over het beveiligingsniveau van Suwinet. Indien van toepassing geeft UWV voor de
bijdrage van BKWI inzicht in de verrichte inspanningen om de kwaliteit te verbeteren
c.q. te consolideren.
Huisvesting
UWV doet verslag van de voortgang van huisvestingskosten van BKWI.
6. Governance
De onderwerpen die onder het onderdeel governance vallen hebben betrekking op de bestuurlijke
inrichting door UWV van het organisatieonderdeel BKWI en de wijze waarop zij haar
taken uitvoert.
Risicomanagement
UWV gaat in op welke wijze risico’s binnen het organisatieonderdeel BKWI zijn geanalyseerd,
hoe wordt omgegaan met risico’s en hoe risico’s worden gemanaged.
7. Uitvoeringskosten
In de toelichting wordt onder andere ingegaan op:
-
• uitleg belangrijke posten
-
• verklaring van verschillen (in ieder geval indien sprake is van verschillen van meer
dan 5% en tenminste 50.000 ten opzichte van dezelfde post voorafgaand jaar)
-
• opvallende ontwikkelingen
-
• omvang en samenstelling van buitengewone baten en lasten
-
• omvang alsmede dotatie, onttrekking en vrijval van de voorzieningen (jaarrekening).
Bestuurskosten
BKWI doet jaarlijks verslag van de bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur
(artikel 5 vierde lid Wet SUWI), en van de topinkomens op basis van de Wet openbaarmaking uit financiële middelen gefinancierde topinkomens (WOPT).
9. Overzicht t.b.v. bevoorschotting/afrekening
Ten behoeve van de bevoorschotting neemt BKWI in het jaarplan en de jaarrekening een
overzicht op van de uitvoeringskosten welke ten laste komen van de rijksbijdrage.
De kasbeweging dient aan te sluiten op de rekeningen-courant met het ministerie van
Financiën (geïntegreerd middelenbeheer).
10. Jaarrekening
De jaarrekening voor het onderdeel BKWI geeft inzicht in de baten en lasten over het
boekjaar, de balans aan het eind van het boekjaar en de cash flow. De jaarrekening
heeft betrekking op de balans en de resultatenrekening met de toelichting en op de
in het jaarplan en modelverantwoording opgenomen financiële onderwerpen. De jaarrekening
is zoveel als mogelijk gebaseerd op titel 9, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, tenzij hiervan in deze modelverantwoording wordt afgeweken. De in de jaarrekening
opgenomen informatie dient een zodanig betrouwbaar beeld te geven van de werkelijkheid
als in de gegeven omstandigheden is vereist. Alle uitvoeringskosten worden in de budgetverantwoording
opgenomen, ongeacht of er budget voor is toegekend. Het salderen van bijzondere baten
en lasten is niet toegestaan, tenzij wetgeving anders voorschrijft.
De jaarrekening voor het onderdeel BKWI bestaat uit de volgende onderdelen:
Grondslagen waardering en resultaatbepaling
In verband met de versnelling van de verantwoording is het toegestaan het handelen
in het verslagjaar te koppelen aan een jaarschijveninterpretatie. De te hanteren jaarschijf
mag niet ouder zijn dan 3 maanden ten opzichte van het kalenderjaar waarop de verantwoording
betrekking heeft. Indien de jaarschijven worden aangepast dan dient dit in de jaarrekening
te worden vermeld evenals de vergelijkbare cijfers van het voorgaande jaar.
Accountantsverklaring en verslag van bevindingen
De accountant onderzoekt de verantwoording die het management van het BKWI op grond
van de Regeling SUWI heeft uitgebracht. De accountantsverklaring en het verslag van
bevindingen zijn nader geregeld in artikel 5.10b t/m e en bijlage XXII van de Regeling SUWI.
Egalisatiereserve
Met ingang van het jaar 2014 is het BKWI verplicht om een egalisatiereserve te vormen.
Deze reserve wordt gevormd uit het positieve verschil tussen gerealiseerde baten en
lasten (SZW-budget). De egalisatiereserve blijft beperkt tot de uitvoeringskosten
en wordt ingezet voor:
-
• Opvangen van schommelingen in de inkomsten en uitgaven
-
• Reserveringen voor kosten die zich niet jaarlijks voordoen (bijvoorbeeld onderhoud
bedrijfsmiddelen)
-
• Opvangen van overlopende verplichtingen (bijvoorbeeld projecten wet- en regelgeving)
-
• Onvoorziene uitgaven met een incidenteel karakter.
Het positieve verschil tussen de gerealiseerde baten en lasten met betrekking tot
de uitvoeringskosten. SZW-budget, dat voor de egalisatiereserve in aanmerking wordt
genomen, heeft betrekking op:
-
• De reguliere exploitatie
-
• Het budget voor projecten wet en regelgeving
-
• Het budget voor projecten bedrijfsvoering
-
• Het budget voor specifieke projecten.
Wat betreft de omvang van de egalisatiereserve zal worden aangesloten bij de richtlijn
voor baten/lastendiensten, te weten 5% van het gemiddelde van de jaarbudgetten van
de afgelopen 3 jaar. Bij de reactie op het jaarverslag over jaar t wordt door SZW
de maximale omvang van de egalisatiereserve voor het jaar t+1 vastgesteld op basis
van het gemiddelde van de vastgestelde jaarbudgetten van jaar t-2, t-1 en t.
De vorming, besteding en vrijval van de egalisatiereserve moet toegelicht worden in
de jaarrekening.
Egalisatiereserve en bestemmingsfonds voor investeringen
BKWI beschikt gezien de aard van de dienstverlening over grootschalige ICT in verhouding
tot de organisatiegrootte en het budget. De voorziene egalisatiereserve is onvoldoende
groot om grootschalige (vervangings)investeringen te plegen. Het is BKWI derhalve
toegestaan naast de egalisatiereserve een ‘bestemmingsfonds voor investeringen’ aan te houden. In het jaarplan neemt BKWI een ‘reservering investeringen’ op, in het jaarverslag het ‘bestemmingsfonds voor investeringen’, inclusief een
toelichting en een meerjarig overzicht van de nog te plegen investeringen.
Balans BKWI per 31 december
|
jaar t
|
jaar t-1
|
• immateriële vaste activa
|
|
|
• materiële vaste activa
|
|
|
• financiële vaste activa
|
|
|
Totaal vaste activa
|
|
|
|
|
|
• vorderingen
|
|
|
• liquide middelen
|
|
|
• overige vlottende activa
|
|
|
Totaal vlottende activa
|
|
|
|
|
|
Totaal activa
|
|
|
|
|
|
• eigen vermogen
|
|
|
• egalisatiereserve
|
|
|
• bestemmingsfonds
|
|
|
• voorzieningen
|
|
|
• langlopende schulden
|
|
|
• kortlopende schulden
|
|
|
Totaal passiva
|
|
|
Toelichting
-
• Verloopstaat immateriële vaste activa
-
• Verloopstaat materiële vaste activa
-
• Verloopstaat financiële vaste activa
-
• Verloopstaat eigen vermogen
-
• Verloopstaat voorzieningen
Resultatenrekening BKWI/Saldo van baten en lasten (inclusief toelichting)
|
jaar t Regulier
|
jaar t Projecten
|
jaar t
Totaal
|
jaar t-1
Regulier
|
jaar t-1
Projecten
|
jaar t-1
Totaal
|
Rijksbijdrage
|
|
|
|
|
|
|
Incidenteel budget
|
|
|
|
|
|
|
Overige baten
|
|
|
|
|
|
|
Totaal baten
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Loonkosten eigen personeel
|
|
|
|
|
|
|
Kosten extern personeel
|
|
|
|
|
|
|
Overige personeelskosten
|
|
|
|
|
|
|
Totaal personeelskosten
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Afschrijvingskosten
|
|
|
|
|
|
|
Huisvestingskosten
|
|
|
|
|
|
|
Automatiseringskosten
|
|
|
|
|
|
|
Kantoorkosten
|
|
|
|
|
|
|
Vervoerskosten
|
|
|
|
|
|
|
Overige beheerskosten
|
|
|
|
|
|
|
Totaal overig beheer
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Beleidsbudgetten
|
|
|
|
|
|
|
Totaal overige kosten
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Totaal lasten
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Saldo van baten en lasten
|
|
|
|
|
|
|
11. Aansluitingstabel
(n.v.t.)
12. VBTB-informatie
(n.v.t.)
13. Kwantitatieve informatie met wet
(n.v.t.)
14. Toezichtbevindingen
BKWI gaat in het jaarverslag op hoofdlijnen in op de bevindingen van de Inspectie
Werk en Inkomen en de Algemene Rekenkamer, en op de naar aanleiding van deze bevindingen
genomen maatregelen.
Bijlage XXII. als bedoeld in artikel 5.10d, vijfde lid, van de Regeling SUWI
CONTROLEVERKLARING van de onafhankelijke accountant
Aan:
Verklaring betreffende de wettelijke jaarrekening c.a.
Ingevolge Artikel 49 lid 3 van de Wet Structuur Uitvoeringsorganisatie Werk en Inkomen (Wet SUWI) hebben wij de volgende elementen die alle deel uitmaken van het jaarverslag
201X van het zbo /de stichting en hierna samen worden aangeduid als de jaarrekening
c.a., gecontroleerd:
-
• De jaarrekening 201X van het zbo /de stichting (jaarverslag 201X, paginanummers xx
tot en met xx). Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 201X en de
winst-en-verliesrekening over 201X met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht
van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen
en waarin ook begrepen het overzicht van personele topinkomens over 201X;
-
• De in de bedrijfsvoeringparagraaf opgenomen rapportage over de financiële rechtmatigheid
van de uitkomsten van de taakuitvoering over 201X (jaarverslag 201X, pagina xx e.v.);
-
• De weergave van de uitgaven aan onderwijsvoorzieningen in 201X (jaarverslag 201X,
pagina xx). NB: Alleen indien van toepassing.
Verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur zbo/Stichtingsbestuur/Raad/Directie
De Raad van Bestuur zbo/Stichtingsbestuur/Raad/Directie is verantwoordelijk voor het
opmaken van de jaarrekening c.a., alsmede voor het opstellen van de overige onderdelen
van het jaarverslag, alle in overeenstemming met de Wet SUWI en de daarmee verbonden dan wel daaruit voortvloeiende regelgeving, waaronder het
Uitvoeringsbesluit onderwijsvoorzieningen voor jongeren met een handicap. De Raad
van Bestuur zbo/Stichtingsbestuur/Raad/Directie is tevens verantwoordelijk voor een
zodanige interne beheersing als zij noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening
c.a. mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude
of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountant
Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening c.a. op
basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met
Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en de regels inzake
de accountantscontrole zoals opgenomen in de Regeling SUWI, paragraaf 5.1b, Accountantscontrole. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische
voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke
mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening c.a. geen afwijkingen van materieel
belang bevatten.
Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie
over de bedragen en de toelichtingen in de verantwoordingen. De geselecteerde werkzaamheden
zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip
van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening c.a. een afwijking van materieel
belang bevatten als gevolg van fraude of fouten.
Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing
in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening c.a. en voor het
getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend
zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een
oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing
van het zbo /de stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid
van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid
van de door de Raad van Bestuur zbo/Stichtingsbestuur/ Raad/Directie gemaakte schattingen,
alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening c.a..
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt
is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel
Naar ons oordeel geven de in het jaarverslag 201X van het zbo/de stichting opgenomen
-
• jaarrekening over 201X met de financiële toelichtingen daarbij waarin begrepen het
overzicht van personele topinkomens over 201X;
-
• de rapportage over de financiële rechtmatigheid van de uitkomsten van de taakuitvoering
over 201X; en
-
• de weergave van de uitgaven in 201X aan onderwijsvoorzieningen. NB: Alleen indien van toepassing.
een getrouw beeld van de uitkomsten van de taakuitvoering van het zbo/de stichting
over 201X in overeenstemming met de Wet SUWI en de daarmee verbonden dan wel daaruit voortvloeiende regelgeving, waaronder het
Uitvoeringsbesluit onderwijsvoorzieningen voor jongeren met een handicap. (NB: Zin vanaf ‘waaronder’ alleen indien van toepassing.)
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen
Tevens vermelden wij dat de overige delen van het jaarverslag, voor zover wij dat
kunnen beoordelen, verenigbaar zijn met de jaarrekening c.a.
Plaats, datum
Accountant van
Naam accountant en ondertekening met die naam
Inleiding
Doelmatigheid is een begrip dat op verschillende manieren kan worden gedefinieerd.
Een gangbaar onderscheid is die tussen ‘doelmatigheid van bedrijfsvoering’ en ‘doelmatigheid
van beleid’. Bij ‘doelmatigheid van bedrijfsvoering’ staat de samenhang tussen de
geleverde prestaties (producten of diensten) – uitgedrukt in kwantiteit én kwaliteit
– en de ingezette middelen centraal. De ‘doelmatigheid van beleid’ benadert doelmatigheid
op een hoger abstractieniveau, waarbij de relatie tussen beoogde effecten en ingezette
middelen centraal staat.
In de context van de Wet SUWI gaat het om de doelmatigheid van de uitvoering van de sociale verzekeringen en wetten
in het verstreken boekjaar en de vraag of het beheer en de organisatie van de rechtspersoon
voldoen aan eisen van doelmatigheid. De uitwerking van het doelmatigheidsbegrip die
in het kader van de Regeling SUWI wordt gegeven heeft betrekking op de doelmatigheid
van bedrijfsvoering.
Definitie doelmatigheid
Een organisatie is doelmatig als er een goed evenwicht is tussen de geleverde prestaties
(primair in kwantiteit en secundair in kwaliteit) en de door haar ingezette middelen.
In aansluiting op de definitie van doelmatigheid werken UWV, SVB, IB en BKWI hun eigen
toetsingskader uit.
Minimumeisen toetsingskader
Het toetsingskader dient aan de volgende minimumeisen te voldoen:
-
1. het kader gaat in op de maatregelen die de organisatie heeft genomen om de doelmatigheid
inzichtelijk te maken;
-
2. het kader gaat in op de wijze waarop de organisatie verantwoording aflegt over de
mate waarin prestaties (producten of diensten) conform de afspraken met de Minister
zijn gerealiseerd. Hierbij moet de organisatie aspecten meenemen die een uitspraak
doen over het aantal producten, diensten of klanten alsmede over de kwaliteit van
de producten of diensten. Kwaliteitsaspecten kunnen bijvoorbeeld betrekking hebben
op klanttevredenheid, het aantal klachten en rechtmatigheid;
-
3. het kader gaat in op de wijze waarop de organisatie duidelijkheid verschaft over de
middelen die nodig zijn geweest voor het realiseren van de onderscheiden producten
of diensten;
-
4. het kader gaat in op de wijze waarop de organisatie duidelijkheid verschaft over de
relatie tussen de gerealiseerde prestaties en de daarbij verbruikte middelen. Hierbij
dient de gerealiseerde doelmatigheid te worden afgezet tegen de eventueel bij de begroting
van jaar t bepaalde doelstelling m.b.t. te realiseren doelmatigheid ten opzichte van
jaar t-1;
-
5. indien de organisatie niet aan de bovenstaande minimumeisen kan voldoen dient een
uitleg te worden gegeven over de reden hiervoor en dient de organisatie aan te geven
hoe en wanneer de gedefinieerde eindsituatie zal worden bereikt.
Rol van de accountant
De accountant gaat in de context van de Wet SUWI in zijn verslag van bevindingen in op de vraag of het beheer en de organisatie van
de rechtspersoon voldoet aan de eisen van doelmatigheid.
De accountant heeft als taak in zijn verslag van bevindingen te rapporteren over de
ordelijke en controleerbare totstandkoming van de verantwoording over de doelmatigheid.
De accountant stelt in dit verband ook vast of de organisatie een toetsingskader hanteert
dat voldoende rekening houdt met de in deze toelichting benoemde minimumeisen.