Terugwerkende kracht van overeenkomst tot aangaan van personenvennootschap

[Regeling vervallen per 06-02-2010.]
Geraadpleegd op 05-05-2024.
Geldend van 01-01-2001 t/m 05-02-2010

Terugwerkende kracht van overeenkomst tot aangaan van personenvennootschap

De Directeur-Generaal Belastingdienst heeft namens de Staatssecretaris van Financiën het volgende besloten.

Dit besluit is opnieuw uitgebracht voor de toepassing van de Wet IB 2001. Hiermee is geen inhoudelijke wijziging beoogd ten opzichte van de regeling die gold voor de toepassing van de Wet IB 1964, besluit van 30 november 1998, nr. DB98/841, zoals gewijzigd bij besluiten van 5 februari 1999, nr. DB99/235 en 12 april 1999, nr. DB 99/1140, onderdeel 4 (Terugwerkende kracht van de overeenkomst).

De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 12 februari 1997, BNB1997/176, bepaald dat als uitgangspunt geldt dat vóór het aangaan van een maatschaps- of vennootschapsovereenkomst tussen echtgenoten geen rekening dient te worden gehouden met de gevolgen van de overeenkomst. De Hoge Raad overwoog dat een uitzondering moet worden gemaakt voor de situatie waarin ‘een overeengekomen terugwerkende kracht op zakelijke gronden berust’.

Om praktische redenen keur ik goed dat aan een schriftelijke maatschaps- of vennootschapsovereenkomst waarin een terugwerkende kracht is overeengekomen, een terugwerkende kracht van negen maanden wordt toegekend, met dien verstande dat die overeenkomst niet verder terug kan werken dan daarin is overeengekomen en evenmin verder dan tot het begin van het kalenderjaar waarin die overeenkomst tot stand is gekomen. Indien de winst overeenkomstig artikel 3.66 van de Wet inkomstenbelasting 2001 mag worden bepaald over een niet met het kalenderjaar samenvallend boekjaar, treedt het boekjaar in de plaats van het kalenderjaar. Ook voor de toepassing van de ondernemingsfaciliteiten wordt rekening gehouden met een terugwerkende kracht. Deze goedkeuring strekt zich mede uit tot overeenkomsten tussen anderen dan echtgenoten.

Naar boven