De ambtenaar belast met de grensbewaking weigert de toegang aan iedere vreemdeling
die niet aan de toegangsvoorwaarden voldoet. De weigering van toegang is een met redenen
omklede beslissing:
-
• die geen uitstel gedoogt of, in voorkomend geval, na het verstrijken van de in de
Vw genoemde termijn van uitstel ten uitvoer wordt gelegd;
-
• die door de ambtenaar belast met de grensbewaking aan de vreemdeling wordt uitgereikt;
-
• die inhoudt dat een vreemdeling bij het niet vervullen van de voorwaarden voor binnenkomst
niet het grondgebied van Nederland of het Schengengebied mag binnenkomen en aldaar
verblijven.
De ambtenaar belast met de grensbewaking:
-
• stelt de beslissing omtrent toegangsweigering uit door middel van het model M18A. Indien de vreemdeling een aanvraag voor een verblijfvergunning asiel voor bepaalde
tijd indient nádat de toegang is geweigerd, komt aan die toegangsweigering geen betekenis
meer toe. De ambtenaar belast met de grensbewaking stelt ook in dat geval de beslissing
omtrent de toegangsweigering uit door middel van het model M18A;
-
• legt een vrijheidsontnemende maatregel op grond van artikel 6, derde lid Vw op door middel van het model M19 dan wel M19A; en
-
• plaatst de vreemdeling ten spoedigste voor de behandeling van de aanvraag voor het
verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in AC Schiphol.
De ambtenaar belast met de grensbewaking neemt contact op met de IND over het al dan
niet uitstellen van de weigering tot toegang, als de ambtenaar belast met de grensbewaking
concludeert dat het weigeren van toegang mogelijk leidt tot het schaden van een wezenlijk
humanitair belang.
De ambtenaar belast met de grensbewaking kan altijd de medewerker van de IND consulteren
voor advies indien hiertoe naar het oordeel van de ambtenaar belast met de grensbewaking
aanleiding bestaat. Het advies van de medewerker van de IND is in deze gevallen bindend.
Indien een volwassen vreemdeling samen met een minderjarig kind te kennen geeft een
aanvraag voor het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te
willen indienen, dan handelt de ambtenaar belast met de grensbewaking als volgt:
-
• de ambtenaar belast met de grensbewaking verleent de toegang en legt daarmee geen
vrijheidsontnemende maatregel op; en
-
• de ambtenaar belast met de grensbewaking verwijst deze vreemdelingen voor het indienen
van de aanvraag voor het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde
tijd, door naar de aanmeldunit van de AVIM (Afdeling Vreemdelingpolitie, Identificatie
en Mensenhandel) (zie paragraaf C1/2.1 Vc).
Indien er indicaties zijn van mogelijke risico’s voor het geestelijk of lichamelijk
welzijn van het minderjarige kind of indien nader onderzoek nodig is naar de volwassen
vreemdeling of zijn gestelde relatie tot het minderjarige kind, dan kan de ambtenaar
belast met de grensbewaking van deze regel afwijken. De ambtenaar belast met de grensbewaking:
-
• stelt de toegangsweigering uit door middel van het model M18A;
-
• legt een vrijheidsontnemende maatregel op grond van artikel 6, derde lid, Vw door
middel van het model M19 dan wel M19A (zie paragraaf A5/3.2 Vc); en
-
• plaatst de volwassen vreemdeling en het minderjarige kind, voor de behandeling van
de aanvraag voor het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd
in de Gesloten Gezinsvoorziening in Zeist.
Indien er door de ambtenaar belast met de grensbewaking wordt vastgesteld dat er risico’s
zijn voor het geestelijk of lichamelijk welzijn van het minderjarige kind en/of dat
er geen nader onderzoek nodig is naar de volwassen vreemdeling of zijn gestelde relatie
tot het minderjarige kind (de relatie wordt niet aangenomen), dan wordt er als volgt
gehandeld. De ambtenaar belast met de grensbewaking:
-
• verleent aan het minderjarige kind de toegang en legt daarmee geen vrijheidsontnemende
maatregel op;
-
• verwijst het minderjarige kind voor het indienen van de aanvraag voor het verlenen
van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, door naar de aanmeldunit van
de AVIM (zie paragraaf C1/2.1 Vc).
-
• stelt de toegangsweigering van de volwassen vreemdeling uit door middel van het model
M18A;
-
• legt aan de volwassen vreemdeling een vrijheidsontnemende maatregel op op grond van
artikel 6, derde lid, Vw door middel van het model M19 dan wel M19A (zie paragraaf
A5/3.2);
-
• plaatst de volwassen vreemdeling ten spoedigste voor de behandeling van de aanvraag
voor het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in AC Schiphol.
Indien een alleenstaande minderjarige vreemdeling te kennen geeft een aanvraag voor
het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te willen indienen,
dan handelt de ambtenaar belast met de grensbewaking als volgt:
-
• de ambtenaar belast met de grensbewaking verleent de toegang en legt daarmee geen
vrijheidsontnemende maatregel op; en
-
• de ambtenaar belast met de grensbewaking verwijst deze vreemdeling voor het indienen
van de aanvraag voor het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde
tijd, door naar de aanmeldunit van de AVIM (zie paragraaf C1/2.1 Vc).
De ambtenaar belast met de grensbewaking legt een voornemen voor aan de IND als het
voornemen bestaat om de toegang te weigeren aan een vreemdeling die een onderdaan
van de EU, EER of Zwitserland is of dit stelt te zijn, en vraagt een bijzondere aanwijzing
op grond van artikel 8.8, tweede lid, Vb.
De ambtenaar belast met de grensbewaking neemt contact op met de IND als, in andere
dan de hierboven genoemde gevallen, het al dan niet verlenen van toegang nauw samenhangt
met de toelatingsbeslissing. Dit gebeurt in ieder geval als de ambtenaar belast met
grensbewaking het voornemen heeft de toegang te weigeren aan personen behorend tot
een van onderstaande categorieën:
-
• de persoon die zich erop beroept Nederlander te zijn en/of daarmee te worden gelijkgesteld;
-
• de vreemdeling die zich op een bijzondere status beroept (zie A1/4 Vc);
-
• de vreemdeling die zich erop beroept dat hem lang verblijf in Nederland is toegestaan;
-
• de vreemdeling die in het bezit is van een geldige mvv; of
-
• buitenlandse adoptiekinderen, adoptiefkinderen en pleegkinderen.
De ambtenaar belast met de grensbewaking neemt contact op met de IND als:
-
• het weigeren van toegang leidt tot het schaden van een wezenlijk humanitair belang;
-
• een wezenlijk Nederlands belang (bijvoorbeeld het bijzonder urgente reisdoel van de
vreemdeling) zich tegen weigering van toegang verzet.
De ambtenaar belast met de grensbewaking weigert toegang aan een vreemdeling van wie
blijkt dat hij lang verblijf beoogt, als de vereiste mvv ontbreekt. De ambtenaar belast
met de grensbewaking mag met machtiging van de IND onder bepaalde voorwaarden in ieder
geval toegang verlenen in de volgende situaties:
-
• de vreemdeling wijzigt zijn verblijfsdoel;
-
• er is een wezenlijk Nederlands belang gediend bij het verlenen van toegang;
-
• er is sprake van klemmende reden van humanitaire aard.
De ambtenaar belast met de grensbewaking kruist in het standaardformulier zoals opgenomen
in bijlage V, deel B, SGC en als model M17 overgenomen als bijlage van de Vc, de redenen aan op grond waarvan de toegang wordt
geweigerd aan een vreemdeling uit een derde land die wil inreizen. De ambtenaar belast
met de grensbewaking maakt op het model M17 melding van:
-
• de betreffende staat (in Nederland van de Staat der Nederlanden);
-
• de betreffende instantie, inclusief overheidslogo (van de KMar of ZHP);
-
• de toepasselijke bepalingen van de wetgeving met betrekking tot de reden voor toegangsweigering
(in dit geval artikel 14 juncto artikel 6, eerste lid SGC).
Toegangsweigering na de grensprocedure
In paragraaf A5/3.1 Vc onder het kopje Vrijheidsontneming op grond van artikel 6, derde lid, Vw is toegelicht in welke situaties de grondslag voor vrijheidsontneming in artikel
6, derde lid, Vw wordt toegepast. Wanneer de daar genoemde situaties niet langer van
toepassing zijn, neemt de ambtenaar belast met de grensbewaking zo spoedig mogelijk,
maar uiterlijk binnen twee dagen, een besluit omtrent weigering van de toegang als
bedoeld in artikel 14 SGC middels het model M17A.
Wanneer het de vreemdeling ingevolge artikel 7.3 tweede lid juncto artikel 3.1, tweede lid onder a of e, Vb niet is toegestaan de uitspraak op een ingediend verzoek tot het treffen van een
voorlopige voorziening hier te lande af te wachten, neemt de ambtenaar belast met
de grensbewaking zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen twee dagen, na het besluit
op de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd een besluit omtrent
weigering van de toegang als bedoeld in artikel 14 SGC middels het model M17A.
Toegangsweigering na intrekking van de asielaanvraag in de grensprocedure
Indien de vreemdeling de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde
tijd intrekt, neemt de ambtenaar belast met de grensbewaking zo spoedig mogelijk een
besluit omtrent weigering van de toegang als bedoeld in artikel 14 juncto artikel
6 SGC, middels het model M17. Tevens wordt een nieuwe vrijheidsontnemende maatregel
opgelegd op grond van artikel 6, eerste en tweede lid, Vw dan wel artikel 6a, eerste lid, Vw. Het nemen van een besluit omtrent de weigering van toegang en het opleggen van een
nieuwe vrijheidsontnemende maatregel dient zo spoedig mogelijk plaats te vinden, maar
uiterlijk binnen twee dagen na intrekking van de asielaanvraag.
Gevaar voor de volksgezondheid
Als een vreemdeling de toegang tot het grondgebied is geweigerd omdat hij een gevaar
vormt voor de volksgezondheid, treft de ambtenaar belast met de grensbewaking maatregelen
die erop gericht zijn de volksgezondheid te beschermen.
De ambtenaar belast met de grensbewaking weigert de vreemdeling de toegang als de
ziekte:
De ambtenaar belast met de grensbewaking legt een maatregel als bedoeld in artikel
6, eerste lid, Vw op met als aangewezen ruimte het ziekenhuis alwaar de behandeling
of de quarantaine plaats zal vinden (zie model M19 en Sigma, het digitale vreemdelingenbeeld).
De ambtenaar belast met de grensbewaking beoordeelt of aan de vreemdeling alsnog toegang
tot het grondgebied kan worden verleend na afloop van:
De ambtenaar belast met de grensbewaking informeert de Korpschef over de in het kader
van de grensbewaking getroffen maatregelen.
Rechtsmiddelen toegangsweigering
De schriftelijke toegangsweigering is een besluit waartegen de vreemdeling administratief
beroep kan instellen bij de IND. De ambtenaar belast met de grensbewaking reikt aan
de vreemdeling naast het model M17, M17A of M18 ook een folder ‘Rechtsmiddelen’ uit.
De ambtenaar belast met de grensbewaking zendt een faxbericht aan de meldcentrale
rechtsbijstand als een geweigerde vreemdeling om een raadsman verzoekt. De vreemdeling
moet het administratief beroepschrift binnen vier weken indienen bij de IND. De vreemdeling
mag de behandeling van het administratief beroepschrift niet in Nederland afwachten.
De vreemdeling moet Nederland op grond van artikel 5, eerste lid, Vw onmiddellijk verlaten, tenzij er sprake is van een eerste verzoek om een voorlopige
voorziening.
Indien na de toegangsweigering (vrijwel) gelijktijdig een vrijheidsontnemende maatregel
op grond van artikel 6, eerste en tweede lid, Vw of artikel 6a, eerste lid, Vw wordt
opgelegd en men tegen deze vrijheidsontnemende maatregel beroep instelt, dan dient
het rechtsmiddel tegen de toegangsweigering eveneens beroep te zijn, in plaats van
administratief beroep.
Rechtsmiddelen uitstellen van de toegangsweigering
Het uitstellen van het besluit over de toegang tot Nederland is aan te merken als
een voorbereidingshandeling als bedoeld in artikel 6:3 van de Awb. Het betreft dan ook geen besluit waartegen afzonderlijk rechtsmiddelen kunnen worden
aangewend. Indien de vreemdeling wil opkomen tegen de toepassing van de grensprocedure,
kan dit, indien de klacht samenhangt met de vrijheidsontnemende maatregel op grond
van artikel 6, derde lid Vw naar voren worden gebracht in het beroep tegen de vrijheidsontnemende
maatregel. Indien de klacht samenhangt met de behandeling dan wel de uitkomst van
de asielaanvraag, kan deze naar voren worden gebracht bij het beroep tegen het besluit
tot afwijzing van die aanvraag.
Rechtsmiddelen toegangsweigering na afwijzing asielaanvraag in de grensprocedure (model
M17A)
Nadat het besluit omtrent weigering van de toegang is genomen, wordt zo spoedig mogelijk
krachtens artikel 6, eerste en tweede lid juncto het zesde lid, Vw dan wel artikel
6a, eerste lid, Vw een nieuwe vrijheidsontnemende maatregel opgelegd. Een beroep tegen
deze vrijheidsontnemende maatregel omvat gelet op het bepaalde in artikel 94, tweede lid, Vw van rechtswege een beroep tegen het besluit tot toegangsweigering dat is genomen
middels het model M17A. Indien de vreemdeling geen beroep instelt tegen de vrijheidsontnemende
maatregel, is het rechtsmiddel dat tegen de toegangsweigering moet worden ingesteld
administratief beroep (zie artikel 77, eerste lid, Vw).
Onderdanen van de EU, de EER en Zwitserland (en familieleden)
De ambtenaar belast met de grensbewaking weigert de aanvraag om een visum uitsluitend
wanneer de vreemdeling overtuigend heeft aangetoond dat de aanvrager een familie-
of een gezinslid is in de zin van artikel 8.7, tweede, derde of vierde lid Vb:
De ambtenaar belast met de grensbewaking verstrekt het visum gratis in het geval dat
hij een familie- of gezinslid als bedoeld in artikel 8.7, tweede, derde of vierde
lid, Vb aan de grens aantreft en hij de vreemdeling verzoekt om een visum aan te vragen
om de onderdaan van de EU, de EER en Zwitserland te begeleiden of zich bij die onderdaan
te voegen.
Alleenreizende minderjarige vreemdelingen
Als de ambtenaar belast met de grensbewaking aan een alleenreizende minderjarige vreemdeling
de toegang tot Nederland weigert, draagt de ambtenaar de vreemdeling over aan de DT&V
voor het terugbrengen van de vreemdeling naar een derde land waar zijn toelating is
gewaarborgd.